De kilometers papier achter
het werk van dr L. de
OEKËN
Jong
Proeven op dieren: ja of nee
Slachtoffer misdrijf
moet emoties kwijt
Studeren als aanslag
op het huiselijk leven
LITERATUUR
DONDERDAG 27 APRIL 1
'ijs
Hoewel het Rijksinstituut voor Oor
logsdocumentatie voor eeuwig ge
koppeld zal blijven aan de naam van
ex-directeur prof. dr. Lou de Jong,
is het RIOD natuurlijk meer dan al
leen de uitgever van het standaard
werk 'Het Koninkrijk der Nederlan
den'. In de loop der jaren zijn tal van
uitgaven verschenen, zijn getuigen
opgespoord, is bewijs geleverd voor
de veroordeling van oorlogsmisda
digers en is het RIOD uitgegroeid
tot een organisatie, die de overheid
ook nog van gegevens voorziet voor
het vaststellen van de uitkering
voor vervolgings- en burgerslacht
offers.
Het veelzijdige werk dat de mede
werkers van het instituut al 44 jaar
verrichten, staat uitvoerig beschre
ven in het maandag verschenen
boek De onderzoekers van de oorlog
van de journalist Max Pam. Het is
een uitgebreide en geactualiseerde
versie van het artikel over het 40-ja-
rig bestaan van het RIOD in de bij
lage van het weekblad Vrij Neder
land in 1985.
Nationaal bezit
"Het Rijksinstituut", stelt Pam, "is
met het Concertgebouw en de Elf- Dienstpost Niederlande vond ik het
de rapport over prof. Weinreb, die
als een bedrieger en een fantast
werd ontmaskerd.
Claus
Maar het RIOD slaagde er ook in ge
ruchten te ontzenuwen, zoals de be
wering dat prins Claus mogelijk be
trokken was geweest bij oorlogs
misdrijven van de negentigste Duit
se pantserdivisie in Noord-Italië.
RIOD-onderzoek toonde aan dat de
divisie van Claus nooit verder was
gekomen dan de Brennerpas en dat
Claus in de hele oorlog geen schot
had gelost.
Een van de taken van het RIOD is
het verschaffen van informatie aan
overheidsinstellingen, particuliere
Prins Claus: geruchten omtrent tot het Rijksinstituut.
zijn oorlogsverleden werden door
het RIOD ontzenuwd, (foto ANP)
behoefte van het publiek was
vankelijk niet erg groot, maar de in
teresse groeide naarmate de jaren
verstreken. Tientallen mensen
vendden zich in de loop der jaren dus of hoe een huisvrouw doctor
Faalangst groeit gestaag. De stilte
om je heen verplettert je. Je wordt
mensenschuw en haat de mensen
voor je in de rij bij de supermarkt.
Want je hebt haast en moet weer
snel naar je schrijfmachine: daar
wacht het Het Proefschrift.
Er zijn in Nederland 30.000 doc
tors. Dat betekent dat evenzoveel
mensen de lijdensweg van de pro
motie hebben afgelegd. Veel jonge
mensen, maar ook de student-op-
leeftijd hebben er veel voor over om
eens de rode koker met de bul in
ontvangst te nemen.
Maar promoveren is meer dan het
schrijven van een dissertatie. Het is
een aanslag op persoonlijke en hui
selijke v omstandigheden. Daarom
zijn veel huisvrouwen en -mannen
er huiverig voor de eerste stap te
zetten. 'Dit is te hoog gegrepen, te
moeilijk', denken ze.
Dr. Kathie Somerwil-Ayrton (58)
dacht dat misschien af en toe ook,
maar kwam toch vanzelf terecht in
de caroussel van het promoveren.
En om meer mensen die iets te zeg
gen hebben te stimuleren dezelfde
weg te gaan schreef ze het boekje
'In de keuken van een promoven-
Amsterdam. Twaalf jaar later rond
de ze haar studie af met een disser
tatie over de werken van Dosto-
jewski. Voor haar studietijd was ze
huisvrouw, min of meer gedwon
gen door huwelijk, kinderen en
echtgenoots carrière. Door dat
laatste was haar uitgangspositie als
student riant: haar man had het ge
maakt in het leven, ze hoefde niet
op zoek naar woonruimte en kop
zorgen over studiefinanciering ble
ven haar bespaard.
Eigenwaarde
werd', met als eenvoudig credo: 'Als
JOS HEYMANS ik het kan> kan JÜ het ook'-
Doctor Somerwil was 46 toen ze
de Slavische taal- en letterkunde ging
studeren aan de Universiteit van
Het studeren op latere leeftijd was al
een ervaring apart 'Het doet wonde
ren voor de eigendunk om op die
leeftijd toegelaten te worden aan de
universiteit. Het gevoel voor avon
tuur wordt gesteund door een ge
voel van eigenwaarde'.
Dat avontuur betekende tenta
men na tentamen met als eerste re
sultaat het kandidaatsexamen. 'Als
je dat maar hebt dan ben je iemand',
had ze steeds gezegd. Maar de aspi
rant-promovendus wilde verder,
ging door voor het doctoraalexa
men en in de feestroes van het beha
len daarvan, liet ze zich door De
Professor overhalen door te gaan.
'Dronken door het gevoel van al
weer een ander avontuur is er geen
andere beslissing mogelijk. Je doet
het. En dus zit je er aan vast'.
Promoveren bleek al snel totaal
anders als studeren. Weg waren de
gezamenlijke college-uren en de
steun van mede-studenten die het
zelfde studiepad bewandelden. 'Je
bent in alle opzichten op jezelf aan
gewezen'. Ondanks de jarenlange
ervaring werd het in de keuken van
de promovendus een chaos.
Dat uitte zich in absoluut a-soci
aal gedrag. Aanstaande promoven
di en hun omgeving: u bent gewaar
schuwd. Somerwil schrijft: 'Je
wordt mensenschuw, je wilt je huis
niet uit. Je loopt aldoor in je oude
denim, tot weerzin van je echtge
noot. Wee de bezoeker die onver
wacht komt koffiedrinken. Maar
juist die omgeving maakt dat je
doorgaat: je móet jezelf waarma
ken. Dus ga je terug naar je schrijf
machine en bijt door'.
ten eruit of in ieder geval omgezet
worden in eigen woorden. Een tip
van Somerwil aan iedere beginnen
de promovendus: 'Begin niet te en
thousiast met citeren, je moet het
aan het einde, wanhopig door de
steeds sneller opdoemende datum
van je promotie, met veel arbeid be
zuren'.
Ellende
Vrienden waren niet altijd even
welkom, maar wel noodzakelijk.
Om te helpen typen en samen te vat
ten, maar ook om bij uit te huilen,
om tegen te klagen en om erken
ning van te krijgen.
Ondanks alle doorstane ellende
werd de deadline gehaald en dat
was de kroon op twaalf jaar stude
ren en het gevoel van eigenwaarde
was nimmer zo groot. 'Jij hebt het
gehaald op het moment dat jij dat
gewild hebt. Dat vergoedt de vele
struikelingen en momenten van
twijfel. En daar gaat het om.
Voor Kathie Somerwil was dit het
einde van het proces haar eigen
identiteit in het leven van alledag te
vinden. Dat kan ook op een andere
manier, zonder academische studie.
Hoe dan ook, na het lezen van So-
merwils ervaringen weet je waar je
aan begint.
ANJE ROMEIN
Kathie Somerwil-Ayrton: In de keu
ken van een promovendus of hoe een
huisvrouw doctor werd, uitgeverij
Kok, Kampen.
stedentocht een van de weinige i
stellingen die nog als een nationaal
bezit worden herkend". Het RIOD
was op 8 mei 1945 opgericht met het
doel de bezettingsjaren te docu
menteren door het verzamelen van
allerlei materiaal. Reeds in de oor
log had minister Bolkestein van on
derwijs, kunsten en wetenschappen
de luisteraars via Radio Oranje op-
stuk waaruit blijkt dat Aantjes
oproep had gekregen zich voor de
Germanische SS te melden. Op dat
ogenblik was ik volstrekt verbijs
terd. Ik was daar alleen met dat
stuk, je kunt het aan niemand ver
tellen. Je raakt zo opgewonden
dat je geneigd bent het onderzoek te
staken. Maar je houdt jezelf in de
hand, je gaat door en ik heb nog t
geroepen
dagboeken, brieven enkel belangrijk document gevon-
toespraken te verzamelen.
"Eerst als wij erin slagen dit
voudige, dagelijkse materiaal
den".
De onthullingen over Aantjes'
verleden wérden gedaan door Lou
verstelpende hoeveelheden bijeen de Jong tijdens een persconferen-
te brengen, dan zal het tafereel
deze vrijheidsstrijd geschilderd
kunnen worden in volle glorie en
glans".
De burgers deden hun best; bin
nen twee jaar beschikte het RIOD
over 750 bladen en tijdschriften (in
totaal 45.000 exemplaren), 400 belle-
trie-uitgaven, 2000 aanplakbiljet
ten, 400 dagboeken, 30.000 natio-
naal-socialistische boeken en
brochures, 30.000 foto's, 250 versla
gen uit concentratiekampen en 350
brieven uit gevangenissen.
Maar ook de mensen van het
RIOD zelf gingen op onderzoek uit.
In Berlijn trof het RIOD een onge
looflijke hoeveelheid Duitse
chiefstukken
tie, waarop achteraf grote kritiek i
geleverd. De geëmotioneerde De
Jong werd verweten te zijn opgetre
den als aanklager en inquisiteur.
"Het was een van de moeilijkste be
slissingen uit mijn leven", stelt De
Jong.
"Toen bleek dat hij (Aantjes) con
sequent had gelogen, was ik kwaad
en de bruuske wijze waarop ik de
zaak naar voren heb gebracht, zal
daar zeker het gevolg van zijn ge
weest. Men had van mij mogen ver
wachten dat ik in staat was geweest
mijn woede te beheersen. Het
kwam hard over. De presentatie
was niet gelukkig. De toon was niet
juist. Dat was jammer,
die betrekking heeft zich niet ten nadele van Aan
hadden op de bezetting van Neder
land. "We konden kiezen uit onge
veer zes strekkende kilometer pa
pier", zegt Lou de Jong in het boek.
"We hebben alles gekopieerd wat
voor ons van belang was. Rauter is
hoofdzakelijk veroordeeld op grond
van zijn eigen brieven, die wij in
Berlijn hebben gevonden".
Ook het archief van Seyss:In-
quart kwam goeddeels boven wa
ter. Dat bevond zich in een kanton
gerecht bij Münster. "Ik herinner boek
me nog dat ik aan de verantwoorde- breng
lijke man heb gevraagd waarom hij
al die stukken niet had vernietigd",
tjes, maar ten nadele van mijzelf ge
keerd".
Het werk van het RIOD is her
haaldelijk onderwerp van verbeten
discussie geweest. Van meet af aan
hebben de communisten zich ver
zet tegen het Rijksinstituut, dat vol
gens het volksdagblad De Waarheid
'niet als een bonafide ge-
schiedschrijver van de illegaliteit ,e,,n"nu j°°j tegenstanders
Twee ratten, gelijktijdig geboren. De kleine is met interferon behandeld.
kan worden beschouwd'. RIOD-
medewerker Ben Sijes had in een
de Februaristaking de in-
het kader van de CPN ge
bagatelliseerd en dat zette kwaad
bloed. De Februaristaking was geen
ertelt De Jong. "Het was duidelijk louter communistische aangelegen-
veel materiaal tussen zat dat heid, stelde Sijes vast. Dat leverde
dat
voor de berechting van allerlei Duit
sers van het grootste belang was.
Daarop gaf die man het onsterfelij
ke antwoord: Ich habe dafür nie-
mals einen Befehl empfangen".
Aantjes
Het RIOD dankt zijn
leen aan de geschiedschrijving van
de Nederlandse bezettingsjaren in
het standaardwerk van Lou. de
Jong. Het Rijksinstituut heeft een
leidende rol gespeeld bij opzienba
rende naspeuringen, zoals het oor
logsverleden van CDA-
Willem Aantjes.
Spoorwegstaking
Ook de Nederlandse Spoorwegen
zijn niet altijd gelukkig geweest met
de publikaties van het RIOD. In
niet al- 1946 stelde de NS een krediet van
46.000 gulden beschikbaar voor een
onderzoek naar de spoorwegsta
king van 1944-1945. De NS rekende
op een heldhaftig verhaal, maar was
teleurgesteld over de uitvoerige be
schrijving van de rol van de spoor-
„Men snijde de rechter halszenuw
van een konijn door, en zodra de
bloedvaten van de oogappel uitpui
len, giet men geconcentreerd azijn
zuur op beide ogen. Het gezichts
vermogen is terstond hevig aange
daan, de opperhuid is verbrand en
scheidt zich weldra af...en na vier
weken is van de oogappel niets
Dit 'experiment' van de beruchte
Franse professor Béclard in de 19e
eeuw geeft in een notedop de be
langrijkste argumenten tegen dier
proeven weer: ze zijn wreed, degra
deren het dier tot een ding, en die
nen geen enkel zinnig doel.
De voorstanders hebben echter
ook hun argumenten: de ontwikke
ling en verbetering van medicijnen
en vaccins via dierproeven hebben
talloze mensenlevens gered, het
wegen bij de jodentransporten. Op
allerlei OQr 00 "ar* mQ'
geprobeerd de misbaar deel van de medische op-
leiding, en echt wrede proeven zijn
i het RIOD tegen te uitzonderingen die de regel bevesti
gen.
De afgelopen eeuw hebben de
pro's en contra's van dierproeven
de gemoederen intensief bezigge-
'Staatssecretaris Schol
ten, die door zijn ambtgenoot van
Verkeer en Waterstaat was bena
derd om de publikatie te
men, heeft het opgebracht het ver
zoek naast zich neer te leggen. Wij
hebben daarvoor moeten vechten,
maar tenslotte was hij het met ons
ongepast als
heid, nadat zij een rijksinstelling de proefd
opdracht heeft gegeven een zaak uit
te zoeken, weigert de resultaten van
het onderzoek te publiceren als
blijkt dat het beeld niet in overeen
stemming is met wat men aanvan
kelijk graag naar buiten had willen
brengen".
Het RIOD is vaak betiteld als 'een
macht in de staat' vanwege de vele
antecedentenonderzoeken, die tot
spectaculaire gevolgen leidde.
Een aangeslagen Aantjes, direct Naast de zaak Aantjes was dat on-
nadat bekend werd dat hij lid was der meer het NSB-lidmaatschap
geweest van de Germaanse SS. van NAVO-secretaris Luns in de pe-
(Archieffoto) riode 1933-1936 en het vernietigen-
houden. Op bepaald niet altijd fris
se manier hebben voor- en tegen
standers elkaar bestookt. Voorstan
ders werden afgeschilderd als ge
voelloze beulen, zoals door profes-
r Van Rees begin deze eeuw: „Het
de onderzoeker
object, hij onttrekt zich volko
men aan het begrip van smart. Sna
ren verstijven, die bij andere men
sen trillen". En tegenstanders wor
den afgeschilderd als naïeve idio
ten. In 1985 zei professor De Wied:
„Ik vind het vreemd als mensen
se universiteit een verademing.
Wars van elke retoriek geeft Smit
niet alleen een overzicht van de ge
schiedenis van het dierproevende-
bat, maar hij weegt bovendien zorg
vuldig alle voors en tegens die de af
gelopen eeuw de revue hebben ge
passeerd. Wie dit boek leest is voor
zijn leven gehandicapt, zei de Leid-
se hoogleraar dierproefvraagstuk
ken De Cock Buning maandag bij
de presentatie: hij zal nooit meer
een fanatiek debat kunnen aanho
ren zonder een glimlach te voelen
opkomen.
Eigenbelang
Wat de geschiedenis van het debat
betreft, mag de visie van de Britse
auteur Turner niet onvermeld blij
ven. Hij signaleerde dat het in eerste
instantie vooral de geestelijkheid,
de adel en de gegoede burgerij wa
ren die zich keerden tegen de dier
proeven. Niet zozeer uit bezorgd
heid over de dieren, als wel uit wel
begrepen eigenbelang. Tot aan het
begin van de 19e eeuw waren zij dé
autoriteiten in de maatschappij.
Hun positie werd echter in toene
mende mate bedreigd door de we
tenschappers, die mede door dier
proeven veel ontdekkingen deden
en daardoor steeds meer status kre
gen. Een verbod op dierproeven zou
die bedreiging beteugelen. Boven
dien konden met name de indus
triëlen hun slechte geweten over de
uitbuiting van de arbeiders sussen
door zich in te zetten voor de be
scherming van dieren.
Misschien wel cruciaal is de evo
lutietheorie van Darwin, omdat
daaraan zowel de voor- als de tegen
standers belangrijke argumenten
tranen uitbarsten als er een zielig ontleenden. De voorstanders recht-
poliokindje uit een ander land op de vaardigden hun proeven met een
tv getoond wordt en tegelijkertijd
schreeuwen om het afschaffen
dierproeven".
verwijzing naar de biologische ver
wantschap tussen mens en dier:
proeven met dieren konden dus zin-
Alleen al daarom is het boek volle conclusies voor
betogen dat een dier ook pijn voelde
en kon lijden. Daarvóór werd vaak
geredeneerd dat een dier een ding
was, dat door het gebrek aan 'geest'
niet kon lijden. Je kon er dus mee
doen wat je wilde, net als met een
stuk steen. En voor het gillen tij
dens proeven was een eenvoudige
oplossing: eerst de stembanden
doorsnijden.
Technologie
De discussie is in de afgelopen
eeuw vaak een herhaling van zetten
geweest, waarbij de belangrijkste
ontwikkeling een toenemende aan
dacht voor het welzijn en de rechten
van het dier was. Dat kon ook deels
in de praktijk worden gebracht.
Dankzij de moderne technologie,
zoals weefselkweek en computer
modellen, is een vermindering van
het aantal dierproeven (nog 1,2 mil
joen in 1986) mogelijk. Het lijden
kan door een goede verzorging en
verdoving tijdens en na de experi
menten worden beperkt. Maar een
algehele afschaffing zit er in de af
zienbare toekomst niet in, omdat er
in een aantal gevallen (nog?) geen
alternatieven zijn.
Smit constateert met tevredenheid
dat de discussie veel zakelijker is
géworden en dat het wederzijds res
pect nog steeds groeiend is. Maar
dat beide partijen het ooit werkelijk
eens zullen worden, is niet waar
schijnlijk. Bij de presentatie zei di
recteur Reilingh van de Dierenbe
scherming, die met de stichting
Proefdier en Wetenschap de uitga
ve heeft gefinancierd, onomwon
den: „U zult ons nog vaak tegenko
men. Aan de onderhandelingstafel,
maar ook bij acties en demonstratie.
Want afschaffing van de dierproe
ven blijft ons uiteindelijke doel".
SJAAK SMAKMAN
Voorhoeve, 25,00)
Nieuwe Uitgaven
Literatuur
'Tegendraadse tango's, Verhalen van
schrijfsters uit Zuid-Amerika. Uitg. Het
Wereldvenster, f29,90.
'Herinneringen aan Marga Klompé'.
Indrukken en herinneringen van men
sen die Marga Klompé hebben meege
maakt. Uitg. Arbor, f24,50.
Novella, f 12,9
'Wegwijs in gelovig Nederland'. Een
alfabetische beschrijving van Neder
landse kerken en religieuze groeperin-
'De schilder en zijn model', Patricia de
Martelaere. Roman over een schilder die
wordt geobsedeerd door een vrouw, uitg.
Meulenhoff, f27,50.
'Zuurzoet' van Timothy Mo. De Hong-
kongse immigrant Tsjen probeert zich
staande te houden in de Chinese ge
meenschap van Londen, geteisterd door
rivaliserende criminele bendes. Uitg.
Meulenhoff, f 19,90.
'Niet goed, geld weg. Beschouwingen
van Willem Pijffers over reclame, eerder
verschenen in NRC Handelsblad. Uitg.
'Ons oor en het geluid om ons heen'. In
formatief boekje van TNO over geluid,
geluidoverlast en dergelijke. Uitg. Friese
Pers Boekerij, f 9,9
'Brief aan een joodse vriend'. Pleidooi
van Ibrahim Soess voor vrede naar aan
leiding van het Israëlisch-Palestijns con
flict. Uitgeverij Het Wereldvenster,
f 14,90.
'De hel van Rees'. Jan Krist beschrijft
de verschrikkingen van de razzia's in
Den Haag, Rotterdam en andere steden
alsmede de gang van zaken in het dwang
arbeiderskamp van de stad Rees. Uitg.
Profiel f45,-
'Vlucht uit het dodendal van de
Neckar'. Het verhaal van Hilbert van
Goor, die als dwangarbeider in Obern-
dorf am Neckar werd tewerkgesteld.
Uitg. Profiel f46,50.
Dag, moeder'. Een bundeling schetsen
uit het leven van Libelle-columniste Ti
neke Beishuizen over het moederschap
in praktijk. Uitg. Het Spectrum f7.50.
'Van parken en tuinen'. Adriaan van
der Staay, directeur van het Sociaal en
Cultureel Planbureau schrijft over tui
nen, tuinkunstenaars en parken. Uitg.
Thoth f 14,50.
Jeugdboeken
'Brammert e
brielle Vince
f 19.90;
Het meisje en de mol', Angela de Vrede
en Gerrit Jan Zwier. Een mol en een
meisje: twee belevingswerelden die el
kaar even ontmoeten. Uitg. Meulenhoff,
Meneer Jansen is beroofd. Onder
bedreiging van een mes zijn z'n por
tefeuille en zijn sleutelbos gestolen,
en ook nog het gouden horloge dat
hij van zijn vrouw heeft gekregen.
Bovendien raakte Jansen gewond,
toen hij probeerde te vluchten.
Het slachtoffer is geschokt, zijn
zelfvertrouwen heeft een knauw ge
kregen, net als zijn vertrouwen in de
samenleving en in de rechtsorde.
Als Jansen aangifte doet bij de poli
tie, wordt hem het hemd van het lijf
gevraagd over de toedracht van het
gebeurde. Maar aan de emotionele
kant van de zaak komt de politie
niet toe. Het slachtoffer blijft zitten
met verwarde gevoelens die op den
duur kunnen leiden tot emotionele
moeilijkheden.
Aan de hand van dit voorbeeld
maken de samenstellers van het
Praktijkboek Slachtofferhulp dui
delijk waar de schoen knelt als het
gaat om de hulp aan slachtoffers
van misdrijven. Politie en justitie
proberen vooral de dader te vinden
en het slachtoffer komt op de twee
de plaats. Pas sinds de tweede helft
van de jaren zeventig is er - onder in
vloed van de vrouwen- en homobe
weging - serieus aandacht voor de
noden van de gedupeerde.
Eerlijkheidshalve verklaren de
auteurs - allen medewerkers van de
Stichting Slachtofferhulp in Am
sterdam - dat het meestal gaat om
delicten, overtredingen van het
lichtere soort. Maar de term 'mis
drijven' dekt beter de "emotionele
lading die zo'n gebeurtenis kan heb
ben voor het slachtoffer".
Emoties
Wie bestolen is, beroofd, mishan
deld of verkracht, heeft er behoefte
aan onmiddellijk zijn emoties te de
len met anderen. De technische
aanpak van de politie komt op dat
moment op de tweede plaats. 'Waar
om moest hij nou juist mij hebben?
Had ik dit op de een of andere ma
nier kunnen voorkomen?', zo
vraagt meneer Jansen zich af. Daar
naast maakt hij zich zorgen over de
gevolgen die aangifte bij de politie
zal hebben. 'Loop ik kans dat de da
der wraak neemt? Weet hij waar ik
woon en ben ik nog wel veilig in
mijn eigen huis?'.
Er kan veel leed voorkomen wor
den als het slachtoffer snel na het
misdrijf zijn emoties met anderen
kan delen. Dat maakt dat de slacht
offerhulp er eer in legt, snel te rea
geren, aldus de samenstellers van
het boek, Stan Baars, Margo van
Ginneken, Sylvia Kooy, Gert-Jan
Slump en Ton de Wit.
Ook al is er snel een terzake kun
dige hulpverlener beschikbaar,
toch kan meneer Jansen frustraties
oplopen, doordat hij iets anders van
politie en justitie verwacht dan zij
waar kunnen maken. Politie en jus
titie proberen de dader op te sporen
en te berechten. De basis van het
strafrecht is het algemeen belang,
rug wil, een schadevergoeding eist
voor zijn kapot gestoken kleding en
daarnaast smartegeld voor het
doorstane leed.
Aangifte
De hulpverlener moet Jansen niet
alleen helpen bij het overwinnen
van zijn emotionele problemen,
maar moet ook de activiteiten van
politie en justitie verklaren. Hij "is
een dienstverlener met praktische
ambities". Hij verricht hand- en
spandiensten, legt het slachtoffer
uit wat het betekent als hij aangifte
doet en vertelt hem wat hem te
wachten staat als hij naar de rechts
zitting gaat of een schadevergoe
ding claimt bij de verzekering.
De samenstellers schetsen in kort
bestek het juridisch doolhof waarin
een slachtoffer kan verdwalen. Ter
loops worden de tekortkomingen in
het systeem aan de kaak gesteld:
een slachtoffer hoort niet eens auto
matisch, wanneer de verdachte
voor de rechter verschijnt. Gestolen
en in beslag genomen goed ligt
soms maanden opgeslagen. De ei
genaar moet al die tijd wachten, en
kel omdat de handtekening van de
dief ontbreekt.
En dan is er ook nog het probleem
van de schadevergoeding. Als de
verzekering niet betaalt en de dader
in de nor zit. staat het slachtoffer
met lege handen. Niet voor niets be
pleiten de auteurs een volksverze
kering, vergelijkbaar met ouder-
doms- of werkloosheidsverzekering
die gefinancierd moet worden uit
boetes.
Ze laten niet na erop te wijzen dat
de hulpverlener - vaak een vrijwilli
ger - zijn grenzen moet kennen. "Hij
moet niet op de stoel gaan zitten van
de psychotherapeut". Evenmin
moet hij zich laten verleiden tot be
loften die hij niet kan waarmaken,
omdat tijd en deskundigheid ont
breken. In het laatste geval moet
worden verwezen naar het Riagg,
vertrouwensarts of anderen die
daarvoor beter zijn toegerust.
Bevoogding
In 1986 registreerde de politie in
Amsterdam ruim 135.000 misdrij
ven, niet meer dan-558 slachtoffers
vroegen om hulp. Volgens de sa
menstellers van het 'praktijkboek'
heeft dat te maken met de onbe
kendheid met hun werk. Een stij
gend aantal slachtoffers van aan
randingen en verkrachtingen weet
inmiddels de weg naar de hulpver
lening wel te vinden. Vaak, nadat de
politie hen daarop heeft geatten
deerd. Er is nog veel werk te doen,
maar slachtoffers moeten wel zelf
komen, bevoogding is uit den boze.
Want "de verwerking van een mis
drijf dient te gebeuren in het tempo
van de cliënt".
THEO HAERKENS
Praktijkboek Slachtofferhulp, on
der redactie van Stan Baars; Academi
sche Uitgeverij Amersfoort; f34,00.
'Bims en Boems' door Antoinette Ba
ker. Twee rondtrekkende trollen beleven
op hun ovenvinteringsstek allerlei avon
turen. Uitg. Christofoor, f21.50.
'Sadko, de zanger uit Novgorod' door
Annelies Grasshoff. Een Russische le
gende waarin de koning van de zee de
zanger beloont voor zijn muziek en hem
een rijk koopman laat worden. Uitg.
Christofoor, f 14,90.
echtpaar dat
adopteren en er achterkomt dat het door
criminelen met heel andere doeleinden
naar Nederland is gebracht. Genomi
neerd voor De Gouden Strop 1989. Uitg.
Het Spectrum, f24,9
Wie is overvallen, bestolen mishandeld of aangerand heeft e
zijn emoties onmiddellijk te delen met anderen. (foto i