De kilometers papier achter het werk van dr L. de OEKËN Jong Proeven op dieren: ja of nee Slachtoffer misdrijf moet emoties kwijt Studeren als aanslag op het huiselijk leven LITERATUUR DONDERDAG 27 APRIL 1 'ijs Hoewel het Rijksinstituut voor Oor logsdocumentatie voor eeuwig ge koppeld zal blijven aan de naam van ex-directeur prof. dr. Lou de Jong, is het RIOD natuurlijk meer dan al leen de uitgever van het standaard werk 'Het Koninkrijk der Nederlan den'. In de loop der jaren zijn tal van uitgaven verschenen, zijn getuigen opgespoord, is bewijs geleverd voor de veroordeling van oorlogsmisda digers en is het RIOD uitgegroeid tot een organisatie, die de overheid ook nog van gegevens voorziet voor het vaststellen van de uitkering voor vervolgings- en burgerslacht offers. Het veelzijdige werk dat de mede werkers van het instituut al 44 jaar verrichten, staat uitvoerig beschre ven in het maandag verschenen boek De onderzoekers van de oorlog van de journalist Max Pam. Het is een uitgebreide en geactualiseerde versie van het artikel over het 40-ja- rig bestaan van het RIOD in de bij lage van het weekblad Vrij Neder land in 1985. Nationaal bezit "Het Rijksinstituut", stelt Pam, "is met het Concertgebouw en de Elf- Dienstpost Niederlande vond ik het de rapport over prof. Weinreb, die als een bedrieger en een fantast werd ontmaskerd. Claus Maar het RIOD slaagde er ook in ge ruchten te ontzenuwen, zoals de be wering dat prins Claus mogelijk be trokken was geweest bij oorlogs misdrijven van de negentigste Duit se pantserdivisie in Noord-Italië. RIOD-onderzoek toonde aan dat de divisie van Claus nooit verder was gekomen dan de Brennerpas en dat Claus in de hele oorlog geen schot had gelost. Een van de taken van het RIOD is het verschaffen van informatie aan overheidsinstellingen, particuliere Prins Claus: geruchten omtrent tot het Rijksinstituut. zijn oorlogsverleden werden door het RIOD ontzenuwd, (foto ANP) behoefte van het publiek was vankelijk niet erg groot, maar de in teresse groeide naarmate de jaren verstreken. Tientallen mensen vendden zich in de loop der jaren dus of hoe een huisvrouw doctor Faalangst groeit gestaag. De stilte om je heen verplettert je. Je wordt mensenschuw en haat de mensen voor je in de rij bij de supermarkt. Want je hebt haast en moet weer snel naar je schrijfmachine: daar wacht het Het Proefschrift. Er zijn in Nederland 30.000 doc tors. Dat betekent dat evenzoveel mensen de lijdensweg van de pro motie hebben afgelegd. Veel jonge mensen, maar ook de student-op- leeftijd hebben er veel voor over om eens de rode koker met de bul in ontvangst te nemen. Maar promoveren is meer dan het schrijven van een dissertatie. Het is een aanslag op persoonlijke en hui selijke v omstandigheden. Daarom zijn veel huisvrouwen en -mannen er huiverig voor de eerste stap te zetten. 'Dit is te hoog gegrepen, te moeilijk', denken ze. Dr. Kathie Somerwil-Ayrton (58) dacht dat misschien af en toe ook, maar kwam toch vanzelf terecht in de caroussel van het promoveren. En om meer mensen die iets te zeg gen hebben te stimuleren dezelfde weg te gaan schreef ze het boekje 'In de keuken van een promoven- Amsterdam. Twaalf jaar later rond de ze haar studie af met een disser tatie over de werken van Dosto- jewski. Voor haar studietijd was ze huisvrouw, min of meer gedwon gen door huwelijk, kinderen en echtgenoots carrière. Door dat laatste was haar uitgangspositie als student riant: haar man had het ge maakt in het leven, ze hoefde niet op zoek naar woonruimte en kop zorgen over studiefinanciering ble ven haar bespaard. Eigenwaarde werd', met als eenvoudig credo: 'Als JOS HEYMANS ik het kan> kan JÜ het ook'- Doctor Somerwil was 46 toen ze de Slavische taal- en letterkunde ging studeren aan de Universiteit van Het studeren op latere leeftijd was al een ervaring apart 'Het doet wonde ren voor de eigendunk om op die leeftijd toegelaten te worden aan de universiteit. Het gevoel voor avon tuur wordt gesteund door een ge voel van eigenwaarde'. Dat avontuur betekende tenta men na tentamen met als eerste re sultaat het kandidaatsexamen. 'Als je dat maar hebt dan ben je iemand', had ze steeds gezegd. Maar de aspi rant-promovendus wilde verder, ging door voor het doctoraalexa men en in de feestroes van het beha len daarvan, liet ze zich door De Professor overhalen door te gaan. 'Dronken door het gevoel van al weer een ander avontuur is er geen andere beslissing mogelijk. Je doet het. En dus zit je er aan vast'. Promoveren bleek al snel totaal anders als studeren. Weg waren de gezamenlijke college-uren en de steun van mede-studenten die het zelfde studiepad bewandelden. 'Je bent in alle opzichten op jezelf aan gewezen'. Ondanks de jarenlange ervaring werd het in de keuken van de promovendus een chaos. Dat uitte zich in absoluut a-soci aal gedrag. Aanstaande promoven di en hun omgeving: u bent gewaar schuwd. Somerwil schrijft: 'Je wordt mensenschuw, je wilt je huis niet uit. Je loopt aldoor in je oude denim, tot weerzin van je echtge noot. Wee de bezoeker die onver wacht komt koffiedrinken. Maar juist die omgeving maakt dat je doorgaat: je móet jezelf waarma ken. Dus ga je terug naar je schrijf machine en bijt door'. ten eruit of in ieder geval omgezet worden in eigen woorden. Een tip van Somerwil aan iedere beginnen de promovendus: 'Begin niet te en thousiast met citeren, je moet het aan het einde, wanhopig door de steeds sneller opdoemende datum van je promotie, met veel arbeid be zuren'. Ellende Vrienden waren niet altijd even welkom, maar wel noodzakelijk. Om te helpen typen en samen te vat ten, maar ook om bij uit te huilen, om tegen te klagen en om erken ning van te krijgen. Ondanks alle doorstane ellende werd de deadline gehaald en dat was de kroon op twaalf jaar stude ren en het gevoel van eigenwaarde was nimmer zo groot. 'Jij hebt het gehaald op het moment dat jij dat gewild hebt. Dat vergoedt de vele struikelingen en momenten van twijfel. En daar gaat het om. Voor Kathie Somerwil was dit het einde van het proces haar eigen identiteit in het leven van alledag te vinden. Dat kan ook op een andere manier, zonder academische studie. Hoe dan ook, na het lezen van So- merwils ervaringen weet je waar je aan begint. ANJE ROMEIN Kathie Somerwil-Ayrton: In de keu ken van een promovendus of hoe een huisvrouw doctor werd, uitgeverij Kok, Kampen. stedentocht een van de weinige i stellingen die nog als een nationaal bezit worden herkend". Het RIOD was op 8 mei 1945 opgericht met het doel de bezettingsjaren te docu menteren door het verzamelen van allerlei materiaal. Reeds in de oor log had minister Bolkestein van on derwijs, kunsten en wetenschappen de luisteraars via Radio Oranje op- stuk waaruit blijkt dat Aantjes oproep had gekregen zich voor de Germanische SS te melden. Op dat ogenblik was ik volstrekt verbijs terd. Ik was daar alleen met dat stuk, je kunt het aan niemand ver tellen. Je raakt zo opgewonden dat je geneigd bent het onderzoek te staken. Maar je houdt jezelf in de hand, je gaat door en ik heb nog t geroepen dagboeken, brieven enkel belangrijk document gevon- toespraken te verzamelen. "Eerst als wij erin slagen dit voudige, dagelijkse materiaal den". De onthullingen over Aantjes' verleden wérden gedaan door Lou verstelpende hoeveelheden bijeen de Jong tijdens een persconferen- te brengen, dan zal het tafereel deze vrijheidsstrijd geschilderd kunnen worden in volle glorie en glans". De burgers deden hun best; bin nen twee jaar beschikte het RIOD over 750 bladen en tijdschriften (in totaal 45.000 exemplaren), 400 belle- trie-uitgaven, 2000 aanplakbiljet ten, 400 dagboeken, 30.000 natio- naal-socialistische boeken en brochures, 30.000 foto's, 250 versla gen uit concentratiekampen en 350 brieven uit gevangenissen. Maar ook de mensen van het RIOD zelf gingen op onderzoek uit. In Berlijn trof het RIOD een onge looflijke hoeveelheid Duitse chiefstukken tie, waarop achteraf grote kritiek i geleverd. De geëmotioneerde De Jong werd verweten te zijn opgetre den als aanklager en inquisiteur. "Het was een van de moeilijkste be slissingen uit mijn leven", stelt De Jong. "Toen bleek dat hij (Aantjes) con sequent had gelogen, was ik kwaad en de bruuske wijze waarop ik de zaak naar voren heb gebracht, zal daar zeker het gevolg van zijn ge weest. Men had van mij mogen ver wachten dat ik in staat was geweest mijn woede te beheersen. Het kwam hard over. De presentatie was niet gelukkig. De toon was niet juist. Dat was jammer, die betrekking heeft zich niet ten nadele van Aan hadden op de bezetting van Neder land. "We konden kiezen uit onge veer zes strekkende kilometer pa pier", zegt Lou de Jong in het boek. "We hebben alles gekopieerd wat voor ons van belang was. Rauter is hoofdzakelijk veroordeeld op grond van zijn eigen brieven, die wij in Berlijn hebben gevonden". Ook het archief van Seyss:In- quart kwam goeddeels boven wa ter. Dat bevond zich in een kanton gerecht bij Münster. "Ik herinner boek me nog dat ik aan de verantwoorde- breng lijke man heb gevraagd waarom hij al die stukken niet had vernietigd", tjes, maar ten nadele van mijzelf ge keerd". Het werk van het RIOD is her haaldelijk onderwerp van verbeten discussie geweest. Van meet af aan hebben de communisten zich ver zet tegen het Rijksinstituut, dat vol gens het volksdagblad De Waarheid 'niet als een bonafide ge- schiedschrijver van de illegaliteit ,e,,n"nu j°°j tegenstanders Twee ratten, gelijktijdig geboren. De kleine is met interferon behandeld. kan worden beschouwd'. RIOD- medewerker Ben Sijes had in een de Februaristaking de in- het kader van de CPN ge bagatelliseerd en dat zette kwaad bloed. De Februaristaking was geen ertelt De Jong. "Het was duidelijk louter communistische aangelegen- veel materiaal tussen zat dat heid, stelde Sijes vast. Dat leverde dat voor de berechting van allerlei Duit sers van het grootste belang was. Daarop gaf die man het onsterfelij ke antwoord: Ich habe dafür nie- mals einen Befehl empfangen". Aantjes Het RIOD dankt zijn leen aan de geschiedschrijving van de Nederlandse bezettingsjaren in het standaardwerk van Lou. de Jong. Het Rijksinstituut heeft een leidende rol gespeeld bij opzienba rende naspeuringen, zoals het oor logsverleden van CDA- Willem Aantjes. Spoorwegstaking Ook de Nederlandse Spoorwegen zijn niet altijd gelukkig geweest met de publikaties van het RIOD. In niet al- 1946 stelde de NS een krediet van 46.000 gulden beschikbaar voor een onderzoek naar de spoorwegsta king van 1944-1945. De NS rekende op een heldhaftig verhaal, maar was teleurgesteld over de uitvoerige be schrijving van de rol van de spoor- „Men snijde de rechter halszenuw van een konijn door, en zodra de bloedvaten van de oogappel uitpui len, giet men geconcentreerd azijn zuur op beide ogen. Het gezichts vermogen is terstond hevig aange daan, de opperhuid is verbrand en scheidt zich weldra af...en na vier weken is van de oogappel niets Dit 'experiment' van de beruchte Franse professor Béclard in de 19e eeuw geeft in een notedop de be langrijkste argumenten tegen dier proeven weer: ze zijn wreed, degra deren het dier tot een ding, en die nen geen enkel zinnig doel. De voorstanders hebben echter ook hun argumenten: de ontwikke ling en verbetering van medicijnen en vaccins via dierproeven hebben talloze mensenlevens gered, het wegen bij de jodentransporten. Op allerlei OQr 00 "ar* mQ' geprobeerd de misbaar deel van de medische op- leiding, en echt wrede proeven zijn i het RIOD tegen te uitzonderingen die de regel bevesti gen. De afgelopen eeuw hebben de pro's en contra's van dierproeven de gemoederen intensief bezigge- 'Staatssecretaris Schol ten, die door zijn ambtgenoot van Verkeer en Waterstaat was bena derd om de publikatie te men, heeft het opgebracht het ver zoek naast zich neer te leggen. Wij hebben daarvoor moeten vechten, maar tenslotte was hij het met ons ongepast als heid, nadat zij een rijksinstelling de proefd opdracht heeft gegeven een zaak uit te zoeken, weigert de resultaten van het onderzoek te publiceren als blijkt dat het beeld niet in overeen stemming is met wat men aanvan kelijk graag naar buiten had willen brengen". Het RIOD is vaak betiteld als 'een macht in de staat' vanwege de vele antecedentenonderzoeken, die tot spectaculaire gevolgen leidde. Een aangeslagen Aantjes, direct Naast de zaak Aantjes was dat on- nadat bekend werd dat hij lid was der meer het NSB-lidmaatschap geweest van de Germaanse SS. van NAVO-secretaris Luns in de pe- (Archieffoto) riode 1933-1936 en het vernietigen- houden. Op bepaald niet altijd fris se manier hebben voor- en tegen standers elkaar bestookt. Voorstan ders werden afgeschilderd als ge voelloze beulen, zoals door profes- r Van Rees begin deze eeuw: „Het de onderzoeker object, hij onttrekt zich volko men aan het begrip van smart. Sna ren verstijven, die bij andere men sen trillen". En tegenstanders wor den afgeschilderd als naïeve idio ten. In 1985 zei professor De Wied: „Ik vind het vreemd als mensen se universiteit een verademing. Wars van elke retoriek geeft Smit niet alleen een overzicht van de ge schiedenis van het dierproevende- bat, maar hij weegt bovendien zorg vuldig alle voors en tegens die de af gelopen eeuw de revue hebben ge passeerd. Wie dit boek leest is voor zijn leven gehandicapt, zei de Leid- se hoogleraar dierproefvraagstuk ken De Cock Buning maandag bij de presentatie: hij zal nooit meer een fanatiek debat kunnen aanho ren zonder een glimlach te voelen opkomen. Eigenbelang Wat de geschiedenis van het debat betreft, mag de visie van de Britse auteur Turner niet onvermeld blij ven. Hij signaleerde dat het in eerste instantie vooral de geestelijkheid, de adel en de gegoede burgerij wa ren die zich keerden tegen de dier proeven. Niet zozeer uit bezorgd heid over de dieren, als wel uit wel begrepen eigenbelang. Tot aan het begin van de 19e eeuw waren zij dé autoriteiten in de maatschappij. Hun positie werd echter in toene mende mate bedreigd door de we tenschappers, die mede door dier proeven veel ontdekkingen deden en daardoor steeds meer status kre gen. Een verbod op dierproeven zou die bedreiging beteugelen. Boven dien konden met name de indus triëlen hun slechte geweten over de uitbuiting van de arbeiders sussen door zich in te zetten voor de be scherming van dieren. Misschien wel cruciaal is de evo lutietheorie van Darwin, omdat daaraan zowel de voor- als de tegen standers belangrijke argumenten tranen uitbarsten als er een zielig ontleenden. De voorstanders recht- poliokindje uit een ander land op de vaardigden hun proeven met een tv getoond wordt en tegelijkertijd schreeuwen om het afschaffen dierproeven". verwijzing naar de biologische ver wantschap tussen mens en dier: proeven met dieren konden dus zin- Alleen al daarom is het boek volle conclusies voor betogen dat een dier ook pijn voelde en kon lijden. Daarvóór werd vaak geredeneerd dat een dier een ding was, dat door het gebrek aan 'geest' niet kon lijden. Je kon er dus mee doen wat je wilde, net als met een stuk steen. En voor het gillen tij dens proeven was een eenvoudige oplossing: eerst de stembanden doorsnijden. Technologie De discussie is in de afgelopen eeuw vaak een herhaling van zetten geweest, waarbij de belangrijkste ontwikkeling een toenemende aan dacht voor het welzijn en de rechten van het dier was. Dat kon ook deels in de praktijk worden gebracht. Dankzij de moderne technologie, zoals weefselkweek en computer modellen, is een vermindering van het aantal dierproeven (nog 1,2 mil joen in 1986) mogelijk. Het lijden kan door een goede verzorging en verdoving tijdens en na de experi menten worden beperkt. Maar een algehele afschaffing zit er in de af zienbare toekomst niet in, omdat er in een aantal gevallen (nog?) geen alternatieven zijn. Smit constateert met tevredenheid dat de discussie veel zakelijker is géworden en dat het wederzijds res pect nog steeds groeiend is. Maar dat beide partijen het ooit werkelijk eens zullen worden, is niet waar schijnlijk. Bij de presentatie zei di recteur Reilingh van de Dierenbe scherming, die met de stichting Proefdier en Wetenschap de uitga ve heeft gefinancierd, onomwon den: „U zult ons nog vaak tegenko men. Aan de onderhandelingstafel, maar ook bij acties en demonstratie. Want afschaffing van de dierproe ven blijft ons uiteindelijke doel". SJAAK SMAKMAN Voorhoeve, 25,00) Nieuwe Uitgaven Literatuur 'Tegendraadse tango's, Verhalen van schrijfsters uit Zuid-Amerika. Uitg. Het Wereldvenster, f29,90. 'Herinneringen aan Marga Klompé'. Indrukken en herinneringen van men sen die Marga Klompé hebben meege maakt. Uitg. Arbor, f24,50. Novella, f 12,9 'Wegwijs in gelovig Nederland'. Een alfabetische beschrijving van Neder landse kerken en religieuze groeperin- 'De schilder en zijn model', Patricia de Martelaere. Roman over een schilder die wordt geobsedeerd door een vrouw, uitg. Meulenhoff, f27,50. 'Zuurzoet' van Timothy Mo. De Hong- kongse immigrant Tsjen probeert zich staande te houden in de Chinese ge meenschap van Londen, geteisterd door rivaliserende criminele bendes. Uitg. Meulenhoff, f 19,90. 'Niet goed, geld weg. Beschouwingen van Willem Pijffers over reclame, eerder verschenen in NRC Handelsblad. Uitg. 'Ons oor en het geluid om ons heen'. In formatief boekje van TNO over geluid, geluidoverlast en dergelijke. Uitg. Friese Pers Boekerij, f 9,9 'Brief aan een joodse vriend'. Pleidooi van Ibrahim Soess voor vrede naar aan leiding van het Israëlisch-Palestijns con flict. Uitgeverij Het Wereldvenster, f 14,90. 'De hel van Rees'. Jan Krist beschrijft de verschrikkingen van de razzia's in Den Haag, Rotterdam en andere steden alsmede de gang van zaken in het dwang arbeiderskamp van de stad Rees. Uitg. Profiel f45,- 'Vlucht uit het dodendal van de Neckar'. Het verhaal van Hilbert van Goor, die als dwangarbeider in Obern- dorf am Neckar werd tewerkgesteld. Uitg. Profiel f46,50. Dag, moeder'. Een bundeling schetsen uit het leven van Libelle-columniste Ti neke Beishuizen over het moederschap in praktijk. Uitg. Het Spectrum f7.50. 'Van parken en tuinen'. Adriaan van der Staay, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau schrijft over tui nen, tuinkunstenaars en parken. Uitg. Thoth f 14,50. Jeugdboeken 'Brammert e brielle Vince f 19.90; Het meisje en de mol', Angela de Vrede en Gerrit Jan Zwier. Een mol en een meisje: twee belevingswerelden die el kaar even ontmoeten. Uitg. Meulenhoff, Meneer Jansen is beroofd. Onder bedreiging van een mes zijn z'n por tefeuille en zijn sleutelbos gestolen, en ook nog het gouden horloge dat hij van zijn vrouw heeft gekregen. Bovendien raakte Jansen gewond, toen hij probeerde te vluchten. Het slachtoffer is geschokt, zijn zelfvertrouwen heeft een knauw ge kregen, net als zijn vertrouwen in de samenleving en in de rechtsorde. Als Jansen aangifte doet bij de poli tie, wordt hem het hemd van het lijf gevraagd over de toedracht van het gebeurde. Maar aan de emotionele kant van de zaak komt de politie niet toe. Het slachtoffer blijft zitten met verwarde gevoelens die op den duur kunnen leiden tot emotionele moeilijkheden. Aan de hand van dit voorbeeld maken de samenstellers van het Praktijkboek Slachtofferhulp dui delijk waar de schoen knelt als het gaat om de hulp aan slachtoffers van misdrijven. Politie en justitie proberen vooral de dader te vinden en het slachtoffer komt op de twee de plaats. Pas sinds de tweede helft van de jaren zeventig is er - onder in vloed van de vrouwen- en homobe weging - serieus aandacht voor de noden van de gedupeerde. Eerlijkheidshalve verklaren de auteurs - allen medewerkers van de Stichting Slachtofferhulp in Am sterdam - dat het meestal gaat om delicten, overtredingen van het lichtere soort. Maar de term 'mis drijven' dekt beter de "emotionele lading die zo'n gebeurtenis kan heb ben voor het slachtoffer". Emoties Wie bestolen is, beroofd, mishan deld of verkracht, heeft er behoefte aan onmiddellijk zijn emoties te de len met anderen. De technische aanpak van de politie komt op dat moment op de tweede plaats. 'Waar om moest hij nou juist mij hebben? Had ik dit op de een of andere ma nier kunnen voorkomen?', zo vraagt meneer Jansen zich af. Daar naast maakt hij zich zorgen over de gevolgen die aangifte bij de politie zal hebben. 'Loop ik kans dat de da der wraak neemt? Weet hij waar ik woon en ben ik nog wel veilig in mijn eigen huis?'. Er kan veel leed voorkomen wor den als het slachtoffer snel na het misdrijf zijn emoties met anderen kan delen. Dat maakt dat de slacht offerhulp er eer in legt, snel te rea geren, aldus de samenstellers van het boek, Stan Baars, Margo van Ginneken, Sylvia Kooy, Gert-Jan Slump en Ton de Wit. Ook al is er snel een terzake kun dige hulpverlener beschikbaar, toch kan meneer Jansen frustraties oplopen, doordat hij iets anders van politie en justitie verwacht dan zij waar kunnen maken. Politie en jus titie proberen de dader op te sporen en te berechten. De basis van het strafrecht is het algemeen belang, rug wil, een schadevergoeding eist voor zijn kapot gestoken kleding en daarnaast smartegeld voor het doorstane leed. Aangifte De hulpverlener moet Jansen niet alleen helpen bij het overwinnen van zijn emotionele problemen, maar moet ook de activiteiten van politie en justitie verklaren. Hij "is een dienstverlener met praktische ambities". Hij verricht hand- en spandiensten, legt het slachtoffer uit wat het betekent als hij aangifte doet en vertelt hem wat hem te wachten staat als hij naar de rechts zitting gaat of een schadevergoe ding claimt bij de verzekering. De samenstellers schetsen in kort bestek het juridisch doolhof waarin een slachtoffer kan verdwalen. Ter loops worden de tekortkomingen in het systeem aan de kaak gesteld: een slachtoffer hoort niet eens auto matisch, wanneer de verdachte voor de rechter verschijnt. Gestolen en in beslag genomen goed ligt soms maanden opgeslagen. De ei genaar moet al die tijd wachten, en kel omdat de handtekening van de dief ontbreekt. En dan is er ook nog het probleem van de schadevergoeding. Als de verzekering niet betaalt en de dader in de nor zit. staat het slachtoffer met lege handen. Niet voor niets be pleiten de auteurs een volksverze kering, vergelijkbaar met ouder- doms- of werkloosheidsverzekering die gefinancierd moet worden uit boetes. Ze laten niet na erop te wijzen dat de hulpverlener - vaak een vrijwilli ger - zijn grenzen moet kennen. "Hij moet niet op de stoel gaan zitten van de psychotherapeut". Evenmin moet hij zich laten verleiden tot be loften die hij niet kan waarmaken, omdat tijd en deskundigheid ont breken. In het laatste geval moet worden verwezen naar het Riagg, vertrouwensarts of anderen die daarvoor beter zijn toegerust. Bevoogding In 1986 registreerde de politie in Amsterdam ruim 135.000 misdrij ven, niet meer dan-558 slachtoffers vroegen om hulp. Volgens de sa menstellers van het 'praktijkboek' heeft dat te maken met de onbe kendheid met hun werk. Een stij gend aantal slachtoffers van aan randingen en verkrachtingen weet inmiddels de weg naar de hulpver lening wel te vinden. Vaak, nadat de politie hen daarop heeft geatten deerd. Er is nog veel werk te doen, maar slachtoffers moeten wel zelf komen, bevoogding is uit den boze. Want "de verwerking van een mis drijf dient te gebeuren in het tempo van de cliënt". THEO HAERKENS Praktijkboek Slachtofferhulp, on der redactie van Stan Baars; Academi sche Uitgeverij Amersfoort; f34,00. 'Bims en Boems' door Antoinette Ba ker. Twee rondtrekkende trollen beleven op hun ovenvinteringsstek allerlei avon turen. Uitg. Christofoor, f21.50. 'Sadko, de zanger uit Novgorod' door Annelies Grasshoff. Een Russische le gende waarin de koning van de zee de zanger beloont voor zijn muziek en hem een rijk koopman laat worden. Uitg. Christofoor, f 14,90. echtpaar dat adopteren en er achterkomt dat het door criminelen met heel andere doeleinden naar Nederland is gebracht. Genomi neerd voor De Gouden Strop 1989. Uitg. Het Spectrum, f24,9 Wie is overvallen, bestolen mishandeld of aangerand heeft e zijn emoties onmiddellijk te delen met anderen. (foto i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 11