De vissers in Alaska zien
toekomst somber tegemoet
'Ik reken maar niet uit
wat ik per uur verdien'
En wie heeft
'éél Werk voor
Na de olieramp met de Exxon Valdez
'/M
tempo-team uitzendbireau
PAGINA 2
ZATERDAG 1 /PRIL 1989
Reportage
Tankers zijn nog steeds bezig de resterende olie uit de Exxon Valdez te pompen. De bergingswerkaamheden ko
men echter door onbekende oorzaak langzaam op gang, met als gevolg dat de enorme olievlek zia steeds verder
uitbreidt en daarmee de milieuramp nog erger maakt dan die al is. (foto ap>
De stad Valdez begon driejaar ge
leden met het heffen van een belas
ting in alleen dat gedeelte van de
stad dat eigendom is van Alyeska.
De bedoeling was van dat geld ap
paratuur te kopen die zou kunnen
worden ingezet bij een grote
olieramp.
Maar Alyeska ging bij de staat
Alaska in beroep, en won. De appa
ratuur die de ramp met de Exxon
Valdez had kunnen voorkomen,
kon niet worden gekocht. Gemeen
teraadslid Lynn Chrystal in een
plaatselijke krant: "Exxon was de
maatschappij die het hardst tegen
de belasting heeft gevochten".
Decor
Dat was het decor, waartegen de
ramp van vorige week vrijdag moet
worden afgezet. De oliemaatschap
pijen wilden niet al te veel geld uit
geven aan rampenplannen, en ze
werden ook niet al te stevig onder
druk gezet om dat toch te doen.
Toen het dus vorige week vrijdag
met de Exxon Valdez echt grondig
misging, bleek pas goed dat de tes
ten met sinaasappelen toch geen
adequate voorbereiding op een
ramp van dergelijke catastrofale af
metingen waren geweest.
Vrijdag, zaterdag en zondag, de
eerste dagen nadat de tanker tegen
de grond was gelopen en dus de cru
ciale dagen, gebeurde er vrijwel
niets. Er werd weinig gedaan om de
stroom olie tegen te houden, weinig
om de al vrijgekomen olie op te rui-
De reden daarvoor: onvoldoende
mankracht en apparatuur kon snel
worden ingezet. Maar zondag be
loofde Frank Iarossi, president van
Exxon Shipping, ijlings de naar
Valdez afgereisde verslaggevers dat
de volgende dag krachtig zou wor
den ingegrepen.
Dat optimisme werd door de na
tuur zelf afgestraft. Maandag storm
de het in zuid-Alaska. Exxon moest
alle plannen laten varen, en Iarossi
moest een dag later voor het eerst
toegeven dat de olieramp onhan
teerbaar was geworden.
De opblaasbare vangnetten die
Exxon in het weekeinde rond de
Exxon Valdez had gelegd en die de
olie hadden moeten tegenhouden,
waren door de storm losgeslagen.
Als je nu boven de baai vliegt, zie je
hier en daar stukken van de vang
netten aangespoeld op stranden lig
gen, als draadjes oranje wol.
Tegelijk was de olie op drift ge
raakt, en diep in de Prins William
Baai terechtgekomen. Zo stond het
er maandagavond voor. Zo staat het
er nu eigenlijk nog voor. De olie kan
door de verspreiding in de baai niet
meer worden weggebrand, zoals
aanvankelijk het plan was. Chemi
caliën waarmee de olie wordt opge
lost, zijn om dezelfde reden ook
geen goed idee meer.
Wat nu nog kan worden gedaan, is
de ergste rommel van het waterop
pervlak scheppen. Tekenend daar
bij is, dat de vissers van de Prins
William Baai het voortouw hebben
genomen, en met harken en schep
pen de miljoenen liters olie te lijf
zijn gegaan. Voor de rest is het af
wachten tot de olie ergens aan
spoelt. Dan kan op .die stranden
worden schoongemaakt, letterlijk
strand na strand, kei na kei, worden
schoongemaakt.
In en rond de Prins William Baai is
een enorme verscheidenheid aan
dieren te vinden. Het is een kraam
kamer voor onder meer zalmen en
haringen. Zeeleeuwen en zeehon
den zijn er bij duizenden te vinden.
De baai is een van de weinige plaat
sen in Noord-Amerika waar de
speelse zee-otter te zien is. Toeris
ten reizen speciaal naar het gebied
om te zien hoe zee-otters, pp hun
rug in het water dobberend, op hun
gemak zojuist gevangen vis veror
beren.
Walvissen zijn in het water van de
baai te zien, en tal van vogels erbo
ven. Wat betekent het voor die uit
gebreide fauna dat door 'menselijk
falen' (de woorden van Exxon) de
Exxon Valdez tegen de grond liep?
De beelden zijn de afgelopen da
gen genoegzaam op de tv te zien ge
weest. De aangespoelde vogels met
hun warrige, aan elkaar geplakte ve
ren, de zeeleeuwen die op een door
zwarte olieplakken omgeven rots
waren gevlucht. Biologen maken
zich in het bijzonder zorgen om de
zee-otter. Die beschikt, anders dan
zeehonden en zeeleeuwen, niet over
een dikke vetlaag. Als het vel van de
zee-otter eenmaal door olie is ver
ontreinigd, dan is er geen natuurlij
ke bescherming tegen de waterkou
mee. en sterft het dier.
Het is verder de vraag wat er met
de voedselketen in e baai gebeurt.
Een deel van de oli lost namelijk
op in water, en zal z<in micro-orga
nismen terechtfcomn. Bioloog Pe
ter McRoy» van de lniversiteit van
Alaska in Fairbanks "Bij die oplos
bare delen van de oh zitten schade
lijke stoffen. Het is u de vraag waar
in de voedselketen n in welke hoe
veelheden die stdfen terechtko-
Bezorgd
welke vorm" Het is dit soort
vragen dat de inwoiers van een vis
sersdorpje alsTattlek zo bezorgd
maakt. In het g-otee dorp Cordova,
een klein halfuirtji met de Twinot-
ter verderop, if die >ezorgdheid niet
minder groot. Ooi dat dorp leeft
van de vis.
Het is een aider soort bevolking
dan die van Tatitlik. Het gaat niet
om Aleoeten, naarom blanke Ame
rikanen. Verasseid zijn de lange
haren en oor-ingei bij veel vissers,
verrassend hi vedvuldige gebruik
van termen as 'onze planeet'.
Maar dit zin g«en overgebleven
wereldvreerrie hippies. De inwo
ners van Codova hebben hun vis
serij groot ogezet veel commercië
ler dan die \in Tatitlek. Ze zijn bij
voorbeeld ret eigïn zalmkwekerij
en begonne. Juist in de komende
weken hadcn ze Triljoenen een-ja
rige zalmerwillei vrijlaten, maar
nu gaat datiiet d«or. De afgelopen
dagen hebbn de vissers van Cordo
va hard gekerkt om hun kwekerij
en met vagnetten af te schermen
tegen de alm aanwezige olie.
"Ik wee niet wanneer we die
zalmen kunen loslaten", zegt de
29-jarige Sotty Reed in de bar van
motel-restarant The Reluctanl
Fisherman "We kunnen ze in de
kwekerijeibijvoeren met vis. Dat is
duur, maazo blijven ze tenminste
voorlopig i leven".
"Maar dt is niet het ergst. Wat ik
het ergst vnd, is wat er vanochtend
gebeurde.Toen kwam mijn zoon
naar me te, en die zei: "Papa, bete
kent de oferamp dat ik niet met je
ga vissen,oals jij met jouw vader?"
Hij zwijgten kijkt naar het glas bier
voor hem Dan zegt hij: "God, dat
doet pas jjn".
TATITLEK - Generaties lang hebben de mannen en vrou- rijst en meel te kopen die ze nodig hadden. De rest van hun
wen van Tatitlek zo geleefd. In het seizoen, van aprü tot, leeftocht kwam van de stranden, uit de zee en uit de bossen,
met een beetje geluk, september, visten ze. Haring, heilbot, Mosselen en andere eetbare schelpdieren waren er altijd in
zalm, de Prins William Baai heeft er altijd vol mee gezeten, overvloed. Vissen kon je ook 's winters vangen, en anders
Het ene jaar was wel eens minder goed dan het andere, waren er altijd nog zeehonden en zeeleeuwen. Er waren
maar er werd toch altijd wel genoeg gevangen om de olie, eenden, en er werden wel eens herten geschoten.
Voor de 97 mensen die nu in Tatit
lek wonen, vrijwel allemaal horend
tot de Aleoeten en daarmee tot de
oorspronkelijke inwoners van Alas
ka, was dat tot het vorige weekeinde
ook de manier van leven waarmee
ze de volgende eeuw dachten te ha
len.
Maar nu niet meer. Doris Komp-
hoff, woordvoerster van het dorp:
"Na de ramp weten we het niet. Zul
len we weer kunnen vissen? Zijn de
schelpen nog goed of zijn ze mis
schien vergiftigd? Overleven de
zeehonden het? De zalm? Dat is on
ze grote angst: dat we niet meer
kunnen leven zoals altijd".
Tatitlek ligt maar enkele tiental
len kilometers verwijderd van de
oorzaak van de ramp. Een paar mi
nuten in de Twinotter - vliegen is,
naast varen, de enige manier om in
het dorp te komen, want er leidt
geen weg naar toe - en onder je
doemt de roestbruine Exxon
Valdez op.
Chocoladebruin
Pal naast die tanker ligt een tweede
tanker, de Baton Rouge. Al dagen
lang wordt olie uit de vastgelopen
Exxon Valdez naar de andere, net
iets kleinere boot overgepompt.
Tientallen miljoenen liters zijn zo al
van schip gewisseld.
Die olie zal de baai niet meer kun
nen vervuilen. Maar ook zo is het al
erg genoeg. De baai overvliegend
zie je overal de chocoladebruine
slierten ruwe olie in het water, als
de tentakels van een reuze-octopus.
Soms, als de zon erop schijnt, is er
een kleurige weerschijn. Daar is
niets moois aan, want dit water is
dood.
Laag vliegend, kun je op de grijze
stranden zwarte plekken zien. Rond
sommige van de vele honderden ei
landjes in de Prins William Baai is
zelfs een hele zwarte ring ontstaan.
Biologen en chemici die er zijn ge
weest, zeggen dat het om de vaste,
niet in water oplosbare bestandde
len van de olie gaat, om teer- en as-
falt-achtige substanties. Het zijn
dikke, kleverige zwarte plakken die
alles verstikken waarmee ze in aan
raking komen.
Die plakken, zegt Doris Komp-
hoff, zijn een symbool. "We zijn
bang dat met ons ook zoiets ge
beurt. Dat we ook verstikken. Nie
mand weet wat ons boven het hoofd
hangt. Niemand weet, of we net als
altijd van de natuur zullen kunnen
blijven leven".
Doolhof
Van een paar honderd meter hoogte
is de ramp van de Exxon Valdez be
ter te begrijpen. De Prins William
Baai blijkt dan een doolhof van ei
landen en waterwegen te zijn. Bo
venin de baai ligt het stadje Valdez.
Dat stadje is het eindpunt van de
pijpleiding waaruit elke dag weer
miljoenen liters ruwe olie stromen,
olie die afkomstig is van Amerika's
rijke olievelden in het barre hoge
noorden van Alaska.
De Exxon Valdez was vorige
week maar een van de vele tankers
die in Valdez aan de kraan ging. Met
de ruimen vol, werd de koers naar
wat ze in Alaska The Lower 48', de
rest van de VS op het Noordameri
kaans vasteland dus, ingezet. Nu
komt in de Prins William Baai, vlak
naast Valdez, de Columbia gletsjer
uit. Als je recht voor het uiteinde
van de gletsjer zou staan, zou je een
witte muur van ijs zien, waarvan zo
nu en dan een stuk afbrokkelt en in
het heldere water plompt.
Vanaf het uiteinde van de gletsjer
drijft dan ook een stroom van ijsber
gen langzaam de baai in. De meeste
zijn niet erg groot, maar sommige
hebben een doorsnee van toch wel
enkele tientallen meters.
Gregory T. Cousins, die laag in
rang was, maar niettemin vorige
week vrijdag de Exxon Valdez be
stuurde, omdat zijn kapitein dron
ken was, moet van zo'n ijsberg zijn
geschrokken. Hij gooide het roer
om, in een poging een botsing te
vermijden.
Dat bracht hem buiten de regulie
re doorvaari-route. Dat bracht hem
in een koers die recht op een ondiep
rif liep. De logboeken van de Exxon
Valdez laten zien, dat Cousins nog
uit alle macht heeft geprobeerd
weer terug te keren naar de vaar
geul.
Maar een tanker is nu eenmaal
geen fiets. Snel het stuur omgooien
kan niet. En dus liep de Exxon
Valdez tegen de grond. Acht van de
13 tanks scheurden daarbij open.
Veertig miljoen liter ruwe olie spoot
gretig naar buiten, de ongerepte
baai in.
Gevecht
Het is destijds nog een heel gevecht
geweest om de pijplijn naar Valdez
te krijgen. De vissers in de buurt
van Valdez en milieu- organisaties
wilden dat de olie uit het noorden
via Canada naar de staten in het zui
den zou worden gebracht en voer
den daarvoor hevig actie.
Zij waarschuwden dat de prins
William Baai gevaarlijk was, dat er
ijsbergen dreven, ondiepten waren,
en dat het er geweldig kon spoken.
"We voorspelden een ramp", aldus
Michael McCloskey, een van de ac
tievoerders van destijds, "en dat is
nu precies zo gebeurd als wij zei
den."
De Senaat, die uiteindelijk de
knoop moest doorhakken, besliste
in 1973 met 50 tegen 49 stemmen dat
de pijplijn toch naar Valdez zou lo
pen. Ze volgden daarin de bestuur
ders van Alaska. Banen, banen, ba
nen, daar ging het die bestuurders
om. En die kwamen.
Tegelijk kwamen er ook de eerste
zorgen. Want weliswaar hadden de
oliemaatschappijen plechtig be
loofd dat zich nooit een olieramp
van enige betekenis zou kunnen
voordoen, maar toch ging er zo nu
en dan iets mis. In 1977 al, slechts
enkele maanden nadat de pijplijn
officieel in gebruik was gesteld, lek
te 2000 liter olie uit de tanker Gla
cier Bay in de haven van Valdez.
Toen al bleek, dat er geen effectief
rampenplan was. Er was een tekort
aan mankracht, en een tekort aan
uitrusting.
Sindsdien is er meer olie in de
Prins William Baai gelekt. Het mi
nisterie van milieuzorg in Alaska
weet van 400 incidenten. In de
meeste gevallen ging het om kleine
hoeveelheden olie, veelal maar en
kele tientallen liters. Maar al die in
cidenten bij elkaar zijn de afgelopen
jaren toch voldoende geweest om
het ministerie en bijvoorbeeld ook
de kustwacht nerveus te maken.
Vissers repareren een fuik om krabben te vangen. Volgens traditie van
gen zij die in de buurt waar nu de tanker Exxon Valdez aan de grond liep.
De vissers zijn nu genoodzaakt naar zuidelijkere viswateren te trekken om
daar op zoek te gaan naar nog niet door de olie bedreigde krab. (foto afp)
laties in Valdez beheert en i
de grote oliemaatschappijen sa
menwerken, gevraagd of alle plan
nen wel klopten.
Sinaasappelen
Keer op keer kwamen er bemoedi
gende antwoorden. Er werden tes
ten gedaan. Dan werden grote hoe
veelheden sinaasappelen in het wa
ter gegooid, en dan werd gekeken
höe Alyeska die vruchten - die dus
olie moesten voorstellen - opruim
de.
Dat liep meestal wel aardig, maar
er bleef ook reden voor zorg. Alyes
ka leek, naarmate de jaren vorder
den, minder geld en mankracht aan
rampenvoorkoming te besteden.
Begin dit jaar, toen de tanker Cove
Leader in de haven van Valdez 8000
liter ruwe olie verloor, bleken ram
penplannen niét in staat te zijn om
te voorkomen dat de olie diep in de
baai terechtkwam.
FLEVOLAND - Het gaat
slecht met de akkerbouw.
Minister Braks voert een Eu
ropees prijsbeleid en daar
door dalen de prijzen van
graan en suiker aanzienlijk.
Voor de akkerbouwers is de
maat vol. Ze hebben al een
keer de trekkers uit de
schuur gehaald om naar Den
Haag te gaan. Een boer in
Flevoland opent zijn boe
ken.
"Ik ben bezig mijn eigen bedrijf op
te eten. Investeren kan eigenlijk
niet meer. En hoe lang gaat dat du
ren? Wie geeft me zekerheid dat het
over een paar jaar beter gaat? Dat
hebben we Braks nog niet eens ge
vraagd. De minister moet nu alleen
pas op de plaats maken en ons ak
kerbouwers enige tijd geven. Dat is
alles wat we vragen voor de nabije
toekomst".
door
Hans Melkert
Rudi Maerman (39) heeft zorgen,
zoals al zijn collega's in de akker
bouw. "Ik hoor dat sommige var-
kensboeren in Brabant, die het niet
meer zien zitten, zelfmoord plegen.
Er stappen ook al boeren uit de ak
kerbouw om een baan te zoeken.
Van zelfmoordgevallen heb ik nog
niet gehoord, maar ik weet wel, dat
het een aantal collega's financieel
tot zo zit". Zijn hand zweeft tot bo
ven zijn hoofd.
"In de Flevopolder zitten we nog
goed in vergelijking met collega's in
andere delen van het land, zoals in
de kop van Groningen. Wij pachten
hier in het nieuwe land van de rijks
dienst voor de domeinen en dat
scheelt een stuk met kopen. Er zijn
hier misschien wat minder bedrij
ven met gouden daken dan elders".
"Bij een groot aantal boerenbe
drijven heeft de bank het voor het
zeggen. De inkomsten uit suiker
bieten en granen hebben al lang te
voren een bestemming. Wat blijft er
dan over van het vrije ondernemer
schap?".
Investeringen
Een gesprek met de boeken op tafel.
Het is moeilijk een akkerbouwer te
vinden die dat wil. Kritiek leveren
op de regering, daar zijn ze allemaal
voor te vinden. Voor een demon
stratie halen ze de trekker uit de
schuur. Maar met financiële onder
bouwing uitleggen dat het echt niet
meer kan, dat is een andere zaak.
Rudi Maerman zegt 'ja' tegen het
verzoek, maar wil aan de andere
kant ook niet zijn hele boekhouding
in de krant.
Hij bladert in het accountantsrap
port over 1987-1988 en laat uitgaven
en inkomsten de revue passeren.
Uitgaven voor de teelt van gewas
sen 51.000 gulden, de pacht van on
roerend goed 31.000 gulden, overige
kosten onder meer die van finan
ciering 15.000 gulden, bijna een
ton bij elkaar dus. De inkomsten
aan gewassen komt op 146.000 gul
den en met wat kleine bedragen er
bij komt het totaal net boven de an
derhalve ton. Van het verschil moet
nog van alles worden gedaan. Daar
van moet bijvoorbeeld het gezin le
ven. Maerman heeft een vrouw en
drie schoolgaande kinderen.
Maar van dat geld moet ook wor
den geïnvesteerd in nieuwe machi
nes. "In 1982, toen ik het bedrijf van
mijn vader had overgenomen,
moest er een nieuwe trekker ko
men. Die kostte 35 mille. Dat kon ik
toen uitgeven. Nu heb ik een nieu
we zaaimachine nodig. Die kost
'maar' 10.000 gulden, maar daar
krijg ik slapeloze nachten van. Je
hebt het geld eigenlijk ook voor an
dere dingen nodig".
Geen nieuwe machine? "Ja, ik
kan in deze magere jaren de loon
werker laten komen. Dat kost ook
geld, maar niet^o'n bedrag ineens.
Maar ik hoop op betere jaren. Als
dan je apparatuur is verouderd, ben
je nergens. Dan ben je blij met goe
de apparatuur, zoals ik nu nog altijd
blij ben met die trekker uit 1982".
Geen vakantie
Maerman weet niet of de grote ak
kerbouwers het slechter hebben
dan de kleine. Zelf schaart hij zich
met zijn bedrijf van 22 hectare on
der de kleine. "De grote zitten finan
cieel wellicht wat steviger in het za
del. Bij ons drukt het direct op het
Boer in Flevoland legt de boeken op tafel
"■v';.'.
..V
Bedrijvigheid op een akkerbouwbedrijf.
gezin. Mijn vrouw werkt mee, de
kinderen ook. Je bent afhankelijk
van de hulp van vrienden. Dat is
noodzaak".
Het gezin is al een paar jaar niet
op vakantie geweest. "Ikzelf vind
dat niet zo erg, maar mijn vrouw en
kinderen denken daar anders over.
Maar het kan gewoon niet, zeker
niet nu we droogbloemen telen, een
produkt, dat net in de vakantietij d
moet worden geplukt".
Hij heeft droogbloemen in zijn
bouwplan opgenomen om de in
komsten te vergroten. "Ik kan niet
meer dan een halve hectare zetten,
maar het produkt is bij wijze van
spreken op het moment van zaaien
al verkocht. Het hoeft alleen maar
op te komen. Het meerendeel gaat
naar Amerika. Ik ben er blij mee,
want het is moeilijk bijzondere ge-
i te vinden, die je op een ren
dabele
kwyt kunt".
Bijprodukten
Hij kijkt naar collega's, die in de
groenteteelt zijn gegaan. "Met kool
en spruiten beconcurreer je de tuin
bouw. Dat is natuurlijk niet goed.
Want zelf verwijten wij het de melk
veehouders dat ze op ons terrein
werken. Maar groenten draaien ze
op de veiling door als er te veel
komt en dan heb je weer niks. Vlas
komt er nu in deze polder in. Dat
heb je jaren niet gezien, maar nu
En met de aardappels en de uien
hebben we onszelf een beetje de das
omgedaan door jarenlang bp kwan
titeit te telen en niet op kwaliteit.
Door de beste kwaliteit uit te voe
ren, hebben we nog een stuk van de
exportmarkt van aardappels gehou
den, maar met de uien is dat huilen.
En de binnenlandse consument
moppert soms terecht op de kwali
teit van de aardappels. Door de gro
te hoeveelheid is de kwaliteit er wei
eens bij ingeschoten en juist dat
produkt komt op de binnenlandse
markt. Verbetering van de kwaliteit
is pure noodzaak om de markt te
houden of terug te winnen".
De aardappel is voor Maermans
bedrijf heel belangrijk, zoals voor
zoveel akkerbouwers. "In die bran
che werken we nog met vaste con
tracten, zodat je zekerheid hebt.
Van de aardappels betaal je je vaste
lasten. Maar er worden ook al con
tracten zonder bodemprijs vastge
steld. Weg zekerheid".
Lachertje
Durft in deze tijd één akkerbouwer
zijn bedrijf uit te breiden. "Ik durf
wel, maar kan het niet. Kier verder
op houdt er iemand mee op. Hij kan
er niet langer tegenop en stopt, nu
de schuldenlast nog is te
Hij zoekt een baan en zijn
staat in eé winkel. Ik ben best ge-
ïnteressedd in die vrijkomende
grond. Di zou ik kunnen pachten.
Maar hebs rijksbeleid dat ik dan
eerst de gbouwen moet kopen. En
dus tweénhalve ton investeren.
Dat belei zit ons ook dvars als we
iets andrs willen. Als ik hier bij-
voobeelc een kippensshuur zou
willen buwen, moet ikserst de be-
drijfsgebuwen kopen. Dat noemt
de regeing privatiserei. We kun
nen gee kant meer uit'.
Het rilieu kost ook geld. Zoals
veel cobga's is hij het net de maat
regeleneens. "Spuite» tegen on
kruid, toeger een vasfe gewoonte,
doen w alleen nog alshet nodig is.
Spuitei tegen ziekten moet om je
produk goed te houd<n. Er zullen
best ardere middelen lomen, maar
ook darvoor moet deregering ons
en de vetenschap enig tijd geven".
Rud Maerman zou e ondanks al
les nie mee willen stopen. „Vroe
ger h© ik als loonweker gewerkt.
Ik heinner me nog d rust van de
baan net vaste urenen vaste in-
komsen. Maar ik berboer gewor
den ut hobby. Ik wil iet anders. Ik
heb e nog altijd heel eel plezier in.
Ik heb er alles voor ver en reken
nooil uit wat ik peiuur verdien.
Maai bedrijfseconorrsch gezien is
akkerbouwer zijn eei lachertje".
proberen de akkerbouwers het
Veel andere bijprodukten zijn er
niet, omdat de prijzen van de mees
te (peulvruchten bijvoorbeeld) ge
koppeld zijn aan die van graan. En
daar zit de kneep. De graanprijzen
zijn de laatste jaren naar beneden
gegaan, sinds 1984 met twintig pro
cent. "Mijn vader kreeg in 1968,
toen hij hier begon, meer voor het
graan en de kosten waren dik twin
tig jaar geleden natuurlijk bedui
dend minder". Een akkerbouwer
met op het bouwplan alleen graan,
aardappels en suikerbieten redt het
volgens Maerman niet meer.
"Behalve met het graan gaat het
met de bieten ook al jaren moeilijk.
Tempo-Team zit non-stop bovenop het
aanbod van werk. Daarom kunt u meest
meteen aan de slag. En als dat niet lukt,
gaan wij onmiddellijk in de slag om een bf
voor u te vinden!
P.S. Zoekt u trouwens werk?
Elders in deze krant vindt u onze personeelsacèrtentie.