OEKEN Nieuw SF talent komt te weinig aan de bak Droef einde van ruziënde dichters Leo Pleysier: groot en zuiver talent dat weet te ontroeren Sarum: holpartij door de historie Jeugdboeken die de uitersten van de tradities bevestigen LITERATUUR Twee vertalingen van een volslagen maf maar lollig boek WOENSDAG 22 MAART 1989 Echte science fiction-liefhebbers, de notoire fans, lezen zo mogelijk al les wat in hun genre al dan niet in vertaling uitkomt. Zeker de be ginnende SF-fanaat vindt alles prachtig en is niet in staat of bereid kritische normen aan te leggen. Hij heeft zich met hart en ziel aan het genre overgeleverd en is nauwelijks bij machte zijn lectuur gestreng on der de loep te nemen of te laten ne- Natuurlijk heeft de fan zijn favo riete auteurs, van wie hij alles leest en die hij nooit zal afvallen. Dat is de reden waarom uitgeverijen, als ze eenmaal een SF-schrijver hebben gevonden die in brede kring gele zen worden, behoudzuchtig te werk gaan. Vance, Asimov, Heinlein, Clarke, Tanith Lee het zijn au teurs van wie zoveel mogelijk wordt vertaald omdat de markt per defini tie gretig reageert. Van de schaarse uitgevers die SF in hun fonds hebben, is het vooral Meulenhoff die behoedzaam ook nieuwe en jongere toppers introdu ceert. Maar wel steeds met het zake lijke standpunt dat bij bewezen ver koopsucces, ook de "nieuwe" au teur tot op het bot moet worden af gekloven. Dat is een beetje jammer, omdat zo de diversiteit (het wemelt van voortreffelijke binnen- en bui tenlandse SF-schrijvers en -schrijf sters) niet voorop staat. Zoveel mo gelijk van hetzelfde, is de begerige koopmansleuze. Valt een auteur in de smaak, geef dan zoveel mogelijk van hem of haar uit, rijp of rot, dat maakt niet uit. De verblinde fan koopt toch wel. Helaas, want lang niet alles van de best verkopende auteur is van beste kwaliteit. Neem nou Tanith Lee, van wie nu al 12 titels in vertaling zijn verschenen. De laatste "aan winst" is Het Witte Serpent, derde deel in De Stormgebieder-trilogie. Het is logisch dat men een aaneen sluitende reeks ook volmaakt, daar niet van, en de eerste twee delen, Stormgebieder en Anackire, waren in hun kleur- en fantasierijke set ting meer dan genietbaar. Maar dit derde boek van de drieluik is een te genvaller. Het kost zo al moeite in herinnering te brengen wat in de vo rige afleveringen is gepasseerd, want die uitgaven zijn alweer flink gedateerd. Maar goed, waar het om ging (en gaat) is de macht van Anackire, de Slangegodin, die ook in dit derde deel centraal staat. Wat nu zo tegenvalt is (behalve het grote aantal ten onrechte onbe drukte bladzijden in mijn exem plaar) de chaotische structuur van Het Witte Serpent, plus (en dat is er ger) de aanwezigheid van allerhan de flodderig uitgewerkte persona- Hoofdpersoon lijkt de volmaakt gebouwde Rehger, de Lydiër, on verslaanbaar wagenmenner en gla diator van de zeestad Saardsinmey, een slaaf die het leven leidt van een vorst. Hij kan ook nog leuk boetse ren, is geliefd bij de vrouwen en weet zelfs het hart te winnen van een van Anackire's priesteressen, Aztira. Deze affaire luidt een vloed van allerverwardste gebeurtenis sen, achtervolgingen, queestes, rampen, vechtpartijen en onder gang in, die de lezer wel de adem be neemt, maar ook in verward onbe grip de wenkbrauwen doet fronsen. Een beetje, of liever heel wat teveel van het goede. Lee is een meeslepend schrijfster, maar helderheid en overzichtelijk heid van inhoud en structuur zijn bij haar geen prominente kwalitei ten. Daardoor is Het Witte Serpent een routineus, warrig boek gewor den dat geen andere functie heeft dan de trilogie vol te maken. Voor dezelfde kosten had ik liever een boek gelezen van een nieuwkomer. Cyberpunk Zo'n nieuwkomer is bijvoorbeeld Michael Swanwick, jeugdig lid van de zgn. cyberpunk-stroming, die van de doorsnee-SF enkel verschilt door de hartstochtelijke en actuele re thematiek. Zijn vorige boek, Bloeiend Vacuüm, bood inderdaad een nieuwe invalshoek met een cen trale combinatie van rationele doem-sf en fantastische-mensheid- in-de-toekomst. Zijn nieuwe roman, In de Zone, valt echter tegen, eveneens qua structuur. Het boek is een half sa menhangende anthologie van ver halen die zich afspelen in of rond de Zone, een kreupel en gemuteerd ge bied dat lijdt onder de gevolgen van de ontploffing van een kerncentra le, waardoor de Amerikaanse ge meenschap danig is verstoord. Veel actie en gruwelijkheden, maar op de zgn. "Spelers" (die een nieuw soort orde vertegenwoordigen) na is er weinig nieuws onder de geteister de zon. Gevestigd gezag contra re volutionaire, mystiekerige mafkik kers, daar gaat het ?o'n beetje om. Spannend natuurlijk, maar om van cyberpunk een werkelijk vernieu wende SF-stroming te fabriceren, is meer talent en een grootser per spectief nodig. Ik blijf nog even mopperen, deze keer. Ik ben altijd een warm pleitbe zorger geweest voor uitgaven van oorspronkelijk Nederlandstalige science fiction (een schrijver als Jan Kuipers bijvoorbeeld doet niet on der voor Swanwick in zijn afbraak- visioenen en is als fantasy-auteur beter en geestiger dan Vance en R. A. Lafferty samen). Alle lof ander maal naar Meulenhoff die ons.eigen talent regelmatig een kans geeft. Maar ook hier weer het eerder ge noemde bezwaar: niet alles van een goede (vaderlandse) SF-auteur is publicabel. Van Wim Gijsen die in het verleden zo overdonderend furore maakte met De Eersten van Rissan etc., kan niet anders gecon stateerd worden dan dat zijn latere werk, vooral de Deirdre-trilogie en het recente De Dromenwever, niet meer aan de veranderde, fellere en kleurrijkere eisen van de moderne SF voldoet. Hopelijk vergaat het een nieuw talent als Peter Schaap niet net zo. Met De Schrijvenaar van Thyll, in wezen zijn tweede fantasyroman, schaarde hij zich in een klap onder de groten van het MSF-fonds. Daar na pas verscheen Ondeeds de Lou tere, zijn eersteling, over het niet steeds gelukkige wedervaren van een boetvaardige kluizenaar. On deeds haalt het niet bij de Schrijve naar en wordt in zijn mystiek-reli gieuze sfeer die soms akelig doet denken aan Gijsen, enkel gered door een voor de Nederlandse SF kenmerkende en eigenlijk onmis bare humor. Niettemin zou het mooi zijn als de SF-afdeling van Meulenhoff, onder de nieuwe leiding van Jacques Post, meer en verspreide belang stelling toonde voor het eigen talent onder ons. Daar zit nog zoveel moois tussen, dat het uitmelken van bestaande fondsauteurs absoluut onnodig en zelfs verspilling is. ROB VOOREN Tanith Lee, Het Witte Serpent. Derde boek van de Stormgebiedertrilogie. Uitg. Meulenhoff, Amsterdam 1988, 29,50. Michael Swanwick. In de Zone. llitg. Meulenhoff, Amsterdam 1988, 17,50. Peter Schaap, Ondeeds de Lou tere. Uitg. Meulenhoff, Amsterdam 1988, 18,50. ieeuw strijd: er zijn in ieder geval grote anege- verschillen in opvatting tussen de episch gedicht van Anekdotisten, dichters als Faverey schrei', schilderes en schrijfster Charlotte Mutsaers. Alle drie deze figuren voelen zich dichter. Dat kan natuur lijk nooit goed gaan, vooral niet als ze samenkomen in een badplaats die 'De Haan aan Zee' heet. Dit ge dicht gaat dan ook over 'De Afgunst die Vriendschap' heet. Als de drie dichters elkaar tijdens het vakantie-uitstapje in De Haan aan Zee ontmoeten, is er nog wel sprake van een zekere solidariteit. Poëtische geesten onder elkaar, dat zit wel goed. Mutsaers schrijft: 'Met klauwen van staal kamt de leeuw/'s meeuws kop veertjes stijf van het zout. Dit/ geeft de meeuw Power Kraft, ook al kijkt de/leeuw hem te stout'. Er ontstaat ruzie tussen de drie omdat zij het niet eens kunnen wor den over het feit of de zee nu 'eeu wenoud', 'meeuwenoud', of 'leeu wenoud' is. Die ruzie wordt de drie dichters fataal. Het is verleidelijk om in dit door Mutsaers prachtig geïllustreerde gedicht het verhaal te zien van de 'strijd' die wij op het ogenbik mee maken tussen de verschillende richtingen in de dichtkunst. Nou ja, schreeuwers als de Maximalen. De strijd zelf wordt vooral aange bonden door de Maximalen. In dit gedicht wordt gesugge reerd dat zo'n strijd tevergeefs is en nergens toe leidt. Wie zich teveel verliest in gekissebis, verliest de poëzie zelf uit het oog. Dichters moeten zich bezighouden met het maken van gedichten, met het ma ken van een schoonheid die als het even kan tegen de tijd bestand is. Het getheoretiseer moet maar wor den overgelaten aan de literatuur wetenschap. Of Mutsaers het inderdaad alle maal zo heeft bedoeld, ik weet het niet. Dat is ook eigenlijk niet zo be langrijk. Het vers laat zich namelijk vooral lezen als een uiterst amusant relaas over drie verheven geesten, die toch niet zo verheven zijn als ze wel denken. Het plezier waarmee dit gedicht is geschreven lees je er in elke regel aan af. CEES VAN HOORE Meulenhoff. 1989. Het werk van de Belgische schrijver 'vriesbed' dat haar 'goed' moet hou- Leo Pleysier was mij tot voor kort den tot aan de begrafenis. En dat al- nog onbekend. Ik weet wel waaraan les is door Pleysier neergezet in een dat ligt. Zo langzamerhand ben ik zeer sappig Vlaams. Zo krijgen wij een aversie gaan ontwikkelen tegen het beeld van een vrouw, wier mond veel van wat uit België in boekvorm op ons afkomt. Er worden ons prali- het snoepje van de week. Met Pleysier der verhaal. Ik ben blij dat ik zijn nieuwste boek, 'Wit is altijd schoon', heb gelezen. Wat deze schrijver in dit boek laat zien, ge tuigt van een groot en zuiver talent, werk van Louis Paul Boon, met dit verschil dat Boon zijn ik-figuren scherper laat observeren, meer fee ling meegeeft voor het poëtische. Na het lezen van zo'n tachtig pagi na's small-talk in deze roman begin je je af te vragen: hoe zat het eigen lijk met het leven van deze vrouw, was zij gelukkig, had zij een goed huwelijk? Precies op tijd geeft Pleysier ons daar enig inzicht in. Langzaam laat hij de onheilspellende geluiden dit Haar precieze doodsoorzaak verhaal binnensluipen, wordt niet onthuld. Wel komen we prrnnn te weten dat ze al enkele jaren heeft J^roon getobd met haar gezondheid. Haar De zogenaamde 'epiloog', waarin de s bij elkaar zullen komen. En dat feestje moet goed verzorgd het echter een an- zijn. Hij kan iets wat tegenwoordig nog- dood kondigde zich aan toen zij tij- schrijver zelf aan het woord komt, i: Nu leent het onderwerp van dit boek zich daar misschien ook wel een beetje voor. Pleysier schrijft over de dood van zijn moeder. Maar het werk het mooie van 'Wit is altijd schoon' is dat het geen hyper-sentimenteel relaas is geworden. dens een visite bij een van haar de kroon op deze roman. In dat ge- vriendinnen niet goed werd. 'Het deelte toont hij voor het eerst de zal toch niet van de wafels komen?', diepe liefde die hij koestert voor vraagt ze zich af. En haar vriendin- zijn moeder. Aan haar kwebbel babbelen daar lustig overheen zucht, aan haar 'taalteveel', zou hij die wij kennen uit misschien wel eens zijn schrijver- Charlotte Mutsaers in gesprek met de schrijver Anton Korteweg, twee maanden geleden in Leiden. (foto Ellen Martens) Pleysier hoort in deze roman zijn dode moeder praten. Vanaf haar doodsbed kwettert ze er lustig op los. Haar gesprekken gaan over de laatste roddels die ze van haar kap ster in het dorp heeft gehoord, over de bloemen die ze op haar graf wil hebben, over de begrafenisonder nemer die haar wil opschepen met een purperen lijkwade en over het Samuel Beckett. Ze praten en praten maar, net als de moeder van Pleysier. Er mag geen stilte vallen. Deze roman is voor een flink deel gevuld met het soort zaken waarop 'onze moeders' het patent lijken te hebben. Wij, arrogante kwasten, noemen dat trivialiteiten. Maar als die moeders dood zijn, kijken wij daar toch even anders tegenaan. schap te danken kunnen hebben, z stelt hij. Het gekke is nu dat dat met deze roman natuurlijk ook wordt bewaarheid. Wat ik zo knap vind aan 'Wit is al tijd schoon' is de 'losse' structuur ervan. Nergens zie je de contouren van het 'skelet' door het verhaal heen komen. Daarnaast is de spreektaal die Pleysier zijn hoofd persoon laat bezigen goed Uit wat Pleysier zijn moeder laat dacht. Om dat laatste duidelijk te vertellen rijst het beeld op dorpssamenleving zoals wij die ook wel hebben leren kennen uit het Nieuwe uitgaven Non-fiction toonstelling die te zien is in het Ge- meentemuseum van Deurne. Uitge- Wat is er met de vrouwenbeweging verjj gUN f39,50. gebeurd?'. Bekende Nederlandse feministen doen een poging die Jeugdboeken 'Krik' door Mipe Diekmann. Over Rik, de jongste koningszoon die al leen goed is in spelletjes. Uitgeverij Leopold f24,90. ■Een boswachter in de sneeuw' door Burny Bos. Ko gaat op winter sport. Uitgeverij Leopold f24,90 atten in net hangen aan de kleine haakjes van zeshonderd boekenpagina's: zelfs incidenten. Geschiedschrijving a,,*v gemakkelijk en vloeiend schrij- blijft beperkt tot enkele alinea's ■Roel en de rode kwalkop' door vendaoteur als Edward Rutherfurd daarna keren we weer terug den van vijf families, die door rivali teit, ambities en huwelijken kaar worden geklonken. Maar in de haast van deze holpar- werkelijkheid is kunnen maken, moet ik Nederlandse spreektaal duiken. Wie zijn oor hier in Nederland te luisteren legt, zal in de gesprekken van de mensen vaak de herhaling 'Ik zeg' tegenkomen. 'Ik zeg tegen Mien, ik zeg' - zo wordt er ongeveer gesproken. Ook bij de moeder van Pleysier is zoiets dergelijks het ge el- val. Maar de schrijver heeft heel goed begrepen dat literatuur geen getrou- vraag te beantwoorden. Uitgeverij Nijgh Van Ditmar. f24,90. 'Déja vu'. Autobiografie van de bekende popzanger David Crosby. Uitgeverij Center Boek f34,50. Hier ben ik'. Teja Spanjers over anorexia en bulimia nervosa (vor men van eetverslaving). Uitgeverij An Dekker f29,50. 'Bomenboek' door Kees Duinker. Wetenswaardigheden over 17 in Ne derland voorkomende boomsoor ten. Uitgeverij Bosch Keuning. f27,50. 'Baanbrekende brieven. Uit het le ven van een sollicitant'. Clemens van Diek schrijft met grote regel maat op diverse advertenties. Een bundeling van zijn meest opmerke lijke brieven. Uitgeverij de Haan f 14,90. 'Schuld?' door Hans Koekoek. In terviews over schuldgevoelens en de verwerking ervan. Uitgeverij Fontein f 19,50. 'Kanjers' door Mary Michon Karei Eykman. De tekst van de ge lijknamige tv-serie over jongeren en seks. Uitgeverij Anthos f 17,50. 'Betere economie, de nieuwste eco nomische inzichten'. H. Dalebout presenteert opmerkelijke economi sche theorieën, die moeten leiden tot uitblijven van recessie en af schaffing van de werkloosheid. Uit geverij Het Havenhoofd Amster dam, f34,75. 'Stiefdochters van de tijd'. De Britse historica Rosalind Miles voert onbekende en miskende vrouwen ten tonele die hun stempel op de geschienis hebben gedrukt. A.W. Bruna Uitgevers f39,90. 'Het Oosterse tapijt' door Jon Thompson. Uitgeverij Gaade. 'KLeur' door Paul Zelanski en Mary Pat Fisher. Over 'principe, theorie en toepassing' van kleur. Uitgeverij Gaade f 49,50 - 'Toekang Potret' door Anneke Groeneveld. 100 Jaar fotografie in Nederlands-Indie— 1839-1939. Uit geverij Fragment f70,- 'Het oog in het wild. Surrealisme en schilderkunst' door Melissa de Vreede. Uitgeverij SUn f 16,50. 'De automatische verbeelding. Ne derlandse surrealisten'. Catalogus behorend bij de gelijknamige ten- Leonie Kooiker. Roel doet 'De macht van de Roos' door Doris Heiemann. Vervolg op het vorig jaar verschenen 'De Tocht naar morgen'. Uitgeverij Christofoor f27,90. 'Mijn moeder was een rode vlam' door Frank Herzen. Historische jeugdroman die zich afspeelt in het veertiende-eeuwse Ierland en Wales. Uitgeverij Christofoor f24,90. 'Het vredeskind' door Ann Phi lips. Historische roman uit de tijd van de grote pestepidemie, waarin een zogenaamd vredeskind als mid delaar tussen twee families staat. Uitgeverij Christofoor f24,90. 'Womir de kleine trol' door Jenni- ne Starring. Een vrolijk trollen ver haal, waarin Womir de opdracht krijgt de mensen wat verstandiger te maken. Uitgeverij Christofoor per-uitvinding. Uitgeverij Leopold 'Blootje spelen' door Nannie Kui per. Geen kleren- geen ruzie. Uitge verij Leopold f 17,50. heeft daar duidelijk moeite zijn omvangrij ke saga 'Sarum' begint op de helft de dertiende eeuw en eindigt in 2 dagen. In het eerste deel van ruim persoonlijke ervaringen van de le- ■Spoken zijn niet zwartdoor Kees Stip. Ankie, Paul, Bim en het "'or> QQ" nnn hondje Flosje in de hemel. Uitgeve rij leopold f 19,50. Literatuur 'Cinema literair. Film landse literatuur' samengesteld door Rob Schouten. Uitgeverij Agathon. 'Verzameld werk deel 7, de dialogen van Kratylos Parmeenides'. Uitgeverij De Drie- w°Sen eem hoek f32,50. lotgevallen 'Het proces'. Heruitgave van de meest bekende boeken wenlange aanloop genomen, voor Rutherfurd zelf het startschot liet klinken in de ijstijd. In dat voor ons donkergrijs verleden begon de geschiedenis van de Britse stad Sa- de Neder- lisl3ury- Daar tegen ook de wortels de vijf familie die later het beeld in zijn verhaal bepalen. Maar wanneer men - zoals in het Platoon tweede deel van 'Sarum' gebeurt - de historie van de laatste zeven be wogen eeuwen wil bundelen in de die enkele families stad, dan kan het haast niet anders over de schrijver vervalt in Frank Kafka. U.tgeverij Amber an£d°tea-ngenten f34,50. Grote conclusies worden opge- Net verschenen: Leiden, een beeld van de sleutelstad 29,90. Over hedendaags Leiden met veel foto's en tekst in Nederlands, Duits en Engels. Prinsessekade 3-4 2312 DA LEIDEN TEL. 071-140208 tij door de Engelse geschiedenis we weergave van die spreektaal do- krijgt de lezer eigenlijk nooit de delijk vervelend zou zijn voor de le- kans iemand'iets beter te leren ken- zer. Hij heeft dan ook een zeer wel- nen. Zijn of haar drijfveren worden overwogen keuze gemaakt van het ons verteld, we kunnen ze niet con- Vlaamse dialect en een en ander cluderen uit hun gedragingen. Daar goed gedoseerd. Dat is erg knap. ontbreken tijd en ruimte voor. 'Wit is altijd schoon' is mede daar- Natuurlijk is het boeiend kennis door een boek geworden dat je, als te nemen van de vele facetten dijt? niemand kijkt, even moet zoenen, het lot van Salisbury en zijn bewo- Met een dikke strot van ontroering ners hebben bepaald, maar ik blijf heb ik het uitgelezen. Laat het u toch met het onbevredigende ge- daarom niet ontgaan. En probeer voel zitten, dat eigenlijk niemand net als ik ook al het andere werk van goed aan zijn treklken komt. De his- deze rasschrijver te pakken te krij- torisch geïnteresseerde lezer niet, gen. omdat hij teveel op zevenmijlslaar- Ik vraag me af waarom De Bezige zen door de historie hinkelt. En de romanliefhebber niet, omdat de de belevenissen van de hoofdpersonen te oppervlakkig blijven. Ze leven nooit langer dan een klein aantal pa gina's. KOOS POST (Edward Rutherfurd: 'Sarum 2'. Van Holkerna en Warendorf 34,90).) Bij zo'n tamtam heeft gemaakt over debutant Schoenmakers, terwijl z met Peysier pas echt een juweel i huis hebben. CEES VAN HOORE 8oekhandeis: Breestraat 93,2311'CK Leiden. Tel. 071-160500. Leidse Rein AZL, Rijnsburgerweg 10.2333 AA Leiden. Tel. 071-160515. Vertalen is vaak ondankbaar werk. Alleen als het opvallend slecht ge daan is, valt het op. Het verschijnen van het Engelse kinderboek "How Tom Beat Captain N^jork and his Hired Sportsmen" in onze taal is een prachtige gelegenheid om twee 'normale' vertalingen tegenover el kaar te zetten. In 1975 verscheen bij uitgeverij Boelen dit boek van Russell Hoban in een Nederlandse bewerking van Hans Plomp; "Hoe Tom won van Kapitein Najork en zijn Gehuurde Sportlingen". Onlangs verscheen een nieuwe vertaling door Jan Kuij- per bij uitgeverij Querido: "Hoe Tom won van Kapitein Van Urk en zijn sportieve huurlingen". Het is een absurd verhaal; het jon getje Tom houdt zich niet aan de re- gens door Tom gekoppeld aan zijn gels van zijn strenge tante. Die haalt tante. de kapitein en zijn sportlui erbij om Alleen de vertaling van de titel hem een lesje te leren. Tom moet door Hans Plomp is al beter: de het tegen de mannen opnemen in prachtige vondst: "gehuurde sport- een stel volslagen onduidelijke lingen" sluit beter aan bij het absur- wedstrijden, die niets te maken de van de tekst dan Kuijpers "spor- hebben met bekende sporten. De tieve huurlingen". Deze omdraaiing kapitein verliest en wordt vervol- Vroeger lag bij jongensboeken de gaten en de geheime dienst allemaal nadruk op de afwisseling van span nende gebeurtenissen, bij meisjes boeken ging het vaak om de psy chologische opbouw. Beide soorten zijn lang verbannen geweest, maar onlangs verschenen twee exponen- 'Het verre strand' van Ruth Harris is uitgegeven door uitgeverij Clavis - en is het absolute tegendeel van Ho- ten van deze genres bij Vlaamse uit- rowitz' boek. het trage, stroperige geverijen. begin over de Engelse zusjes Pur- cell op het Engelse platteland past natuurlijk prima bij de tijd waarin het begint: 1910. De vier aristocrati sche wezens blijven onder toezicht een dominee wonen in hun duidelijk 'afgekeken', heeft een negatieve klank en is minder speels. In de vertaling van Plomp is Tom aan het "dollen met tonnen in steeg jes". Kuijper laat hem "rommelen met tonnen in stegen". Ook hier sluit het positieve "dollen" beter aan bij het speelse gedrag van Tom dan het negatieve "rommelen". Bovendien zitten er in Kuijpers De volwassenwording van het vertaling enkele anglicismen zweverige meisje Sarah loopt paral- ("wees voorbereid"/ "glipbal leek lel met het aardser worden van het °P sommige soorten van verhaal. Twee broers sneuevelen en Tijdens de idiote spelen, overi- de derde kan na de oorlog zijn draai gens prachtig getekend door Quen- niet meer vinden in zijn oude *in Blake, probeert de nieuwe verta- milieu. Het beschermde werelcfie ling net iets te duidelijk te zijn. In de meisjes moet reageren op de het oude boek krijgt de fantasie i Het verre strand: stroperig. Een typisch jongensboek is 'Kernenergie voor de duivel' van Anthony Horowitz. Deze Britse veelschrijver heeft een zeer speci fieke stijl, die wel is omschreven als landhuis. Het leven van het jongste geschreven stripverhalen. De intri ges voor de ontvoerde jongen Mar tin volgen elkaar in zo'n moordend over de verhoudingen tussen de tempo op, dat de lezer na de laatste zusjes onderling en de relatie met bladzijde even een kwartiertje moet de familie van de dominee, nahijgen, om vervolgens tot de con clusie te komen dat hij de tijd niet heeft gehad om te controleren of de vertelling wel goed in elkaar zit. Moordpartijen, geesverschijningen, sekten, verlaten kerncentrales, kin deroffers, duivels, een soor zwarte ellende die van buitenaf komt. Een boek voor fijnproevers die kunnen genieten van beschrijvingen van subtiele gevoelens. Want na 226 pa gina's zijn het mensen van vlees en bloed geworden en kijk ik uit naar het tweede deel van deze serie, waarin dezelfde gebeurtenissen be- genmalboet ruimte. Plomps vertaling mag dan speel ser zijn en beter passen bij de sfeer van het verhaal, de vertaling van Kuijper 'loopt' beter. Maar in beide vertalingen blijft het origineel van Russell Hoban en Quentin Blake overeind: een volsla- met taal- ÜÜ"±Unt Va" d° e'gen2inn,ge 0ud" gevoelige k.nderen vanaf een jaar of vijf een hoop lol mee te hebben. De oudste zus heeft nogal femi nistische ideeën, die botsen met de belangen van de oudste zoon van de dominee, op wie ze verliefd is. Ook Sarah ontdekt bij zichzelf warme Ho£ gevoelens voor die zoon. cuv VICTOR FREDERIK VICTOR FREDERIK "Hoe Tom won van Kapitein van Urk en zijn sportieve huurlingen", door Russell Hoban, illustraties Quentin Blake, vertaling Jan Kuijper. Uitgeve rij Querido 19,90.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 11