Glas in lood Vergeten' kunstvorm
Grote-stads-ervaring Suver Nuver
PODIUMBLIK
DINSDAG 21 MAART 1989
KUNST
PAGINA 21
Redactie Pieter C. Rosier
LEIDEN Toneel en cabaret deze
week in de Leidse theaters met op
tredens van o.a. de Vlaamse 'dui
zendpoot' Tom Lanoye en het Ne
derlandse 'theaterdier' Adelheid
Roosen.
Adelheid Roosen
Een nieuwe combinatie in de Ne
derlandse theaterwereld: Marcel-
Ie Meulemans en Adelheid Roosen.
Marcelle Meulemans is regisseuse
bij Theater Persona en Adelheid
Roosen is vooral bekend op het ca
baretpodium. Samen hebben ze
een voorstelling gemaakt naar
aanleiding van het boek 'Het uur
van de ster' van Clarice Lispector.
'Van top tot teen te trillen' is de
nieuwsgierigheid oproepende ti
tel van de voorstelling, die woens
dag- en donderdagavond in het
LAK-theater is te zien. Met deze
voorstelling gaat een wens van
Adelheid Roosen om in haar leven
elke keer opnieuw iets anders te
doen weer eens in vervulling. En
Marcelle Meulemans is voor een
experiment altijd wel te vinden.
De Braziliaanse schrijfster Cla
rice Lispector (1925-1977) heeft
meer dan eens verklaard dat dat
schrijven een mysterie is. Wat ze
voelt probeert ze door middel van
geschreven taal te registreren.
Haar verhalen hebben daarom
vaak geen begin of einde; veelal
gaat het om losse impressies.
Lispectors personages zijn
meestal vrouwen of meisjes, die le
ven in een op het eerste gezicht
perfect georganiseerde wereld,
waarin ze overbodig zijn. Hun be
hoefde aan vrijheid en onconven
tioneel leven wordt onderdrukt.
Door een incident dat de dagelijk
se sleur doorbreekt, komen ze met
een schok tot inzicht in de leegde
van hun bestaan.
Een citaat uit Lispectors boek:
'Omdat niemand haar verwende,
laat staan zich met haar verloof
de, zou ze zichzelf een verwennen.
Dat deed ze door een nieuwe lip
penstift te kopen terwijl ze er geen
nodig had; dit keer geen rozerode
zoals ze al had, maar een felrode.
Op de wc op kantoor verfde ze
haar hele mond rood, tot over de
omtrek, zodat haar dunnen lip
pen dat aantrekkelijke van die
van Marilyn Monroe zouden krij
gen. Toen het klaar was, bleef ze
in de spiegel kijken naar de ge
daante die haar op haar beurt ge
schrokken aankeek. Want in
plaats van lippenstift leek het of
er stroperig bloed uit haar lippen
opwelde omdat iemand haar mid
den in haar gezicht had gestompt,
haar de tanden uit de mond had
geslagen, zodat ze hevig bloedde'.
Suver Nuver
Omdat er verder deze week in het
LAK geen voorstellingen zijn en
kort na Pasen Suver Nuver naar
dit theater komt, vestigen we nu
(foto pr)
maar vast de aandacht op twee
voorstellingen van deze Friese
mimegroep medio volgende week.
De groep, die in het vorige seizoen
de Nederlandse Mimeprijs ont
ving, brengt op 29 en 30 maart het
programma 'Gleon'. De drie jonge
Friezen laten hierin zien hoe zij
zich - dit in tegenstelling tot hun
vorige programma dat hun plat
telandsachtergrond als uitgangs
punt had - voelen als bewoners
van de grote stad. De vorige keer
trok de groep zich terug op Ame
land om in een rustieke omgeving
aaji haar produktie te werken.
Ditmaal kozen de spelers een flat
in de Bijlmermeer als werkruim
te. Hoewel Suver Nuver in de eer
ste plaats bewegingstheater
brengt, spelen ook andere elemen
ten een rol. Zo hebben de 'met zorg
gekozen' teksten een belangrijke
functie. Elders op de pagina meer
over dit jonge Friese gezelschap.
Tom Lanoye
De Vlaamse 'duizendpoot' Tom
Lanoye geeft vanavond, zoals al
eerder aangekondigd, een voor
stelling in de Leidse Schouwburg.
Lanoye komt niet in de eerste
plaats als schrijver met een sterk
groeiende populariteit naar deze
stad, maar als performer, zanger,
acteur en cabaretier, kortom als
theaterman. 'Barokke romantiek
uit Belgie als antwoord op het so
bere calvinisme uit Nederland', zo
laat het Parool in een recensie we
ten. 'Zijn presentatie getuigt van
perfecte zelfbeheersing', zo is de
mening van Trouw. 'De veelzijdi
ge Lanoye kan met dit program
ma maar in één vakje worden ge
plaatst, het vakje Tom Lanoye', zo
schrijft de Volkskrant. 'Een gedre
ven show, waarin tekenfilms,
poppenkast, Edith Piaf de schone
letteren en het uitgaansleven een
rol spelen', zo staat in de pro
grammatoelichting te lezen.
Brigitte Kaandorp in haar ca
baretprogramma 'Kouwe druk-
Brigitte Kaandorp
De onderkoelde, wat sullige hu
mor van Brigitte Kaandorp. Het
publiek komt er op af als vliegen
op de strooppot. Stond men vorig
jaar in de rij voor de kassa van de
Leidse Schouwburg om aan een
kaartje te komen voor Kaandorps
programma 'Kouwe drukte', nu
neemt de cabaretière drie avon
den achtereen - donderdag, vrij
dag en zaterdag - bezit van het
theater aan de Oude Vest. En weer
hoeft Kaandorp niet bang te zijn
voor gebrek aan belangstelling.
Integendeel, haar gasten - het to
neel is Kaandorps huiskamer,
slaapkamer en keuken tegelijk -
stromen opnieuw toe om vervol
gens te worden getracteerd op
dwaze verhalen en minstens even
dwaze liedjes.
Kindertheater
Het (Antwerpse) toneelgezelschap
Ivonne Lex verzorgt dinsdagmid
dag 28 maart een kindervoorstel
ling in de Leidse Schouwburg. Op
het programma staat 'Alice in
wonderland' naar het bekende
verhaal van Lewis Caroll. Zang
en dans. humor en spanning bege
leiden kleine Alice bij haar reis
door dromenland. Aanvang 14.30
Theatergroep Schrikkel staat
op woensdagmiddag 29 maar in
de Kapelzaal van K&O. De ac
teurs Erik Siebel en Jaap Slag
man komen er met de voorstélling
'Een varrassing voor buurman'.
Het gaat om een combinatie van
toneel, acrobatiek en mime. De
voorstelling stond gedurende de
kerst- en voorjaarsvakantie ook
op het K&O-programma, maar
was toen ruim van tevoren uitver
kocht. Vandaar een herhaling in
de paasvakantie. Aanvang 14.30
AMSTERDAM (GPD) - Hoe
vergaat bet drie jonge Friezen
in een metropool als Amster
dam? Mimegroep Suver Nu
ver, winnaar van de mime
prijs 1988, heeft het contrast
tussen het Friese platteland
en de wereldse hoofdstad als
uitgangspunt genomen voor
haar voorstelling Gleon, uit te
spreken als gleujen. De groep
geeft op 29 en 30 maart voor
stellingen in het LAK-theater.
door
Gerdie Snellers
Om de grote-stads-ervaring in op
tima forma te ervaren besloten
Dette Glashouwer, Henk Zwart
en Peer van den Berg een flat te
huren in het meest grootstadse-
deel van die grote stad: de Bijl
mer. Twee en een halve maand
bewoonde de groep een kale flat
op de negende verdieping van
Egodonk, om daar de naar ver
wachting diverse buitenwereld te
ontmoeten. Maar wat bleek: alle
unieke mensen, samenlevings
vormen en vreemde culturen die
in de Bijlmer verblijven gingen,
althans in dat bewuste flatge
bouw, net zo op in de anonimiteit
als de drie nieuwe bewoners zelf.
Dette Glashouwer: „We had
den toch verwacht dat we af en
toe vreemde geluiden zouden ho
ren of in elk geval vreemde lucht
jes zouden ruiken, maar je hoort,
ziet of ruikt daar helemaal niets.
Ja, als je veel moeite doet kun je
vanaf je balkon nog net wat wei
landen waarnemen, maar daar
mee hpudt het wel op."
Misverstand
De enige confrontatie met enkele
flatbewoners was het gevolg van
een misverstand. Want de spelers
mochten de buren dan wel niet
horen, andersom lag dat blijkbaar
toch anders. Niet ingelicht over
de verhuur aan een mimegroep,
gaf de combinatie van vrouwen-
gehuil, gesmijt met stoelen en an
der kabaal de buren het vermoe
den dat een sekte merkwaardige
rituelen in de flat aan het uitvoe
ren was. Een gedelegeerd groepje
verontruste bewoners besloot
polshoogte te gaan nemen en los
te het misverstand op.
Om de beperkte vrijheid van de
omgeving nog voelbaarder te ma
ken dan ze ad was koos de groep
de hal van de flat tot centrale
speelruimte. Peer van den Berg:
„Voor onze vorige voorstelling
hebben we onder meer in een ge
vangeniscel gerepeteerd, maar
deze ruimte voelde meer als een
gevangenis dan de echte cel. Je
voelt je opgesloten en weggestopt
in zo'n flat. En doordat de verwar
ming centraal geregeld is, was het
er ook nog stervens benauwd."
Aan het verblijf in de flat lag
geen vaste dagindeling ten grond
slag. De drie groepsleden gaven
elkaar improvisatie-opdrachten,
hielden interviewtjes met elkaar
over onderwerpen als 'de inrich
ting van de huiskamer van je ou
ders', 'schaamte' of algemener 'je
verleden', en speelden met bewe
gingen en niet te vergeten de stoe
len en tafels. Zo ontwikkelde zich
langzaam een voorstelling met
een vaste structuur.
Het verschil met de eerste voor
stelling van de groep die net als
de groep zelf Suver Nuver heette
is volgens Henk Zwart groot:
„Toen waren we al bezig met de
voorstelling voordat we aan de re
petities begonnen. Nu zijn we
meer blanco bij elkaar gaan zit
ten. We zijn een stap verder dan
Suver Nuver, wat niet wil zeggen
dat het per se beter is." Peer van
den Berg: „We merken dat we^
door die prijs hoge verwachtin-'
gen scheppen en het is maar de
vraag of we die helemaal kunnen
waarmaken."
Henk Zwart, Peer van den Berg en Dette Glashouwer vormen gedrieën de mimegroep Suver Nuver. (foto gpdi
Glas in lood. Dat roept tweeërlei associaties op: beroemde kathe
dralen aan de ene kant, woningen met een ietwat burgerlijk sfeer
tje anderzijds. Glas in lood is echter heel wat meer dan dat alleen:
het is in bepaalde perioden een van de meest gepraktiseerde vor
men van toegepaste monumentale kunst geweest. Het is ook tot
voor kort één van de minst bestudeerde kunstvormen geweest.
Daarin is nu verandering gekomen: een groep studenten van de
Leidse universiteit en de VU in Amsterdam heeft onder leiding
van drs. Carine Hoogveld de geschiedenis van de glas in lood-
kunst van 1817 tot 1968 onderzocht en beschreven in een monu
mentale studie.
In het kader daarvan wordt de komende maanden een vijftal
tentoonstellingen gehouden, opgezet door de Rijksdienst Beel
dende Kunst en de Rijksdienst voor Monumentenzorg. De eerste
daarvan is op het ogenblik - onder de titel Licht en Lood - in Slot
Zeist te zien; de Zeister stichting voor Kunst en Cultuur heeft
meegewerkt aan de organisatie. De expositie is gewijd aan de op
komst van de Nederlandse glas in lood-kunst na 1945. De volgende
tentoonstellingen gaan over het ambacht van de glazenier (Ge
meentemuseum Helmond), de herontdekking van de glasschil
derkunst in de negentiende eenw (Commanderie van St. Jan,
Nijmegen), glas-in-lood in het zuiden (Kempenland, Eindhoven)
en gemeenschapskunst en symbolisme (Drents Museum, Assen).
Onderwerp van boek en vijf tentoonstellingen
ZEIST/LEIDEN De geschiedenis
van de glasschilderkunst heeft een
merkwaardig verloop gekend. De
meest tot de verbeelding sprekende
periode is die van de Middeleeuwen
tot het einde van de zestiende eeuw.
Een periode, waarvan het begin ge
markeerd wordt door de zogeheten
'profetenramen' van de Dom van
Augsburg, de oudste compleet be
waard gebleven vensters daterend
uit de elfde eeuw en de renaissan-
ceramen in de St. Janskerk de
Gouda, de fameuze 'Goudse Gla
zen' van Dirck en Wouter Crabeth,
daterend uit het einde van de zes
tiende eeuw.
door
Hans Lutz
In die periode is de techniek van het
glasschilderen en het in lood vatten
ontwikkeld. In wezen een eenvou
dige techniek: uit stukjes gekleurd
glas wordt de voorstelling opge
bouwd, waarne de details met gri
saille worden aangebracht. Deze
grisaille is samengesteld uit potas,
kalk, loodmenie, veldspaat, kwarts,
boorzuur, borax, ijzer- of koperpoe
der, arabische gom, vluchtige oliën,
suiker of terpentijn, met water of
wijnazijn verdund. Dit bijna alche
mistisch mengsel wordt, nadat het
op het gekleurde glas is aangebrand
tot 620 graden verhit, waarbij het
zich vastbrandt op het glas: ge
brandschilderd glas.
Die techniek werd in de loop van
de jaren verbeterd en uitgebreid:
vernieuwingen die de glazeniers
een steeds grotere vrijheid gaven.
Van een mozaiek van gekleurd glas,
waarbij de loden strips de contou
ren van de voorstelling moesten
volgen ontwikkelde zich een glas
schilderkunst die het karakter
kreeg van een schilderij op glas.
In de zeventiende eeuw ging de
techniek van het 'schilderen met
glas' vrijwel verloren. Enerzijds
kwam dat door de ontdekking en
toepassing van de emailleverven.
Daarmee kon weliswaar het glas nu
in complete vrijheid worden be
schilderd, maar de kwaliteit'er van
was inferieur: door het inbranden
van de emailleverven ontstonden
doffe, gesluierde kleuren, die bo
vendien gaandeweg van het glas af
vielen. Bovendien werden in de ze
ventiende eeuwse godsdienstoorlo
gen nagenoeg alle fabrieken van ge
kleurd glas (vooral in Lotharingen
en Bohemen gevestigd) verwoest,
waardoor het meest essentiële ma
teriaal voor het glas in lood ver
dween.
Maar belangrijker oorzaak was de
verandering in de samenleving: de
opkomst van het protestantisme en
de daarmee gepaard gaande Beel
denstorm. De rooms-katholieken
verloren hun kerken - en daarmee
verdween de voornaamste plaats
waar gebrandschilderd glas werd
toegepast - en het protestantisme,
als religie van het woord, had geen
enkele behoefte aan de versiering
met beelden van de gebedsruimten.
Uit tal van kerken werden de ge
brandschilderde ramen weggesla
gen.
Bovendien veranderde het karak
ter van de bouwkunst in het alge
meen: het classisisme vergrootte de
behoefte aan helder daglicht in de
ruimte. Veel gekleurde beglazingen
werden verwijderd. Het resultaat
was voorspelbaar: door het uitblij
ven van opdrachten ging de vak
kennis verloren, door het gebrek
aan belangstelling werden de nog
bestaande 'glazen' verwaarloosd.
Toen in 1790 tijdens een storm één
van de glazen uit de Goudse kerk
werd gerukt was er in heel Europa
geen glazenier meer te vinden die
de ramen kon herstellen.
Opbloei
In het begin van de negentiende
eeuw begon een periode van op
bloei. De hernieuwde belangstel
ling voor de gothiek speelde daarin
natuurlijk een belangrijke rol. Er
werd in verschillende landen en on
afhankelijk van elkaar geëxperi
menteerd met technieken en procé-
dé's om de 'geheimen' van de glas
schilderkunst te achterhalen. In Ne
derland waren het de Nijmeegse
huis- en rijtuigschilder Pieter Pe
ters en Jacobus baron van Rijc-
kevorsel en zijn zoon jonkheer Jan,
die het glasschilderen nieuw leven
inbliezen. Ze ontwikkelden in ja
renlange experimenten en in regel
matig contact met buitenlandse ge
lijkgestemden opnieuw de juiste
technieken en ze legden zo de basis
voor een herleving, die in Neder
land sterk werd beïnvloed door de
emancipatie van de katholieken in
de tweede helft van de negentiende
eeuw: vanaf het herstel van de Bis
schoppelijke Hiërarchie in 1853
werd het kerkgebouw een trots
symbool van religieuze vrijheid.
Het is de periode van Alberdingk
Thijm, de literator die de gotiek als
christelijke stijl onder de aandacht
bracht, en van zijn zwager, bouw
meester Pierre Cuypers. Cuypers
zette Nederland vol met neo-gothi-
sche gebouwen, waarin de gebrand
schilderde ramen een belangrijke
plaats innamen. Er ontstonden
twee 'scholen' in het katholieke
kamp: die van Cuypers - die behalve
de bouw ook de inrichting in eigen
hand wilde houden en daartoe in
Roermond een kunstwerkplaats op
richtte die een grote rol speelde in
de herleving van de monumentale
kunst in Nederland. Cuypers orien-
teerde zich op de dertiende en veer
tiende eeuwse gothiek van het lie
de France; hij achtte dit de meest
zuivere vorm. Tegelijkertijd richtte
de priester en kunstverzamelaar
Ge. ard van Heukelum het St. Ber-
nulphusgilde op. De kunstenaars in
dit gilde lieten zich vooral inspire
ren door de late gothiek van de vijf
tiende en zestiende eeuw uit het
Rijnland. Het Bernulphusgilde was
actief in het aartsbisdom Utrecht.
In de tweede helft van de negen
tiende eeuw was Utrecht, samen
met Roermond en Delft, het belang
rijkste centrum van glasschilder
kunst in Nederland. Van Heukelum
vroeg de Keulse glasschilder Hein-
rich Geuer zich in Utrecht te vesti
gen om de kerken in het aartsbis
dom te beglazen. Het atelier werd
een succes: in de topjaren werkten
er zo'n dertig mensen. De broers So-
denkamp, Hein de Vos, Bart van der
Leek hebben er een tijd lang ge
werkt. Weliswaar kreeg het atelier
in de loop van de jaren een minder
gunstige naam, doordat veel van de
kleuren van de ramen vielen (ver
moedelijk brandde Geuer met te la
ge temperaturen), maar Geuers ar
tistieke invloed was er niet minder
om. Zijn leerlingen begonnen eigen
ateliers en ook glazeniers van elders
achtten het Utrechtse klimaat goed
genoeg om er zich te vestigen: Franz
Löhrer, W. van der Wurff, Otto Men
gelberg.
Voedingsbodem
De Utrechtse ateliers bleven lang
hun kerkelijke origine trouw, maar
ontwikkelden gaandeweg toch ook
een 'profane' belangstelling, mede
onder invloed van de contacten met
de Stijl, de kunstbeweging die zoals
bekend in Utrecht niet alleen een
goede voedingsbodem vond, maar
evenzepr een aantal excellente ver
tegenwoordigers. De overschake
ling op het 'wereldse' glas in lood
werd mede gestimuleerd doordat
de toepassing er van in de woning
bouw in het begin van deze eeuw
een hoogtepunt bereikte. In de
stadsuitbreidingen van de grote ste
den werd glas in lood veelvuldig
toegepast; aanvankelijk vooral in
woningen voor de beter gesitueer
den, later op zeer grote, industriële
schaal. Glas in lood was een teken
van luxe en men vindt het in en
trees, ontvangstruimten, trapbord-
essen, tochtdeuren, schuifdeuren
en bovenlichten. Glas in lood im
mers gaf status en verhoogde de ge
zelligheid en intimiteit van een
ruimte. Maar ook nu weer bleek er
sprake van een hausse: toen de cri
sis van de jaren dertig tot economi
sche zuinigheid dwong en de opvat
tingen over de leefstijl steeds meer
de nadruk legden op licht en lucht
en ruimte viel het gebruik van glas
in lood radicaal terug.
Na de oorlog is er een nieuwe op
bloei van de Nederlandse glas in
lood-kunst. Dat werd mede moge
lijk, doordat een nieuwe 'gemeen-
schaps-golf de kunstwereld over
spoelde. Zoals regelmatig eerder
was geschied in de kunstgeschiede
nis was er ook nu weer een sterke
stroming, die een integratie van wo
nen, werken en kunst bepleitte. Het
vanzelfsprekende contact met
kunstwerken leidde tot een sterke
ontwikkeling van de in de omge
ving toegepaste kunsten. Dat werd
(financieel) mede mogelijk gemaakt
door het ontstaan van de percenta
ge-regelingen (waarbij de overheid
een bepaald percentage van de tota
le bouwsom van een gebouw be
steedde aan de 'decoratie' er van).
De glasschilderkunst was een van
de terreinen waarop de nieuwe ge
meenschapszin kon worden bevor
derd.
In deze na-oorlogse ontwikkeling
heeft Heinrich Campendonk een
bepalende rol gespeeld. H(j was in
1936 Richard Roland Holst opge
volgd als hoogleraar monumentale
en versierende schilderkunst aan
de Rijksacademie voor Beeldende
Kunsten in Amsterdam. Cam
pendonk heeft veel ontwerpen voor
glas in lood-toepassingen gemaakt.
Ze kenmerkten zich door een bijna
grafische toepassing van lood in
lichte, koele tinten glas. Cam-
pendonks opvatting, dat in de ge
bonden kunsten subjectiviteit zo
veel mogelijk vermeden moest wor
den en dat deze vorm van kunst
vooral dienstbaar moest zijn, heeft
veel navolging gehad. Het heeft,
zoals men kon vermoeden, ook ge
leid tot veel glasschilderkunst die té
dienstbaar, té decoratief en opper
vlakkig was. Compositie, vormge
ving en materiaalbeheersing waren
voor Campendonk van veel grote
betekenis dan de inhoud. Veel werk
van zijn leerlingen neigen daardoor
tot een overdadige versiering en een
figuratief-decoratief karakter. De
Nederlandse monumentale kunst
van de jaren vijftig en zestig doet
niet voor niets zo ouderwets aan.
Van geheel ander karakter was de
ontwikkeling in het zuiden van het
land. Aan de Jan van Eyckacademie
in Maastricht werden glazeniers op
geleid in een stijl, waarin behalve op
het decoratieve ook op het inhoude
lijke grote nadruk werd gelegd. Het
werk van de leerlingen van deze
'school' heeft daardoor een tydlozer
karakter en is zeker ook nu nog
minder gedateerd dan die uit de
Campendonk-school.
Wereldbeeld
In het einde van deze vorm van mo
numentale kunst werkten de maat
schappelijke veranderingen van de
late jaren zestig een bepalende rol.
De overwegende figuratieve en
symbolische beglazingen werden
geassocieerd met het gezagsgetrou
we, gesloten wereldbeeld van de ja
ren vijftig. Een moralistische kunst,
zoals die was toegepast in kerken,
scholen en openbare gebouwen
sloot niet meer aan bij de tijdgeest.
Met kunst de gemeenschap raken
werd in de ogen van veel kunste
naars een utopie. Daar kwam by,
dat de belangstelling (en dus het
geld) van de overheid steeds meer
werd gericht om 'omgevingskunst'
en minder op decoratieve. Boven
dien ontwikkelde zich een visie op
de functie van de monumentale
kunst die meer de nadruk legde op
de autonome kracht er van en min
der op de dienstbaarheid aan de ar
chitectuur. Er ontstond een nieuwe
generatie glas-kunstenaaïs, die zich
in hun werk 'los van de wand' heb
ben gemaakt en glas gebruiken als
medium voor autonome sculpturen
en panelen.
Ook de kerkelijke opdrachten
zijn aan het eind van de jaren zestig
nagenoeg ten einde gekomen: een
nieuwe opvatting over het geloof
die de nadruk legt op soberheid en
oecumene laat geen ruimte aan een
grootschalige toepassing van de
glas in lood-kunst in de kerkgebou
wen. In 1968 worden verschillende
verenigingen van monumentaal
werkende kunstenaars opgeheven:
de glaskunst is te zeer los komen te
staan van de ontwikkelingen in de
vrije (schilder)kunst. Anders dan
bijvoorbeeld in Duitsland en Frank
rijk, waar de glaskunst nog steeds
bloeit als gebonden kunstvorm en
veelvuldig in de architectuur wordt
toegepast, lijkt deze vorm van glas
kunst in Nederland opnieuw in een
dal te zijn beland.
Als vrije kunstvorm is er echter
wel degelijk sprake van een op
bloei. Maar die heeft alleen nog
maar het materiaal gemeen met de
traditionele glaskunst.
Licht cn Lood, dc eerste van een se
rie van vijf tentoonstellingen gewijd
aan dc geschiedenis van de glas in
loodkunst van 1817 tot 1968, is te zien in
het hoofdgebouw van Slot Zeist; ge
opend t/m 30 april, di t/m vr 10-17 uur.
za en zo 14-17 uur (op Goede Vrijdag en
eerste paasdag gesloten). Bij de ten
toonstellingen verschijnt het bock
'Glas in Lood' onder hoofdredactie van
Carine Hoogveld cn onder eindredac
tie van Ellinoor Bcrgvelt en Frans van
Burkom; prijs f 49,50 (paperback) en f
69,50 (gebonden). Uitgave SDU Uitge
verij Den Haag.
Mondriaan niet op
lijst tot behoud
kunstvoorwerpen
DEN HAAG (ANP) - Op dit moment
zijn er geen redenen aanwezig het
schilderij Compositie uit 1932 van
Mondriaan te plaatsen op de lijst
van beschermde kunstvoorwerpen
in het kader van de Wet tot behoud
van het Cultuurbezit.
Minister Brinkman (WVC) zegt
dit in antwoord op vragen van het
Tweede-Kamerlid Niessen (PvdA).
Niessen vroeg de bewindsman al
les in het werk te stellen om te voor
komen dat dit schilderij van Piet
Mondriaan, dat in particulier bezit
is, wordt verkocht naar het buiten
land. Hij stelde dat er sprake is van
een leemte omdat het doek ont
breekt op de lijst en daardoor vrij
wel zeker naar het buitenland ver
dwijnt.
De eigenaar van het doek, de
Stichting Van Eesteren, Fluck en
Van Lohuizen, wil Compositie ver
kopen om aan geld te komen voor
onder meer architectonisch onder
zoek.
Congo' en
Hebriana'
afgelast
LEIDEN De voorstelling 'Con
go', die het Belgische gezelschap
'De Tijd' morgenavond in de Leidse
Schouwburg zou geven, gaat niet
door. De voorstelling is wegens ge
brek aan belangstelling afgelast.
Ook de voorstelling van Lars No-
rèns 'Hebriana' - een produktie van
het Nationale Toneel - op 2 april in
het theater aan de Oude Vest kan
geen doorgang vinden. Podium-
technische problemen zijn de oor
zaak van deze afgelasting.