Mantelpak basis voor modieuze garderobe Zomermode '89: HALVE EEUW CREATIVITEIT SAMENGEVOEGD IN EEN MODEBEELD Als hippie of Dietrich komende zomer door GROEPSSEKS OF: HOEDT U VOOR DE BOEKENWEEK! MAANDAG 27 FEBRUARI 1989 PAGINA 11 trenchcoat voorkomt of van een trapeziumvormig driekwart jas met veel ruimte in de rug, bijeengehouden door een ceintuur. Het mantelpakje hoeft overigens geen gekleed kostuum te zijn. Sommige tailleurs hebben jasjes van zulke dunne stoffen, dat ze eerder op een blouse lijken. De basis van iedere modieuze garderobe is het mantelpak. Korte jasjes in allerlei vormen laten nauwelijks ruimte voor de zomermantel, die dan ook alleen in de vorm van de bijpassende Mexico En van dat hippie-wereldje is het maar een klein stapje naar Mexico met voor man nen geborduurde en ge bloemde shirts, brede strop dassen, vesten in een Pais- ley-dessin, pantalons in kreukkatoen en katoenen colberts. Naast bonte vrolijkheid is er in de Latijnsamerikaanse sfeer ook plaats voor strenge chique. Dit komt bijvoor beeld uit uitdrukking in een mantelpak van bruinachtig linnen, dat bestaat uit een kraagloos jasje, een rechte rok en een blouse met scho telkraag. Jaren veertig Heel vrouwelijke blouses met grote schotelkragen, verfijnde plooien, draperie ën langs de hals en aange- stikte op de rug gestrikte ceintuurs in wit of bloem- dessin worden gedragen op wat mannelijk aandoende mantel- of broekpakken. De ze pakken in een bruine of donker blauwe krijtstreep roepen het beeld op van de jaren veertig en Marlène Die trich. Maar het best komt dit beeld tot uitdrukking in de bloesjasje met halve mouw tjes in een stip, blad of vlek- dessin. Deze jasjes kunnen dan worden gedragen op wijd uiwaaierende plissé rokken, op lange elegante rokken van halfdoorzichtige voile of een bermuda. Ook de bermuda is, in combina tie met een (kraagloze) bla zer) zo'n kledingstuk waar je deze zomer niet onderuit kunt. Hcnriëtte v.d. Hoeven Onderzoekt alles en behoudt het goede. Een aloude bood schap, die de voorjaars- en zomermode '89 nog eens extra dik onderstreept. Een mode met alle kenmerken van een reis door de tijd. Beginnend in de jaren twintig, eindigend bij de jaren tachtig, met onderweg als pleisterplaatsen de trends, die gezicht gaven aan de voorbije decennia. Al deze tijdsbeelden worden op één grote hoop geveegd. Met als ge volg: Een explosie van belijningen, van kleuren en bovenal van sferen. De sfeer bijvoorbeeld van het Brighton van weleer, toen nog de badplaats waar de happy-few flaneerde in zacht vloeiende kleding in de marinelook. De Great-Gatsby- sfeer met zijn blouses met fijne kantgarnering en z'n man telpakjes met streng getailleerde jasjes. Of die van de vroegere kolonieën. Ongeacht of deze nu lagen in Zuid- Amerika, met de vrolijke folklore van Mexico en Brazilië, in Azië, waar de broeierige dessins op de wikkelkleding een tropische warmte uitstralen, of in Afrika met z'n safa ri's door de woeste jungle. Maar ook een sfeer van een zon nige bloementuin. En tenslotte van de surfsport uit de jaren tachtig met z'n strak aansluitende pakken in fluoresceren de kleuren. Een opeenstapeling van stijlen, die kunnen worden sa mengevlochten tot een spannend geheel, waarin de indivi duele vindingrijkheid de vrije teugel krijgt. Immers, niets is meer zo ernstig: alles mag en alles kan. Zolang het er maar vrouwelijk uitziet. En daarvoor zorgt de belijning, die ook deze zomer de lichaamsvormen nauwkeurig volgt. Het accent ligt voorlopig nog op de taille, maar ook de borsten krijgen veel aandacht, soms ten koste van de schou ders, die overigens licht geprononceerd blijven. De knieën spelen in het hele verhaal een wat ondergeschikte rol. Dank zij de terugkeer van de lange, sluike rokken en bo venal van de lange broek, worden de knieën aan het gezicht onttrokken. Maar ook al bereikt de zoom niet de kuiten, dan blijven de knieën keurig bedekt. Alleen voor de jongeren zijn er superkorte en zeer strakke minirokjes. Kleuren Er is vrijwel geen kleur te bedenken of deze heeft op het palet van de mode-ontwerpers gelegen. Het koloriet vari- ëert dan ook van zeer stemmig tot fluorescerend. Ingetogen tinten grijs, marineblauw, wit en wat poederpastels als pistache, zalm en lavendel horen bij de chique retro-look. Zonnig rood, geel, fuchsia, oranje, blauw en groen in de stijl van de jaren vijftig. Diepe aardkleuren als brique en steen rood, bruinen, kerrie en mosterd, maar ook indigo, violet, purper en flessegroen bij het beeld van de vroegere kolo nieën en zand, kiezel en kaki bij de safari-look. Het neon- paars-, -oranje, -limoen em -turkoois komen, samen met zwart, vooral in de sportieve kleding en de strandkleding Dessins Wat voor de kleuren geldt, geldt ook voor de dessins. Rusti ge ruiten (onder andere Prince-de-Galles) en krijtstrepen gaan hand in hand met levendige, tropische dessins van bladeren en exotische bloemen, batik- en ikatprints, als- Een mooi gesneden linnen jasje De hippie-achtige mode voor hem en voor haar. (foto Floor Heijn) C&A: bont gekleurd modecircus Mensen die geheel onbezoldigd avonden met schrijvers organiseren begrijp ik niet. Wat willen ze? De kunst onder het volk brengen? Hun favoriete schrijver de aandacht proberen te bezorgen die hem toekomt? Ach, wat edel, wat een altruïsme. Hoe komt dat zo ineens? Iets waarvan je zielsveel houdt, waarom zou je dat met een ander gaan delen? Laten we eerlijk zijn: zo zitten wij toch niet in elkaar? Is het in de bekendheid brengen van een schrijver van wiens werk je erg bent gecharmeerd, niet net zoiets als je geliefde voorstellen aan groepsseks te gaan doen? Ik heb het niet over de mensen die hun boterham moeten verdienen met het organiseren van deze avonden, te weten: de onderwijzer, de cultureel ambtenaar, de boekhandelaar, de uitgever, de eigenaar van het café waar de schrijver de lezing moet geven. Maar degenen die zich als 'vrijwilliger' opwerpen, verdenk ik er vaak van dat ze meegezogen willen worden in het kielzog van de publiciteit die er om zo'n schrijver heen ontstaat. Ze hopen dat er een beetje van zijn roem op hen zal afstralen. De auteurs hebben dit misschien wel door. Maar nou ja, ze krijgen wat geld toegestopt en dat vergoedt veel. Maar ze hebben vaak toch iets teleurgestelds. Je ziet hen denken: zijn dit nu mijn bewonderaars, dat meisje 'wier knieën onafscheidelijke vriendjes van elkaar zijn', die jongen met dat pukkelgezicht? Goed, ze zijn zelf ook niet mooi, de meeste schrijvers. Komt van dat zittende leven dat ze leiden. Maar je kunt me veel vertellen, bijna allemaal schrijven ze voor een Lotte in Weimar. Of voor een Tadzio, dat kan ook. Maar die komen ze maar heel weinig tegen op dit soort avonden. Overigens is de teleurstelling vaak wederzijds. Dan denken de bewonderaars: is dat nou die man die zulke mooie liefdesgedichten heeft geschreven? Wat een afknapper. En ze zullen in de toekomst achter elk gedicht dat ze van de auteur lezen even zijn lelijke gezicht zien. Ze zien het er doorheen schemeren als een watermerk. Als ik hieraan denk, haal ik me altijd het coterietje voor de geest dat met een aardappel in de keel staat op te geven over het werk van hun favoriete dichter. Daar staan ze dan met hun gaatjesschoenen aan, terwijl de culturele bijlage van het NRC achteloos uit de zak van hun colbert met leren mouwstukken steekt. 'Rimbaud, ah, Rimbaud, heerlijke poëzie schreef die man!'. Veronderstel dat Rimbaud eens binnenkwam in het etablissement waar ze over hem staan te praten, veronderstel eens dat hij daar binnenrolde met zijn vieze jas aan en zijn naar absinth stinkende adem. Ze zouden hun neuzen voor hem optrekken, die heertjes. Ze zouden tegen de ober zeggen: de zaak gaat wel achteruit als u dit soort viezeriken binnenlaat. Met de beeldende kunst is iets dergelijks aan de hand. De mensen die geld hebben, bezitten het werk van de 'have-nots'. Wat zou de gesjochten schilder denken als hij de mensen zag in wier patriciërshuizen zijn mooie doeken hangen0 Hij zou denken: heb ik nu werkelijk weer een delirium dat ik daar van die hoogneuzige ratten met geheven pinkjes thee zie zitten drinken onder mijn schilderijen? Heb ik voor deze lui mijn oor afgesneden? Ik trap ze meteen mijn atelier uit als ze het wagen daar binnen te komen. Wat ik met dit alles wil zeggen is, dat de ontmoeting van de kunstenaar met zijn 'publiek' maar beter kan worden vermeden. Dat die zeker niet moet worden gearrangeerd door mensen die het uit liefhebberij doen. Dat is nergens voor nodig. Dat draait vaak op een teleurstelling uit. Het mag al een wonder heten dat de personages van een schrijver of de figuren die een schilder schildert met zoveel verschillende 'bewonderaars' kunnen opschieten. Welke professor zou samen aan een tafeltje willen zitten met de sujetten uit Célines roman 'Reis naar het einde van de nacht'? Welke kunstverzamelaar zou in één ruimte willen verkeren met Van Goghs aardappeleters? Kijk naar dat schilderij. De mensen die erop staan hebben gezichten als uitgelopen bintjes. Het zijn arbeiders, armoedige lui. Ze hangen in een deftige omgeving als een museum. En daar komt freule van Zandwijk tot Blijdestein naar hen kijken. 'Gut, wat interessant, wat goed getypeerd'. Maar je zou die aardappeleters eens in levende lijve op haar dak moeten sturen. Ze zou hen door de lakeien van het bordes hebben laten jagen. Maar in het museum zijn ze van olieverf en daarmee wordt hun armoe ineens interessant. Ook voor een freule. En het vreemde is dat deze freule ook nog eens een apart soort superioriteitsgevoel ontleent aan het feit dat zij het werk van Van Gogh van nabij heeft gezien. Zij vult haar dagen op culturele wijze. Dat hoort bij haar stand. En het volk, ach ja, het volk, denkt ze, dat ligt liever voor de tv met flessen bier en apenoten binnen handbereik. Maar het is juist dit volk dat Van Gogh heeft liefgehad! Hoedt u voor boekenweken, hoedt u voor vernissages! Ze kunnen u veel mooie dromen ontnemen. ANGELA PINNEBERG mede madrasruiten. Grote contrasten zijn vooral binnen het zwart-wit-thema terug te vinden in grote strepen, pol- ka-dots en grafische dessins. Maar het meest dominant zijn toch wel de bloemen: Van mille-fleurs-dessins tot enorme rozenboeketten, die de zomer een stralend gezicht geven, ook al schijnt de zon geen dag. Materialen De synthetische stoffen mogen dan al enige tijd met hun co me-back bezig zijn, de natuurlijke materialen voeren in de zomermode toch de boventoon. Katoen en mengingen van katoen met viscose, soms met een oppervlaktestruc tuur, linnen, eveneens in mengingen en cool wool nemen een belangrijke plaats in, maar ook zijde, crêpes, kant en dunne tricots. Met als grote tegenhanger in de sportieve lijn nylon, polyester, allerlei elastische materialen en rub berachtige stoffen. Opvallend is het gebruik van voilestof- fen, zowel voor ragdunne doorkijkblouses, -rokken en zelfs lange broeken. Circus, uitdagend vrolijke kleuren en klanken, arties ten uit alle windstreken, in die sfeer presenteerde C&A de vooijaars- en zomermode. En terecht want kleuren en een bonte verscheidenheid aan stijlen bepalen het C&A- modebeeld, of het nu om vrouwen- mannen- of jeugd- mode gaat. Hoewel bijna alles kan en mag in de mode tegenwoor dig, zijn er een paar dingen waar je deze zomer nauwe lijks omheen kunt. Voor de jeugd is dat de fietsbroek (kort of lang) in nylon of ka toen uitgevoerd in de meest bonte dessins, met bijpas sende shirts bolero-achti- ge, tricot jasjes. Onder de korte fietsbroek kan weer een maillot, vaak ook voor zien van een dessins, worden gedragen. Vooral de aller kleinsten zagen er daarin heel grappig uit. Wie zich in zo'n strakke broek niet hap py voelt, ziet er ook heel leuk uit in een zwart-wit noppen set, die kan bestaan uit een topje en een ruime broek of short. Naast de platte wiel- rennnersschoentjes worden bij deze kleding ook leren acrobatenschoenen in aller lei kleurtjes gedragen. De vormen van de jasjes zijn legio: van sportief tot coutu- re-achtig. Naast getailleerde, verlengde modellen tot over de bovenbenen met een ron de hals of een kraagloze V- hals en een knoopsluiting middenvoor zijn er kortere en minder getailleerde ver sies in een mannelijke stijl met een reverskraag en een double-breasted sluiting. Het streng getailleerde jasje met of zonder schootje blijft even goed in de mode als het Nehru-jasje met een klein staandertje. Wel krijgen ze concurrentie van het korte bolero-achtige jasje, dat nau welijks het middel raakt en van de battle-dress uit de ja ren zeventig. De safari-look komt nog het best tot uit drukking in de sportieve jas jes met een (tunnelceintuur en grote, opgestikte zakken en (soms) epauletten. Rokken Wat de rokvormen betreft is de voorraad modellen al evenzeer onuitputtelijk. Het strakke rechte rokje met een split middenachter eindigt niet meer boven, maar net over de knieën. De zwierige, sluike rok laat de zoom rond de kuiten dansen, zoals ook de plissérok, terwijl het mo del met platte plooien er zo wel in lange als korte versies zal zijn. Een beetje beweeglijkheid aan de mode geven de wijde, aangerimpelde rokken, soms met een strak heup stuk of een verbrede taille band, de strokenrokken a la het Carnaval van Rio en de gedrapeerde wikkelrokjes. Jurken Als het kwik een beetje wil oplopen, zorgen de jurken er wel voor, dat het een stralen de zomer wordt. Vooral de jurken met hartvormige bo- venlij'fjes en smalle schou derbandjes of de japonnen met platte brede kragen, die de schouders vrijlaten, de zonnejurkjes met lage rug- decolleté's en gekruiste ban den of met een corsetachtig bovenlijfje met koordslui- "ting en wijde rokken. Maar ook de jurken met een blou- send bovenlijfje, een vier kante hals en vriendelijke pofmouwtjes, eveneens be zaaid met bloemen, stralen door Kitty van Gerven een zomerse warmte uit. Wie wat minder vertrou wen heeft in de weergoden kan beter kiezen voor de vei ligheid van een doorknoop- jurk of een geklede robe- manteau met opvallende knopen en een rever- of shawlkraag. Blouses De blouses blijven wat aan de eenvoudige kant met iets afstaande ronde halzen, sim pele ronde kragen of kragen met verlengde punten als in de jaren zeventig. In de mari nelook zijn er blouses met matrozenkragen en soms met een dasje. De sportieve shirts met donkere oer- woudkleuren vormen een groot contrast met de ro mantische, batisten blousjes met ingenaaide plooitjes, kanten kraagjes of inzetten van kant, maar ook met klein ton-sur-ton bor duursels. Voor de zeer war me dagen zijn er tenslotte al lerlei plastrons. Pantalons De broek voelt zich weer he lemaal thuis in de mode. Soms gedragen met een trui of twinset, maar heel vaak met een jasje gecombineerd tot broekpak. In dat laatste geval zijn de broeken veelal in de stijl van Marlène Diet rich: bandplooien, rechte pijpen met een omslagje en een verhoogje tailleband, waarover nog eens een cein tuur wordt gedragen. Daar naast zijn er evenwel ook strakkere modellen zonder bandplooien en met pijpen met een klein splitje tot net over de kuiten. De gaucho-broek maakt zijn rentree. Deze pantalon met wijd uitlopende pijpen tot even boven de enkels is al evenzeer aan het modebeeld van de jaren zestig en zeven tig ontleend als de jump suit, het overall-achtige pak, waarin broek en bovenlijfje één geheel vormen. In het scala van broeken modellen komt de bermuda Details Het detail is volgende zomer de smaakmaker in de mode. Knopen in contrastkleuren zijn nauwelijks over het hoofd te zien. Brede ceintuurs trekken de ogen naar de taille, evenals de verhoogde taillebanden. Kanten kraagjes en ruches zorgen voor een vleugje romantiek, evenals de ge borduurde boeketjes, terwijl de koordsluitingen juist weer een sexy effect opleveren. Hippie De term 'overjarige hippie' valt nog weieens en daarmee wordt niets vriendelijks be doeld. En toch, die hippie met haar in India geinspi- reerde kleding en sieraden zien we weer terug in het modebeeld. Dat resulteert^ anno 1989 in soepelvallende rokken en blouses van voile- stof, wijde broeken, Nehru- jasjes in een flowerpower- dessin en tie dye sets van korte leggings, gedragen on der wijde rokken, wikkel- tops en voilesjaals. Van die sjaals kun je weer niet ge noeg in huis hebben, ze wor den vrijwel overal bij gedra gen. De man die een beetje in deze stijl wil passen draagt bijvoorbeeld een lichte non- fit jeans, (een te wijde broek die in de taille stoer wordt samengesnoerd) een vestje (gilet genoemd), ook zo'n stuk dat deze zomer in geen enkele garderobe mag ontbreken en een overhemd waarvan de streep uit bloe metjes bestaat. Mantelpakje met lang jasje. (foto Lampe) Naast de lange panta lon is ook de bermuda een topper. (foto Hettemarks) le voorjaars- en zomermode 1989 geen echt serieuze zaak is, maar met een knipoogje bekeken. Wijdebedrukte panta lon. (foto Peek en Cloppenburg) Bloemdessins van mil- le-fleurs tot hele bossen rozen geven de zomer een stralend gezicht, ook al schijnt de zon geen dag. evenwel op de eerste plaats. Met zijn bandplooien, zijn pijpen tot net boven de knie de ideale dracht voor een fietstochtje door een zomers landschap. Truien Mocht de zomer toch wat aan de kille kant zijn, dan zijn er volop truien om in warm te blijven. Truien van dunne tricot, dikwijls met ingebreide dessins of met sa tijnen applicaties. De jaquardtrui heeft'plaats ge maakt voor exemplaren in unikleuren, die het vooral moeten hebben van de inge breide kabels en verlengde boorden, die overigens maar net op de heupen komen. De jaren zestig keren hele maal terug in de twinsets. Maar ook een enkel vestje, tot bovenaan dichtgeknoopt Zij in een klokkend linnen jasje met grote kraag en stofceintuur op en voile broek met heel wijde pijpen. Hij draagt een kraagloos colbert en een bandplooien- broek in linnen/katoen met daaronder een overhemd van poplin. (foto Mac en Maggie) en gedragen op een rechte rok is al voldoende om het beeld van die tijd op te roe pen. Sportief In de sportieve kleding voor op vakantie of een dagje naar het strand is uitbundig heid troef. Korte broeken, wielrennersbroeken, dunne jacks met capuchons en su perkorte mini-jurkjes zijn met geen mogelijkheid over het hoofd te zien dank zij de knetterende kleuren, die in vlakken, strepen en stippen binnen één kledingstuk wor den gecombineerd en nog eens extra worden onder streept door zwart. Accessoires Sommige stijlen vragen nau welijks om accessoires, an deren juist weer wel. Cein tuurs horen er in elk geval al tijd bij, bij voorkeur brede modellen met opvallende re- tielprints. De sieraden zijn óf zeer modern op het futuristi sche af dankzij het gebruik van glanzend metaal of rub ber, óf juist een beetje barok en zelf wat exotisch met gro te stenen. Sieraden, die nog eens benadrukken dat de he-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 11