De 'geelzucht' van Pedro Delgado Cijfers liegen niet in de wielersport Spanjaard hoopt zich met nieuwe Tour-zege van blaam te zuiveren Klassement bepaalt de dagwaarde Door FICP-klassement kunnen renners zich niet langer 'drukken' ZATERDAG 25 FEBRUARI 1989 EXTRA PAGINA 29 Zelden zal een Tour de France- XX winnaar zo zijn verguisd als EÉ Pedro Delgado. De positieve denkers in wielerkringen noemden hem een 'linkebal'. omdat hij iets had gepakt dat niet op de UCI-lijst stond. De minder milde critici waren van mening dat Delgado in Parijs nooit 'Ie maillot jaune' had mogen aantrekken. Zelf doet hij alsof al het rumoer hem niet raakt, omdat Delgado overtuigd is van z'n gelijk. "Als onschuldige ben ik aan de schandpaal genageld". door Bennie Ceulen Het wielerseizoen 1988 is de geschie denis in gegaan als het jaar van Pe dro Delgado. Eindelijk won weer eens een Spaanse veroveraar de Tour de France. Het was wel een be smette eindzege. Officieus werd de kleine Castilliaan be schuldigd van dopinggebruik, officieel werd hij gezuiverd van alle blaam. Zijn gele trui zal niettemin tot in lengten van dagen van verdachte snit zijn. Ruim een half jaar na zijn ereronde op de Champs Elysées wordt Delgado nog altijd achter volgd door dè Touraffaire. Door sommi gen wordt hij nagewezen als de fietsende apotheker. Luttele dagen voordat het profpeloton in-zuidelijke oorden de eerste kilometers van het nieuwe seizoen onder de wielen door liet gaan, kreeg de Ronde van Frankrijk voor Delgado zowaar nog een prettig verlengstuk. In Parijs werd de omstreden renner met geschenken over laden. Uit handen van de Tourdirectie ontving hij begin februari de sleutels van het door hem gewonnen appartement èn een met diamanten afgezette gouden routeplaquette. Totale waarde: twee ton. Ontspannen Pedro Delgado is de winter zonder do- pingcomplexen doorgekomen. De be schuldigingen en lasterpraatjes hebben hem zichtbaar koud gelaten. Het 28-jari- ge wielerbaasje uit Segovia maakt een, ontspannen indruk. Stralend, fris en met een gezonde blos op de wangen praat hij ongedwongen over verleden, heden en toekomst. Typerend genoeg ook in Pa rijs, de Franse metropool waar vorig jaar juli alle roddel en achterklap die over hem is verspreid toch de kop opstak. In het laboratorium Lafarge meende men te hebben ontdekt dat Delgado een verbo den preparaat had geslikt. Achteraf ble ken de beschuldigingen loos alarm. "Ik kom graag naar Parijs. Deze stad, met haar geschiedenis, met haar bijzon dere ambiance en haar prachtige gebou wen, deze stad spreekt me enorm aan", vertelt de jeugdig ogende Delgado, ter wijl er een glimlach om de mond speelt. "De Touraffaire heeft dat allemaal niet kunnen veranderen. Ik bewaar prettige, en uiteraard ook minder prettige herin neringen aan Parijs. In een flits gaat de film van vorig jaar door mijn hoofd. De dopingtoestanden en de eindzege. Tege lijkertijd denk ik aan de toekomst. Parijs is mijn nieuwe doel. Hier wil ik nog één keer als Tourwinnaar rondfietsen". Met zwemmen, fietsen, tennis, hardlo pen, bergwandelen en een beetje ski hield Delgado de afgelopen winter zijn conditie op peil. "In de bergen heb ik de nodige rust gevonden. Ik heb niemand nodig om te kunnen ontspannen. Wat dat betreft ben ik individualistisch inge steld. Mijn privéleven probeer ik zo goed mogelijk af te schermen. Ook Voor de journalisten. Ik heb er geen problemen mee als ze met mij over wielrennen wil len praten, maar met mijn privé-leven heeft niemand iets te maken". Gelukkig Een jaar of drie woont Delg'ado nu samen met vriendin Lydi. In La Lastrilla, een schilderachtig dorpje onder de rook van zijn geboorteplaats Segovia. "Lydi heeft haar studie sociaal recht achter de rug. Zij staat niet graag in de belangstelling. Daarom is ze zelden bij wielerwedstrij den te zien. Wij leven gelukkig in La Lastrilla. Trouwplannen hebben we nog niet". Met een 'overgewicht' van amper één f Pedro Delgado: "Ik ben het slachtoffer van een grove vergissing geworden". kilogram vertrok Pedro Delgado halver wege januari met zijn Reynolds-ploeg- makkers naar het trainingskamp dat op Mallorca was opgeslagen. Het wielersei zoen van Delgado begon met een meeting op de wielerbaan van San Se bastian. Vorige week vrijdag stond Del gado aan het vertrek van de Ronde van de Amerika's. "Vervolgens ben ik van de partij in Parijs-Nice, de Catalaanse Week, Milaan-Sanremo, de Ronde van het Baskenland, de Waalse Pijl en Luik- Bastenaken-Luik. Misschien rijd ik ook de Amstel Gold Race. In andere klassie kers heb ik niets te zoeken". De Reynolds-equipe neemt in het we reldbekerklassement de negentiende plaats in. Wie kennis neemt van de indi viduele wereldranglijst treft zijn naam aan op de negende plaats. Hij bekent nog I niet al te veel sjoege te hebben van het wereldbekerklassement dat pas is inge voerd. "Ik weet dat alleen dé eerste acht tien teams een startbewijs voor de Tour krijgen. Toch maak ik me niet ongerust over het risico dat onze ploeg loopt. Ook al zouden we straks als ploeg niet bij de beste achttien geklasseerd staan, ik zie het nog niet gebeuren dat ze de winnaar van de vorige Tour de France niet tot de start toelaten". Winst en verlies De Tour 1988. Oftewel La grande Bouclé die hem winst, maar ook het verlies van zijn goede naam bezorgde. "Iedereen praat er nog over. Vooral journalisten doen dat. Ik krijg niet eens de gelegen heid deze nare kwestie te vergeten, tel kens weer word ik erover aangesproken door die gasten. Natuurlijk vind ik dat niet plezierig. Maar de vragen uit de weg gaan, nee, dat doe ik ook niet. Tenzij het me te ver gaat, op bepaalde momenten is me dat zeker overkomen. Dan gebeurde het, dat het dopingvraagstuk het sportie ve gedeelte helemaal naar de achter grond verdrong. Dat heeft me pijn ge daan, ja". Pedro Delgado vertelt maar weer eens zijn waarheid over de gang van zaken. "Ik heb het al zo vaak gezegd, de doping- commissarissen hebben een grove ver gissing begaan. Daarvan ben ik het slachtoffer geworden. Ik heb inderdaad probenecide in de Tour genomen. Eén keer, op aanraden van mijn soigneur. Omdat ik last had gekregen van mijn uri newegen en de vochthuishouding in mijn lichaam. Bij de dopingcontrole werd dat preparaat opgespoord. Maar daarvoor en daarna ben ik toch ook naar de controle gegaan. Elf of twaalf keer in totaal. Neem me niet kwalijk, maar bij mij rijst dan wel de vraag waarom het die andere keren dan niet is ontdekt. En ge steld dat ik probenecide tot me heb geno men om anabolicasporen uit te wissen, zoals wordt beweerd, zouden ze dat mid del dan niet bij de volgende controles hebben gevonden? Keer op keer werd ik negatief bevonden. Pleit dat dan niet voor mijn onschuld? Dat vrijwel nie mand uitgezonderd heeft geprobeerd de glans van mijn Tourzege af te halen, vind ik een smerige streek". De omstreden wielrenner vervalt in herhaling: op grond van een "grove ver gissing" hebben zijn collega's en de vol gers van de wielerkaravaan hem van al les en nog wat beschuldigd. Zijn goede naam en faam aangetast. Volkomen ten onrechte, daar blijft Delgado bij. "In de eerste plaats omdat probenecide toen nog geen verboden preparaat was. In de tweede plaats omdat er ook eens werd beweerd dat ik elke dag probenicide zou hebben genomen. Dat is ook niet waar, het is immers maar één keer in mijn uri ne aangetroffen. Hadden ze het vaker op gespoord, ja, misschien dat er dan wel wat met me aan de hand was geweest. Nu is er alleen maar gekletst. Mijn critici hebben zich verlaagd tot roddel en ach terklap. Heel kwalijk. Ik ben geen slik ker, ik ben geen drogeur. Ik heb de Tour gewonnen omdat ik de beste was". Geloof Hoe gedreven hij ook alle aantijgingen probeert te weerleggen, Delgado reali seert zich maar al te goed dat bepaalde mensen hem voorgoed met scheve ogen zullen blijven aankijken. "C'est la vie, dat is het leven. De een gelooft je wel en de ander gelooft je niet. En geloof kan ik niemand geven". Zonder stemverheffing vervolgt hij zijn verhaal. Met de uitstraling van een onschuldig schooljongetje wiens mond als het ware is geboetseerd in een eeuwi ge glimlach. "De dopingproblematiek wordt steeds ingewikkelder. Een oplos sing is nog steeds niet in zicht. Het is on derhand hoog tijd dat de UCI via de na tionale wielerbonden eindelijk de ren ners een lijst toestuurt waarop alle ver boden produkten staan vermeld. Ik werd in de Tour positief verklaard voor een ge neesmiddel dat niet op de dopinglijst van de internationale wielerunie stond en wel op die van het Olympisch Comité. Door die blunder werd ik in de ogen van de massa als een drogeur beschouwd. Er is me dus veel onrecht aangedaan. Nu nog staan op de Olympische lijst produk ten, die door de Internationale Wiel- renunie niet zijn verboden. Dat is jam- Dat het wielrennen bij herhaling in een kwaad daglicht wordt gesteld, stoort Delgado. Dat moet maar eens afgelopen zijn. Maar, zegt hij ook, de UCI moet daar wel ten volle aan meewerken. De Inter nationale Wielrenunie moet maar eens duidelijkheid verschaffen over wat mag en wat niet mag. "Ik heb over dit vraag stuk een keer gesproken met Luis Puig, de voorzitter van de UCI. Hij zei dat die lijst er ooit wel komt, maar dat een en an der niet van vandaag op morgen gaat. Hoogst betreurenswaardig vind ik dat. Wat de spierversterkende middelen be treft, durf ik best een pleidooi te houden om het gebruik voor beroepssporters ge deeltelijk te legaliseren. Onder goede medische begeleiding zie ik geen bezwa ren. Kijk maar naar mij, zo slecht zie ik er toch niet uit, hè. Denken de mensen nu werkelijk dat ik zo gek ben mijn gezond heid te ondermijnen? Kom nou toch. Al leen moet voor alles worden voorkomen dat het hier en daar tot excessen komt. Vandaar dat de controles moeten blij- Grootverdiener Hij mag dan worden nagewezen als een besmet renner, Delgado is desondanks een fietsende grootverdiener. Zelf zwijgt de Spanjaard over de bedragen die hij op de fiets verdient. Beweerd wordt dat alu- miniumgigant Reynolds zijn sportieve reclamezuil anderhalf miljoen gulden jaarsalaris betaalt. "De bedragen die ge noemd worden, zijn belachelijk. Boven dien is zo'n salaris relatief. Meer dan de helft gaat naar de fiscus. Ik verdien goed, dat wel. Maar minder dan Kelly en Ro che. Geld is vooral een probleem voor het publiek en voor journalisten. Zij ver diepen zich steeds meer in de verdien sten van de sportmensen. Natuurlijk vind ik het belangrijk wat ik verdien, maar dat houd ik voor mezelf. Bij mij staat de sportieve prestatie nog steeds op de eerste plaats". Profwielrennen is niet alleen meer een zaak van (veel) geld, maar ook van pun ten- FICP-punten wel te verstaan. Hoe meer punten, des te groter is de markt waarde van de renner. De ranglijst van de FIGP (Féderation International du CycUsnte Professionel) is een initiatief van bet Franse wielcrmagazine Vélo, dat naar voorbeeld van de tennissers (die bun prestaties in ATP-punten ver taald zien) wielrenners rangschikte. Inmiddels hoeft die ranking-Ujst dank zij vooral de inbreng yan de Ne derlander Hein Verbruggen (FICP- voorzitter) de officiële status van we reldranglijst gekregen. De lijst wordt gemaakt aan de band van de resultaten die de renners al dan niet behalen in de bonderden wedstrijden die jaarlijks woi-den afgewerkt. Wedstrijden, die in vier categorien zijn ingedeeld. In koer de eerste categorie (zoals de RONDE VAN FRANKRIJK: De winnaar van het eindklassement krijgt 20© punten. Vervolgens 150, 125, 110, 100, 90, 80, 70, 60, 50, 49. 48, 47 tot 4 punten voor nummer 36. De nummers 1, 2 en 3 in elke etappe verdienen respec tievelijk 15.10 en 5 punten. De drager van de gele trui krijgt dagelijks 5 pun ten, RONDEN VAN ITALIË EN SPAN JE: De eindwinnaar krijgt 150 punten. Vervolgens 110, 90, 75. 65, 55, 50, 45. 40. 35,34,33,32.31,30 en met een punt aflo pend tot 3 punten voor de nummer 42 in het eindklassement. Wie de ronde uit rijdt, krijgt 3 punten. Voor de eerste drie dagprijzen staan 15,10 en 5 punten genoteerd. De drager van de leiderstrui incasseert per dag 5 punten. WERELDKAMPIOENSCHAP: De man die als eerste óver de streep gaat, krijgt behalve een regenboogtrui ook nog eens 140 punten. Voor de num mers 2 tm 19 zijn er respectievelijk 80, 65,50,40,35,30.30.25,20,18,16,14.12.10, 9,8,7,6 en 5 punten. Uitrijden alleen al is goed voor 5 punten. MILAAN-SAN REMO, RONDE VAN VLAANDEREN, PARIJS-ROUBAIX, LUIK-BASTENAKEN-LUIK EN AM- STEL GOLDRACE: 110 punten voor de winnaar. Vervol gens 40, 35,30,25, 20,19.16.14.12,9.8,7, 6.5,4,3 en2 punten. Ook2 punten zijn er weggelegd voor de nummers 20 tm 50 in de uitstag. De lijst loopt daarna af en eindigt met groep 4 waarbij ondermeer de Ron de van Nederland. De winnaar daarvan verdient 30 punten. STAND F1CP-KLASSEMENT PER 1 FEBRUARI: 1. Kelly (Ier)1025,33 2. Mottct (Fra)714,65 3. Rooks (Ned)649.03 4. Van der Poel (Ned)616,17 5. Gölz (Wdl)615.65 6. Bauer (Can)588,18 7. Fignon (Fra)571,76 8. Fondricst (Ita)522.52 9. Delgado (Spa)480.35 10. Brcukink (Ned)469.48 13. Vanderaerdcn (Bel)420.63 20. Hermans (Ned)329.02 21. Anderson (Aus) 314,73, 23. Millar (Eng) 302,67,24. Pteters (Ned) 301,19,26. Herrcra (Col) 287,70. 30. Nijdam (Ned) 260,72, 35. Bontempi (Ita) 244,95, 42. Theunisse (Ned) 227,57, 43. Roche (Ier) 22338, 45. Van Vliet (Ned) 220,38, 66. P.Simon (Fra) 173,79, 69. Winnen (Ncd) 16138, 70. Van Poppel (Ned) 158,04, 71.Saronnl (Ita) 15339, 74. Talen (Ned) 15134, 92. Maasscn (Ned) 127,86, 103. Veldscholten (Ned) 114,97,105. Verhoe ven (Ned) 110,71. 109. Lammerts (Ncd) 106,92,121. Pirard (Ncd) 94,92,123 Suy- kerbnyk (Ned) 92,65,125. Stevenhaagcn (Ned) 92.07,178. Lubberding (Ned) 61,78, 180. Wijnands (Ned) 60,63, 190. Van der Velde (Ned) 56,19,194. Hanegraaf (Ned) 54,32, 210. Jagt (Ned) 50,00, 269. Schal- kers (Ned) 34.89.341. Knetemann (Ned) 23,98, 346. LeMond (VSt) 23,00. In de afgelopen maanden had het er veel van weg dat de profwielrennerij zich ontwikkelde tot een sport waarin vooral werd gecijferd. Meer dan ooit werd het peloton geregeerd door de klassementen, nog voordat er in het nieuwe seizoen zelfs maar een kilometer was gefietst. Menige renner vroeg zich bij voorbaat bezorgd af welke klassering in de FICP-rangschikking bereikbaar zou zijn in f989, menige coureur ook woog in het gesloten seizoen de mogelijkheden en onmogelijkheden in de strijd om de wereldbeker individueel. door Peter Ouwerkerk Natuurlijk, ook het ploegbelang zal dit jaar van ongemeen belang zijn. Wel of niet mogen deelnemen aan klassiekers en aan de Tour de France bepaalt het succes of bederf van een wielerseizoen. Punten verzamelen voor klassemen- komt het vandaag de dag aan. Punten zeggen in •tijdperk' sponsors nu eenmaal meer dan verdiende of onver diende wielerreputaties, nooit eerder gaven de kille cijfers de marktwaarde van wielrenners zo scherp aan als nu. Dat neemt niet weg dat de prijzen nog altijd op de fiets verdiend moeten worden. Het officiële FlCP-puntensys- teem, een ontwerp van Hein Verbrug gen, de voorzitter van de profsectie van de internationale wielrenunie, staat im mers net zo ver van de 'consument' als de Elo-rating bij het schaken en de Atp- rating bij het tennis. Orde scheppen in de chaos die het profwielrennen zo na drukkelijk omgaf, het was hoognodig. Zoals altijd zal de doorsnee wielerlief- hebber zich meer laten meeslepen door de emoties die worden opgeroepen door de slijtageslag op de Muur van Ge- raardsbergen dan door de theorie van de statistiek; het collectieve afzien op de flanken van l'Alpe d'Huez zal onge twijfeld meer tot de verbeelding blijven spreken dan een toppositie op papier. Meedogenloos Niettemin, de FICP-lijst is er. En die geeft onverbloemd en meedogenloos aan wat de actuele sportieve waarde is van coureur X of Y. Grote namen kun nen zich niet zo heel erg lang meer ver schuilen. Zonder twijfel zal de FICP- lijst de vedetten een korter lopend kre diet gunnen dan ooit eerder het geval was. Stephen Roche (43ste op de FICP- lijst), Jeff Bernard (46ste), Greg Le Mond (346ste) zijn nu nog grootverdie ners. Mocht voor hen het nu begonnen seizoen even slecht uitvallen als het vo rige, het verleden zal hun geen enkele garantie bieden voor nog eens een vet jaarsalaris. Het is één van de aspecten die het profwielerseizoen 1989 zo interessant maken: de vraagtekens rond de terug keer van beschadigde vedetten. Met in hun kielzog een kopgroep van ver bleekte beloften als Teun van Vliet, Eric Vanderaerden, Marc Madiot, Ro bert Millar, Guido Bontempi, Moreno Argentin, Giuseppe Saronni, Jacques Hanegraaf, Pello Ruiz-Cabestany en de gegratieerde doping-zondaar Kim An dersen. De wielersport ziet niet alleen verle gen om geslaagde come-backs, een lui de roep om bevestiging is er ook. Het tijdperk-Merckx is al lang historie, in middels gaat de afbladdering van het verschijnsel 'vedette' gestaag voort. Hinault was al een veel gespreider 'nu mero uno' dan de Belg. Met Fignon trad het tijdperk van de korte termijn-top per aan. LeMond, Roche en zelfs 3ean Kelly, verreweg de compleetste renner van de afgelopen vijf jaar, ze waren geen van allen in staat maestro Merckx voorgoed naar de status van gedateerde klasbak te fietsen. Onbelangrijke wedstrijden bestaan nu amper nog, ze zullen met dé FICP- punten steeds zeldzamer worden. En dat betekent voor de renner van van daag: het programma bekijken, keuzes maken en accenten leggen. Wie op de stenen mikt, kan niet in de Ardennen pieken; wie voor Vuelta of Giro kiest moet de Tourzege uit zijn hoofd zetten; criteriums, WK en neyaars-klassiekers zijn al evenmin te combineren. Prijsrijder Een jaar of vijftien geleden konden toprenners het seizoen nog afsluiten met veertig, pakweg vijftig overwin ningen op de erelijst. Mathieu Hermans heette vorig jaar al een echte prijsrijder te zijn omdat hij vierentwintig keer zijn handen in de lucht mocht steken. Waar minder door dezelfden wordt gewon nen, dringt de vraag naar bevestiging zich meer en meer op. In het voorjaar van 1988 stond er geen absolute heerser in de karavaan op. Integendeel, het peloton versnip perde. 'Knechten' kregen kansen in de klassiekers. Kelly won dan wel Parijs- Nice, de Catalaanse Week en de Vuelta, verder zag je hem niet terug. Hampsten greep de hoofdprijs van de Giro, voor de rest schitterde hij door afwezigheid. Delgado pakte de Tour met dokter en apotheker als zijn voornaamste knech ten, achteraf beschouwd was het zijn enige daad van betekenis. En Charley Mottet ten slotte diende zich aan als dé man van'het naseizoen, na in de Tour nadrukkelijk te hebben gefaald. Wie komt dit jaar terug? Wie kan zijn broze reputatie bevestigen? Wie zal zich tegen alle verwachtingen in pre senteren als nieuw talent? Dat zijn zo van die vragen die in de wielrennerij worden gesteld. Het wereldje met feodale verhoudingen wordt beheerst door onzekerheden. Zeker is dat er meer renners dan ooit geregistreerd staan als professional. En het aantal groeit nog elke dag, nu al moeten er rond de 935 rondpeddelen. Afgerond een kleine 150 meer dan vorig jaar. Het aantal 'afstappers' was bedui dend minder. Dit jaar bevolken 200 neo-profs de wielerwegen. Ze zijn in hoofdzaak afkomstig van België (40), Italië (35) en Spanje (30). Het zijn ook die landen waar de meeste proflicenties worden afgegeven: Italië 170, België 165, Spanje 160; Frankrijk telt 85 profs, Nederland 80. Impuls Een belangrijke impuls voor het profle- ger wordt gegeven door de Sovjetunie en Polen, twee traditionele 'amateur- landen' die in het kader van de pe restrojka met een complete ploeg be roepsrenners op de weg verschijnen. Profwielrenners zijn er in 27 verschil lende landen. Er bestaan 57 ploegen, vergeleken met vorig jaar zijn er 5 for maties bijgekomen. Spanje is op gelij ke hoogte gekomen van Italië: 11 spon- sorgroepen. België is derde op de ploe- genlijst, met 10 formaties. De handel in coureurs is zeer leven dig geweest. Waar werkgelegenheid dreigde te verdwijnen kon meteen el ders emplooi worden gevonden. In Sparye hield KAS op te bestaan, ONCE meldde zich als nieuwe ploeg. In Italië veranderden de equipes van Alfa Lum, Del Tongo en Malvor nagenoeg geheel van samenstelling. In Frankrijk kocht RMO een toppositie, in België ver dween Roland doch kwam Domex agressief terug, in Duitsland zorgde Stuttgart voor een unicum als stads- ponsor, in Nederland werd nogal wat afgehandeld, de Russen en Polen dien den zich aan, alleen Zwitserland bleef tamelijk rustig, en de Colombianen kregen voorzichtige Europese verster king. En dat alles in de wetenschap dat de prijs voor een prijs hoger dan ooit zal zijn in het wielerseizoen van 1989. Want de cijfers van het FICP-klassement zul len niet liegen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 29