'We hebben te lang gezwegen, de tijd is nu rijp voor acties' Verpleegkundigen eisen betere betaling en meer erkenning 0 ZATERDAG 25 FEBRUAR11989 Tegen elven die ochtend wordt het even zó druk dat de zaken uit de hand lijken te lopen. De bed den moeten worden verschoond en opgemaakt; twee nieuwe pa tiënten wachten op opname; een paar anderen moeten worden be geleid naar poli en operatiekamer en er moet er één worden overge plaatst. door Paul de Tombe Tegelijkertijd drijven artsen met arts en co-assistenten op hun grote ronde als een dikke witte jassenwolk door de kamers, glijdt de schoonmaak ploeg over de vloeren en komt ie mand van de interne transportdienst de keuken bevoorraden. Daartussen door manoeuvreren dan nog keuken- zuster, menuconsulenten en fysiothe rapeuten over de gang, die volge stouwd met allerhande voorwerpen en personen het aanzien aanneemt van een stukje Haarlemmerstraat op een doordeweekse dag. Vlak voor het bezoekuur van de particuliere patiënten lijkt de chaos definitief te hebben toegeslagen op afdeling 3 F van het Elizabeth Zieken huis, waar interne geneeskunde is ge vestigd en oogheelkunde is onderge bracht. De zes verpleegkundigen (vijf gediplomeerden en een leerling) die dienst draaien hebben de zaken ech ter ook tijdens het spitsuur voortdu rend onder controle. De chaos is een georganiseerde chaos. Een half uurtje houdt de topdrukte aan, dan is het meeste gedaan wat moest worden ge daan en is de rust teruggekeerd. Of nou ja, rust. Rustig Op weg naar de volgende piek, vlak voor de avond, blijft het de hele dag druk maar dat is een overzichtelijke drukte waarin kan worden ingehaald wat tijdens de ochtendspits is blijven liggen. Ditmaal valt de schade mee: alleen het schrijven van een opname rapport en het opruimen van een ka mer zijn er bij ingeschoten en moeten alsnog worden afgewerkt. "Maar dit is dan ook een rustig dagje", zegt ver pleegkundige Herbert Plompen (26), "omdat we vandaag met een volledige bezetting kunnen werken. Dat is lang niet altijd het geval". Het komt vooral hém goed uit. De avond tevoren heeft hij ook al ge werkt, tot elf uur, maar evengoed staat hij er weer die ochtend. Om half acht. Klaar om tot half vijf vrijwel aan een stuk door te lopen, tegen een maandelijkse vergoeding die niet be paald royaal is te noemen. Hoewel de werkdruk vanwege bezuinigingen, arbeidsduurverkorting en vergrijzing steeds toeneemt, blijven de 'kale' sa larissen van verpleegkundigen twaalf procent achter bij het bedrijfsleven, met brutobedragen van 2332 tot 3360 gulden voor gediplomeerden en van 2728 tot 4706 gulden voor leidingge venden. "Alleen met toeslagen voor onregel matigheid is dat nog enigszins inte ressant te maken", aldus Plompen en zijn collega's, "al gaan veel verpleeg kundigen juist vanwege die onregel matigheid minder werken omdat dat de enige manier is om je te handhaven in dit vak en om wat tijd voor jezelf over te houden". Belediging Gevangen in die vicieuze cirkel van werkdruk, onregelmatigheid en ver dienste, trokken onlangs 6.000 ver pleegkundigen en verzorgenden naar Utrecht om er te demonstreren voor betere betaling. De door minister De Koning (sociale zaken) vastgestelde ruimte van 0.32 procent en het daarop door de Nationale Ziekenhuisraad af gestemde bod van hoogstens drie kwart procent werd zo ongeveer als een belediging ervaren en wat lang niet meer was gelukt, gebeurde nu wel. Verpleegkundigen en verzorgen den kwamen ook buiten het zieken huis in actie, daartoe aangezet door de beweging WIG, Verpleegkundigen en Verzorgenden in Opstand. Een actiegroep die spontaan ont stond buiten de bonden om, maar die bonden zagen dat, én de royale op komst tijdens de demonstratie op za terdag 11 februari in Utrecht, niet als een motie van wantrouwen aan hun adres. Integendeel, ze stelden zich op achter de actievoerenden en pasten de looneisen aan hun wensen aan: van anderhalf procent naar vijf procent, r De voltallige ploeg van 3 F. PAGINA 21 BIJLAGE VAN HET LEIDSCH/ALPHENS DAGBLAD eindelijk tijd is voor koffie. "Er is ook een professionalisering van het be roep aan de gang. De opleiding is ver anderd en de nieuwe lichting leerlin gen wordt steeds kritischer. Het be roep krijgt een eigen gezicht. De ver pleegkundige is geen verlengstuk meer van de arts". Dat is te lang het geval geweest en nog vinden de meeste medici dat de ver pleging er voor hun is en niet voor de patiënt. "Wij vinden precies het te genovergestelde", zal Humphrey Ver sloot, hoofd van de Verpleegkundige Dienst van het Elizabeth Ziekenhuis, later die dag opmerken. Volgens hem gaat het straks bij de acties dan ook niet alleen om meer geld maar ook om waarden als erkenning en respect. "De verpleging bestaat voor 85 pro cent uit vrouwen en die worden nog te vaak beschouwd als hulpjes van de dokter. Daarnaast wordt het beroep teveel geassocieerd met huishoude lijk werk, en dat gebrek aan erken ning zie je op alle niveaus. Ook op het hoogste", zo luidt het betoog van Ver sloot, hoofd van alle 370 verpleegkun digen van de 22 afdelingen van het Elizabeth Ziekenhuis. "Vroeger had je driehoofdig direc ties in dit soort ziekenhuizen. Er was een medisch directeur, een financieel directeur en een verpleegkundig di recteur. De medicus en de econoom zitten er nog steeds in, de verpleeg kundige is er veelal uit verdwenen. Er zijn hooguit nog tien van die directeu ren op een totaal van 300 instellingen in Nederland. Het effect daarvan is dat de verpleging geen invloed meer heeft, ook niet in de Nationale Zie kenhuisraad. Die wordt gevormd door de directies van ziekenhuizen en nu daar vrijwel alleen economen en medici inzitten die niet altijd even fris aankijken tegen de verpleging, kom je daar ook niet aan bod. Zeker niet met zulke eisen als nu worden ge steld". Volgens hem vloeien die dus niet al leen voort uit het verlangen naar meer 'pegeltjes', maar ook en vooral uit de onvrede over de geringe mate van er kenning. "Meer geld is natuurlijk hard nodig, want zonder onregelma tigheidstoeslagen is het salaris heel laag", stelt Versloot voorop. "Vooral als wordt bedacht dat de werkdruk al len maar is toegenomen door het an dere financieringstelsel voor specia listen, de bezuinigingen en de ar beidsduurverkorting en dat die werk druk nog zal stijgen door de vergrij zing in Nederland". Verloop "Maar geld alleen is niet voldoende", denkt hij. "Het gaat ook om die ande re waarden. Daarom is er sinds de ja ren zeventig zo'n groot verloop bij het verplegend personeel: 20 tot 30 pro cent, tegen 8 tot 10 procent in het be drijfsleven. Eens in de drie, vier jaar heb je in een ziekenhuis dus een com pleet nieuwe crew en dat komt vol gens mij voornamelijk door het ge brek aan respect. De verpleging wordt niet serieus genomen, alleen door de patiënt. En daar zit volgens mij het echte probleem. Dat zit de ver pleging al jaren dwars, maar tot nu toe werd daartegen niets gedaan omdat ze zich in een passieve rol liet druk ken. Omdat het voornamelijk vrou wen zijn en de mannetjes in de wereld van de ziekenhuizen nog altijd de baas zijn. Dat klinkt bot, maar zo is het wel". Dat tijdperk is nu echter op weg naar het einde. De oprichting van de WTO door vrouwelijke verpleeg kundigen uit Amsterdam, markeerde een mijlpaal; de opkomst tijdens de eerste demonstratie verraste ieder een. "Dat moet we zo houden", stelt Herbert Plompen die 'toevalllig' als enige man van de afdeling 3 F het woord voert omdat hij lid is van de on dernemingsraad en voor de WIO de actiebereidheid in het Elizabeth Zie kenhuis peilt en probeert te iryecte- 'Op sommige afdelingen is de be reidheid nihil, omdat de meesten nog niet op de hoogte zijn van wat de WIO wil. Terwijl er toch wel het een en ander aan informatie is verstrekt", zo getuigt hij. "Onbegrijpelijk, want er is te lang gezwegen. De tijd is meer dan rijp voor actie". Tot welke acties zal worden overge gaan als de onderhandelingen vastlo pen, weet ook hij niet precies. "Maar we laten ons in elk geval niet meer af schepen", stelt hij gedecideerd vast. "Natuurlijk zullen we uiteindelijk wel water by de wijn moeten doen en er gens tussen de anderhalf en vijf pro cent uitkomen, maar we zullen onze poot zo lang mogelijk stijf houden en we willen ons ook duidelijk laten zien. Eerst met acties buiten de ziekenhui zen en als dat niet werkt met stip- heidsacties binnen de ziekenhuizen. We kunnen dan de werkzaamheden laten vallen die eigenlijk door een arts moeten worden verricht", geeft hy als voorbeeld. "De WIO blyft er in elk geval boven op zitten. Zo lang het nodig is, want die groep zal waarschijnlijk niet altijd blijven voortbestaan en wil zelf geen bond worden. De bedoeling is dat ze met aanhang onderdak zoekt bij een van de bonden en dat zou heel goed zijn. Er zijn nu mensen die anderen kunnen aanzetten tot actie en die mo gen niet verloren gaan. Die heb je no dig om een vuist te maken, om nog eens een menigte op de been te bren- als dat moet. Nu die draad is op- akt mogen we geen steek meer la- ien vallen". f r-MË f"™** De opkomst verraste iedereen. Ruim zesduizend verpleegkundigen trokken twee weken geleden naar Utrecht om te demonstreren voor betere betaling en zoveel werknemers uit die beroepsgroep waren nog nooit gezamenlijk buiten de ziekenhuizen op de been. Het is de verpleegkundigen dan ook bittere ernst met hun eisen. De cao- onderhandelingen moeten nog beginnen, maar acties zijn nu al aangekondigd door de WIO, de Verpleegkundigen en Verzorgenden In Opstand. Paul de Tombe liep een ochtend mee op een afdeling van het Elizabeth Ziekenhuis en constateerde hoe groot de werkdruk in de verpleging is. r Sylvia Röling en Herbert Plompen bij een patiënt: "De persoonlijke aandacht schiet er te vaak bij in". om een begin te maken met het inlo pen van de achterstand op het be drijfsleven. Óm duidelijk te maken dat het de verpleegkundigen dit keer bittere ernst is, heeft de WTO 15 maart uitge roepen tot actiedag (plaats Den Haag). En voordat op 21 maart de onderhan delingen beginnen hebben ook de bonden een manifestatie georgani seerd op 18 maart (plaats: Utrecht). Het komt wat merkwaardig over. "Maar dat is het niet. De ene dag is al leen voor verpleegkundigen, de ande re voor alle werknemers die onder die cao vallen. We vinden het ook hele maal niet vervelend dat die WIO is ontstaan. We zijn zelfs blij dat de ver pleegkundigen nu eindelijk eens iets van zich laten horen. We hebben nooit gemerkt dat er sprake was van zo'n enorme solidariteit en actiebereid heid", zegt Ria van Rooijen, voorlicht ster van de NMV, de Nederlandse Maatschappij voor Verpleegkunde. De vroegere belangenvereniging Het Beterschap die sinds vorig jaar de naam NMV draagt is de enige onaf hankelijke bond; daarnaast bestaan nog de beroepsgroep verpleegkundi gen en verzorgenden van de CFO, de CNV-bond van werkers bij overheid, welzijn en gezondheidszorg, en een soortgelijke bundeling binnen de FNV-bond AbvaKabo. Bij alle bon den tesamen heeft zich 19 procent van het totaal aantal verpleegkundigen in Nederland aangesloten. Een uiterst schamel percentage, maar daarvoor zijn wel oorzaken aan te wijzen. "Er is een groot aantal men sen dat ons verwijt dat we te weinig doen, maar als wij een cao-vergade ring organiseren komt er niemand en op de algemene ledenvergadering ko men hooguit 25 man. Wat kunnen we dan doen?", vraagt Ria van Rooijen zich af namens de NMV, die met ruim 11.000 leden de grootste bond is. "Dat zich niet meer verpleegkundi gen aansluiten, heeft een historische achtergrond", weet zij. "Dat komt voort uit het oude Florence Nigh- tingale-idee over het beroep: ver pleegster zijn is ten dienste staan van anderen en geen eisen voor jezelf stel len. In dit beroep zijn ook altijd veel vrouwen werkzaam geweest, die stap ten er uit als ze kinderen kregen. Die dachten vaak: het zal mijn tijd wel du ren. Dat is nu allemaal aan het veran deren. De leden stromen momenteel binnen". Effect Maar dat is logisch nu er actie moet worden gevoerd, zegt Trudy Doffer- hoff. "In de oorlog wordt het geloof belangrijk en stromen de kerken vol, en dat effect zie je nu bij ons met de vakbonden". De hoofdverpleegkun dige van 3 F van het Elizabeth Zieken huis in Leiderdorp is het helemaal niet eens met de historische uitleg van Van Rooijen. Zij kan wel een paar actuelere redenen bedenken waarom verpleegkundigen zich niet aanslui ten bij een bond. "Je komt binnen als leerling en dat blijf je vier jaar. In die tijd word je op allerlei afdelingen voortdurend ver teld wat je moet doen en moet je steeds concessies doen. Na die perio de ben je echt niet meer zo gemoti veerd om voor je eigen rechten op te komen. Bovendien werk je als ver pleegkundige ook vaak solistisch", geeft ze aan. Een verpleegkundige werkt boven al hard, zo blijkt. "Soms werkje zeven dagen achtereen en heb je twee dagen vrii, waarvan je er één kwijt bent aan (foto's Wim Dijkman) uitslapen en boodschappen doen. Maar soms heb je na acht dagen wer ken ook vier dagen vrij en dat houdt je op de been. Dan kun je even afstand nemen", betoogt Plompen. "Daarom gaan veel mensen minder werken. Voor 80 procent bijvoor beeld, dat geeft net die extra vrije tijd die je nodig hebt om overeind te blij ven. Want het werk doet toch een aan slag op je en de voldoening van het mensen helpen biedt niet meer ge noeg compensatie. Natuurlijk, er ge beuren ook leuke dingen. Mensen die je opgeknapt de deur ziet uitgaan, die bedankbriefjes sturen of gebak neer zetten bij hun vertrek. Dat is een stuk je waardering dat je nodig hebt". "Zeker hier", zegt Herbert Plom pen, die tijdens zijn werkzaamheden een vergelijking maakt. Interne ge neeskunde, waar mensen terechtko men met interne aandoeningen (bloedziekten, kanker, lever), komt er daarbij goed van af. "Hoewel het gees telijk best zwaar is, omdat er ook vaak terminale patiënten bij zijn, is dit een van de meest soepel draaiende afde lingen", zegt hij. "Dat heeft tot gevolg dat er weinig mensen weggaan en dat je steeds meer op elkaar raakt ingespeeld. Maar dat is lang niet overal het geval. Er zijn ook afdelingen in ziekenhui zen waar constant vacatures- zijn, waar de werkdruk daardoor steeds groter wordt en waar ze ten slotte in een vicieuze cirkel raken. Op een en kele afdeling moesten daarom zelfs zalen worden gesloten". Minimaal Op 3 F van het Elizabeth is dat nooit ter sprake geweest. Net als bij iedere andere volledige afdeling zijn er 20 verpleegkundigen (negentieneneen- half, verbetert Trudy Dofferhoff), die alle diensten bezetten. De dagdienst van half acht tot half vijf en van negen tot zes, voor respectievelijk vier en twee personen; de avonddienst van twee tot elf voor een groep van drie, en de nachtdienst van kwart voor elf tot kwart voor acht, voor één ver pleegkundige en een tussenwacht die kan inspringen. Bij een maximale bezetting met 36 patiënten, zyn het vaak minimale aan tallen; zeker tijdens de weekeinddien- sten die in principe om de week wor den gedraaid. "Soms is het ook niet te doen", verzucht de verpleegkundige die die ochtend uit de nachtdienst komt en de zaken overdraagt. "Ik heb vannacht niet echt veel gezeten". Zitten is er ook niet bij voor dege nen die in de vroege ochtend aan de slag gaan. Terwijl zijn collega Sylvia Röling zich belast met het wassen van de patiënten die daarbij hulp nodig hebben, gaat Herbert Plompen rond met medicijnen en oogdruppels. "Want naast de interne bedden zijn hier ook nog acht 'oogbedden' voor mensen die oogoperaties moeten on dergaan. Die liggen over de hele afde ling verspreid en vragen ook nogal wat zorg". Na zijn pillenrondje helpt hij met wassen; vervolgens moeten de bed den worden opgemaakt en tussen door brengt hy patiënten naar oog heelkunde en de operatiekamer "om dat de brancadiers daar nu geen tijd voor hebben". De persoonlijke aan dacht wordt door de patiënten uiter aard op prijs gesteld. "Maar die aan dacht kunnen we lang niet altijd ge ven. De sociale begeleiding valt te vaak weg en juist hier is die vaak zo nodig. De mensen hebben niet altijd familie bij zich en hebben dan behoef te aan iemand om hun verhaal aan te vertellen. Het is heel triest dat het niet altijd kan". Ook niet nu er sprake is van een meer patiëntgerichte verpleging. "Vroeger was de verpleging taakge richt, tegenwoordig leggen we de prioriteiten meer by het geven van aandacht", zeggen de verzamelde ver pleegkundigen als er rond tien uur Humphrey Versloot: "Het gaat ook om respect".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 21