Zelfs Britten voor
bolhoed naar Uden
Psycholoog Suzanne Piët; 'Fouten maken kan ernorm lonend zijn'
Slaapproblemen kind
na paar gesprekken
met ouders opgelost
Handige
heuptas
KOESTERENDE ARMOEDE Iteke Weeda
BOY DE WINTER (40) DE
LAATST OVERGEBLEVEN
Vrouwennetwerk
In ons land woont de enige hoedenmaker die zijn hoofddeksels,
speciaal hoge hoeden, nog met de hand maakt. Tot ver over de
grenzen heeft hij klandizie. Op bezoek bij een beoefenaar van een
uitstervend ambacht, die zich erover verbaast dat de Engelsen voor
Britse bolhoeden naar hém toekomen.
door Patricia van der Zalm
kunt het leren maar het be
langrijkste is dat je het leuk
vindt. En of het nu om het toe-
door
Henriëtte v.d. Hoeven
spreken van een jubilaris gaat,
het inleiden van een spreker
of de presentatie van een rap
port, na je eerste angst te heb
ben overwonnen, is de groot
ste kunst het publiek te blij
ven boeien.
En hoe moeilijk dat kan
zijn, beseften alle bezoeksters
(en die ene bezoeker) die de
uitnodiging van het Alphense
Vrouwennet om dr. Suzanne
Piët over dit onderwerp te ho
ren praten, hadden aangeno
men terdegen. Ze waren gre
tig om van de journalist en
psycholoog, gespecialiseerd
in communicatie het een en
ander op te steken.
En de manier waarop Su
zanne Piët met haar zaal om
sprong, was - afgezien van wat
.zei - al een 'lesje'. Ze begon
meteen haar publiek bij het
onderwerp te betrekken door
het stellen van een serie vra
gen. - Een publiek van goed
opgeleide vrouwen zit zo'n
avond niet te wachten op een
college.- Een van die vragen
was: "Ziet u veel vrouwen die-
altijd perfect zijn. Altijd tot in
de puntjes verzorgd, geen
haartje verkeerd?" Toen het
er even op leek dat het vrij ne
gatieve antwoord uit de zaal
haar opzetje in de war zou
gooien, schakelde ze snel
over: "Via de media zien we al
leen maar perfecte mensen.
Neem nou Dallas. In zo'n serie
hoeven ze nooit naar de wc."
Van het idee dat alles per
fect loopt, gruwt Piët. Dat
hoeft van haar helemaal niet.
Van haar mag je best eens roe
pen datje de draad kwijt bent.
Haar ervaring is dat er altijd
wel mensen zijn, die je met ge
noegen weer op het goede
spoor zetten. Het Kitchener-
effect noemt ze dat. Toen En
geland in de eerste wereldoor
log een vrijwilligersleger op
de been moest brengen, ver
schenen overal posters met de
afbeelding van de populaire
legerleider met daaronder de
tekst: England needs YOU
(Engeland heeft U nodig).
Ze vindt dat je moet probe
ren van je zwakte een sterk
punt te maken. Bijvoorbeeld
door aan het begin van je ver
haal te zeggen: "Ik praat snel,
als het te vlug gaat, moeten
jullie dat zeggen". Daarom
was haar eerste advies: Niet
denken dat alle anderen per
fect zijn. Dat zijn ze niet. Haar
tweede was: Trek je er niets
van aan of ze je aardig vinden.
Piët: "Vrouwen willen graag
aardig gevonden worden en
hebben daar veel voor over.
Helemaal niet nodig. Het kan
ook niet. Aardig gevonden
worden en iets te vertellen
hebben, gaan eigenlijk niet sa
men".
Met deze twee adviezen
voor ogen ben je als spreker al
een heel stuk op de goede
weg. Nu nog het publiek zien
te boeien. Daar is toch wel eni
ge voorstudie voor nodig.
Maak voor jezelf eerst uit
waarover je het wilt hebben
en watje ermee wilt bereiken.
Een goed verhaal moet lo
gisch opgebouwd zijn een
kop, middenstuk en een staart
hebben. En minstens zo be
langrijk is dat je je als spreker
bezig houdt met de vraag: uit
wat voor mensen bestaat mijn
publiek; wat zou hun kunnen
boeien. Piët: "Daarbij kun je
denken: Koning, keizer admi
raal; Popla gebruiken ze alle
maal, dat is de meest globale
benadering". Maar haar ad
vies is je bijvoorbeeld eens af
te vragen wat de mensen van
je verwachten, wat ze al van je
onderwerp weten, wat hun
opleidingsniveau is, welke
leeftijd ze hebben, waar ze wo
nen, voor welk taalgebruik ze
gevoelig zijn. En dat niet al
leen. Mensen zijn verwend
door de tv. Naast iets horen
willen ze ook op een andere
manier geboeid blijven. Su
zanne Piët: "Waarom denk je
dat een goochelaar een assis
tente heeft die allerlei bewe
ginkjes staat te maken? Je
weet zeker dat het daar niet
gebeurt, maar toch wordt je
blik er naartoe getrokken".
Een spreker die stijf achter
een microfoon gaat staan en
zijn verhaal op een toon af
draait, is daarom het beste
middel om de hele zaal in
slaap te wiegen. Een beetje be
weging, wat stembuigingen
en af en toe eens heel heel
overwachte wending - een tus
senzinnetje om het publiek er
Suzanne Piët brengt haar
weer- helemaal bij te krijgen,
dat zijn de trucs die een goed
speker tot in de puntjes moet
beheersen. Dat is soms ook de
reden dat iemand die eigenlijk
niet zoveel te vertellen heeft
maar dat leuk presenteert
meer succes heeft dan de man
of vrouw die een doortimmert
verhaal heeft maar elk gevoel
voor presentatie mist. Al
dus Suzanne Piët.
In het kort de punten waar
je volgens Suzanne Piët op
moet letten als je je gehoor
wilt blijven boeien:
1. Wat wil je bereiken.
in praktijk. Haar
2. Waar gaat het verhaal
3. Is je verhaal in een regel te
vatten. Welke? Zoniet dan be
vat het verhaal meer dan een
boodschap of is daarover on
duidelijk.
4. Deel het verhaal op in
stukken. Kondig bij ieder
stuk aan waarover het gaat.
5.Formuleer korte zinnen.
6.Formuleer steeds con
creet. Geef voorbeelden.
7.Verzin een beeld (meta
foor) voor het begin en grijp er
in de loop van het verhaal naar
terug.
is er helemaal 'bij'.
(foto Ben de Bruijn)
8.Denk aan de visuale pre
sentatie: jasje dicht, handen
uit de zakken, niet aan je ge
zicht zitten. Hou een pen of
iets dergelijks bij de hand.
9. Articuleer duidelijk. Over
drijf de klemtonen. Hou een
rustig tempo vast tot het eind.
10. Check bij de voorbrei-
ding je kleding op vlekken.
Laat je inleiden,. Bekijk de
ruimte waar je spreekt vooraf
en laat licht en microfoon con
troleren. Let op wat je vooraf
consumeert.(Geen koolzuur
houdende drank bijvoor
beeld).
Een toespraak houden,
een zaal vol ogen verwach
tingsvol op je gericht. De
een ziet het als een uitda
ging, de ander staat met
het klamme zweet in de
handen achter de micro
foon.
Spreken in het openbaar, je
Er is een nieuwe tas op de
markt, de BeltBag, een op-
bergtas, die op de onderkant
van de rug gedragen kan wor
den en met een riem rond de
heupen wordt vastgegespt.
De tas bevat een groot vak
en twee kleine, waarin ruimte
is voor dingen die je op wan
del- en fietstochten bij de
hand moet hebben: een'beetje
mondvoorraad, bandenplak
spul, een regenjas, enz. Aan de
tas zitten ook gespjes waaraan
bijvoorbeeld een paraplu kan
worden vastgemaakt.
De zilverkleurige BeltBag is
voor ƒ28,95 (adviesprijs) in
fiets- en sportzaken te koop.
Er heeft een feminisering van de armoede
plaats. Dit kan mij hels maken en wel om
twéé redenen. De eerste reden zal u duide
lijk zijn. Met feminisering van de armoede
wordt gedoeld op het verschijnsel dat
steeds meer vrouwen tot de nieuwe 'bedel-
stand' gaan behoren. Sowieso is de groei
ende nieuwe armoede een schrijnend pro
bleem in onze relatief welvarende, eind. 20-
eeuwse samenleving. Maar het zijn dan
weer de vrouwen die als groep de grootste
kloppen krijgen. Er wordt het zwaarst be
zuinigd in die sectoren, waarvan vooral
vrouwen economisch afhankelijk zijn. Er
is geen goede opvang voor kinderen, zodat
economische zelfstandigheid voor moeders
een ver ideaal blijft. Ook veel oudere vrou
wen zien een halve eeuw zwoegen voor
man en kinderen uitmonden in een uiterst
karige levensavond; onder hen is de ar
moede groot.
Bekend is dat de nieuwe armoede niet
alleen materieel een groot kwaad is voor
mensenmaar dat de immateriële gevol
gen ook zeer pijnlijk zijn. De maatschap
pelijke deelname is in deze groep gering, er
is sprake van een zekere mate van apertie
en mensen verliezen ook persoonlijke (fa-
mïlie-vriendschaps) contacten. Isolatie is
wel een triest effect, zeker ook als een vol
wassene nog kinderen op te voeden heeft.
"Je moet niet van alles de maatschappij de
schuld geven; mensen kunnen hun eigen si
tuatie ook verbeteren", wordt er gemakke
lijk gezegd. Het zijn menigmaal dezelfde
mensen die op een ander moment beweren,
dat als vrouwen zelf een kind willen, ze ook
de consequenties moeten aanvaarden en
zelf ervoor zorgen. Het kind mag niet de
dupe worden van het betaalde werk van de
moeder; nee, de moeder moet kennelijk de
dupe worden.
Vrouwen zitten niet op de juiste plekken,
ze hebben door het moederschap vaak geen
eigen inkomeneen economische kwets
baarheid die zolang alles 'goed' gaat nau
welijks beseft wordt.
Feminisering van de armoede is niet ty
pisch Nederlands, vanuit de Verenigde
Staten zijn al langer geluiden erover te
vernemen. Dit is de ene en zwaarste reden
van mijn hels-zijn; aan de andere reden til
ik toch ook niet licht. Het betreft de termi
nologie 'feminisering van de armoede'. Fe
minisering duidt op 'vervrouwelijking';
een proces binnen de cultuur waarbij zoge
naamd vrouwelijke waarden en kwalitei
ten als zorgen, koesteren, emotionaliteit,
intuitie een hoger aanzien krijgen óók voor
mannen. Feminisering van de cultuur be
tekent uiteraard niet dat er groter aantal
vrouwen komt in die cultuur. Nu, als we
dan spreken over feminisering van de ar
moede betekent dat zoiets als een toene
mend koesteren van de armoede. Volstrekt
absurd dus. Armoede wordt bepaald niet
gekoesterd door de betrokkenen en gene
geerd door de samenleving.
Wat me zo boos maakt over deze onjuiste
terminologie is, dat die armoede op deze
wijze lekker soft klinkt en niet zo angst
aanjagend. Het gaat evenwel om een pro
ces van marginalisering van vrouwen, om
materiële en immateriële verarming onder
vrouwen. Dat klinkt direct een stuk harder
en realistischer. Wat mijn razernij ook op
roept, is dat via deze termen het feminisme
onbewust in een kwaad daglicht wordt ge
plaatst. Gesuggereerd wordt dat het femi
nisme iets te maken heeft met deze armoede
- wellicht een oorzaak ervan??
En dat terwijl binnen het feminisme een
van de bindende strijdpunten is om de eco
nomische positie van vrouwen juist te ver
sterken. Laten we afspreken om voortaan,
als het groeiend aantal arme vrouwen aan
de orde is, over verarming en marginalise
ring van vrouwen te praten.
Ja, het maakt me hels en ik voel dat die
woede geen keuze is maar ze overkomt me.
Het zal dus wel een biologische oorzaak
hebben heb ik onlangs begrepen. Ik hoop
nu maar dat mensen van het Herseninsti-
Het lijkt wel oorlog in de
buurt waar de Udense hoge-
hoedenmaker Boy de Winter
woont. Hij woont op de Linie,
die haaks staat op de Front
straat. Het adres blijkt op het
industrieterrein, ver wegge
stopt. Een huis van het type
bungalow met aanpalende
werkplaats en een bord met
de afbladderende tekst Hoge-
Hoedenmakerij. Uit heel Eu
ropa weten de klanten, thea
ter- en filmmensen en een en
kele particulier, hem te vin
den. De Winter is namelijk de
enige in deze contreien die ho
ge hoeden en andere hoofd
deksels nog met de hand
maakt.
"Zeg maar rustig de enige
ter wereld. Weet je wat het is,
meisje, ik kan me voorstellen
dat mensen me niet geloven
want ik geloof het zelf maar
half. En toch is het zo".
Boy de Winter ('Eigenlijk
heet ik Hendrikus Wilhelmus,
maar dat is natuurlijk geen
naam') beoefent een vak dat
nagenoeg is uitgestorven. De
enkelingen die er waren toen
hij jonger was, heeft hij stuk
voor stuk zien verdwijnen.
Meneer Bogers in Rotterdam,
meneer De Vries in Amster
dam en Sporenberg in Eind
hoven. Geen opvolging, geen
animo, te tijdrovend werk.
Maar De Winter is doorgegaan
en dat loont.
Wachttijden
Er zijn wachttijden voor klan
ten, want hoeden uit voorraad
zijn er niet. Alles wordt nieuw
gemaakt. En dat stellen de
klanten wel zo op prijs, hoe
wel 'Joop van Ellende' nog
wel eens ongeduldig wil zijn.
Dan werkt De Winter, bijge
staan door zijn 18-jarige zoon,
gewoon een nacht door. Daar
zit hij in het geheel niet mee.
Evenmin maakt het hem veel
uit voor wie hij zijn hoofddek
sels maakt. Zijn klanten zijn
hem allemaal even lief. "Eén
hoed was voor Yves Montand.
Dat geloof ik dan maar, daar
zeur ik niet over".
Naast Hoge-hoedenmaker
staat er op zijn visitekaartje
ook Zylindermacher, Tophat-
ter en Chapelier de haut form,
een indicatie voor de mate van
internationale contacten die
De Winter er op na houdt.
Jaarlijks zijn hij en zijn vrouw
Willemien, die dameshoeden
maakt, nog wel eens op am
bachtenmarkten in ons land
te vinden, maar de uitnodigin
gen voor premières van films,
theater- en balletvoorstellin
gen komen ook regelmatig uit
Zijn er ingrijpende gebeurte
nissen geweest in het leven
van het kind, bijvoorbeeld een
ziekenhuisopname of een
echtscheiding van de ouders?
Ook kijk ik naar de reactie van
de ouders op het probleem en
naar het gedrag van het kind
in het algemeen".
Aan de hand van die infor
matie geeft Schregardus ad
viezen om het gedrag van de
ouders te veranderen. "Ou
ders, wier kind iets naars heeft
meegemaakt, geven vaak
vanuit een soort schuldge
voel, vanuit hun eigen ver
driet, toe aan de wensen van
dat kind. Ze hebben het ge
voel iets fout te hebben ge
daan, waar dat kind op de een
of andere manier de dupe van
is geworden. Zo verleggen ze
steeds de grenzen van wat
mag en wat niet mag. Er is
geen duidelijkheid meer in
het optreden van de ouders en
het kind gaat zich onveilig
voelen. En een kind dat zich
niet veilig voelt slaapt slecht",
aldus Schregardus.
Om die duidelijkheid te cre
ëren adviseert zij de ouders in
het eerste gesprek hun hou
ding ten opzichte van het kind
overdag te veranderen. "De
ouders gaan overdag oefenen
met het trekken van grenzen.
Ze moeten weer zelf de leiding
gaan nemen en vooral conse
quent zijn. Een duidelijk 'ja'
en een duidelijk 'nee'. En niet
alleen aandacht voor negatief
gedrag, maar ook duidelijk
aan het kind laten merken wat
de ouders wel fijn vinden; het
kind voelt zich anders afgewe-
In het tweede gesprek wor
den richtlijnen voor de nacht
opgesteld. Bijna altijd heeft
het 'dagprogramma' dan al
vruchten afgeworpen. Kinde
ren blijken rustiger te worden,
blijer en minder 'kleverig'.
Schregardus: "Bij andere
methodes wordt meteen be
gonnen met de aanpak van het
nachtelijk gedrag. Adviezen
voor overdag worden meestal
niet gegeven. Terwijl ondui
delijkheden waar het kind
overdag mee te maken heeft
sterk mede-bepalend zijn voor
de nachtrust".
het buitenland. Verre oorden
lokken, maar veel tijd om er
heen te gaan, heeft De Winter
niet. Zin trouwens ook niet.
"Als je reist, verlang je naar
huis en als je thuis bent, wil je
reizen. Bovendien kan ik hier
anders wel ophouden. Het is
toch te gek om los te lopen. In
Duitsland en Engeland is er
niet één meer die handwerk
maakt. Voor Engelse bolhoe
den komen ze naar Uden. Als
ze bij de Comédie Fran^aise,
een van de oudste en grootste
toneelgezelschappen ter we
reld, geen raad weten, komen
ze hierheen. In Parijs werd ik
onthaald als de meest gezoch
te man van Europa".
Kledingverhuur
Boy de Winter, nu veertig, be
gon op zjjn dertiende met het
handwerk. Zijn familie zat in
de kledingverhuur en een van
de klanten was een hoge-hoe
denmaker. Zo is hij erin ge
rold. Zijn oudste zoon begon
op zijn twaalfde mee te helpen
en is nu, mét handelsdiplo
ma's, mede-hogehoedenma-
ker. Er is dus een opvolger, zij
het dat die opvolging betrek
kelijk is. "Vader en zoon is
niks", vindt Boy de Winter.
"Het gaat te streng of te los.
Hier gaat het er streng aan toe,
Boy Winter in zijn atelier. Hoeden op voorraad heeft hij niet maar de Europese theater- en
filmwereld is bij hem kind aan huis. "Als ze bij de Comédie Franqaise geen raad meer wa-
ten, komen ze hierheen. In Parijs werd ik onthaald als de meest gezochte man van Europa".
maar ik vind dat ik hem toch
te mild beoordeel. Je lacht er
om, maar het is eigenlijk een
trieste zaak. Zijn zin in dit
werk valt me wel eens tegen.
Veel klanten vragen: maar u
hebt toch wel een opvolger?
Of het echt iets met hem
wordt, moet de toekomst le
ren. Ik zou het niet zo heel erg
vinden als hij zou stoppen".
Wat hij daarentegen erg be
treurt is, dat hij van niemand
iets kan leren. Ze zijn er een
voudig niet meer. In Duits
land woonde er nog een maar
die is inmiddels overleden.
"De man was ziek en zijn
vrouw hield de boot af. Ze ge
loofde gewoon niet dat ik dat
vak beheerste. Na een stuk in
de Frankfurter Allgemeine
belde ze om te zeggen dat ik
welkom was als haar man
weer beter was. Het is er niet
van gekomen".
Geen concurrentie
Hij is nu nog de enige. "Klan
ten gaan daardoor niet naar de
concurrent, dat is wel comfor
tabel. Maar ik beschouw me
zelf niet als grootheid; ik vind
het een gemis. Als we hoeden
van vroeger moeten namaken,
moeten we de maten aanpas
sen aan de grotere hoofden
van nu. Dat is niet eenvoudig.
Hoe ik er dan toch steeds uit
kom? Dat vraag ik me ook wel
eens af'.
Om het vak in ere te hou
den, heeft De Winter het plan
om naast zijn huis een klein
museum te bouwen. Ook zijn
er op verzoek rondleidingen
in zijn werkplaats. "Dan mo
gen ze overal aan voelen, knij
pen en ruiken, behalve aan de
hoedenmaker zelf'.
Ongeveer één op de vier jonge
kinderen kunnen 's nachts
moeilijk in slaap komen. Dat
bezorgt ook veel ouders slape
loze nachten, want de kinde
ren laten hen 's nachts niet
met rust. Pedagoge en maat
schappelijk werkster R.C.
Schregardus uit Utrecht heeft
een 'slaap- methode' ontwik
keld: twee gesprekken per ou
derpaar van een uur kunnen
voldoende zijn om de nacht
rust van zowel ouder als kind
te herstellen.
Voor maar liefst zestien van
de twintig 'proef-gezinnen
die meewerkten aan haar on
derzoek, had de methode van
Schregardus succes. De leef
tijd van de kinderen varieerde
tussen 8 maanden en 8 jaar.
Een kind met slaapproble
men zet de ouders als het ware
totaal naar zijn hand. Ge
fixeerd als ze zijn op het al of
niet slapen van hun kind, rich
ten de ouders zich helemaal
naar zijn wensen. Hun eigen
behoefte verdwijnt steeds
meer naar de achtergrond.
"Dat patroon moet doorbro
ken worden", zegt mevrouw
Schregardus. Ze heeft daar
een systeem voor ontwikkeld.
"In twee gesprekken met de
ouders laat ik verschillende
punten aan bod komen. Tij
dens het eerste gesprek kijk ik
naar de historie van het kind.
Het Vrouwennet is een
steuntje in de rug, een klank
bord voor vrouwen die op
gxond van opleiding en erva
ring een verantwoordelijke
positie innemen in het be
drijfsleven, bij de overheid of
in de politiek. Ze kunnen el
kaar advies vragen, een pro
bleem voorleggen of gewoon
leren van de ervaringen van
de ander. Ook wil het Netwerk
de doorstroming van vrouwen
naar hogere funkties stimule
ren. Dit gebeurt doormiddel
van thema-avonden, die wor
den verzorgd door een of meer
netwerkers.
Wie hierover meer wil we
ten kan kontakt opnemen met
Tineke van der Bend (privé
01720-36345, zakelijk 015-
611211) of Els Verdouw
(01720-95352)
tuut op kosten van de samenleving het
plekje in de hersenen willen ontdekken,
waar deze feministische woede zetelt en
aangewakkerd wordt. Misschien heb ik ge
woon een wat te grote woedeplek voor dit-
soort zaken. Als die natuurlijke oorzaak
gevonden wordt - alstublieft niet alleen 15
razende feministen mét griep vergelijken
met honderden rustige niet-feministen
zonder griep, want anders lopen we het ri
sico dat ik me blij maak met een dode mus -
wordt mijn leven een stuk lichter. Ik hoef
dan niet meer te denken dat die woede
mijn eigen schuld is of een gevolg van een
verkeerde opvoeding door mijn ouders,
maar ik weet gewoon dat zij biologisch be
paald is. Geruststellend èn misschien komt
er dan een eenvoudig chemisch middeltje
of een kleine medische ingreep om mij van
die feministische woede te genezen... Een
Nobelprijs voor de Reden lijkt me toch wel
het minste wat het Herseninstituut ver
dient, als het de wereld weet te verlossen
van de feministische woede bij vrouwen en