Het oerwoud als alternatief gekkenhuis Wang: succesvol vader van de tekstverwerker ROEKEN Incest: moeilijk probleem tussen hysterie en realiteit T INFORMATIEF De Intifada: het beeld van een volk in opstand Op ontdekkingsreis tussen Orinoco en Amazone WOENSDAG 1 FEBRUARI 1989 PAGINA 21 Nieuwe uitgaven Literatuur 'De prinses en de draak' van de Italiaan se schrijver Robert Pazzi. Het verhaal van grootvorst George Alexandrovitsj Romanov, de jongere broer van de laatste tsaar van Rusland. Uitgeverij Bert Bakker f28.90. 'Quinns boek' door William Kennedy. De vertelling van een dertienjarige wees over zijn zoektocht naar de ware liefde. Uitgeverij Bert Bakker f39,90. 'De geest van het borstbeeld'. Bundel verhalen van Judy van Emmerik. Uitge verij De Prom f22,50. 'Ik ben niet alleen van mezelf van Ma- rie-Thérèse Schins. Het verhaal van een meisje dat opgroeit in een groot gezin in de jaren vijftig. Uitgeverij Leopold f24,90. 'Wachten in de schemer' door Joan Riley. Roman over Westindische vrou wen in Engeland. Uitgeverij An Dekker f29,50. 'Van vroeger'. Bundel columns van de onlangs overleden schaker J. H. Don- ner. Uitgeverij Bert Bakker f29,90. Poezië 'Verzamelde gedichten' van Jan Willem Schulte Nordholt. Uitgeverij De Prom f34,50. Non fiction 'Inzicht en uitzicht. Opstellen over eco nomie en politiek'. Heruitgave van een bundel opstellen en redevoeringen van Joop den Uyl. Uitgeverij Bert Bakker f24,90. 'Indianen en Spanjaarden' door B. H. Slicher van Bath. Bundel artikelen over de belangrijkste aspecten van de ge schiedenis van de Europese expansie in Latijns-Amerika. Uitgeverij Bert Bak ker f39,90. 'Hoe zit dat nu in Libanon'. H. Mulder over de achtergronden van de burger oorlog in dit land. Uitgeverij Boeken centrum f 19,90. 'Zorgen voor morgen'. Het opzienba rende rapport van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygië ne over de toestand van het Nederland se milieu. Uitgeverij Samson f59,50. Jeugdboeken 'De man met de flaphoed' door Geer tje Gort. Paul denkt dat hij achtervolgd wordt door een enge man. Uitgeverij Zwijsen f 14,25. Israël zit danig in het nauw. Haar voornaamste bondgenoot, de VS, praat sinds kort met de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) en menig bevriende natie is van me ning dat Israël dat zelf ook zou moeten gaan doen. De Israëlische regering heeft tot nu toe echter per tinent ieder gesprek geweigerd. Ze beschouwt de Palestijnse leider Yassar Arafat nog altijd als terro rist en wenst niet te praten over te rugtrekking uit gebieden die veel Israeli's zien als van levensbelang voor het voortbestaan van de jood se staat. Die houding stuit echter op steeds meer weerstand in de rest van de wereld, ook van landen die tot voor kort zeer loyaal stonden te genover de Israëlische politiek.'Die toenemende kritiek hangt in be langrijke mate samen met de wijze waarop Israel heeft gereageerd op de zogenaamde Intifada, de Pales tijnse volksopstand, zoals die sinds eind 1987 woedt. Op 9 december 1987 braken er in de Gazastrook grote demonstraties uit. Aanleiding daarvoor was een auto-ongeluk waarbij vier Pales tijnse arbeiders werden gedood en vijf gewond. Door Gaza ging het gerucht dat het ongeluk-opzettelijk door de chauffeur van de Israëli sche vrachtwagen zou zijn veroor zaakt. Bij de controlepost Eres, de toegang tot de Gazastrook, reed de wagen in op naar huis terugkeren de Palestijnse arbeiders. De chauf feur, zo vertelde men later, zou een vriend zijn van een Israëli die een paar dagen eerder in de Gaza-stad was vermoord. Na zijn tocht van twee maanden door de jungle van Borneo dacht Redmond O'Hanlon dat een reis van vier maanden over de Orinoco naar het hart van het Amazonege bied geen problemen zou opleve ren. Hij kende immers de gevaren? Maar de expeditie met een boom stamkano met buitenboordmotor over de Orinoco leverde een-bewijs van het tegendeel. Behalve de vele ziekten die een ontdekkingsreiziger in dat gebied kan oplopen, zoals rivierblindheid en geelzucht, zijn er ook nog lastige medereizigers. Om nog te zwijgen over een miniscuul visje dat via de urinebuis naar binnen zwemt en vervolgens zijn stekels opzet. Wie de programma's van Adri- aan van Dis op de voet volgt, is het interview met Redmond O'Hanlon niet snel vergeten. Een wat verle gen, klungelige, afwezige weten schapper die zonder enige voorbe reiding zich in het hart van Borneo waagde en er ook nog levend uit kwam. Zijn boek over dat avontuur, Into the heart of Borneo, werd door vele recensenten geroemd als het gees tigste reisverslag dat zij ooit had den gelezen. In Tussen Orinoco en Amazone slaagt hij er opnieuw in de lezer mee te lokken naar een on bekend gebied en op humoristi sche wijze te boeien met een adem benemende tocht door ondoor dringbare oerwouden. O'Hanlons vrouw was nauwe lijks van zijn dochter bevallen of hij pakte opnieuw zijn biezen, nu om het spoor te volgen van Alexan der Humboldt (1769-1859). Deze Duitse natuuronderzoeker maakte van 1799 tot 1804 met Aimé Bon- pland een ontdekkingsreis van de monding van de Orinoco tot Bogo ta en Quito. Daarmee luidde hij het tijdperk van de pioderne onderzoe- kingsreizen in. O'Hanlon wil die tocht nog eens overdoen. Hij vindt, na bij enkele anderen bot te hebben gevangen, een reisgezel en fotograaf in Simon Stockton, een uit het oog verloren vriend die na 15 jaar vallen en op staan in het nachtleven dankbaar zijn kans grijpt onder het uitspre ken van de woorden: "Ik heb de keus tussen de Amazone of het gekkenhuis". In Caracas in Venezuela slaan O'Hanlon en Stockton hun pro viand en brandstof in en via O'Han lons vriend Charlie Brewer - de grootste ontdekkingsreiziger en fo tograaf van Venezuela - ontmoeten zij de mannen die als begeleiders met hen mee reizen. Het plan wij zigt zich enigszins, omdat Brewer met klem het Humboldtspoor ont raadt. Volgens hem heeft het geen zin om de route langs de Casiquiare te volgen, omdat Redmond daar niet de vogels en dieren zal vinden die hij in hun natuurlijke omge ving wil bekijken. Er moet een kleinere rivier zijn die de Orinoco en de Rio Negro ver bindt. Die zou ontspringen in een moeras in de binnenlanden ten zuidwesten van de Neblina, de hoogste berg in Zuidamerika bui ten de Andes. Brewer weet niet precies waar - dat mag Hanlon uit zoeken - maar wel dat het een woest gebied is. De laatsten die probeerden zich er een weg door heen te banen, moesten het na een dwaaltocht twee maanden in 1972 opgeven. Het is zo'n eenzaam ge bied dat zelfs de Neblina pas in 1953 is ontdekt. Indianen Na die opwekkende mededelingen neemt Brewer ook nog het laatste restje twijfel weg door de jung Waar houdt de realiteit op en be gint de hysterie? Na de golf van in- cestmeldingen die Nederland met een schok het besef bijbracht dat seksueel misbruik van kinderen geen randverschijnsel is, wordt ook langzamerhand steeds vaker de vraag gesteld of het inderdaad gaat om één op de 7 meisjes en één op de 100 jongens, zoals wordt ver ondersteld. De discussie over de cijfers is vooral schimmig omdat iedereen, net als bij een begrip als seksueel geweld, onder seksueel misbruik iets anders lijkt te verstaan. Een tweede vertekening is dat er in eer ste instantie sprake is geweest van een 'overvloed'. Vrouwen (en man nen) die jarenlang hadden gedacht dat zij als enigen waren misbruikt, begonnen hun verhaal te vertellen toen ze erachter kwamen dat zij be slist géén uitzonderingen waren. Alles kwam in één keer los, waar door er meer sprake van incest leek te zijn dan er werkelijk was. Een derde complicerende factor zijn de methoden die werden en worden gebruikt om seksueel misbruik op te sporen. Tekenend daarvoor is een kwes tie als Oude Pekela, waar als clowns verklede mannen op grote schaal schoolkinderen zouden hebben weggelokt voor het maken van pornografische foto's en films. Ondanks uitgebreide onderzoeken zijn de daders nooit gevonden. Het is zelfs maar de vraag of er über haupt wel een affaire-Oude Pekela is geweest. In eén opmerkelijke en overtuigende reconstructie van de zaak kwam eind vorig jaar de psy choloog Benjamin Rossen tot de conclusie dat de toen bekende ge gevens eerder wijzen in de richting van massahysterie dan van daad werkelijk seksueel misbruik. Bolderkar En nu staat het Medisch Kinder dagverblijf De Bolderkar volop in de belangstelling. Daar constateer den hulpverleners vorig jaar dat ongeveer dertien van de 40 kinde ren in meer of minder ernstige ma te seksueel waren misbruikt. De kinderrechter plaatste een aantal kinderen daarop direct uit huis, maar inmiddels is twijfel gerezen aan het bewijsmateriaal. Bij het vaststellen van het seksu eel misbruik hebben de hulpverle ners gebruik gemaakt van de 'pop- penmethode'. Kinderen spelen daarbij met poppen die mannelijke en vrouwelijke geslachtsdelen be vatten, waaruit de observerende psycholoog dan zijn conclusies trekt. De in de VS ontwikkelde me thode staat echter nog in de kinder schoenen. De Amerikaanse psy chologen Mclver, Wakefield en Un- derwager hebben in een onderzoek vastgesteld dat de methode voorlo pig nog aan alle kanten rammelt en nog een groot aantal verbeteringen behoeft om enigszins betrouwbaar te worden. Ook Heieen Woelinga geeft - wel licht onbedoeld - in haar boek seksueel misbruik van kinderen in het gezin aan hoe ongelooflijk moeilijk deze materie is. Ze geeft een uitgebreid, genuanceerd beeld over de vormen van seksueel mis bruik, hoe deze ontstaan en in stand blijven - waarin de machts structuur binnen het gezin een cen trale plaats inneemt - en welke schade daaruit voor het kind kan ontstaan. Haar standpunt blijft bij de nuanceringen heel duidelijk: hoe verklaarbaar het seksuele mis bruik soms ook is uit de achter grond van de dader, een rechtvaar diging is het nooit en te nimmer. Moeilijk Het boekje is geschreven vanuit de terechte gedachte dat hoe sneller seksueel misbruik kan worden op gespoord, hoe beperkter de schade kan blijven. Woelinga richt zich in haar boek dan ook vooral op de vol wassenen met wie het kind in con tact kan komen, zoals familieleden, leerkrachten, club- en buurthuis- werkers, en artsen. Wanneer ze beschrijft welke sig nalen op seksueel misbruik kun nen duiden, wordt pijnlijk duide lijk hoe moeilijk het vaststellen daarvan is. Dat -bij artsen die be schadigingen aan geslachtsdelen constateren een rood lichtje moet gaan branden, is duidelijk. Maar voor onderwijzers is het veel moei lijker, zo niet bijna onmogelijk. Woelinga noemt als signalen bijna alle vormen van extreem gedrag: het kind is zeer meegaand of juist agressief, spijbelt veel, maakt ruzie met klasgenootjes of bemoeit zich juist helemaal niet met hen, is li chamelijk angstig of vertoont juist seksueel uitdagend gedrag, enzo voorts. Het probleem is dat dit gedrag ook kan voortvloeien uit een auto ritaire opvoeding (zónder seksueel misbruik), of juist uit een anti-auto ritaire opvoeding. En seksueel uit dagend gedrag kan gewoon een fa se in de ontwikkeling van het kind markeren. Want in tegenstelling tot wat veel mensen denken, hebben kinderen wel degelijk seksuele ge De zogenaamde tinatomisch correcte poppen, met behulp waarvan het medisch kinderdagverblijf De Bolderkar incest zou hebben aangetoond. De methode is echter nog allerminst betrouwbaar. (toto anp> voelens en experimenteren ze daarmee. Naast het feit dat een juiste inter pretatie van de signalen voor een leek ondoenlijk is, speelt nog het gegeven dat seksueel misbruik een van de zwaarste beschuldigingen is die je tegen ouders kunt inbren gen. Het is een bekend probleem dat bij kindermishandeling leer krachten vaak wel verdenkingen koesteren, maar zich er niet toe kunnen zetten de zaak aan te kaar ten bij de ouders of de Kinderbe scherming. Seksueel misbruik is minstens net zo erg, de drempel om actie te ondernemen dus minstens net zo hoog. Drempel Woelinga benadrukt herhaaldelijk hoe belangrijk het is om toch over deze drempel heen te stappen. Het zij door zelf met het kind te praten, hetzij door deskundigen in te scha kelen. Ze geeft een uitgebreide op somming van instanties die zich met seksueel misbruik bezighou den, welke hulp- en opvangmoge lijkheden er zijn en hoe eventuele juridische procedures lopen. Maar ook met dit uiterst informa tieve boekje is de drempel natuur lijk niet geslecht. Dat ligt in de aard van het probleem: als een beschul diging van seksueel misbruik onte recht blijkt, is dat verschrikkelijk. Als de beschuldiging terecht is, zijn de gevolgen voor het gezin in grijpend. Wie de zaak aankaart, neemt daarvoor een deel van de verantwoordelijkheid op zich. En er zijn niet zoveel mensen die dat aankunnen. Hoe jammer ook. SJAAK SMAKMAN Heieen Woelinga: Seksueel mis bruik van kinderen in het gezin; uitge verij Boom, 23,50) Ook later uitgevonden computer geheugens bleken namelijk onder zijn octrooi te vallen. Op 22 juni 1951 werd de oprich ting van Wang Laboratories, een eenmansbedrijfje voor de vervaar diging en verkoop van geheugen kernen, een feit. Telapparaten voorzien van digitale elektronica, met als sterkste punt een mini mum aan onderdelen, waren het •belangrijkste produkt en de ziel van het goed lopende eenmansbe drijfje. Spectaculair De geheugenkernen trokken uit eindelijk de aandacht van IBM. Langdurig touwtrekken tussen Wang en de gigant liep uit op ver koop van het octrooi aan deze com puterreus. Met het geld dat hij daarvoor ontving beschikte Wang over voldoende middelen om pro- duktie en verkoop op grotere schaal van logaritmische rekenma chines op te zetten. Het besluit om aandelen op de openbare markt te verhandelen bleek een spectaculair succes. In 1967 gaf Wang een anderhalf mil joen aandelen uit. Het bedrijf dat voor de uitgifte een nettowaarde van een miljoen dollar bezat bleek een jaar later op de kapitaalmarkt zeventig miljoen waard, niet slecht voor een fabriek van rekenmachi- De meest stormachtige periode in het bestaan van het bedrijf was de groei van de rekenmachine naar de computer. Wang had het geluk dat achteraf zijn besluit om zich uit de rekenmachinehandel terug te trekken juist bleek te zijn. Via ver edelde schrijfmachines, die enige gelijkenis met een printer vertoon den, boorde Wang een groot gat in de markt aan, die voor tekstver werkers. Het huidige Wang Labo ratories is een onderneming met 30.000 werknemers en een jaarom zet van drie miljard dollar. Wang, die zegt niet verder in de toekomst van de computerindus trie te kunnen kijken dan een jaar of vijf, zelf over de ontwikkeling van zijn onderneming: "Een be drijf kan zijn uiterlijke vorm veran deren, maar de ziel blijft hetzelfde. Iemand die denkt dat hij zijn eigen lot kan bepalen heeft een volslagen verkeerd idee van het leven en loopt de kans dat zijn misvatting hem duur komt te staan. Aanpas singsvermogen is de sleutel voor overleving van een bedrijf op de langere termijn". Toch valt er, ondanks de titel, van Lessen weinig te leren. Het boek is vooral een kroniek van de onderneming Wang Laboratories. Degene die van deze autobiografie informatie verwacht die dr. Wang persoonlijk aangaat komt bedro gen uit. Tenzij Wangs werken Wangs leven zijn. Een uitspraak als "Ik heb mijn leven niets anders ge daan dan wat ik werkelijk wilde", wijst daar enigsziris op. RAYMOND PEIL Dr. An Wang: Lessen, de autobio grafie van de vader van de tekstver werker. Uitgeverij Spectrum, prijs 34,90. lespullen en een survivalmes aan te reiken met de woorden: "Dat is handig voor het villen van alliga tors. En als de Yanomami jullie hebben aangevallen, kunnen jullie bij elkaar de pijlwonden hechten". O'Hanlon is voldoende lekker ge maakt: hij wil terstond de Yanoma mi, het gewelddadigste indianen volk ter wereld, ontmoeten. Vol gens antropologen zij als eersten Zuidamerika vanuit het noorden hebben bereikt en vormen zij de grootste groep onbedorven india nen in het regenwoud. Gewapend met gedetailleerde infrarode NASA-kaarten gaat het gezelschap in de boomstamkano's op weg. De kano voert langs de modderige oevers van de Orinoco. Ontelbare insekten reizen mee. Maar af en toe worden de onge makken vergeten door de rijke flo ra en fauna die dit onherbergzame gebied kenmerkt. Brulapen, spina- pen, schreeuwende piha's, hok- ko's, ijsvogels, de capybara - het grootste knaagdier ter wereld (1.20 meter)- vraatzuchtige piranha's en de anacondaslang. Samen met een Indianenstam maakt O'Hanlon jacht op de peka- ri, een zeer gevaarlijk wild zwijn dat in staat is een mens te doden. "Ook al klim je in een boom, dan komen ze met z'n allen je achterna en knagen uit pure wraak de boom om", weet een van de mannen te vertellen. O'Hanlon doet overal aan mee. Hij experimenteert met yoppo, een uiterst gevaarlijk hallucinerend bruin poeder dat via een lange pijp in het neusgat wordt geblazen en de luchtwegen in een soort shock toestand brengt, én verorbert zelfs de inhoud van een door zijn man nen aangeboden apenschedel com pleet met ogen. Maar Simon Stockton, de foto graaf, kan er op een gegeven mo ment niet meer tegen. De dagen lange regenbuien, de ontberingen, het saaie, vaak eenzijdige eten, de insekten, parasieten en schimmels doen zijn humeur tot het absolute nulpeil zakken. Hij wordt stiller en stiller en haakt uiteindelijk af. De keuze tussen het Amazonege bied en het gekkenhuis was blijk baar minder eenvoudig dan hij dacht. MARJOLIJN IN T HOUT Redmond O'Hanlon: Tussen Orino co en Amazone; Uitgeverij De Arbei derspers, 39,90 Trekken door de jungle, begeleid door stekende insecten, wurgende slan gen, bijtende krokodillen en schietende indianen. (archieffoto) Hij werkte mee aan de ontwikke ling van geheugens met een mag netische kern, van essentieel be lang voor de moderne computer. Later begon hij een eigen bedrijf met zijn uitvindingen op het ge bied van digitale elektronica. Dit groeide uit van een eenmansbe drijfje tot een multinational met een jaaromzet van meer dan drie miljard dollar en 30.000 werkne mers. De vader van de tekstverwer ker, dr. An Wang, hield al die tijd zelf de touwtjes in handen, zo schetst hij in zijn autobiografie Les- Wang groeide op in het China van de jaren twintig en dertig, een woelige tijd van elkaar bestrijden de generaals, Japanse wreedheden en angst. Wang schildert zichzelf als een Einzelganger, al op jonge leeftijd, met grote belangstelling voor wiskunde en wetenschap. Twintig jaar oud studeerde hij af als elektrotechnisch ingenieur. Aan het eind van de Tweede We reldoorlog emigreerde hij van Chi na naar de Verenigde Staten, waar hij aan de befaamde Harvard Uni versiteit werd aangenomen en zijn doctoraal haalde en promoveerde op fysica. Later kwam hij terecht op de onderzoeksafdeling van Har vard die zich met computers bezig hield. Wang vond daar de magneet- kerngeheugens uit, die jarenlang in computers werden gebruikt, totdat de halfgeleider-techniek (chips) ter beschikking kwam. Op zijn uitvin ding vroeg Wang octrooi aan, een Stap waarvan hij op dat moment de consequenties niet kon voorzien. Hand in hand op de Westbank tegenover de Israëlische soldaten. Het incident is natuurlijk niet meer dan de bekende druppel die de emmer doet overlopen. De Pa- lestijnen komen massaal in óp- stand in de door Israël bezette Wes telijke Jordaanoever. Ze maken duidelijk niet langer onder de be zetting te willen leven. Israel rea geert furieus, zoals onder andere blijkt uit opnames van de Ameri kaanse televisiemaatschappij CBS waarop Israëlische soldaten wor den getoond die een met stenen gooiende jongen een aframmeling geven waarbij ze zijn armen en be nen breken. De fotografen Kadir van Lohui- zen en Michiel de Ruiter verbleven gedurende langere tijd in de bezet te gebieden en maakten daar een serie foto's die ze bundelden in het boek Leven in Verzet. Het is een in drukwekkende fotoreportage ge worden van de mensen die sinds eind 1987 eensgezind in opstand zijn gekomen met het doel een eind te maken aan een bezetting die al meer dan twintig jaar duurt. Het toont onder meer het armoedige le ven in de vluchtelingenkampen, de controle en bedreigingen door Is raëlische soldaten en de gevolgen van het militaire optreden. Het boek had wat mij betreft ech ter aan kracht gewonnen als het was vergezeld van een tekst die de foto's in een breder kader had ge plaatst. De artikelen die nu in Le ven in verzet zijn opgenomen - me rendeels al eerder in de Groene Amsterdammer verschenen verha len - hebben echter hetzelfde ka rakter als de foto's: ze zijn fragmen tarisch. Ruim een jaar na het uit breken van de Intifada had men toch zo langzamerhand wel een stap verder kunnen gaan. NICOLE LUCAS K. van Lohuizen en M. de Ruiter: Leven in verzet, de Palestijnse volks opstand. Uitgeverij Ravijn 17,50.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 21