Amsterdam krijgt steeds
meer vat op vandalisme
Bijna om de dag wel ergens ter wereld een incident met vliegtuig
Reportage
Vernielingen nu onder landelijk gemiddelde
Helft rk kerkgebouwen in regio Haarlem moet sluiten
DONDERDAG 26 JANUARI 198
AMSTERDAM De metro in Amsterdam is, zo verzekert een onbewaakt moment snel hun zinloze signatuur op de
een medewerker van het Gemeentelijk Vervoerbedrijf, een wanden van de metro te spuiten. Vlug een fotootje ervan
internationaal centrum voor graffitivandalen. Tot uit Zwit- en dan weer wegwezen,
seriand en Duitsland komen ze naar de hoofdstad om in
Het meest beruchte metrostation,
dat van de Nieuwmarkt, ligt er op
maandagmorgen schoon en als
nieuw bij. In de plassen van de ho-
gedrukstraal spiegelen de blinken
de tegeltjes. De rijtuigen van de
metro richting Ganzenhoef hebben
nog wel de littekens van een van-
daalgevoelig verleden, maar ze zijn
redelijk schoon.
door
Huub Klompenhouwer
Schijn bedriegt echter. Sjoerd
Teunisse, leider van een vandalis-
meproject in Amsterdam-zuidoost,
wijst op de ramen van een metros
tel. „Kijk deze ruiten eens", zegt
hij, „helemaal volgekrast. Dat is
nog erger dan het geklieder met de
spuitbussen. Ze doen dat met een
soort graveernaald. Die ruiten zijn
te duur om te vervangen, anders
zou dat zeker moeten gebeuren".
Hij vertelt dat de Nederlandse
Spoorwegen op het traject Hoofd
dorp-Amsterdam Centraal Station
in een paar maanden tijd voor bijna
250.000 gulden schade hebben op
gelopen door ingekraste ramen.
„Tweeëneenhalve ton. Bleek dat
de daders twee scholieren uit
Hoofddorp waren. Die zullen zich
niet gerealiseerd hebben dat ze zo
veel schade hadden aangericht. Bij
de metro praten ze daar liever niet
over. Door erover te publiceren,
breng je alleen maar meer jongeren
op het idee, zo is hun mening".
De metro passeert stations als
Amsterdam Amstel, bijna onher
kenbaar door de grafitti („Dat is
een zaak van de Spoorwegen", zegt
Teunisse) en Sparklerweg („Hier
stapt niet zoveel jeugd uit, er zijn
dus ook wat minder vernielin
gen".). Maar op het metrostation
Ganzenhoef vertonen zeker tien
vandaalbestendige-ruiten van de
beschuttingspanelen enorme ster
ren. Bij de uitgang is een afstem
pelautomaat uit de behuizing ge
trokken. Schoonmakers zijn bezig
met het vegen van de perrons en de
hal.
Op weg naar het winkelcentrum
wijst Teunisse op een lantaarnpaal.
„Dit is nog een oud type. Er zit een
kastje onderin, dat met een beetje
handigheid open te krijgen is. Dan
worden de draden eruit getrokken.
Onder die draden maken ze een fik
kie en als de isolatie van die draden
wegsmelt, begrijp je wel wat er ge
beurt. Levensgevaarlijk, want het
is toevallig wel hoogspanning. Als
ze het op een aantal plaatsen tege
lijk doen, zit de hele buurt weer
zonder stroom. De nieuwe lan
taarnpalen hebben de aansluitkast-
je bovenin de mast. Voor het on
derhoud uiteraard erg lastig".
Tochtig
Het beeld van de Bijlmer: een gi
gantische schaalvergroting na de
beslotenheid van de Nieuwmarkt,
overal tochtig. Een grof dichtge
spijkerd jongerencentrum herin
nert aan de problemen met drugs.
De Amerikaans beveiligde apo
theek ook. Balkons van de flats zijn
met prikkeldraad insluip-onvrien-
delijk gemaakt. Sommige bewo
ners hebben zelfs stalen tralies ach
ter hun ramen. Kleine vestingen.
Toch wordt er iedere dag schoon
gemaakt op de galerijen. Papier-
prikkers in het plantsoen moeten
vrij van hoogtevrees zijn. De zak
ken huisvuil die van de twaalfde
verdieping naar beneden worden
gekeild, blijven nog al eens boven
in de bomen hangen. Toch is er ook
hier veel veranderd, verbeterd. De
creche hoeft echt geen gewapend
glas meer voor de ramen. De enke
le zinloze graffiti-uiting is op deze
maandagmorgen de enige schade.
Anders dan menigeen wil gelo
ven, is het vandalisme in Amster
dam volgens de statistieken niet er
ger dan elders in het land. In 1980
nog stak vandalisme in Amster
dam duidelijk boven het landelijk
gemiddelde uit met ruim anderhalf
maal zoveel schade. Nu is dat te
ruggebracht tot een fractie onder
het gemiddelde. De terugkeer van
de controleurs op bus en tram en in
de metro, de verhoogde straatsurv-
eilance door de politie en ongetwij
feld ook de vandalisme-projecten
hebben daartoe bijgedragen.
Vandalisme is vooral een jonge-
renprobleem. Teunisse: „Ik heb de
tijd meegemaakt dat je je met twee
centimeter te lang haar al kon ver
zetten tegen de gevestigde orde.
Maar zelfs in punkhaar ziet nu vrij
wel niemand nog een protestge
drag. Toch is het inherent aan jon
geren dat ze zich willen verzetten
tegen de bestaande opvattingen en
tradities. Dat willen ze het liefst
ook uitdragen".
In de stapels rapporten die in
middels in Amsterdam over het
vandalisme-probleem zijn geschre
ven, wordt het accent gelegd op de
situatie thuis. Jongeren willen de
grenzen verleggen, of op zijn minst
verkennen. In een doorsnee-sa
menleving worden die jongeren
eerst gecorrigeerd door de ouders
en daarna zeker ook door de omge
ving. Maar de samenleving van nu
is op wezenlijke punten verschil
lend van die van vroeger. Alleen al
het aantal gescheiden gezinnen.
Maar ook praktische zaken als het
sluiten van wijk- en buurtcentra,
de toenemende werkdruk op scho
len en de toenemende gewoonte de
gordijnen 's avonds maar te slui
ten. De sociale controle op het
straatgebeuren vervalt daardoor.
Sjoerd Teunisse vouwt een plat
tegrond open van de wijk Amster
dam-zuidoost. Wijzend op het ge
bied Gaasperdam zegt hij: „Een ge
bied zo groot als de binnenstad met
40.000 inwoners. In zo'n gebied zie
je nog wel speeltjes voor de kinde
ren tot zes jaar. Wip-eenden, zand
bakken en glijbaantjes. Maar voor
de oudere jeugd is er niets. De trap
veldjes zijn zo hobbelig dat voet
ballen bloedlink is. De basketbal
veldjes kampen met afgebroken
baskets - te goedkoop materiaal -
en vergeet niet dat de afstanden
enorm zijn. Al dat groen mag dan
prachtig zijn, maar voor de jonge
ren schuilt er weinig aantrekke
lijks in. Dus die zoeken concentra-
tieplekken als schoolpleintjes en
winkelcentra".
- Waarom zijn scholen en hun om
geving zo dikwijls doelwit?
„Dat komt vooral door de verou
derde en achterhaalde stedebouw-
kundige opvattingen. Scholen wer
den vroeger bij elkaar geprojec
teerd op een afgelegen gebied, zo
dat de overlast minimaal was en de
scholieren ook de rust zouden krij
gen die nodig was. Maar die plek
ken, waar de jeugd uit het zicht is,
zijn na schooltijd erg aantrekkelijk
voor de jongeren. Bovendien is een
schoolplein een vrij groot, meestal
betegeld gebied, waar volop ge
speeld kan worden. Het dak is een
uitdaging voor jongeren".
In de contacten met onderwij
zend personeel merkt ook Teunis
se sterk de veel te grote druk die
door alle bezuinigingen op het on
derwijs is komen te liggen. „Er is
nauwelijks nog tijd voor bijzonde
re activiteiten. Ideaal zou zijn dat
de school veel meer opving van wat
er eventueel thuis niet opgevangen
kan worden. Maar dat kun je wel
schudden. Tegelijk zie je dat de ene
school bijna blij is als een andere
school doelwit van vandalisme is.
Dat scheelt leerlingen. Door de
schoolsluitingen zijn de aantallen-
leerlingen van vitaal belang. Het
gebeurde wel dat een concierge
van de ene school wekenlang niet
ingreep als hij op het schoolplein
van de andere school jongens de
boel zag vernielen. Dat kleine den
ken. Door gesprekken kun je ge
lukkig veel verbeteren. Zeker door
erop te wijzen dat juist samenwer
king en overleg veel schade be
perkt kan houden".
„Een goede organisatie is op
school van doorslaggevend belang.
Ook een samenspel met het ge
meentevervoerbedrijf bijvoor
beeld. Tegenwoordig gaat vrijwel
iedereen in de stad met het open
baar vervoer naar school. Er zijn
scholen die 's morgens de kantine
al open hebben. Wie vroeg komt,
hoeft zich niet te vervelen op het
schoolplein, maar kan een kop kof
fie of thee drinken. De schooltijden
zijn ook afgestemd op het open
baar vervoer, zodat groepjes jonge
ren zich niet een kwartier lang rot-
vervelen voor er een bus aankomt.
Het zijn details, die erg goed wer
ken".
Toch lijkt het een beetje pleisters
plakken, die vandalismebestrij
ding. Het uitzicht op werk is voor
veel jongeren miniem. Het huidige
regeringsbeleid biedt weinig per
spectief. De gemeente bezuinigt als
een gek op buurt- en clubhuiswerk.
Teunisse: „Zouden de jongeren
van 12 tot 17, 18 jaar echt steeds be
zig zijn met het toekomstbeeld?
Wat betreft de buurt- en clubhui
zen, de grootste stijging van het
vandalisme ontstond in de periode
dat die als paddestoelen uit de
grond schoten en de subsidiekra
nen niet te dichten waren. De effec
tiviteit van de buurthuizen moet
ook niet overschat worden. Er is
een tijd geweest dat er gedacht
werd dat sportscholen ideaal wa
ren. Jongeren leerden daar op een
goede manier hun agressiviteit te
ontladen. Ik zal niet zeggen dat het
overal mislukt is, maar een door
slaand succes".
„Er is een tijd geweest dat er ge
roepen werd dat alles maar zo sterk
gemaakt moest worden", aldus
Teunisse, „zodat vandalen er geer
vat meer op kunnen krijgen. Er is
nu steeds meer gehoor te vinder
voor het verhaal: zorg dat alles ei
schoon en netjes uitziet. De nieuwe
'wachthuisjes voor tram en bus, die
worden iedere dag schoonge
maakt. Is er een ruit stuk, dan de
zelfde dag een nieuwe ruit. Op een
schone gevel duurt het veel langei
voor er graffiti gespoten wordt dan
op een vuile. Daar ligt tegelijk ook
de verantwoordelijkheid voor de
eigenaar. ïn Amsterdam-Oost, toch
bepaald geen vandalisme-onvrien-
delijke wijk, is een nieuwe school
gekomen. Veel wit, veel glas. Geen
centje last van vandalisme. Waar
schijnlijk omdat de school door
haar fraaiheid respect afdwingt".
In Amsterdam is men langza
merhand tot het besef gekomen
dat het bieden van voldoende re
creatie en sport alleen niet vol
doende is. Vandalisme is zo snel
gepleegd dat er voor sport nog tijd
genoeg overblijft. Wel heeft men
ontdekt dat er binnen de sportvere
nigingen de juiste kaders zijn om
de jongeren te kunnen aanspreken
op hun gedrag. Of sterker, hun
mentaliteit. Want daar moet het om
te doen zijn.
„Vandalisme groeit als jongeren
niet op tijd gecorrigeerd worden.
De terugkeer van de controle in
tram en metro is er een bewijs van.
Daarom ook kan ik zo verdrietig
worden als er bijvoorbeeld over
graffiti gepraat wordt alsof er niks
aan de hand is. Stoere verhalen,
flinke jongens. Als dat vandaag op
radio of televisie gezegd wordt,
staat morgen de hele metro weer
vol", zo besluit projectleider
Sjoerd Teunisse.
De dagelijkse schoonmaakploeg in actie op i
de metrostations.
SCHIPHOL Vliegtuigbouwer
Boeing is de laatste weken bijna el
ke dag negatief in het nieuws ge
weest. Na de luchtvaartrampen in
Groot-Brittannië, waarbij een 747
en een 737 betrokken waren, wordt
nu elk incident breed uitgemeten
in de pers. Incidenten die normaal
gesproken de pers ter plekke niet
eens halen, zijn nu opeens voorpa
ginanieuws in 's werelds meest ge
zaghebbende kranten.
door
Bill Meyer
Het bekende luchtvaartblad
'Flight Magazine' biedt deze week
een boeiend overzicht van het aan
tal rampen en incidenten die het af
gelopen jaar de burgerluchtvaart
teisterden. 1988 was een slecht jaar
voor de totale burgerluchtvaart. In
totaal vielen 1007 doden bij 54 on
gelukken.
Ter vergelijking: in 1984 vielen
slechts 451 slachtoffers bij 29 ram
pen en in het rampjaar 1985 1800
doden bij 39 ongelukken. Deze cij
fers zijn niet helemaal nauwkeurig,
omdat Oostbloklanden nog steeds
erg zuinig zijn met het verstrekken
van 'slecht nieuws'. Bovendien
moet rekening worden gehouden
met het feit dat de burgerlucht
vaart op dit ogenblik een enorme
groei doormaakt.
De getallen hebben overigens
betrekking op de gehele burger
luchtvaart, inclusief lijnvluchten,
chartervluchten en vrachtvluch
ten. In verreweg de meeste geval
len (31) noemt Flight een fout van
de bemanning als directe oorzaak
van het ongeluk. Andere belangrij
ke oorzaken van vliegtuigongeluk
ken zijn het slechte weer (21), een
mankement aan de motor (5), een
botsing tegen een berg (11), een
structurele fout in het vliegtuig (1)
of een combinatie van bovenstaan
de oorzaken. In 1988 gebeurden
geen ongelukken die te wijten wa
ren aan fouten bij de luchtver
keersleiding.
Nog nooit eerder vielen zoveel
doden ten gevolge van aanslagen
en aanvallen op burgervliegtuigen
door kapers, terroristen en militai
ren als vorig jaar. Het aantal slacht
offers moet nog bij bovenstaande
jaarcijfers worden opgeteld. In to
taal stierven 578 mensen bij zeven
verschillende ongelukken met een
gewelddadig karakter. In de pers
kregen vooral het neerschieten van
een Iraanse Airbus door de Ameri
kaanse marine, de bomaanslag op
de Pan Am Jumbo boven Locker
bie en de kaping van een Jumbo
van Kuwait Airways aandacht.
Vliegtuigtypen
Het aantal fatale ongelukken in
1988 (inclusief sabotage) met
straalvliegtuigen was 26 en met
propellor-vliegtuigen 35. Flight
gaat gedetailleerd in op ieder onge
luk met dodelijke afloop. Daarbij
was een groot aantal vliegtuigty
pen betrokken: Boeing 707 (3), 727
(3), 737 (4), McDonnell Douglas
MD-81 (1), DC-3 (3), DC-4 (1), DC-6
(3), DC-8 (1), Fokker F-27 (3), F-8
(1), Tupolev 134 (2), Tu 154 (1),
Ilyushin 14 (1), II18 (1), Antonov 24
(1), YAK-40 (1), Trident II (1), BAe
748 (1), Airbus A-320 (1), Twin Otter
(2), Islander (2), Metro's (5), Nava
jo's (1), Dash 7 (1), Bandeirante (2),
Beechcraft (1) en Jetstream (1).
Tot zover de ongelukken met do
delijke afloop. Tal van incidenten
of 'net-niet-rampen' komen echter
nauwelijks in de publiciteit, behal
ve dan de afgelopen weken. Uit het
overzicht van Flight blijkt dat ge
middeld om de drie dagen zich er
gens ter wereld een incident af
speelt met een verkeersvliegtuig.
Flight telde in 1988 117 incidenten
waar in enkele gevallen gewonden
bij vielen. Opgeteld bij de 54 fatale
ongelukken betekent dit gegeven
dat er eens in de twee dagen iets
misgaat in de burgerluchtvaart.
Hoewel bedacht moet worden
dat één op de twee straalvliegtui
gen van westerse maatschappijen
een Boeing is, neemt Boeing een
wel erg vaste eerste plaats in op het
lijstje incidenten. In totaal was
Boeing betrokken bij 47 van de 117
incidenten met verkeersvliegtui
gen.
Onder incidenten verstaat Flight
zaken als een plotseling verlies van
cabinedruk, een mankement aan
het landingsgestel, motorstoring,
het overschieten van de landings
baan, het verlies van een onder
deel, een lek in het brandstofsys
teem, botsingen op de grond,
brand, een lekke band, zeer harde
landingen, zware turbulentie waar
bij gewonden vallen, noodlandin
gen om wat voor reden dan ook,
etc.
Niet alleen Boeing-vliegtuigen
waren betrokken bij incidenten.
Acht keer ging het om een Airbus,
vijf keer om een DC-10, vier keer
om een DC-8, twee keer om een
DC-9 en drie keer om een Fokker
Friendship. Ook tal van andere
vliegtuigtypen waren bij inciden
ten betrokken.
Incidenten
Een blik op de incidenten met
Boeing's in de eerste zes maanden
van vorig jaar levert het volgende
beeld op: op 10 januari begaf het
landingsgestel het van een 727 in
Peru, op 31 januari kwam een 727
in Etiopië in aanvaring met een vo
gel waarbij de arend zich in de
cockpit boorde, op 28 februari ver
loor een 747 van British Airways
een flap, op 3 maart raakte een 747
in Miami met zijn staart de grond,
op 20 maart weigerde een deel van
het landingsgestel van een 727, op
26 maart raakte een motor van een
727 boven Detroit in brand, op 21
april weigerden de remmen van
een Nigeriaanse 737, op 23 mei
brak brand uit aan boord van een
Costaricaanse 727, op 24 mei wei
gerden beiden motoren van een
737 dienst in een zware onweersbui
boven New Orleans, op 11 juni
kwam een Pan Am 747 in aanva
ring met een vlucht ganzen, op 11
juli kwam een 727 op de grond in
botsing met een tankauto, op 19 ju
li botste een 737 van Indian Airli
nes tijdens de landing met een los
lopende stier en op 24 juli brak een
747 van Air France in Delhi de start
af bij een brandmelding in een mo
tor. Het vliegtuig kwam in het wei
land terecht.
Zoals gezegd, veruit het meren
deel van deze incidenten heeft de
internationale pers niet gehaald.
Enkele incidenten zoals vogelaan
varingen zijn niet te voorkomen.
Andere kunnen geweten worden
aan slecht onderhoud door de
luchtvaartmaatschappijen, terwijl
in vele gevallen sprake is van een
fout van de bemanning of onvoor
ziene weersomstandigheden.
Slechts zelden gaat het om een
structurele fout in het vliegtuig.
Zoals bij alle vormen van ver
voer, is aan vliegen een zeker risico
verbonden. Luchtvaartdeskundi
gen waarschuwen echter tegen het
ontstaan van een angstpsychose
onder luchtreizigers door de grote
aandacht in de pers voor inciden
ten met vooral Boeing-vliegtuigen.
Hoewel bijna dagelijks incidenten
in de burgerluchtvaart zijn te mel
den, blijft vliegen de veiligste vorm
van vervoer.
Van de 24 rooms-katholieke
kerken in de regio Haarlem
moet vóór het jaar 2000 de helft
dicht. Dat stelt een onderzoek
commissie uit het dekenaat
Haarlem voor. Oorzaken zijn
het teruglopend kerkbezoek en
de financiën die voor het on
derhoud van al deze kerkge
bouwen nodig zijn.
Ook de 'stille kerkverlating'
speelt, volgens het rapport, een
rol. "De katholieken staan nog
wel in de kaartregisters, maar
zijn niet meer zo betrokken", zei
diaken Dirk Visser, lid van de ge
bouwencommissie van het deke
naat. Bij de presentatie van de
plannen sprak hij van een 'pijn
lijke operatie'. "Maar die is nood
zakelijk om de kerk in leven te
houden".
De onderzoekcommissie gaat
niet zover dat ze de kerkgebou
wen die gesloten moeten worden
ook aanwijst. Visser: "We willen
niet van bovenaf een plan drop
pen, maar in gesprek met de
mensen in de parochies een op
lossing voor dit probleem zoe
ken".
Een uitzondering wordt ge
maakt voor de kathedrale basi
liek van Sint Bavo. "Die zal wel
blijven bestaan". In de stad
Haarlem blijven, volgens het
voorstel, 6 van de 14 kerkgebou
wen in gebruik. Het plan gaat nu
naar de dekenale vereniging en
bisschop Bomers.
Het dekenaat Haarlem bestaat
uit -21 parochies. Het officiële
aantal rooms-katholieken daalde
tussen 1970 en 1986 van 95.- naar
70.000. Het kerkbezoek in de stad
nam in die tijd met bijna twee
derde af. In Zandvoort, Bloe-
mendaal, Heemstede en Benne-
broek was die daling minder
groot. De gebouwencommissie
verwacht de komende vijf jaar
nog een teruggang van het kerk
bezoek met 35 a 40 procent.
Toenadering
Na 34 werkvergaderingen in de
afgelopen vijf en een halfjaar en
veel studie, bezinning en raad
pleging bood de interkerkelijke
commissie 'Maaltijd des Heren
en kerkelijk ambt' gisteren offi
cieel haar eindrapport aan. Dat
gebeurde in de Bergkerk in
Amersfoort. In de commissie za
ten afgevaardigden van de Her
vormde Kerk, de Gereformeerde
Kerken in Nederland, de Oud-
Katholieke Kerk, de Evangelisch-
Lutherse Kerk en de Raad van
Kerken,K
Opdracht van de commissie
was de liturgische teksten over
de Maaltijd en het ambt, zoals die
in de kerken functioneren, te on
derzoeken. Ten aanzien van de
maaltijd van de Heer was deze
opdracht, zo blijkt uit het eind
rapport, goed uitvoerbaar, ge
zien de nauwe band tussen deze
teksten en de geloofsovertuiging
in de verschillende kerken. Bij
het ambt ligt het anders. Daar be
palen ook andere factoren de op
vatting en uitoefening, zoals
kerkorde, regelingen en be
voegdheden.
Aan de hand van veel litur
gisch materiaal van de vijf ker
ken worden in het nu versche
nen rapport verschillen in opvat
ting uiteengezet. Maar ook
wordt, "met het oog op het voort
gaande gesprek", op toenadering
en verrijking van eikaars inzich
ten gewezen. Het rapport ziet
mogelijkheden "om het eens te
worden op een punt dat dikwijls
voor de kerken van de Reforma
tie een struikelblok was, name
lijk de aard van Christus' aanwe
zigheid bij de viering van Zijn
maaltijd".
De commissie vr.aagt de ker
ken, gelovigen te laten kennis
maken met eikaars liturgische
teksten. En meer 'liturgische ca
techese'. De reformatorische
kerken wordt aanbevolen, na te
denken over wat te doen met
brood en wijn die overblijven na
de avondmaalsviering. In de Hei-
delbergse Catechismus wordt de
rk misviering 'vervloekte afgo
derij' genoemd. Die tekst vraagt
om 'herbezinning'.
Op alle onderdelen van haar
onderzoek aangaande de maal
tijd van de Heer acht de commis
sie toenadering mogelijk. "De
kerken hebben de plicht om in
grote zorgvuldigheid naar nieu
we openingen te zoeken voor het
gezamenlijk vieren van het in
Christus verschenen heil".
Over het kerkelijk ambt be
staan nog duidelijke verschillen.
Ze betreffen de plaats van het
ambt "temidden van het volk
van God", de verhouding tussen
de plaatselijke en de wereldwij
de geloofsgemeenschap en de
band tussen de kerk van nü en
van het verleden, de verhouding
van Schrift en traditie en de aard
van de apostolische successie.
Een conclusie is dat de rk en de
reformatorische traditie nog veel
van elkaar kunnen leren als het
gaat om "evenwichtig samenspel
tussen algemeen en bijzonder
ambt". Het rapport laat de kwes
ties van het celibaat en de vrouw
in het ambt rusten. Het besluit
met de wens "dat het zal leiden
tot verdere dialoog".
(Belangstellenden kunnen een
exemplaar aanvragen bij het se
cretariaat van het RK Kerkge
nootschap, postbus 13049, 3507
LA Utrecht, 030-334244).
In een reactie op het eindresul
taat betreurt de voorzitter van de
hervormde synode, ds. B. Wallet,
het dat het rapport niet uitmondt
in enig voorstel aan de kerkelijke
beleidsorganen om de avond-
maalsgemeenschap te verrui
men. "De kerken zijn er na zo
veel jaren niet in geslaagd eerste
stappen te zetten op weg naar be
scheiden vormen van eucharisti
sche gemeenschap. Dat zou ons
met schaamte moeten vervul
len".
cDe hervormde synode-voor
zitter wees op de 'gemengde' hu
welijken (rk en protestantse part
ners). "Tegenover deze steeds
groeiende groep staan wij als
kerken helaas met lege handen".
Voorzitter ds. E. Overeem van
de gereformeerde synode kon
zich geheel vinden in deze woor
den van zijn hervormde collega.
"Ik ben niet erg onder de indruk
van de resultaten van de com
missie. Maar het leven gaat ver
der, ook het oecumenisch le-
Monseigneur M. Kok, die na
mens de Oud-Katholieke Kerk
aan het rapport heeft meege
werkt, kon zich dat gevoel van
schaamte wel een beetje voor
stellen. "Toch is oecumenische
haast nog minder op z'n plaats.
De kerken zijn eeuwenlang ge
scheiden geweest en kunnen nu
niet overhaast te werk gaan. Bo
vendien moeten wij over zeer
wezenlijke zaken niet te gemak
kelijk compromissen sluiten".
Kok gaf toe dat de verwachtin
gen van tevoren niet erg hoog ge
spannen waren. "Het resultaat
van de studie is toch zo, dat de
kerkelijke leiders er niet omheen
kunnen. De commissie legt hun
de vraag voor of de verschillen
tussen de reformatorische en de
rk traditie op het punt van
avondmaal en ambt nog wel
kerkscheidend zijn. De zonde
van de verdeeldheid kan erger
worden dan het openstellen van
de Maaltijd voor hen die in alle
ernst dezelfde Heer bij de viering
willen ontmoeten, ook al leggen
zij bepaalde accenten anders".
Hervormde Kerk: beroepen
te Krimpen a.d. IJssel (buitenge
wone wijkgemeente) G. Mulder
Veen, te Vlagtwedde (Gr.) D. Lu
cas Enter; aangenomen naar
Veere-Kleverskerke-Vrouwen-
polder J. Lukasse Middelburg
(zieken- en bejaardenpastor).
Kritiek op paus. In een ver
klaring, uitgegeven in Keulen, le
veren 163 rk theologen scherpe
kritiek op de manier waarop de
paus zijn ambt uitoefent. "Het is
zijn taak bij conflicten mensen
samen te brengen, maar het be
hoort niet tot zijn ambt om zon
der enige poging tot dialoog
tweederangs-conflicten te ver
scherpen en vervolgens zelf een
eenzijdige beslissing te nemen.
Als de paus doet wat niet tot zijn
ambt behoort kan hij in naam
van de katholiciteit geen gehoor
zaamheid verlangen".
Ook de Nederlandse theologen
mevrouw Catharina Halkes en
professor Edward Schillebeeckx
staan achter deze 'Verklaring
van Keulen'.
De kritiek betreft vooral de
gang van zaken rond bisschops
benoemingen, de inperking van
de vrijheid van theologisch on
derzoek en de pogingen om de
bevoegdheden van de paus als
kerkhoofd steeds verder uit te
breiden.