Negentien oproepen vóór vrijlating Twee van Breda: een discussie zonder eind Leids duo: 9Predikant is niet méér dan gemeentelid9 2 WOENSDAG 25 JANUARI 1989 DEN HAAG (GPD/ANP) Zelden zijn de emoties in ons land zó hoog opgelopen als in het voorjaar van 1972, toen minister van Justitie A, van Agt zich uitsprak voor vrijlating van de 'Drie van Breda'; de oorlogsmisdadigers Fischer, Aus der Fünten en Kotalla (de laatste is in 1979 overleden). De minister kreeg een golf van schriftelijke en telefonische drei gementen, zijn gezin moest onder duiken, zijn huis werd onder scher pe bewaking gesteld en zijn post op bombrieven gecontroleerd. De in derhaast georganiseerde hoorzit tingen om de gevoelens onder de bevolking en de maatschappelijke organisaties te peilen, leken over bodig. Binnen de kortste keren zag het Binnenhof zwart van betogers. De spandoeken logen er niet om: 'Ariër Von Agt: 6.000.000 dode ka meraden, gefolterd, verbrand, mar- schieren im Geist in unseren Rei- hen mit' - vrij naar ariër Horst Wessel. Binnen, in de vergaderzaal van de Kamer, was het al even ru moerig als daarbuiten. Vóór- en te genstanders van de vrijlating lieten hun emoties de vrije loop, zonder zich iets van de huisregels van de Kamer aan te trekken. Reclasse- ringswoordvoerders die voor vrij lating pleitten, werden onderbro ken door woedende kreten van te genstanders. "Laat ze zitten. Waar durven jul lie over te praten? Ze hadden al lang dood moeten zijn". De ver bouwereerde zaalwachters durf den niet in te grijpen. Er moest worden geschorst om de mensen in de vergaderzaal en op de publieke tribune tot kalmte te brengen. Het grote kamerdebat tussen regering en parlement moest toen nog ko men. Het werd rechtstreeks op te levisie uitgezonden en trok ruim zes miljoen kijkers. Gehaat Telkenmale steekt de discussie over de vrijlating van de beruchte oorlogsmisdadigers in de Bredase koepelgevangenis weer de kop op, en steeds weer loopt heel Neder land te hoop. Verwonderlijk is dat niet: deze Duitse gevangenen zijn geworden tot symbolen van het kwaad dat de bezetter tijdens de oorlog in ons land heeft aangericht. De nu 79-jarige Ferdinand Hugo Aus der Fünten was als leider van de jodentransporten een gehaat en gevreesd man. Zijn eigen verdedi ger noemde hem "een vleesgewor den potlood met hersens als een kaartsysteem". Aus der Fünten liet onder meer het joodse tehuis voor geesteszieken in Apeldoorn 'oprui men' - de patiënten werden, soms naakt, in de barre winter in goede rentreinen naar het vernietigings kamp Auschwitz afgevoerd. Aus der Füntens collega Franz Fischer (nu 87 jaar) had als voor aanstaand lid van de gevreesde Sicherheitspolizei eveneens een belangrijk aandeel in het oppak ken van Joden. Door zijn toedoen verdwenen 13.000 joden naar de gaskamers van het Derde Rijk. Ook de inmiddels overleden Jo seph Kotalla en Willy Lages heb ben de Nederlandse bevolking on voorstelbaar leed berokkend. Kotalla, die in 1^79 in zij Bredase cel overleed, was de beul van het 'doorgangskamp' Amersfoort, een folteraar die zo oordeelde de rechter na de oorlog het leven in het kamp "tot een hels verblijf voor een niet te becijferen aantal Neder landers" heeft gemaakt. Boven dien nam hij deel aan het fusilleren van honderden mensen, waaron der 49 inwoners van Putten die als represaille voor de aanslag op poli tiechef Rauter werden vermoord. De voormalige SD-chef Willy La- ges, in 1966 overleden nadat hij we gens ziekte strafonderbreking had gekregen, was verantwoordelijk voor de deportatie van 70.000 jood se Amsterdammers en de executie van honderden politieke gevange- Gratie Alle vier kregen de doodstraf, maar die werd in 1951 werd zonder ver dere opgaaf van reden bij Konink lijk Besluit omgezet in levenslang. Een jaar later werden ze overge bracht naar de Koepelgevangenis in Breda waar ze sindsdien verblij ven. Sinds het overlijden van Hess en, enkele jaren geleden, Walter Reder en Herbert Kappler (die bei den in Italië gevangen zaten) zijn Fischer en Aus der Fünten de enige nog vastzittende Duitse oorlogs misdadigers. Al in de jaren zestig gingen er stemmen op om gratie te verlenen aan - toen nog - de 'Vier van Breda'. De discussie die ontbrandde zou zich met tussenpozen maar steeds even fel herhalen, in en buiten het parlement. In 1964,1969, 1972, in 1988 en nu weer. Het debat is nog steeds niet geluwd en het ziet er ook niet naar uit dat het zal luwen - totdat de nog resterende gevangenen Fischer en Aus der Fünten dood zijn. Steeds weer, zo blijkt, komen po litici, oorlogsslachtoffers en ver zetsmensen in het geweer. Toen minister Van Agt in 1972 de Breda se oorlogsmisdadigers gratie wilde verlenen, kreeg hij de Tweede Ka mer over zich heen. Op voorstel van het inmiddels overleden ka merlid Joop Voogd besloot het par lement met 85 tegen 64 dat daarvan geen sprake kon zijn. Afgesproken werd toen dat de regering ook in de toekomst niet tot gratie zou besluiten zonder dat de kamer zich daarover zou uit spreken. Gratie zou bovendien al leen mogen geschieden op grond van individuele argumenten, bij voorbeeld gezondheidsredenen. Spijt In februari 1987 schreven de Twee van Breda een open brief aan het Nederlandse volk, waarin zij hun spijt betuigden over hun daden tij dens de Tweede Wereldoorlog. In het schrijven werd niet nadrukke lijk om gratie gevraagd. Dat bleek echter niet nodig om de discussie opnieuw hevig te doen oplaaien. Het voormalig verzet sprak zich niet voor of tegen uit en nam de brief "voor kennisgeving aan". Vorig jaar liet het kabinet een medisch onderzoek instellen naar de geestelijke en lichamelijke con ditie van Aus der Fünten en Fi scher. Dat onderzoek is nu klaar, maar geeft geen aanleiding voor ontslag uit de gevangenis om ge zondheidsredenen. Toch acht minister Korthals Al- tes (justitie) nu het moment geko men om de twee hoogbejaarde mannen in de koepelgevangenis op vrije voeten te krijgen niet om dat dat medisch echt nodig is, maar omdat voortzetting van de straf "zinloos en inhumaan" is. Wat er dit keer ook gezegd kan worden van het optreden van de minister van Justitie, dat argument voegt niets meer toe aan de discussie die, met tussenpozen, nu al veertig jaar in ons land wordt gevoerd. AUS DER FÜNTEN FISCHER Ferdinand. Hugo Aus der Fünten (79) was tijdens de oorlog chef van de Zentralstelle für Jüdische AuswanderungHij werd in 1949 uiteindelijk door het Hof van Cassatie veroordeeld tot de doodstraf voor zijn aandeel in de dood van tienduizenden joodse Nederlanders. Hij organiseerde on der meer talloze razzia's en gaf leiding aan overvallen op diverse joodse inrichtingen. (archieffoto) Franz Fischer (88) werd in '49 eveneens tot de doodstraf veroordeeld. Hij was werkzaam bij de Nederlandse afdeling van het zogenoemde Referat IV b4. waarvan Adolf Eichmann de baas was. Dit „Judenreferat" was of ficieel belast met het oplossen van het jodenvraagstuk". Mede door Fi scher toedoen zijn tenminste 13.000 joden uit Den Haag en omstreken via Wesierbork naar de vernietigingskampen gestuurd. (archieffoto) DEN HAAG - De negentien men sen die de schriftelijke oproep tot vrijlating van de twee van Breda hebben gedaan, hebben uitdrukkelijk op persoonlijke ti tel gehandeld. Ze hebben alle maal de oorlog bewust meege maakt, en een groot aantal van hen heeft zelf in het verzet geze ten of is door de Duitsers ver volgd. door Runa Hellinga - Prof. dr. P.R. Baehr, hoogle raar mensenrechten en buiten lands beleid in Leiden, verwierf onder meer naam met zijn boek over de Verenigde Naties, dat als standaardwerk over dit onder werp geldt en doet verdér werk voor Amnesty International. - Mr. L.A. Barendsen-CIeve- ringa, studeerde in 1949 af als ju rist aan de universiteit van Lei den. Lid van de Raad van State en plaatsvervangend raadsheer van het gerechtshof in Den Haag. Daarnaast is ze voorzitter van de Stichting Oranje Hotel. De Sche- veningse gevangenis werd tij dens de Tweede-Wereldoorlog zo genoemd, omdat daar vooraan staande Nederlanders (Oranje strijders) werden gegijzeld. Haar vader zat er ook vast. - Prof. dr. S.W. Couwenberg, hoogleraar staats- en bestuurs recht aan de Erasmusuniversi- teit in Rotterdam. Was onder meer journalist, lid van de ge meenteraad voor de KVP in Rot terdam, hoofdambtenaar bij bin nenlandse zaken en secretaris van het Centrum voor Europese Veiligheid en Samenwerking. Couwenberg beijvert zich bo vendien voor behoud van een blanke regering in Zuidafrika. - Prof. mr. Ch. J. Enschedé, jurist en hoogleraar. Hij studeer de in 1936 af in Leiden, was in de oorlog actief in het verzet. Was van 1971 tot 1977 raadsheer bij de Hoge Raad en bezette van 1979 tot 1980 de zogenaamde Cleve- ringa-leerstoel in Leiden. En schedé verwierf naam als voor stander van strafrechthervor ming, maar als tegenstander van het volledig afschaffen van ge vangenissen. - F.M. Feij, burgemeester van Breda en lid van het curatorium van de Koninklijke Militarie Academie. M.H.M.F. Gardeniers- Berendsen, voormalig lid van de Tweede Kamer voor de KVP. Tij dens het eerste, tweede en derde kabinet-Van Agt minister, eerst op het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk, vervolgens op Volksge zondheid en Milieuhygiëne. Sinds 1983 lid van de Raad van State en bestuurslid van een groot aantal maatschappelijke organisaties. - Dr. J.F.Ph Hers, internist in Oestgeest. Was tijdens de oorlog lid van het verzet en na de oorlog betrokken bij de Nederlandse In lichtingendienst. - C.C. van den Heuvel. Secre taris Comité Nationaal Verzets- herdenkingskruis en actief voor vechter van de monarchie. Te vens betrokken bij oud-verzets- en oud-strijdersorganisaties. - P.J.S. de Jong, oud-r KVP-politius en van 1967 tot 1971 minister-president. Voer tij dens de oorlogsjaren in de onder zeedienst op de Hr. Ms. 0-24, eerst als officier, later als com mandant. Is onder meer onder scheiden met het Oorlogsherin- neringenkruis met vier gespen. - W.C.J.M. van Lanschot, stu deerde van 1938 tot 1942 rechten, kwam in 1949 in het bedrijfsle ven terecht en was tot 1984 presi dent-commissaris van Van Lan- schot-Bankiers. Ridder in de Or de van de Nederlandse Leeuw, onderscheiden met het Verzets- herdenkingskruis en het Oor- logsherinneringenkruis. Onder meer ere-voorzitter van de Bond van Nederlandse Militaire Oor- logs- en Dienstslachtoffers. - Mr. Th.J.A.M. van Lier. Zat tijdens de oorlog in het verzet en in Duitse gevangenschap. Werd na de oorlog directeur van ver scheidene gewestelijke arbeids bureaus en werkte aan de voor bereiding van de demobilisatie van Nederlandse militairen in Nederlands-Indië. Tussen 1952 en 1973 lid van de Tweede Kamer voor de PvdA, daarna lid 1 Raad van State. de - W. Nijsse, oud-ambtenaar van het ministerie van wvc, in dertijd v. erkzaam bij de directie verzetsdeelnemers en vervolg den. - drs. G.H.J.M. Peijnenburg, nam in 1944 deel aan de slag om Arnhem, was na de oorlog be roepsofficier en werkte op het ministerie van defensie. Van 1965 tot 1967 staatssecretaris van defensie. Daarna tot 1984 secre taris-generaal op hetzelfde de partement. - E. Roest, vice-admiraal bui ten dienst, gewezen chef militair huis van de koningin. Zat tijdens de oorlog in een concentratie kamp. - Dr. I Samkalden, vooral be kend als oud-minister van justi tie en oud-burgemeester van Amsterdam. Zat tijdens de oor log in een Japans kamp en was verder buitengewoon hoogleraar in de 'Internationale instrumen ten tot vrijheidsbescherming'. - Prof. D. Simons, jurist en na de oorlog onder meer hoogleraar staats- en administratief recht. Van 1971 tot 1983 was hij rege ringscommissaris voor de herzie ning van de Grondwet. Zat vanaf 1943 in verscheidene Duitse con centratiekampen. - mr. M. van der Stoel, was ja renlang actief in de politiek, on der meer als internationaal secrc taris van de PvdA, lid van de Eer ste en Tweede Kamer, en als jtaatssecretaris en minister van buitenlandse zaken. Was van 1983 tot 1986 Nederlands ambas sadeur bij de Verenigde Naties en tegenwoordig adviseur van de Raad van State. Is een sterk voor vechter voor mensenrechten. In de Griekse stad Saloniki werd een straat naar hem genoemd vanwege zijn tegenstand tegen het Griekse kolonelsregime. H. J. Teengs Gerritsen, voor zitter van het Centraal Orgaan Voormalig Verzet en Slachtof fers. Voor de oorlog een bekend 'sportsman en in de oorlog zeer actief in .het verzet. Hij maakte onder meer deel uit van de in 1942 opgerolde Inlichtingen Dienst. Werd daarbij gearres teerd en ter dood veroordeeld. Kwam uiteindelijk terecht in Da chau, waar hij door de Amerika nen werd bevrijd. Richtte samen met prof. Bastiaans het Centrum '45 in Oegstgeest op, waar oud- verzetsmensen die in psychische moeilijkheden komen, worden geholpen. Is bevriend met prins Bernhard en kwam in 1976 in op spraak vanwege de Lockheed-af faire. - W.J.C. Tensen, oud-verzets man en actief in verscheidene or ganisaties. Kerkelijke gemeenten vervul len niet hun roeping door zich te laten verzorgen door de betaalde kracht met de juiste opleiding. Het is hoog tijd voor de gemeen ten om op te staan uit de vrijblij vendheid en passiviteit, voor de kerkeraden om hun verantwoor delijkheid waar te maken en voor de predikanten om hun 'geestelijke burgemeestersrol' op te geven. Dat zeggen de Leidse her vormde predikant A. Alblas en de Leidse hervormde ouderling mevrouw drs. A. W. Wamsteker- Meijer als reactie op een krante artikel over dominees en hun de pressies. Dat artikel was geba seerd op bevindingen van de on langs gepromoveerde psycho loog J. Keizer over arbeidsvreug- en motivatie onder hervorm en gereformeerde predikan ten in het noorden des lands. Predikanten, zeggen de twee Leidenaars, moeten zich niet richten op een centrale leiding gevende rol, maar op alles waar bij hun theologische kennis van belang is. Door een goede taak verdeling tussen gemeentele- den, kerkeraad en predikant kan iets gedaan worden aan de over belasting van de predikant én i de verzuchting van de ge meente dat de dominee alles in i'n eentje wil doen. Mevrouw Wamsteker lichtte de tijdsbeste ding van ds. Alblas eens door en kwam tot een werkweek v middeld 65 uur. Dat was niet een gevolg van inefficiëntie, maar van overbelasting. Bezinning op het reformato risch uitgangspunt van het 'ambt aller gelovigen' en de 'zelf-rege- ring' van iedere gemeente bracht hen tot de conclusie dat de predi kant niet méér is dan één van de gemeenteleden, en zeker niet de exclusieve vertegenwoordiger van de kerk. In de kerkordes van de protestantse kerken staat, dat hij in de eerste plaats 'dienaar van het Goddelijk Woord' is en in de tweede plaats 'herder'. 'Zorg voor elkaar' De predikant moet zich dan ook op zijn voorgangersrol concen treren en speciale pastorale en diakonale zorg geven. Onder dat laatste verstaan ds. Alblas en me vrouw Wamsteker dat hij zieken en stervenden bijstaat, rouw-, trouw- en doopdiensten voorbe reidt en leidt en betrokkenen be geleidt, en beschikbaar is als ver- trouwensfiguur bij moeilijke problemen. Andere taken, zoals gewoon huisbezoek bij gemeenteleden en bezoek bij verjaardagen, zijn voor andere ambtsdragers en ge meenteleden. De 'zorg voor el kaar' moet een zwaarwegend be leidspunt zijn voor de kerkeraad. De predikant kan bij vragen als 'welk bezoekpakket is geschikt' en 'wie voert het uit' wel advise- De oorzaken van de onbevredi gende situatie zijn voor een deel bij predikanten zelf te zoeken, meent het Leidse duo. "De predi kant ging behoren tot de notabe len van het dorp, een rol die hij zich maar al te graag liet welge vallen. Maar deze hem toege schoven macht is wezensvreemd aan zijn functie en in veel situa ties daarmee strijdig. Juist ter- wille van zijn gezag als dienaar van het Woord is vermenging met andere vormen van macht schadelijk". Conclusie van het onderzoek: herbezinning op de werkverde ling tussen kerkeraad en predi kant, in uitvoerig overleg met de gemeente, is nodig. "Op die ma nier kunnen de voordelen van de platte organisatievorm in de Her vormde Kerk worden uitgebuit". Jom Hasjoa Het is jammer dat het Overleg orgaan van Joden en Christenen in Nederland het standpunt deelt van die joden die een christelijke viering van Jom Hasjoa afwijzen. (Jom Hasjoa is de 'dag der ver gelding', waarop de joden de slachtoffers van de Tweede We reldoorlog herdenken). Er zijn jo den die zo'n herdenking wél goedkeuren, ook orthodoxe jo den, zoals in Utrecht is gebleken. Zo reageert de hervormde pre dikant W. S. Duvekot uit Utrecht op het bericht dat de Raad van Kerken en het genoemde Over legorgaan zich verzetten tegen een christelijke viering van die dag. Elke schijn moet worden vermeden dat christenen zich de joodse gedenkdag toeëigenen, zei secretaris ds. W. R. van der Zee van de Raad van Kerken. In de steden waar de christelij ke viering wordt gehouden, valt dat nooit samen met de joodse viering, lichtte ds. Duvekot toe. Bovendien worden de vieringen (in Utrecht, Rotterdam en Den Haag) altijd georganiseerd in overleg met joden. Er nemen ook joden actief aan deel. Volgende maand komen de organisatoren van de christelijke samenkom sten bij elkaar om over de opzet te praten. De christelijke viering in de drie steden is dit jaar op zondag 7 mei. Hervormde Kerk: beroepen te Barneveld A. de Reuver Delft, te Grouw C. Keijzer Haarlem- Schoten, te Meppel (voor deel werk) mevrouw A. C. van Noort Noord wolde-Zuidwolde (Gr.); bedankt voor Amsterdam L. Wüllschleger Den Haag, voor Beekbergen A. J. Zoutendijk Groningen. Gereformeerde Kerken: be roepen te Duiven ('Samen op weg') mevrouw F. M. Zeelen- berg-van Middelkoop Benschop. Leiden. Vrijdag 27 januari om 8 uur houdt dr. W. J. Ou- weneel in de Streekschool aan het Lammenschanspark 1 in Lei den zijn eerste lezing in de serie 'De Heilige Geest'. Verschijningen Bisschop J. G. ter Schure van Den Bosch sluit uit, dat een in woonster van Berlicum bood schappen en verschijningen van Maria zou hebben ontvangen. Hij deelt de unanieme conclusie van een speciale commissie dat noch van authentieke verschijningen of openbaringen noch van bo vennatuurlijke gebeurtenissen kan worden gesproken. Dat heeft de bisschop de gelovigen van het dorp per brief laten we ten. De bewuste inwoonster zegt, al jaren boodschappen van Maria te ontvangen. Zonder toestemming van de bisschop stichtte zij in een garage tegenover de kerk een kapel. Daar worden religieu ze bijeenkomsten gehouden en religieuze voorwerpen verkocht. Ook zijn er bedevaarten naar de ze plaats. Tunnel. De kerken in het En gelse graafschap Kent bereiden zich al voor op de bouw van de Kanaaltunnel, die Folkestone en Calais zal verbinden. Een oecumenisch orgaan met vertegenwoordigers van de ra den van kerken in Dover, Deal, Folkestone en Ashford houdt zich bezig met speciale pastorale zorg in de dorpen die door de aanleg van de treinverbinding tussen Folkestone en Londen in tweeën zullen worden gesplitst. Ook voert het besprekingen met de organisatie van de Euro tunnel over een vorm van chris telijke aanwezigheid op het te bouwen internationale station in Ashford. Bij Folkestone zal een boerderij worden omgebouwd tot kapel voor mensen die wer ken aan de bouw van de tunnel en de spoorverbinding. Alcohol. Volgens een rap port van de afdeling 'Hulp aan verslaafden' van de diakonie van de Evangelische Kerk in Duits land drinkt 5 tot 10 procent van de 16.700 predikanten en 23.800 rk priesters in de Duitse Bonds republiek te veel alcohol. In een rk bisdom stond vorig jaar 5 pro cent van de parochiepriesters op nonactief omdat ze de fles niet konden laten staan. Vrouwelijke bisschop. De bisschoppen van de Amerikaan se Episcopale Kerk onderdeel van de Anglicaanse Kerk) keur den gisteren met kleine meerder heid de benoeming goed van de 58-jarige vrouwelijke priester Barbara Harris tot bisschop. Zij is de eerste vrouwelijke bisschop in 2000 jaar kerkgeschiedenis. Harris wordt hidpbisschop in het bisdom Boston. Zuidafrika. De voorzitter van de rk bisschoppenconferen tie van Zuidelijk Afrika, bis schop Wilfred Napier, haalde gis teravond bij de opening van het jaarlijkse overleg in Pretoria fel uit naar de regering-Botha. De si tuatie in Zuidafrika, zei hij, is het afgelopen jaar eerder slechter dan beter geworden. In Pretoria zijn alle bisschoppen van Zuid afrika, Namibië, Swaziland, Lesotho en Botswana bijeen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 2