Britse jongerenkrant bestaat een jaar
Duinrell als wintersportgebied
'Bij meubels moet je uitzoeken
waar een fout is gemaakt'
Early Times is weekblad met uiterst serieuze aanpak
Skiën in Wassenaar
Martijn de Ruyter wordt restaurator
■■■Me sWvwZetv'wmt ew<fecplefc
Voor stelen cok en sbtódowi
nofr éfa nm hm hwm
bi) elke QpM/ifr ftfft...
Eindredactie Paul de Tombe
telef. 071 -161442/161412
Milieuvervuiling
In nog geen half jaar tijd is de
milieuvervuiling een van de
meest besproken onderwerpen
geworden. Nog niet zo lang gele
den dacht menigeen dat het alle
maal wel los liep met de vervui
ling, en dat de milieubescher
mers de zaken veel te somber
voorstelden. Op Prinsjesdag zei
het kabinet zelfs nog dat het
weer beter ging met het milieu.
Inmiddels weten we dat dat niet
waar is: het gaat steeds slechter
met ons milieu.
Eind vorig jaar kwam het rap
port 'Zorgen voor morgen' uit,
dat een groot aantal wetenschap
pers had gemaakt in opdracht
van het ministerie van milieuza
ken (VROM). Hun boodschap
was dat Nederland onleefbaar
wordt als er niet heel snel heel
veel verandert. Maar zelfs als de
verzuring een halt wordt toe
geroepen, als we voorzichtiger
worden met chemisch afval en
landbouwgiffen, en als we zuini
ger worden met energie, dan zal
het nog tientallen jaren duren
voordat het milieu echt gezonder
wordt. Zo erg is het inmiddels.
Minister Nijpels (milieu) komt
op 15 maart met een actieplan,
waarin waarschijnlijk forse
maatregelen worden aangekon
digd om vooral de verzuring aan
te pakken.
Vorige week kwamen het
VNO, de grootste werkgeversor
ganisatie, en de FNV, de grootste
vakbond, met een gezamenlijke
verklaring dat ze zich daadwer
kelijk willen inspannen voor een
gezonder leefmilieu. Een opmer
kelijk initiatief. En eerder al had
voorzitter Kamminga van het
KNOV - de organisatie van klei
ne werkgever - gezegd dat bedrij
ven meer geld over moeten heb
ben voor het milieu.
Is er dan toch nog hoop? In de
verklaring zeggen VNO en FNV
dat alleen met een gezond milieu
welzijn en welvaart op de lange
termijn verzekerd zijn. Daarom
moeten we samenwerken voor
een beter milieu, zeggen de beide
organisaties. Minister Nijpels re
ageerde het afgelopen weekein
de blij op de verklaring, die hij
een doorbraak noemde.
Maar dat moet nog blijken. De
afgelopen jaren hebben we ge
zien dat het milieu keer op keer
moest wijken voor economische
groei of behoud van werkgele
genheid. Minister Nijpels en zijn
voorgangers hebben voorstellen
voor strengere milieuwetten
vaak in het kabinet zien stranden
op het argument dat milieumaat
regelen geld kosten. Minister Ru-
ding (financiën) weigert steevast
geld uit de schatkist te halen, ter
wijl de industrie roept dat ze zon
der overheidssubsidie geen dure
milieubeschermende installaties
ku'nnen aanleggen. Die investe
ringen maken de produken
duurder. Zo prijzen we onszelf
uit de markt en gaan we op den
duur failliet, zeggen ze. De vak
bonden hebben ook niet al te
hard gelopen voor strenge
milieumaatregelen. Want als een
bedrijf failliet gaat, staat het per
soneel op straat. En dat wil geen
vakbond op zijn geweten heb
ben.
Maar het begint steeds duide
lijker te worden dat het milieu
voorlopig voorrang moet krijgen
op de economie als we Neder
land leefbaar willen houden. Dat
betekent dat er harde noten ge
kraakt moeten worden. En het is
maar de vraag of die eensgezind
heid en offerbereidheid nog
steeds zo groot is als het er wer
kelijk op aan komt. Toen pre
mier Lubbers bijvoorbeeld twee
weken geleden opperde dat de
bonden lagere looneisen moeten
stellen om geld voor milieu-uit
gaven vrij te maken, reageerden
de bonden niet bepaald positief.
En uit de constante stroom van
berichten over het illegaal stor
ten van chemische afval, blijkt
ACHTERGROND
dat bij veel bedrijven milieube
scherming nog lang niet op de
eerste plaats komt. Minister Nij
pels sprak dan ook een waar
woord toen hij zei dat hij eerst
nog wel eens wil zien of al die
mooie woorden in daden worden
omgezet.
SJAAK SMAKMAN
BRIGHTON (GPD) - Een arti
kel over de Russen die van plan
zijn om hun dodelijke chemische
wapens op te ruimen, lijkt wat
zwaar als opening voor een krant
die mikt op een lezerspubliek
van tussen de negen en vijftien
jaar oud. Maar Early Times, het
onafhankelijke Britse weekblad
voor jonge mensen, heeft er geen
moeite mee. Vanaf het prille be
gin is uitgegaan van een serieuze
aanpak en vrijdag 13 januari, op
de eerste verjaardag, presenteer
de Early Times zich al helemaal
als een blijvertje.
Elke week weer ligt het blad
hier in de krantenwinkels dap
per en uitdagend tussen geves
tigde bladen als de 'grote' Times
(geen familie), The Guardian,
The Independent en The Daily
Telegraph. Ruim <50.000 is nu de
oplage van deze unieke jeugd
krant, die in de korte tijd van
haar bestaan al een opmerkelijke
reputatie heeft opgebouwd.
Daar had aanvankelijk nie
mand op gerekend. Men vond
het idee van de 44-jarige eigenaar
van Early Times, Barry Weight-
man eigenlijk maar een beetje
belachelijk. Weightman beweer
de namelijk dat hy er meer dan
genoeg van had om alsmaar de
rijk gevarieerde vragen van z'n
nieuwsgierige tienjarige dochter
Catharien te beantwoorden. Om
dat de bestaande kwaliteitskran
ten voor haar veel te zwaar wa
ren, besloot hij een serieuze
jeugdkrant op te zetten, die in be
grijpelijke taal ook de meest zwa
re onderwerpen zou kunnen be
handelen. "Dat lukt hem nooit",
werd er achter zijn rug gefluis
terd. Maar Weightman leidt nu
een krantenbedrijfje dat in zijn
soort volstrekt uniek is.
Wat begon op een afgelegen
boerderij in Sussex, is nu een
druk redactiekantoor in het cen
trum van de grote Zuidengelse
badplaats Brighton. Na het ver
trek van de 22-jarige Nicky
Smith, is nu de 37-jarige Robert
Dunkley de nieuwe hoofdredac
teur van Early Times, die verder
over drie vaste jonge redacteu
ren beschikt, maar in binnen- en
buitenland kan rekenen op de
geregelde medewerking van en
kele honderden jonge correspon
denten.
Dat zijn de jongens en meisjes
van de zogenaamde Press Gang,
de organisatie die Early Times
De skibaan van Duinrell:
WASSENAAR - Een stukje Oos
tenrijk in Nederland. Zo zou je
de skibaan in het Wassenaarse
pretpark Duinrell kunnen noe
men. Niet alleen komen daar
tientallen personen met latten
onder hun voeten van hellingen
afsuizen, ook lopen er heuse Oos
tenrijkse skileraren in van die tq-
de jacks met witte strepen rond.
Het grootste verschil met een
echt wintersportgebied is de.
kleur. Als het goed is .ziet het er
in grote delen van Oostenrijk nu
sneeuwwit uit, maar Duinrell
oogt zo groen als gras. De skiërs
moeten het doen met dennenaal-
den en groenkleurige plastic
kammen, maar ook op die onder
grond blijk je te kunnen glijden.
En te kunnen vallen. Want hoe
goed de skileraren ook zijn, zij
kunnen niet voorkomen dat hun
leerlingen af en toe een fikse
schuiver maken.
Mark Verheijen uit Noordwij-
kerhout kan er over meepraten.
Met zijn 14 jaar is hij één van de
oudsten van zijn ski-klas en hij
doet het zo op het eerste gezicht
ook niet onaardig op de brede
latten. „De vorige keer", herin
nert hij zich, „ben ik toch wel een
paar keer gevallen. Ook had ik na
afloop spierpijn, maar verder
valt het wel mee".
Mark had nog nooit eerder op
ski's gestaan. Zijn ouders, met
wie hij volgende maand voor het
eerst op wintersport gaat, kwa
men op het idee om een skicur
sus 'in Wassenaar te volgen. In
lessen van anderhalf uur, die zes
of twaalf weken achter elkaar
kunnen worden gvolgd worden
de eerste beginselen van het
skiën haarfijn uitgelegd door le
raren die over het algemeen be
ter Duits dan Nederlands ('Das
hat kein sin') spreken.
Dat geldt overigens niet voor
skilerares Katinka uit Rijswijk,
die als Hollandse tussen drie
Oostenrijkse collega's rondhup
pelt. „Dit werk doe ik al jaren. Ik
heb natuurlijk zelf veel geskied
en bovendien een opleiding voor
skileraar gevolgd. Daarnaast ben
ik werkzaam in het onderwijs.
Dit is.een goede en veilige ma
nier om te leren skiën", zegt ze.
„De belangstelling voor onze
cursus neemt nog altijd toe.
Vooral op zondag is het hier hart
stikke druk. Dat betekent dat wy
de groepen naar leeftijd kunnen
indelen".
Die opsplitsing heeft tot ge
volg dat her en der rond de ski
heuvel groepjes te vinden zijn.
daarvoor heeft opgezet. Zij be
schikken over een echte pers
kaart en opereren of op eigen ini
tiatief, of worden door de hoofd
redactie van hun lijfblad op het
spoor gezet van onderwerpen,
waaraan de krant aandacht wil
besteden. Die kunnen te maken
hebben met de actualiteit, zoals
nu het recente vliegongeluk met
de Boeing 737-400 van British
Midland, of met de ontwikkelin
gen op langere termijn zoals aids,
het milieu en de ontwapening.
"Wij gaan geen moeilijke on
derwerpen uit de weg. Integen
deel, we zien daar juist onze taak
liggen. Door zoveel mogelijk de
Press Gang in te schakelen, pro
beren wij deze onderwerpen in
een taal te behandelen, die de
leeftijdsgroep waarop wij mik
ken, kan begrijpen. En als we
hier nu een probleem hebben
over de vraag of prins Philip wel
of niet de begrafenis van keizer
Hirohito van Japan moet gaan,
schrijven wij daarover en leggen
wij zo rustig mogelijk uit waar
om er zo verschillend gedacht
wordt over zijn aanstaande be
zoek aan Japan. In die zin krijgen
we dan ook ingezonden stukken,
wij speciale ruimte in
onze krant hebben vrijgemaakt".
Over wat er in de wekelijkse
editie geplaatst wordt, houdt de
redactie onder leiding van Ro
bert Dunkley voortdurend rug
gespraak. Dat mag ook wel, want
wekelijks komen er tussen de
100 en 150 ingezonden stukken
en brieven binnen. Van zowel le
den van het eigen persleger, of
gewoon van lezers en lezeressen
in binnen- en buitenland. Wat
dat betreft zijn de mogelijkheden
onbeperkt. Zoals bleek uit een
bijdrage van de nog maar 7-jarige
Lorenzo Pugliatti, die met de
stenohulp van zijn moeder kans
zag om in Tokio de vermaarde
Japanse Sumo-worstelaar Ko-
nishiki te interviewen. Onder
meer met de opmerkelijke vraag:
"Spreekt u ook goed Japans?
Het korte antwoord van Konishi-
ki luidde: Jawel, okay".
"Kinderverslaggevers krijgen
veel meer voor elkaar dan hun
oudere collega's", verduidelijkt
hoofdredacteur Dunkley. Leden
van zijn Press Gang drongen
achteraf bezien heel gemakkelijk
door tot de werkkamer van pre
mier Margaret Thatcher in de
ambtswoning van Downing
Street nummer 10, die ze uitge
breid te woord stond en zich met
een dappere glimlach onder
meer vragen als: "Waarom bent u
nooit moe; u moet toch hardstik-
ke oud zijn", liet welgevallen.
Ook 's lands andere politieke
leiders zijn inmiddels door de
Press Gang voor het blok gezet.
Zoals de krant ook geen moeite
had om voor een aantal van zijn
jeugdige verslaggevers een serie
interviews in de Amerikaanse
hoofdstad Washington te rege
len, waarop menig oudere colle
ga jaloers zou zijn. De vier uitver
koren junioren staken trouwens
in stijl de oceaan over: per super
sonische Concorde.
Ook dit jaar zullen e
schillende reizen worden onder
nomen. De krant heeft zich nu
ook voorzichtig op de adverten
tiemarkt begeven. En de eerste
resultaten zijn zeer bemoedi
gend. Vanachter zijn bureau in
het drukke, roezemoezige redac
tielokaal met z'n moderne beeld
schermen, stapels krantenknip
sels en hele pakken post, slaat
Barry Weightman de hele gang
van zaken met een speelse glim
lach gade. Voor de vraag of, nu
het zo goed gaat, de Early Times
binnenkort wellicht dagelijks zal
uitkomen, wijkt de glimlach niet.
"Nee hoor", klinkt het zonder
een spoor van twijfel. "We blij
ven een weekkrant. Van mijn
dochter heb ik ook begrepen dat
kinderen tussen de negen en vijf
tien jaar geen tijd hebben voor
een dagblad".
uitdaging, maar voor beginners
voldoet hij uitstekend. Er hoeft
zelfs geen lift aan te pas te komen
om het hogerop te zoeken: de top
kan gemakkelijk lopend worden
bereikt.
Van het materiaal waarop
wordt gegleden zegt Katinka het
volgende: „De ondergrond van
onze baan is, in tegenstelling tot
bijvoorbeeld die van de ski-baan
in Hoofddorp, vrij hard. Dat kan
absoluut geen kwaad. Nee, ern
stige ongelukken gebeuren hier
bijna nooit. Het meest komen
duimblessures voor. Als je op*die
plastic matten valt, kun je ge
makkelijk in zo'n gat tussen die
kammen terecht komen. Daar
om stellen we handschoenen ook
verplicht".
Niemand doet daar trouwens
moeilijk over. Want, hoe warm
het ook is, de leerlingen kleden
zich zo winters mogelijk. Sjaals,
dikke jassen en dus ook hand
schoenen, het lijkt net echt. Het
resultaat van alle oefening moet
nog blijken. Wantje gaat natuur-
lijk alleen maar in Wassenaar oe
fenen als je de theorie daarna in
de sneeuw in praktijk kan bren
gen. Het grootste voordeel daar
van is dat je in de sneeuw wat
zachter valt.
TIM BROUWER DE KONING
AMSTERDAM - "Het leukste en
tegelijkertijd het moeilijkste is je
bedenken waarom iemand een
meubel zo heeft gemaakt. Achter
elke stoel, achter elke tafel zit
een idee, ik probeer dat idee te
achterhalen en zo de fout te her
stellen". Martijn de Ruyter is 22
jaar en volgt de opleiding restau
reren aan de Amsterdamse meu
belvakschool. "Het is vooral een
kwestie van geduld en dan maar
hopen datje het kan oplossen. Je
moet je zo in de maker inleven
dat je begrijpt waar hij de mist is
ingegaan, pas dan kun je aan ver
beteren gaan denken".
door
Wytzia Soetenhorst
De meubelvakschool is een drie
jarige mts-opleiding waar ieder
een met mavo (of hoger) op kan
komen. "Ik ben het gaan doen
omdat ik beeldhouwer wilde
worden", zegt Martijn. "Ik had
wel met ijzer gewerkt maar nog
nooit met hout. Het leek mij goed
om vaktechnisch met materialen
bezig te zijn".
De school is geen gewone
school in de zin van strak ge
structureerd en een kant en klaar
lesprogramma. Het gaat vooral
om wat de leerlingen zelf doen en
maken. "Het doel is dat je een
meubel helemaal zelf leert ma
ken. Dat begint bij het bestellen
van het hout, daarna krijg je de
bewerking van het materiaal en
dan volgt de uiteindelijke afwer
king. Het is de produktie van
unieke meubelen waarmee je ge
middeld wel een half jaar bezig
bent".
Restaurator
Martijn maakte de meubelvak
school met succes af en besloot
door te gaan als restaurator. Deze
specialisatie duurt twee jaar en
hij is nu een halfjaar bezig. In de
klas van Martijn zitten tien leer
lingen, evenveel meisjes als jon
gens. Het is de enige Was waar je
leert restaureren. "Ik wilde meer
techniek leren. Zoals bijvoor
beeld een mooie rand om een ta
felblad leggen of marmeren. Dat
is iets zó schilderen dat het lijkt
of een muur of een tafelblad van
marmer is". Hy vertelt: "We heb
ben eerst gewone meubels leren
maken, maar ik vind dit een stuk
'leuker, het is veel technischer en
je hoeft geen meubels te ontwer
pen. Dat vond ik op de meubel
vakschool ook zo moeilyk".
Per week gaan de leerlingres
tauratoren 16 uur naar school.
Eén dag wordt besteed aan prak
tijk, de andere is ingeruimd voor
theorie. Deze dag wordt gewijd
aan de vakken tekenen, kunstge
schiedenis en computerkunde.
"Dat computerkunde is echt heel
stom. Het liefst zou ik het ver
vangen door iets anders, maar ze
denken dat we er iets aan heb
ben. Wat'? Ja, vraag dat maar aan
de directie. Misschien dat je dan
kan opzoeken dat ergens in
Duitsland een bepaald Bieder
meier kastje staat ofzo, met een
bepaald mankement".
Over de andere theorie-vakken
is Martijn minder sceptisch: "Te
kenen deed ik op de meubelvak
school ook al. Nu leren we onder
meer hoe je een onderdeel tekent
zodat je kan zien hoe je het moet
maken. Je tekent een stoelpootje
na en dan heb je veel meer het
idee hoe het moet worden, hoe
het er moet gaan uitzien. Dat
heet het maken van 'uitslagen',
technisch tekenen dus. We gaan
ook naar een museum waar we
van 6 verschillende stijlen 3 meu
bels moeten schetsen, met alles
er op en er aan. Het klinkt mis
schien gemakkelijk maar ik vind
het heel moeilijk. Het leukste is
voor mij kunstgeschiedenis. Dat
hebben we maar twee uur per
week en we behandelen allerlei
kunststijlen. We gaan naar het
depot van het museum of we be
kijken met de docente dia's zo
dat het allemaal echt voor je gaat
leven".
Diegene die de vrijheid op de
meubelvakschool al groot vin
den moeten zeker niet naar de
restauratorenopleiding. Twee
dagen school en drie dagen vrij
lijkt leuk, maar van de zelfwerk
zaamheid van de leerlingen
wordt veel verwacht. Na de theo
riedag wordt de parktij kdag ge
vuld met eigen opdrachten. "Het
is de bedoeling van deze speciali
satie dat je tijdens schooluren al
aan je werk begint. Je moet zor
gen dat je zelf opdrachten krijgt
om meubels te restaureren. Zo
bouw je in je opleiding al een
klantenkring op. Ik werk nu op
school aan een stoeltje waar ik
wel een tijdje mee bezig ben. Je
klanten zijn aan het begin vooral
vrienden en kennissen, via hen
kom je weer aan nieuwe op
drachten".
Op school wordt alleen met an
tieke meubelen gewerkt. Stuk
ken van soms honderden jaren
oud passeren de handen van de
leerlingen. Aan zo'n oud meubel
stuk kun je makkelijk wat ver
pesten, Martijn is echter niet
bang om fouten te maken. "Ik
begin natuurlijk niet direct met
het moeilijkste, ik probeer het
eerst uit op een klein hoekje, iets
dat niet in het zicht zit. Boven
dien, als ik onzeker ben, kan ik
het altijd aan de docent vragen".
De directie van de school gaat
ervanuit dat de leerlingen geld
verdienen met hun restauratie
werkzaamheden. "Maar je moet
van dat verdienen niet te veel
verwachten, het is net kosten
dekkend. De school verwacht
ook van je datje zo rekent. Ik be
kijk wat de materialen me kosten
en hoeveel tijd ik aan het meubel
werk. Een professionele meubel
maker vraagt ongeveer 50 gulden
per uur. Ik werk veel langzamer
en vraag ongeveer 20 gulden per
uur. Je moet ook wel geld vragen
anders denken mensen dat je
nog steeds voor niets restaureert
als je al van school af bent. Geld
zorgt er vaak voor dat je serieu
zer wordt genomen".
Toekomst
Over de toekomst is Martijn nog
onzeker. Wel weet hij dat hij sta
ge wil lopen en dan het liefst in
België, waar de traditie van het
restaureren veel groter is dan in
Nederland. Verder denkt hij er
over een museologie-opleiding
in Leiden te gaan of een vervolg
opleiding stofferen aan de meu
belvakschool te gaan doen. "Er is
zoveel wat ik leuk vind.
Drie van zijn mede-leerlingen
hebben een eigen atelier. Dat
lijkt ideaal maar de investerin
gen in materialen zijn erg hoog.
Toch is Martijn enthousiast over
die manier van werken. "Het is
gewoon heel leuk om rustig met
iets bezig te zijn. Om je niet te la
ten opjagen door wat dan ook.
Het lijkt me prachtig om drie da
gen in de week met vrienden een
werkplaats te hebben en de an
dere twee dagen spullen te ver
kopen. Het is belangrijk dat jij je
rustig en prettig voelt in het
werk. Je mag je niet laten opjut
ten want als je te snel werkt
maak je de fouten die de oor
spronkelijke meubelmaker ook
ooit heeft gemaakt".