'Europese Studies' biedt nieuwe mogelijkheden 'Amsterdam draaft door met benoeming rector Barlaeus' ONDERWIJS Europa 1992 vraagt om aanpassing van onderwijs Schoolleiding wordt volgens Ginjaar-Maas geen exclusieve mannenzaak PAGINA 12» Via een studie Letteren een andere toekomst kiezen dan het onderwijs. De Universiteit van Amsterdam biedt die mogelijkheid aan studenten die een propedeuse-examen hebben gedaan in een van de EG-talen of Geschiedenis. De studierichting heet Europese Studies en is gericht op de bestudering van de Europese samenleving in de 19e en 20e eeuw en het reilen en zeilen van de Europese Gemeenschap. Gecombineerd met een aantal andere vakken leidt de studie op tot een baan bij een internationale instelling of een op het buitenland gericht bedrijf. Europa 1992. Velen kunnen zich hierbij nog niets voorstellen, want het is volgens hen nog koffiedik kijken. Toch zullen scholen en instellingen zich op zeer korte termijn moeten bezinnen of de opleiding die zij bieden nog wel voldoet aan de vraag en het aanbod op de arbeidsmarkt. De grenzen binnen de Europese Ge meenschap vallen immers weg en daar door zullen er beroepen verdwijnen en weer nieuwe ontstaan. door Marjolein in 't Hout Sommige onderwijsinstituten hebben zich al over dit vraagstuk gebogen en hebben hun onderwijs aangepast aan de toekomst. Een voorbeeld is de studie richting Europese Studies aan de Uni versiteit van Amsterdam. Deze zoge naamde 'bovenbouwstudie' werd in het leven geroepen doordat het faculteitsbe stuur tijdig signaleerde dat er in een be paalde beroepsgroep steeds minder werk was te vinden. Het ging in dit geval over de faculteit der Letteren. De studenten die daaraan afstudeerden, verdwenen hoofdzakelijk in het onderwijs. Doordat het onderwijs in de jaren tachtig 'verzadigd' raakte, werd voor de academici de kans op een baan steeds kleiner. Europees profiel Coördinator en docent binnen de histori sche variant van Europese Studies, drs. A. Boxhoorn, zegt hierover: "In het aca demisch jaar 1981/1983 begonnen we met de voorbereidingen voor de studierich ting Europese Studies. De belangrijkste reden hiervoor was dat de lerarenoplei ding binnen de universiteit dreigde te verdwijnen en dat er grote werkloosheid heerste in het onderwijs. Aangezien de meerderheid van de letterenstudenten een baan in het onderwijs zocht, moest er iets gebeuren. We zijn toen gaan zoeken naar nieuwe studierichtingen'1. "Een tweede punt", vervolgt drs. Boxhoorn, "was de toenemende vraag naar profilering. De Universiteit van Amsterdam koos voor een Europees pro fiel, te meer omdat de faculteit der Eco nomische Wetenschappen een leerstoel Internationale Economische Betrekkin gen en een Europa-instituut had". De groep initiatiefnemers deed een on derzoek en stuitte op de al in Groot Brit- tannië en de Verenigde Staten bestaande studierichting European Studies. De stu dierichting Europese Studies werd in 1983 in het leven geroepen en "is naar Angelsaksische leest geschoeid - dat be tekent dat voor het Engelse onderwijs systeem is gekozen", zegt drs. Boxhoorn. Volgens de brochure die de Universiteit van Amsterdam uitgeeft, biedt Europese Studies de student de mogelijkheid om via een studie in de Letteren - talen en ge schiedenis - een andere weg in te slaan dan het leraarschap. Wie Europese Studies wil gaan doen, moet eerst een propedeuse-examen heb ben gedaan in een van de EG-talen (met uitzondering van Nederlands en Portu gees) of Geschiedenis. Dat propedeuse vak blijft gedurende de vierjarige oplei ding het hoofdvak. Daarnaast heeft de student een 'steunvak' - een taal of ge schiedenis. Ten slotte kan er tevens een keuze worden gemaakt uit Rechten of Economie - het zogenaamde niet-lette- renonderdeel. Basisprogramma Boxhoorn: "In het eerste en tweede doc toraaljaar hebben we ook een basispro gramma, waaraan alle studenten mee doen. Omdat we erachter kwamen dat veel studenten geen flauw benul hebben van de geschiedenis van de negentiende en twintigste eeuw, hebben we dat vak ingelast. Dat gebrek aan kennis is toe te schrijven aan het feit dat maar zeer wei nig mensen geschiedenis in hun eind examenpakket op het atheneum en gym nasium nemen. In het basisprogramma wordt dan ook de Europese geschiedenis van de negentiende en twintigste eeuw èn het functioneren van de Europese Ge meenschap behandeld". "De meer specialistische onderdelen worden door ongeveer twintig docenten gedaan", aldus Boxhoorn. "Aan het ein de van de studie mag de student een vry onderdeel kiezen en dat houdt ongeveer alles in wat wordt aangeboden aan de Universiteit van Amsterdam. De keuze beperkt zich echter al gauw tot bijvoor beeld Rechten of Economie. Veelal wordt een vak gekozen dat goed aansluit bij de doctoraalscriptie, het laatste stu dieonderdeel", zegt de coördinator van de studierichting Europese Studies. De doctoraalscriptie ten slotte, behelst een zelfstandig onderwerp over Europa van vergelijkende aard. Voorbeelden van scriptieonderwerpen zijn er genoeg. Zo werden er zeer actuele onderwerpen door de afgestudeerden aangepakt zoals het EG-milieubeleid, het voorzitterschap van de EG, terrorisme, directe investe ring van de Verenigde Staten in de eco nomie van de EG en de Europese een wording. Stage De studenten kunnen ook op stage gaan. Op dit moment bestaan er zo'n negentig stageplaatsen in het binnen- en buiten land voor de studenten. Boxhoorn: "Dat varieert van een plaats bij de Verenigde Naties in New York (VS), de Europese Kamer van Koophandel, de Europese Gemeenschap in Brussel (België) tot een stage bij een van de grote Nederlandse bedrijven zoals Akzo en Philips en het ministerie van buitenlandse zaken in Den Haag. De stageduur is meestal niet langer dan een half jaar". Er zijn volgens Boxhoorn ook moge lijkheden om in het buitenland te stude ren. In Groot-Brittannië bestaat de stu dierichting Europese Studies aan zeven universiteiten. De Universiteit van Am sterdam heeft een uitwisselingspro- Drs. A. Boxhoorn: "Ik zou het toejuichen als er meer ons voorbeeld volgen". wim Dijkman» gramma met de Universiteit van Huil. Studenten met het hoofdvak Frans kun nen in Parijs of Straatsburg gaan stude- Daarnaast bestaat er ook nog een mo gelijkheid om een studentassistentschap te vervullen. Maar dat is slechts voor een tot twee studenten weggelegd en houdt in dat een student een jaar lang voor een dag per week wordt ingeschakeld bij het assisteren van een docent bij het onder wijs en het onderzoek, bij het samenstel len van cursusmateriaal of bij literatuur onderzoek voor projecten. De studierichting Europese Studies telt nu 1050 studenten. De afgelopen ja ren steeg het aantal aanmeldingen sterk. Zo begon de studie met zo'n 89 studen ten (1983) en verdubbelde het aantal zich in het daarop volgende jaar. "Dit jaar hebben we er zo'n 300 tot 350 toegela ten", zegt Boxhoorn. Van de eerste lich ting studeerden er zo'n vijftig af. "Hoe dat komt? Dat is altijd al zo geweest. Het aantal afvallers is in Nederland traditio neel hoog. Het is dan ook een typisch Ne derlands probleem. Ik denk dat veel mensen zich niet realiseren dat een uni versitaire opleiding zwaar is. Het valt hun tegen en ze gaan weg. Dat is ook enigszins te wijten aan het feit dat wij in Nederland geen toelatingsexamens ken nen en dus iedereen die maar een athene um-diploma heeft naar de universiteit kan", zegt Boxhoorn. Nadelen Vaag is echter nog wat iemand met Eu ropese Studies kan doen. In de brochure staat: "Via een gerichte combinatie van deze vakken kun je je voorbereiden op een functie bij een internationale instel ling of een op het buitenland gericht be drijf'. Coördinator Boxhoorn omschrijft de banen met typische startfuncties voor hbo'ers en academici. Boxhoorn: "Zo'n negentig procent van onze studenten vindt een baan bij niet- overheidsinstellingen. De overheid staat nu eenmaal bekend als een bureaucrati sche en starre organisatie, die bovendien slecht betaalt en van die 'rare' deeltijdba nen aanbiedt. Daarom verdwijnen velen naar Europese vertegenwoordigende in stellingen zoals de Europese Vereniging van Chemische Industrieën, public rela tions functies bij grote bedrijven als Ak zo en Philips, de Europese Kamer van Koophandel en ik weet dat er eentje con tractonderhandelaar bij Fokker is ge worden". Er zijn ook nadelen aan de studie. De Nederlandse studierichting Europese Studies worstelt met hetzelfde probleem als die in de Verenigde Staten en Groot Brittannië. Volgens coördinator Boxhoorn is er voor een deel van de stu denten moeilijk een zwaartepunt in de studie te vinden. "Dat spitst zich toe als de doctoraalscriptie moet worden ge maakt. Dan heeft een aantal studenten opeens moeite met een specialisatie. Ze moeten zich dan afvragen waar ze goed in zijn en komen daar niet uit. Daarom hebben we twee jaar geleden een mentor schap ingesteld. Iedere student wordt eenmaal in zijn studieperiode bij een do cent geroepen om daarover te praten. We proberen daarmee tijdig aan te geven dat er een bepaalde richting uit moet worden gewerkt". Europese Studies is een experimente le studierichting. In 1993 loopt 'het con tract' af en dan moet er worden geëva lueerd over het vervolg. Boxhoorn is niet zo bang voor het einde van de studierich ting. De post-propedeuse studie kan re kenen op een grote populariteit onder de studenten. Boxhoorn hoopt alleen dat er meer universiteiten zullen gaan mee doen, want tot nu toe is Amsterdam de enige die de studierichting biedt. Daar door komen studenten van alle delen van het land naar Amsterdam om de studie te volgen. Boxhoorn: "Ik zou het dan ook toejuichen als er meer ons voorbeeld vol gen". "Het Barlaeus-gymnasium in Amster dam voelt zich terecht intens gepikt door de manier waarop wethouder Wilde- kamp van onderwijs de benoeming van een vrouw tot rectrix heeft doorge drukt", zegt Ginjaar-Maas. Ze benadrukt zich niet in de kwestie te willen mengen: "Elk schoolbestuur voert uiteraard zijn eigen personeelsbeleid. Maar inhoude lijk sta ik vierkant achter de doelstelling: méér vrouwen te betrekken bij de schoolleiding. Positieve discriminatie is echter iets waarmee je voorzichtig moet zijn. Amsterdam draaft door. Amster dam heeft kost wat kost een vrouw wil len benoemen. Dat roept weerstanden op, kan zelfs een averechts effect heb ben. Stel dat de vrouw in kwestie niet voldoet! Ik hoor de tegenstanders al roe pen zie je wel, ze kunnen het niet." Amsterdam staat overigens niet alleen met haar besluit om de eerstkomende ja ren alleen vrouwen te benoemen tot di recteur of rector van een school. Mannen mogen in de hoofdstad pas solliciteren als er geen geschikte vrouw te vinden is. Leiden kent sinds kort zelfs een absolute uitsluiting van mannelijke sollicitanten bij functies in het onderwijs waar vrou wen sterk ondervertegenwoordigd zijn. Ginjaar: "Het zit 'm in de uitwerking. Ook Rotterdam en Den Haag voeren een dergelijk beleid. Maar Amsterdam heeft het van het begin af aan onhandig aange pakt. Wildekamp heeft eerst het Bar laeus lange tijd laten wachten met de in vulling van de vacature tot de gemeente haar emancipatie-nota gereed had. Daar na is ze dwars tegen de medezeggen schapsraad, de ouders en de docenten in gegaan. Met als gevolg: een verharding van standpunten en een beschadigde rectrix. En dan hecht ik er aan te zeggen dat het hier om een openbare school gaat, die pretendeert een democratische instelling te zijn." Diskrediet "Typisch Amsterdams", verzucht Gin jaar die maar al te bang is dat het mecha nisme van positieve discriminatie in dis krediet wordt gebracht. Zelf heeft Gin jaar-Maas voor het handjevol nog be staande Rijksscholen ook stringente richtlijnen vastgesteld, die verplichten Emancipatie is één van de hoekstenen van het beleid van staatssecretaris mevrouw Ginjaar-Maas van onderwijs. Maar het aantal vrouwen in leidinggevende functies in het onderwijs is tot een dramatisch dieptepunt gedaald. Alle vrome beleidsvoornemens ten spijt. Ook het voornemen van Ginjaar-Maas wiskunde verplicht te stellen als examenvak voor havo en vwo ligt onder vuur. De onderwijsvakbonden voorzien een afvalrace waarvan juist meisjes het slachtoffer worden. "Onzin", is het ondubbelzinnige commentaar van Nell Ginjaar-Maas. Een interview met de staatssecretaris. door Margreet Vermeulen Staatsecretaris van onderwijs Gin jaar -Maas "Emoties over bezuinigin gen vertroebelen zicht op het beleid. Ik ben er van overtuigd dat bij elke bezui niging voor de minst pijnlijk ingreep is gekozen". (foto gpd> tot de aanstelling van een vrouw bij gelij ke geschiktheid. "Wij hebben daar onze slag weten te slaan. Door de vervroegde uittredingsregelingen hadden we nogal wat vacatures. En waar mogelijk zijn die opgevuld door vrouwen". Uit CBS-gegevens blijkt dat het aantal directrices van 1976 tot 1984 is gedaald met 75 procent. Vorig schooljaar was een schamele 2 procent van de directeuren in het voorgezet onderwijs van het vrouwe lijk geslacht. In het basisonderwijs lag dat iets gunstiger: 13 procent. De bewindsvrouw erkent ruiterlijk dat de samensmelting van het lager en het kleuteronderwijs debet is geweest aan de uitstoot van vrouwelijke managers. Ginjaar: "We stonden erbij en keken er naar. In vrijwel alle gevallen werd een man per definitie de nieuwe directeur." In de nabye toekomst staat het onder wijs een nieuwe fusiegolf te wachten. Vreest Ginjaar niet dat het schoolmana- gement daarna een exclusieve mannen zaak zal zijn geworden? Ginjaar: "Nee. Vrijwel alle schoolbesturen zijn er in middels buitengewoon attent op dat vrouwen deel uitmaken van de schoollei ding. Ook omwille van de kwaliteit hecht men aan een vrouwelijke inbreng. Je ziet ook dat we het dieptepunt wat betreft de uitstoot van vrouwen achter de rug heb ben. Wat ik hoor is dat het aantal vrouwe lijke hoofden van basisscholen al fors aan het stijgen is". CBS-statistieken laten een minder hoopgevend beeld zien. In het basison derwijs is het aantal vrouwelijke school leiders vorig jaar weer gedaald, met 1 procent. In het voorgezet onderwijs is dat percentage omhoog gekropen, van 2 naar 3,5 procent. Een percentage dat nauwelijks in verhouding staat tot de ge leverde inspanningen voor een vrouw vriendelijk beleid. Wiskunde Teleurstellend zijn ook de eindexamen resultaten van de moderne wiskunde. Met deze -minder abstracte- variant op het vak wiskunde wordt druk geëxperi menteerd omdat Ginjaar wiskunde ver plicht wil stellen als eindexamenvak voor de havo en het vwo. Hoewel ook leerlingen zonder wiskunde-knobbel in staat worden geacht wiskunde-A te kun nen begrypen haalde éénderde van alle kandidaten een onvoldoende. Een Utrechts schoolhoofd meldt zelfs dat ruim 40 procent van zijn 'typisch alpha- gerichte' leerlingen struikelt over wis kunde-A. De onderwijsbonden zien de bui al hangen. Zij vrezen dat het verplicht stel len van wiskunde zal leiden tot de uitval van grote aantallen leerlingen. Ginjaar: "Die desastreuze cijfers zijn mij niet bekend. Maar het kan gewoon weg niet dat wiskude-A tot grote uitval gaat leiden. Als een leerling werkelijk ha vo of vwo-niveau heeft, kan hij of zij niet over deze wiskunde struikelen. Ik zeg met enige nadruk dat het dan niet moet gaan om omhooggevallen mavo-leerlin gen of havo-leerlingen die ten onrechte op het vwo zitten." - Wekt U nu niet de indruk het verplicht stellen van wiskunde inderdaad te wil len gebruiken als selectie-criterium? Ginjaar: "Nee, dat ontken ik ten stel ligste." - Wat doet U als halverwege de jaren negentig blijkt dat examenvak wiskunde toch tot de uitval van leerlingen -en met name van meisjes- leidt? Ginjaar: "Dat wens ik me niet voor te stellen. Dat hoeft ook niet, want het wis- kunde-A is niet abstract, niet onbegrijpe lijk en op alpha's toegesneden". - Wat is dan de praktische waarde van een zo eenvoudige wiskunde? Ginjaar: "Ze kunnen ermee terecht op alle opleidingen, behalve de Technische Hogescholen en de de typisch exacte stu« dierichtingen aan de universiteiten." - Wat verandert er dan feitelijk? Ginjaar: "Het gaat er om dat leerlingeiï -een breed scala aan studiemogelijkhei- den voor zichzelf openhouden. Een wis* kundige achtergrond is steeds meer no^ dig voor veel vervolgopleidingen in het hoger onderwijs. Een behoorlijke wis* kundige denktraining is in feite voor ie dere studie onmisbaar." Deetman Ginjaar zegt een hecht team te vormen met Deetman, de alom verguisde mini% ter van onderwijs. Haar bewondering voor de CDA-minister mag opmerkelijk heten. Ginjaar: "De emoties over de be zuinigingen vertroebelen het zicht op het beleid. Maar ik ben ervan overtuigd dat bij elke bezuiniging voor de minst pijnlij ke ingreep is gekozen. Deetman heeft de afgelopen jaren het onderwijs van een nieuwe wettelijke basis voorzien eri klaargestoomd voor de volgende eeuw. Wat betreft het voorgezet onderwijs heb ik daar myn steentje aan bijgedragen. De geschiedenis zou wel eens kunnen uit wijzen dat Nederland nooit eerder zo'n goede minister van onderwijs heeft ge had".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1989 | | pagina 13