Premies, belastingen en uitkeringen in 1989
Consumentenbond verzamelt
klachten over geneesmiddelen
ESa
Ioaw/ioaz
Nu het parlement heeft ingestemd met het wetsvoorstel om in 1989 het minimumloon,
de sociale en enkele andere uitkeringen te bevriezen, gelden voor de ioaw/ioaz (wet in
komensvoorziening voor oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers-
/zelfstandigen) en bijstandsuitkeringen per 1 januari 1989 de bedragen in onderstaand
overzicht. Als gevolg van een wijziging van sociale premies en belasting zijn de bedra
gen in bijna alle gevallen iets hoger dan in het afgelopen jaar.
De ioaw is bestemd vooroudere langdurig werklozen die 50 jaar of ouder waren op het
moment dat zij werkloos werden en voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte werklozen,
ongeacht hun leeftijd. De ioaw geldt, nadat de uitkeringsperiode voor de nieuwe
werkloosheidswet is verstreken. Voor de ioaz komen oudere van 55 jaar of ouder en
gedeeltelijk arbeidsongeschikt (ongeacht hun leeftijd) ex-zelfstandigen in aanmer
king die noodgedwongen hun bedrijf of beroep moeten beëindigen.
Bruto grondslag in guldens voor:
per maand
vakantie-uitkering
per maand
gehuwde en ongehuwde partners
1.955,12
156,42
éénoudergezinnen
1.770,44
141,63
alleenstaanden vanaf 27 jaar
1.362,76
109,02
Op deze bedragen worden inkomsten uit of in verband met arbeid van de werkloze of
zelfstandige en zijn of haar partner in mindering gebracht. In tegenstelling tot de bij
standswet wordt geen rekening gehouden met andere inkomsten en met vermogen.
Als geen inkomsten worden afgetrokken zijn de netto uitkeringen gelijk aan honderd
procent van het netto minimumloon voor gehuwde en ongehuwde partners, die 90
procent van het netto minimumloon voor éénoudergezinnen en 70 procent van het
netto minimumloon voor alleenstanden vanaf 27 jaar.
Bijstand
Bijstand (netto, in guldens) voor echtparen zonder en met kinderen is het normbedrag
respectievelijk per week en per maand 353,99 en 1.533,96 gulden. Voor éénoudergezin
nen is het normbedrag 318,59 en 1.380,56 gulden. Bij gezinnen die met anderen een wo
ning bewonen, vindt een vaste aftrek plaats van 162,90 per maand. Hieronder vallen
ook twee ongehuwden die een gezamenlijke huishouding voeren, dus ook personen
van hetzelfde geslacht. Samenwonende familieleden in de eerste of tweede graad zijn
hiervan uitgesloten. Het vakantiegeld bedraagt bij echtparen 95,06 per maand en bij
éénoudergezinnen 85,55 per maand.
Voor thuisinwonende (werkloze kinderen)
zijn de normbedragen (in guldens)
per week
per maand
20 jaar
19 jaar
18 jaar
103,08
82,01
81,29
446,70
355,36
352,24
Voor alleenstaanden (niet-woningdelers)
zijn de normbedragen: (in guldens)
per week
per maand
23 jaar en ouder
22 jaar
21 jaar
18-19-20 jaar
247,79
214,75
186,19
173,10
1.073,77
930,56
806,81
750,12
-
Voor alleenstaanden (woningdelers)
zijn de normbedragen (in guldens)
per week
per maand
23 jaar en ouder
22 jaar
18 t/m 21 jaar
210,20
182,08
173,10
910,87
789,01
750,12
Het vakantiegeld voor alleenstaanden en
thuiswonende kinderen bedraagt:
per maand
23 jaar en ouder
22 jaar
21 jaar
20 jaar
19 jaar
18 jaar
66,54
60,29
59,17
50,56
43,40
37,54
Het vakantiegeld wordt eens per jaar, in juni, uitbetaald.
Belastingen
Met ingang van 1 januari 1989 is een aantal tarieven van de belastingen gewijzigd. Het
ministerie van financiën heeft een overzicht gegeven van de nieuwe tarieven.
Voor inkomstenbelasting en loonbelasting 1989 bedraagt het schijventarief in 1989
(tussen haakjes de bedragen voor het kalenderjaar 1988, de bedragen zijn in guldens).
De wettelijke inflatiecorrectie voor 1989 (0,3 procent) is volledig toegepast.
Belastingpercentage toe te
passen op de belastbare som
Opvolgende inkomensschijven
14 pet over de eerste
9.681
9.652)
24 pet over volgende
7.446
7.423)
32 pet
14.509
14.466)
41 pet
13.022
12.983)
51 pet
20.590
20.528)
60 pet
26.428
26.349)
66 pet
29.548
29.460)
69 pet
109.090
(108.764)
72 pet over de volgende guldens
Belastingpercentage toe te Totaal opvolgende inkomensschijven
passen op de belastbare som
14 pet over de eerste
9.681
9.652)
24 pet over de volgende
17.127
17.075)
32 pet
31.636
31.541)
41 pet
44.658
44.524)
51 pet
65.248
65.052)
60 pet
91.676
91.401)
66 pet
121.224
(120.861)
69 pet
230.314
(229.625)
72 pet over de volgende guldens
Belastingpercentage toe Belasting over totaal opvolgende
passen op de belastbare som inkomensschijven
14 pet ov
er de eerste
1.355
1.351)
24 pet ov
er de volgende
3.142
3.132)
32 pet
7.784
7.761)
41 pet
13.123
13.084)
51 pet
23.623
23.553)
60 pet
39.479
39.362)
66 pet
58.980
58.805)
69 pet
134.252
(133.852)
Het bedrag aan belasting wordt naar beneden afgerond op gehele guldens. Bedragen
van 140 gulden (1988: 139) en minder worden niet geheven.
Tariefgroep
Belastingvrije som
I
7.415 7.392)
II
11.123 11.088)
III
14.830 14.784)
IV
13.347 13.306)
De arbeidstoeslag bedraagt (maximaal): 413 gulden (411 gulden).
De aanvullende arbeidstoeslag bedraagt (maximaal): 797 gulden (794 gulden).
Meewerkaftrek
De meewerkaftrek voor kleine zelfstandigen bedraagt 5 procent van de winst als de
echtgenoot 1.750 of meer uren per jaar meewerkt,
3,5 pet van de winst bij 1.225 tot 1.750 uren,
2,5 pet van de winst bij 875 tot 1.225 uren,
1,5 pet van de winst bij 525 tot 875 uren.
Het minimum bedraagt in alle gevallen 413 gulden (411 gulden). De meewerkaftrek is
de aftrek die in de situatie, dat de ene echtgenoot meewerkt in de onderneming van de
andere echtgenoot, wordt verleend aan "de echtgenoot voor wiens rekening de onder
neming wordt gedreven.
Echtgenoten kunnen ook kiezen om ieder zelfstandig in de belastingheffing te wor
den betrokken. Dat kan op gezamenlijk schriftelijk verzoek aan de inspecteur bij de
aangifte. In zo'n geval is het noodzakelijk dat een reële beloning voor de in de onder
neming meewerkende echtgenoot is overeengekomen, die in een schriftelijke over
eenkomst moet zijn vastgelegd. De beloning moet minstens 150 percent van de alge
mene belastingvrije som, dus voor 1989 minstens 11.123 gulden (11.088 gulden) bedra
gen. In dat geval wordt geen meewerkaftrek genoten en kunnen beide echtgenoten als
zij voldoen aan de voor de aanvullende arbeidstoeslag geldende voorwaarden, in aan
merking komen voor deze toeslag tot een bedrag van 797 gulden (794 gulden).
Aanvullende alleenstaande-ouder-toeslag
De aanvullende alleenstaande-ouder-toeslag bedraagt 1/4 van het inkomen uit arbeid
met een maximum van 4.482 gulden (4.468 gulden).
Aftrekposten
Uitgaven in verband met ziekte, invaliditeit, bevalling, adoptie, overlijden, arbeidson
geschiktheid en ouderdom.
- de kosten van ziekte, invaliditeit e.d. komen voor aftrek in aanmerking voor zover
zij meer bedragen dan: 12 procent (13,2 pet) van het onzuivere inkomen indien het
onzuivere inkomen 50.000 gulden (49.509 gulden) of minder bedraagt: 4.500 gulden
(5.050 gulden) vermeerderd met 3 procent van het onzuivere inkomen indien het
onzuivere inkomen meer dan 50.000 gulden (49.509 gulden), doch niet meer dan
113.000 gulden (112.000 gulden) bedraagt;
7,900 gulden (8.400 gulden) indien het onzuivere inkomen meer dan 113.000 gulden
(112.000 gulden) bedraagt.
- Het bedrag waarmee de uitgaven de drempel overschrijden wordt verhoogd met
een kwart, indien in de twee aan 1989 voorafgaande kalendeijaren aftrek voor ziek
tekosten e.d. werd genoten, of indien meer dan vier kinderen jonger dan 27 jaar in
belangrijke mate op kosten van de belastingplichtige worden onderhouden (dit
laatste wordt geacht het geval te zijn indien recht op kinderbijslag bestaat of indien
de kosten voor ten minste 56 gulden per week op de belastingplichtige drukken).
Als in de drie aan 1989 voorafgaande kalenderjaren aftrek werd genoten, wordt het
bedrag waarmee de uitgaven de drempel overschrijden verhoogd met de helft. De
verhoging kan niet meer bedragen dan 3 procent van het onzuivere inkomen met
een maximum van 3.400 gulden (3.350 gulden).
- Het bedrag voor extra uitgaven voor kleding en beddegoed die als uitgaven ter zake
van ziekte en invaliditeit worden aangemerkt, wordt 620 gulden (630 gulden).
Indien wordt aangetoond dat de extra uitgaven meer bedragen dan 1.240 gulden
(1.260 gulden) wordt het bedrag van 620 gulden (630 gulden) verhoogd tot 1.550 gul
den (1.575 gulden).
- De vaste aftrek voor arbeidsongeschikten en ongehuwde bejaarden wordt 563 gul
den (561 gulden); de vaste aftrek voor gehuwde bejaarden wordt 804 gulden (801
gulden).
De buitengewone-lastenaftrek voor kinderen voor wie geen kinderbijslag wordt
ontvangen is niet gewijzigd.
Eén-oudergezinnen
De kosten van gezinshulp in één-oudergezinnen met jonge kinderen komen voor af
trek in aanmerking voor zover zij meer bedragen dan:
- 10 procent van het onzuivere inkomen indien het onzuivere inkomen 113.000 gul
den (112.000 gulden) of minder bedraagt;
- 11.300 gulden (11.200 gulden) indien het onzuivere inkomen meer dan 113.000 gul
den (112.000 gulden) bedraagt.
De aftrek bedraagt ten hoogste 33.900 gulden (33.600 gulden).
Ziektekostenregelingen
In verband met de wijziging in de premieheffing zfw (ziekenfondswet) is de waarde
ringsregeling voor aanspraken ingevolge een ziektekostenregeling gewijzigd. Met in
gang van 1 januari 1989 geldt de maximering van deze aanspraken alleen nog voor
ziektekostenregelingen waarbij de werknemer naast een eventuele procentuele bij
drage een vaste (nominale) bijdrage die naar aard en omvang overeenkomt met de no
minale premie ingevolge de zfw, is verschuldigd. In dat geval wordt het procentuele
gedeelte van de aanspraak maximaal gesteld op 3.804 gulden.
In de overige gevallen moet de volledige waarde van de aanspraak (zonder maxi
mum) verminderd met de bijdrage van de werknemer tot het loon worden gere
kend.
Koffiegeldvergoedingen
Het bedrag dat onbelast kan worden vergoed aan niet-ambulante werknemers voor
consumpties tijdens werktijd (koffiegeld) is verhoogd van 1 gulden tot 1,10 gulden per
gewerkte dag.
Reiskostenregeling
De bedragen van de reiskostenaftrek en de vrijgestelde vergoedingen zijn als volgt
(bedragen in guldens):
afstand aftrekbedrag vrijgestelde vergoeding
meer dan maar niet 1989 1988 1989 1988
meer dan
0 10 km 200 200 625 625
10 15 980 1.020 1.560 1.680
15 20 1.260 1.420 1.890 2.080
20 30 1.780 2.030 2.510 2.810
30 40 2.310 2.650 3.130 3.540
40 50 2.840 3.270 3.770 4.280
50 60 3.370 3.440 4.390 4.500
60 - 3.440 4.500
Deze aftrekbedragen gelden voor de inkomstenbelasting; voor de loonbelasting zijn
deze bedragen 200 gulden lager, omdat in de tabellen loonbelasting reeds rekening is
gehouden met een bedrag van 200 gulden.
Bij een afstand van meer dan 70 km (60 km) is het bedrag van de vrijgestelde vergoe
ding 0,51 gulden per km (1988 0,51 gulden per km). Met een maximum van 4.500 gul
den (4.500 gulden).
Vrij reizen
In de uitvoeringsbeschikking loonbelasting 1972 is met ingang van 1 januari 1989 een
waarderingsvoorschrift opgenomen voor gevallen waarin een werkgever aan zijn
werknemers collectief een recht op vrij reizen met Nederlands openbaar vervoer (bij
voorbeeld een OV-jaarkaart) verstrekt. Indien de regeling van toepassing is, wordt de
waarde van het vrij reizen gesteld op het bedrag dat aan de werknemer in rekening
wordt gebracht met een minimum van 120 gulden per jaar voor reizen per tweede klas
en streekvervoer en 180 gulden per jaar voor reizen per eerste klas.
Diegene die niets voor de kaart aan z'n werkgever hoeft te betalen, krijgt te maken
met een bijtelling van 120 of 180 gulden per persoon per jaar. Het bedrag geldt dus per
persoon, die van het recht gebruik kan maken. Mindeijarige kinderen tellen daarbij
niet mee. Het waarderingsvoorschrift geldt niet als het recht op vry reizen is afge
stemd op het traject van het woon-werkverkeer.
Teruggave
Teruggave op verzoek van ingehouden loonbelasting en premies volksverzekeringen:
de grens voor teruggaaf op verzoek van ingehouden loonbelasting (T-biljet) bedraagl
in 1989 200 gulden (200 gulden). Voor teruggaaf van premie volksverzekeringen be
draagt de grens in 1989 140 gulden (139 gulden).
Aanslaggrens voor de inkomstenbelasting: de aanslaggrens voor de inkomstenbe
lasting wordt in 1989 59.400 gulden (59.000 gulden).
Lijfrentepremie-aftrek: het maximum van de lijfrentepremie-aftrek wordt 16.863
gulden (16.812 gulden).
DEN HAAG - De Consumenten
bond start op 9 januari een actie
week die moet leiden tot 'gezonder'
geneesmiddelengebruik. Het stre
ven is dat dokters minder gaan
voorschrijven, de patiënt beter
wordt geïnformeerd, de prijzen da
len en uiteindelijk de consumenten
meer verantwoord 'slikken'. Daar
toe gaat de bond een week lang
klachten inzamelen.
door
Cees Cornelisse
De prijs van geneesmiddelen is
al jaren onderwerp van discussie.
Er is onzekerheid over toekomsti
ge veranderingen in het ziektekos
tenstelsel. De medicijnknaak ver
dwijnt niet en er is geharrewar over
kosten, prijzen en mogelijke bezui
nigingen.
Maar een ding staat volgens de
Consumentenbond nog steeds
vast: in het algemeen zijn medicij
nen te duur, zo blijkt uit prijsverge
lijkingen met andere EG-landen.
Alleen de Ieren en de Westduitsers
betalen gemiddeld nog meer. Lan
den als Spanje en Portugal bleken
daarentegen meer dan de helft
goedkoper. Als voorbeeld van
"duur en onbegrijpelijk" noemt de
bond een oogzalfje, dat een patiënt
in Nederland f23,50 moest kosten
en diezelfde patiënt in België (om
gerekend) slechts f9,75.
Er zijn andere factoren die de
prijs van geneesmiddelen ongun
stig beinvloeden. Zo herinnert de
Consumentenbond aan het feit dat
apothekers soms recepten 'knip
pen', zodat ze tweemaal een toeslag
in rekening kunnen brengen. De
apothekersorganisatie KNMP er
kent dat dat niet mag en heeft in
middels haar leden er per brief op
gewezen dat de apothekers zichzelf
op die manier een slechte dienst
bewijzen.
De KNMP voegt er aan toe dat
het wel de plicht is van de apothe
ker om het voorschrijven van on
verantwoord grote hoeveelheden
medicijnen te voorkomen. Dat
geldt bijvoorbeeld voor genees
middelen met een beperkte houd
baarheid. In zo'n geval mag de apo
theker niet worden verweten dat
hij een minder grote hoeveelheid
verstrekt dan wellicht door de
huisarts voorgeschreven, vindt de
KNMP.
Ongelukken
De pijn zit 'm volgens de Consu
mentenbond niet alleen in de por
temonnee. Nog steeds komen er
klachten over ontbrekende of voor
een leek onbegrijpelijke bijslui
ters. Te vaak nog gebeuren onge
lukken, vooral bij bejaarden en
kinderen. Daarbij gaat het overi
gens niet alleen om geneesmidde
len die de apotheker op recept ver
strekt, maar vaak ook om medicij
nen die gewoon te koop zijn.
Volgens de statistieken waren in
1986 ruim 1100 kinderen bij een
medicijnvergiftiging betrokken,
waarvan gelukkig slechts één met
dodelijke afloop. Die ongelukken
gebeurden vooral met kalmerings
middelen en pijnstillers. Daa-
komt nog bij, aldus de Consumen
tenbond, dat heel wat geneesmid
delen verslavend werken.
Afgaande op de cijfers gebruikt
28 procent van alle Nederlanders
wel eens een geneesmiddel op re
cept. Vrouwen aanzienlijk (32 pro
cent) meer dan mannen (24 pro
cent). Hart- en vaatmiddelen en
slaap- en kalmeringsmiddelen voe
ren de lijst aan. Bovendien stijgt
het gebruik met de jaren.
Verder slikken we met zijn allen,
al dan niet aangemoedigd door de
reclame, steeds meer middeltjes
waarvoor geen recept nodig is. Bij
na een op elke vijf Nederlanders
doet dat, waarbij vrouwen (23 pro
cent) opnieuw hoger scoren dan
mannen (16 procent). Pijnstillers
zijn favoriet; hoestmiddelen zijn
nummer twee.
De Consumentenbond stelt dat
in ziekenhuizen en verpleeghui-
ook gewoon op het
spreekuur bij de dokter, te vlot en
teveel medicijnen worden voorge
schreven. Vaak schrijven artsen
ook verschillende medicijnen tege
lijk voor, die niet altijd goed op el
kaar aansluiten.
Rugklachten
Zo bleek afgelopen najaar dat veel
artsen al na één meting bloeddruk
verlagende middelen voorschrij
ven, terwijl juist dergelijke midde
len vaak bijwerkingen hebben zo
dat artsen terughoudend zouden
moeten zijn. Ook rugklachten zou
den nogal eens leiden tot het licht
vaardig voorschrijven van slaap-
en kalmeringsmiddelen of spier-
ontspanners.
Zo meldt de klachtenlijst van de
Consumentenbond het voorschrij
ven van Indocid, een reumamiddel
met nare bijwerkingen voor het
beenmerg. Dat laatste geldt ook
voor Voltaren, een pijnstiller die op
dezelfde lijst staat. De Consumen
tenbond constateert dat enkele art
sen zelfs nog Tanderil of Butazoli-
din voorschreven.
Dat laatste middel bevat een stof
die ernstige bloedafwijkingen kan
veroorzaken. Het mag alleen aan
patiënten met de reumaziekte van
Bechterew worden voorgeschre
ven. Tanderil geeft vergelijkbare ri
sico's en is om die reden uit de han
del genomen.
Maar niet alleen aan 'gewone'
Niet alleen voorgeschreven medicijnen hebben hun bezwaren, ook gewone pijnstillers en hoestdranken kunnen
schadelijke bijwerkingen hebben. (toto anp>
medicijnen kleven dergelijke be
zwaren. Ook bij de kruidenmidde
len zit er veel kaf onder het koren.
Daaronder bevinden zich zelfs zul
ke gevaarlijke middelen dat de
Consumentenbond heeft gepleit
voor overheidstoezicht, zoals geldt
voor erkende geneesmiddelen. Dat
pleidooi vond weerklank bij de
Tweede Kamer en staatssecretaris
Dees (volksgezondheid). Maar op
concrete maatregelen wordt nog
gewacht.
Medicijnlij n
De Consumentenbond wil op grote
schaal gaan inventariseren wat er
allemaal mis is. Van maandag 9 tot
en met vrijdag 13 januari staat daar
i speciale telefoonnummer (070-
809001) voor open. Bovendien zal
de actie uitgebreid worden toege
licht in het Avro-programma 'Vin
ger aan de pols' op donderdag 12 ja
nuari. Wie voorbeelden kan geven
van onduidelijke etiketten of bij
sluiters kunnen die nu al te sturen
naar Consumentenbond, Ant
woordnummer 9, 2502 XA, Den
Haag, met vermelding van: Medi-
cijnlijn.
ASPIRINE
J—
t::.
Rhmospray BiSOlVOn
-- Pwadl