'Ze was koploper in een aantal opzichten' Met tegenzin met pensioen Neerlandica Angenies Brandenburg promoveert op biografie van Annie Romein-Verschoor Reddingbootschipper De Blok redde vierhonderd mensen VRIJDAG 16 DECEMBER 1988 PAGINA 11 De neerlandica Angenies Brandenburg, 43 jaar, promoveerde dit najaar aan de Utrechtse Universiteit tot doctor in de letteren. Het onderwerp voor haar proefschrift, dat in boekvorm is uitgegeven voor het gewone lezerspubliek, was ongebruikelijk: ze schreef een biografie over Annie Romein-Verschoor (1895 -1978). Een zeer toegankelijke, meeslepende biografie over de vrouw, die getrouwd was met de marxistische historicus Jan Romein en bekend werd door boeken als Vrouwenspiegel, een onderzoek naar de Nederlandse romanschrijfster, en Omzien in verwondering, haar autobiografie. Samen met Jan Romein schreef ze ondermeer de standaardwerken Erflaters van onze beschaving en De lage landen bij de zee. door Inge van den Blink Angenies Brandenburg: "Annie Romein-Verschoor is van groot belang ge weest voor de Nederlandse cultuur". (foto gpd> toch niet helemaal gewoon als je zeven tig bent? Die afkeer moet dan wel heel diep zitten". Wat ik niet begrijp is, hoe het moge lijk was dat een zo zelfbewuste, sterke vrouw haar man zo enorm op een voet stuk heeft geplaatst. „Ik vind dat zelf ook moeilijk te begrij pen. Ik heb er ook geen echt afdoend ant woord op, hoewel die vraag natuurlijk meer dan eens bij me is opgekomen. Ik heb wel eens gedacht: het struikelblok zit in dat hele vreemde tegenstrijdige van haar karakter. Ik heb me ook wel eens verbaasd over haar gebrek aan kritiek op hem. Haar stijl is echt leuker dan de zij ne. De zijne is zo gedragen, hij wilde maar mooi doen. Daar had ze kritiek op, net als op die bakken vol voetnoten van hem. Ze kon er wel de spot mee drijven maar niet zo dat ze zei: Jan, je moet eens iets aan die stijl doen. En ook aan wat hij verder ondernam, wat hij dacht - het werd allemaal door haar gesteund. Dat heeft mij ook verbaasd, hoor. Wat zou u zelf zeggen?". Helder Ik kom daar niet uit. Later heeft ze over man-vrouw verhoudingen juist zul ke heldere dingen gezegd. „Pas na zijn dood, ik geloof voor het eerst in 1964, begint ze in haar artikelen over vrouwenemancipatie, de man daar ook bij te betrekken. Dat kan aan twee dingen liggen. Dat kan eraan liggen dat het in het verleden niet in iemands ge dachten opkwam om de rol van de man ter discussie te stellen. Dat lijkt mij plau sibel, maar het kan er ook aan liggen dat het best eens bij haar is opgekomen maar dat ze daar niet over schreef terwijl ze haar man nog naast zich had". "Kijk, zij wilde alles. Ze wilde ge trouwd zijn, ze wilde een gezin hebben, en ze wilde schrijven, ze wilde werken. Daar heeft ze zich ook aan gehouden. Ik denk dat ze intellectueel gesproken van Jan meer steun kreeg dan menige andere vrouw. Want hoe vaak zie je niet dit pa troon: vrouwelijke schrijvers zijn óf niet getrouwd en kregen geen kinderen, óf ze zijn wel getrouwd maar hebben geen kinderen (Virginia Woolf) óf ze leven apart, zoals Simone de Beauvoir. Dat was het patroon, niet alleen voor vrouwe lijke schrijvers, maar ook voor academi ci, wethouders". In een recensie van Kossmann in de NRC stond dat Jan Romein in uw biogra fie wordt gereduceerd tot een 'vrij bela chelijke en hulpeloze zonderling en aan steller'. Hierdoor zou 'de zin van Annies leven onbegrijpelijk zijn geworden'. Wat vindt u daarvan? „Ik schoot vreselijk in de lach toen ik dat las. Ik vond het een buitengewoon aardige en goeie recensie. Maar wat denk je als je dat leest? Misschien zijn de drui ven een beetje zuur. Want de recensent, Kossmann, is natuurlijk wel een histori- Han de Blok: 'Vroeger waren er vaker schepen in nood. Tegenwoordig doen we vaker dienst als een soort varende ambulance". (foto gpd>. Hij denkt in zijn veertien schippersjaren ongeveer vierhonderd mensen aan wal te hebben gebracht. Precies weet hij het niet, maar het is eventueel op te zoeken. Han de Blok, van beroep reddingbootschipper, moet afscheid nemen van het werk dat hij die veertien jaar met veel plezier heeft gedaan. Binnenkort wordt hij zestig. "En het is nu eenmaal regel dat vaste personeelsleden van de maatschappij dan met pensioen gaan. Voor mij hoeft het eigenlijk nog niet zo. Ik zou best nog een paar jaartjes willen doorgaan". Waarom koos u juist Annie Romein als onderwerp? „Voordat ik aan de biografie begon kende ik haar werk al, en ik vond haar een heel boeiende verschijning. Ik heb haar ook een keer ontmoet. Ik ging met haar praten in 1977, een half jaar voor haar dood, over Menno ter Braak. Die ontmoeting is me altijd bijgebleven. Ik vond haar toen, ze was al 82, zeer boei end, en aardig. Aardig vooral ook. Dat klopt ook wel met wat ik heb gevonden en geschreven; dat ze de laatste jaren van haar leven minder scherp is geworden, toleranter, milder. Ze heeft toen erg veel indruk op me gemaakt. Ja. Al die dingen bij elkaar zijn het geweest. Ik vond het ook wel grappig om een vrouw te kie- „Ze zeggen wel eens: 'kill the widow', anders kom je niet aan je materiaal. Nou, dat was in mijn geval absoluut niet no dig. Daar komt bij dat ik eerlijk gezegd ook wel vind dat familieleden het recht hebben om sommige papieren niet vrij te geven. Het zou me niet hebben verbaasd wanneer deze familie had gezegd: we voelen er niets voor. Maar ik heb meteen toestemming gekregen om in het archief van mevrouw Romein te gaan grasdui nen. Dat hele archief heb ik ook door ploegd, 34 dikke dossiers. Minder om vangrijk dan dat van Jan Romein, maar dan nog: dagboekaantekeningen, over- drukjes van artikelen, carbondoörslagen van brieven, huishoudelijke aantekenin gen, recepten. Van alles en nog wat". „De kinderen, Jan Erik, Bart Joost en Annelies, heb ik als eerste een interview afgenomen, in het voorjaar van 1980. Maar van wat zij vertelden heb ik niet al les gebruikt. Ik denk dat geen enkele bio graaf dat doet. Je weet altijd meer dan je opschrijft. Je maakt daarbij een morele afweging, het is gewoon niet nodig dat sommige dingen worden gepubliceerd en opgeschreven. Als er mensen mee ge moeid zijn die nog leven, voor wie iets grievend of pijnlijk is, dan denk ik: nee". Bescheidenheid Is uw oordeel over Annie Romein tij dens het werken aan het boek veranderd? „Ik denk dat de indruk die ik aanvan- kelijk had correspondeerde met het beeld dat ze van zichzelf heeft gegeven in haar autobiografie 'Omzien in verwonde ring': het bekende 'meisje voor halve da gen', half schrijfster, half huisvrouw. Er straalt een zekere bescheidenheid uit, ze wekt graag de indruk helemaal niet am bitieus te zijn. Dat zegt ze trouwens ook over haar man. Ik vond haar erg intelli gent, betweterig dikwijls ook, ze had een onderwijzeressentoon. Maar ze was ook speels-kritisch en heel levendig van geest". Evenals zijn voorgangers Van Dam, Slis, Van Seters en Grootenboer is Han de Blok afkomstig uit Stellen dam. De directie van de Koninklijke Zuid-Hollandsche Maatschappij tot Redding van Schipbreukelingen heeft door de jaren heen altijd al een voorliefde gehad voor reddingboot schippers uit die plaats. door Leen van Ooijen Altijd waren het vissers die de zee op hun duimpje kenden, die de gevaren niet onderschatten en die daardoor op de red dingboten op hun plaats waren. Het feit dat Han de Blok nu min of meer ver plicht afscheid neemt, is niet het enige dat hem een beetje zeer doet. De reorganisatie die nu bij de KZHMRS wordt doorgevoerd noemt hij een 'slechte zaak]. De reddingboten langs de Zuidhollandse kust houden na melijk nog maar één vaste man in loon dienst en dat is de schipper. Tot nu toe was het zo dat schipper, stuurman en ma chinist in dienst van de reddingmaat schappij waren. Het was geen vetpot, maar doordat men over veel vrije tijd be schikte, konden de personeelsleden meestal wel wat bijverdienen. "Nu blijft er maar één man in vaste dienst", weet De Blok. "In Hoek van Hol land wordt dat mijn opvolger Rien Noordhoek, die al die jaren als stuurman bij mij heeft gevaren. Hij is dus de enige van wie men zeker weet dat hij altijd in zetbaar is. Maar hij moet ook het onder houd plegen. Verder vraag je je toch af hoe het gaat met vakanties en vrije da gen. Die moeten nu door de opstappers worden opgevangen. Ik vind het geen ge zonde situatie", zegt de Hoekse schipper, die overigens na zijn pensionering terug gaat naar Stellendam ("daar kan ik mis- En hoe is dat oordeel verschoven? „Ik merkte dat ze vaak wat draaide en dingen weergaf zoals ze niet zijn ge weest. In de documenten vond ik dikwijls gegevens die duidelijk afweken van wat in 'Omzien in verwondering' staat. Dat begon me steeds meer te biolo geren eigenlijk. Ik dacht: hier heb ik een karaktertrek te pakken. En dat klopte. Ze heeft een neiging tot het idealiseren van zichzelf en van haar naaste omge ving, en ook wel van andere dingen zoals het Sovjetcommunisme. De neiging tot een tikje beeldverfraaiing". „Dat draaien had ik niet verwacht. Ik heb soms, en mijn man kan daarover meepraten, zitten tieren. Dan was ik echt heel boos op haar. Doet ze het weer, is ze weer bezig. Dat is me bij herhaling over komen. Kijk, ze heeft natuurlijk over haar eigen moederschap al een schot voor open doel gegegeven door in het woord vooraf van haar autobiografie te zeggen dat ze haar kinderen er buiten zou laten. In hun belang, schrijft ze. Maar het was natuurlijk ook in haar eigen be lang". „Die hele beeldvorming van Jan, dan weet je ook niet wat je leest. Als je in de bronnen duikt komt er iets anders te voorschijn dan uit Omzien in verwonde ring. Dan blijkt dat ze bezig is een beeld van hem op poten te zetten. Zo licht ze een beetje de hand met de historische fei telijkheid. Ja, ze kon ook slecht tegen kritiek op hem". Hard De verhouding tussen Annie Romein en haar moeder was problematisch. Zij was als kind voor haar moeder een 'slecht te hanteren teleurstelling', schrijft u. Ze ontving geen lichamelijke affectie, en dat leidde tot een 'levenslange innerlijke be schaamdheid'. Tamelijk harde kwalifi caties. „Dat is een kwestie van één en één op tellen. Ik heb wat de moeder betreft twee sporen gevolgd. Het ene is de geestes ziekte van die moeder. Verder heeft zij inderdaad elke lichamelijk affectie of af finiteit afgeweerd, terwijl Annie dat als kind juist zo nodig had. Een ander punt is wat Jan Romein zelf in zijn (nooit ge publiceerde) autobiografie schrijft over het lichamelijk onvrij zijn, het seksueel onvrij zijn van zijn vrouw. Als je die twee punten ziet, enerzijds het jonge kind, an derzijds de jonge vrouw van in de twin tig, dan is het niet te ver gezocht om daar een vrij vergaande interpretatie aan mee te geven. Nog weer later zie je dat zij haar afkeuring over seksualiteit steeds weer uitspreekt. Het is toch echt niet helemaal normaal te zeggen dat Pietje Bell en de Libelle pornografisch zouden zijn! Dat is schien in de visserij nog wel wat doen"). Overigens is de reorganisatie al enige tijd aan de gang, want in Breskens en Burg- sluis is de schipper nog de enige die op de loonlijst staat van de maatschappij. Meer tochten In tegenstelling tot de algemeen heer sende mening, maken de reddingboten meer tochten dan vroeger. Dat geldt met name voor de Hoekse reddingboot Ko ningin Juliana, die in 1963 in de vaart kwam en sindsdien in Hoek van Holland op station is. "We varen eigenlijk vrij vaak", zegt De Blok. "Alleen het accent is tegenwoordig wat anders komen te liggen. Vroeger wa ren er vaker schepen in nood. Dat is te genwoordig met radar, met allerlei soor ten van planning en de vele veiligheids maatregelen anders geworden. Maar daar staat tegenover dat wij veel vaker dienst doen als een soort varende ambu lance. Vaak gaan we heel ver de zee op om zieke en gewonde schepelingen over te nemen". "Dat gebeurde ook in het verleden al, maar het is een taak die de laatste jaren enorm is toegenomen. Er zijn zelfs sche pen die een zieke aan boord hebben en die met opzet langs Hoek van Holland varen. Ze weten dat hun mensen daar deskundig worden overgenomen en op de snelst mogelijke manier naar het zie kenhuis worden vervoerd. De samen werking met artsen, EHBO en ambulan cedienst is perfect", stelt Han de Blok. Hij heeft verschillende echte reddin gen meegemaakt. Twee daarvan herin nert Han de Blok zich nog heel erg goed. De 'Stardust' in 1976 betekende een heel moeilijke operatie. Het schip belandde hoog op het strand in een uiterst gevaar lijke positie en het kostte veel moeite om de bemanning in veiligheid te brengen. In het nieuwe uitbreidingsplan op de vroegere camping heeft die stranding een vaste herinnering gekregen door de Starduststraat. Voorts was er in 1985 de Pontra Maris, een werkponton dat tijdens een zware storm voor de kust van Hoek van Hol land van zijn ankers dreigde te slaan. "Daar moesten we toen naar toe met de 'President Jan Leis' een reddingboot van vijftig jaar oud", herinnert De Blok zich. "We hadden de oude 'Leis' juist in Stel lendam opgehaald en ik had tegen mijn vrouw gezegd dat het wel leuk zou zijn om er nog een echte tocht mee te maken. Nou, dat hebben we dan gedaan en we hebben het geweten". "Die ponton lag midden in de grond- zeeën en dan blijkt zo'n oude redding boot toch wat moeilijker te besturen te zijn. Op een gegeven moment lagen we zowat met reddingboot en al op die pon ton. Maar we hebben de mensen eraf ge kregen. Het was trouwens ook de laatste tocht van de 'Leis'. Die is nu overgedra gen aan het reddingmuseum". Han de Blok kijkt ook met veel genoe gen terug op de verstandhouding met de mensen met wie hij heeft samengewerkt. "Die was uitstekend. Dat moet ook wel, want als het erop aankomt, moet je el kaar blindelings kunnen vertrouwen. We hebben op dit moment tien opstappers, mensen die in geval van nood kunnen worden opgeroepen. En dat moet ook wel, nu er nog maar een vaste man over blijft", herhaalt hij nog maar eens. Naast Rien Noordhoek, die nu dus als schipper gaat varen, wordt André Schoenmeijer eerste machinist, zijn cus, dus een collega van Jan Romein. En als dan ten eerste niet de historicus Ro mein maar zijn vrouw in het volle licht komt te staan en ten tweede de figuur van de historicus op een manier naar vo ren komt die menigeen in de lach doet schieten, ja, misschien is dat dan wat moeilijk te verwerken". Maar het tweede puntdat dat de zin van Annie's leven onbegrijpelijk zou ma ken? Dat impliceert dat hij het belang rijkste in haar leven was. „Daar geloof ik niets van. Neem alleen maar de periode na zijn dood, dat zijn toch zestien jaren geweest. Haar leven werd toen niet zinloos. Allerminst! En ook gedurende het huwelijk met Jan niet. Er was in haar leven zoveel dat zin had dat met Jan maar heel weinig te ma ken had". Teleurgesteld U veronderstelt ergens dat een 'lange, beschermende man' Annie Romein zou hebben behoed voor bitterheid. Dat sug gereert dat ze in haar huwelijk erg teleur gesteld moet zijn geweest. Ze was in bepaalde aspecten denk ik wel teleurgesteld, in andere zeker niet. Ik denk dat dat haar ook op de been heeft gehouden. Het aspect van vrouw zijn zoals Jan dat graag zag, daarin voldeed ze zeer waarschijnljk niet helemaal aan zijn behoeften, verwierp ze die behoefte bij hem eigenlijk ook. We weten dat Jan graag naar andere vrouwen mocht kij ken. Dat heeft ze heel beslist niet leuk ge vonden, dat heeft haar vaak pijn ge daan". „En ik denk dat wat bescherming be treft, dat daar het evenwicht verstoord was bij ze. Dat zij altijd degene moest zijn die klaarstond, die hem over dooie pun ten heen hielp, die hem emotioneel moest bijspringen. Ik ben er vrijwel van overtuigd dat dat omgekeerd te weinig gebeurde, dat de balans scheef lag. Ieder een heeft steun nodig. En natuurlijk heeft die vrouw ook, ondanks alle uiter lijke schijn, alle zelfverzekerdheid, haar ogenblikken gehad dat ze zich geen raad meer wist. Toen zij in het ziekenhuis lag met een gebroken heup was haar voor naamste zorg: hoe moet Jan zich in vre desnaam redden?" Zij voelde zich de sterkere. „Maar ze werd ook in die rol geschoven door hem". Jan en Annie Romein zijn aangeslo ten geweest bij de CPN. Welke rol heeft het communisme, het marxisme precies in haar intellectuele ontwikkeling ge speeld? „Ik denk dat dat marxisme eerlijk ge zegd een tamelijk ondergeschikte rol speelde. Tenzij je marxisme en literaire sociologie erg dicht bij elkaar brengt. Haar Handelsbladrecensies lopen van 1926 tot '32. Als ze boeken bespreekt van vrouwen zie je steeds dat ze kijkt naar de gene achter het boek: de persoonlijkheid van de schrijfster, de herkomst van de schrijfster, het milieu enzovoort. Ze pro beert dus te zoeken naar de vraag: waar om is dit boek geschreven door die en die schrijfster. Dat doet ze consequent, en daar is ze eerder mee begonnen dan Du Perron, Ter Braak en Greshoff, de men sen van Forum. Die sociologische of psy chologische aanpak zou kunnen samen hangen met opvattingen over het histo- risch-materialisme". broer Bram wordt eerste stuurman. Zij krijgen elk twee reserves achter zich zo dat men er vrijwel altijd van verzekerd is dat er iemand beschikbaar is. „Mijn eigen tijd indelen, daar zal ik wel even aan moeten wennen", meent De Blok. "Ik was wel veel thuis, ik liep ogen schijnlijk veel rond, maar ik moest altijd beschikbaar zijn, altijd in de buurt blij ven. Dat zal best even vreemd zijn". Om te verantwoorden dat Jan en zij pas tamelijk laat afstand namen van het communisme, ze stapten uit de CPN in 1938, heeft ze zich, dat toont u aan, in nogal wat bochten moeten wringen. Heeft ze daar ooit iets over geschreven, dat voor zichzelf toegegeven? „Nee, helemaal nooit. Niets. Gemaakte fouten toegeven, dat kon ze niet. Ik denk dat Jan daar beter toe in staat was". U schrijft dat Annie Romein de knapste biografe zou zijn geweest die Ne derland heeft gehad. „Ja, ze was merkwaardigerwijs heel goed in staat een ander uit te tekenen en daar met grote onbevangenheid in te werk te gaan. Ze heeft Carry van Brug gen willen beschrijven. Ik vraag me af of, als ze het had gedaan, dat haar zelf niet wat had veranderd. Dat lijkt me niet on denkbaar. Ik denk dat ze dan onherroe pelijk voor de vraag was komen te staan: hoe ben ik zelf. Om een ander te beschrij ven moet je namelijk weten hoe je zelf bent. Hoe je zelf op dingen reageert, hoe je tegen dingen aankijkt, hoe je eigen ka rakter is. Anders lukt het je niet. Elke biograaf zal dat zeggen". De toon van het boek is soms erg per soonlijk. Is het u ooit moeilijk gevallen om evenwicht te bewaren tussen sympa thie en afstand? „Nee, echt moeilijk is me dat niet ge vallen. Dat ik nijdig werd, dat is wel ge beurd. Op andere momenten was ik weer vertederd, of dacht ik, ik kan het me zo ontzettend goed voorstellen. Zo'n beetje zoals je over een ander mens kunt den ken. Alleen ga je veel intensiever om met deze niet meer levende mens dan met welke ander in je bestaan ook. Ik denk dat het echt de meest intensieve relatie is die je ooit met iemand kunt hebben". U schrijft: 'Ze werd te weinig ge plaagd. Ze boezemde te veel respect in, er was te veel afstand. „En een ander plaatste zich ook te veel daaronder. Of het sloeg om in bitsigheid, vijandigheid. Harriët Freezer, die schijnt het te hebben gekund, goed met Annie omgaan". Communisten Ik heb de indruk dat u erg veel plezier heeft gehad in het portretteren van Annie Romein als huisvrouw, als iemand die appeltaarten bakte, babysokjes breide en bezoek ontving. Meer plezier dan bijvoor beeld in het beschrijven van haar politie ke activiteiten. „Zo politiek actief is ze natuurlijk ook niet geweest, het speelde zich bij haar hoofzakelijk op schrift af. En ik vind po litiek moeilijk. Ik hou er niet van. Het heeft me heel erg veel inspanning gekost om die achtergrond eruit te krijgen, ook omdat ik geen historicus van huis uit ben, maar neerlandica. En ik vind die communisten eigenlijk zo vreselijk. Ik snapte ook niet wat ze er in zag". „En dat huishouden, ik hoorde dat veel in gesprekken terug. Dat ze daar veel tijd aan besteedde, dat ze het belang rijk vond. En ik vond het leuk en interes sant. Ik denk dat heel veel vrouwen daar ook een lesje uit kunnen trekken. Zon der meer". Annie Romein heeft al in 1946, lang voor dat gangbaar was, gepleit voor part-time werk voor vrouwen met kinde ren en voor kunstenaars. En voor kinder opvang. Zij heeft later ook een rol ge-> speeld in de tweede golf van het feminis me, onder meer door in de jaren zeventig te publiceren in Opzij. „Ik geloof dat in die jaren feministen niet de mensen van Opzij, maar feminis ten van een wat ander type wel erg met haar op de loop zijn gegaan, haar een rol hebben toegedicht die ze niet had en ook niet wilde hebben. Dat ze voor een kar is gespannen die ze niet wilde trekken. Praatgroep-feministen, vrouwenhuis-fe ministen, daar moest ze echt helemaal niets van hebben. Hoe zou u, samenvattend, het belang van Annie Romein omschrijven? „Ik vind dat ze in ons land een van de best schrijvende vrouwen in de eerste eeuwhelft is geweest. Binnen haar genre natuurlijk, het schrijven van essays. Ver der munt ze uit door een zekere originali teit, dat vind ik boeiend en leuk aan haar, knap ook. Ze was koploper in een aantal opzichten. Feministisch gesproken is ze er toch wel buitengewoon vroeg bij. Kijk, als ze in 1918 een stuk schrijft over 'vrouwenstudie', een begrip dat daarna weer in de container verdwenen is en er pas in '76 door Andreas Burnier is uitge haald, zestig jaar later dus, dan denk ik nou nou, avant la lettre, en hoe". Groot belang „Als je kijkt naar de literaire kritiek, dan is zij in 1918 al op de toer van wat ik noem 'vorm of vrouw', wat later bij de Forummensen werd: vorm of vent. Ik denk dat haar originaliteit, gevoegd bij haar karakter met veel kanten en het feit dat ze een buitengewoon hardwerkende vrouw was samen tot de conclusie moe ten leiden dat deze vrouw van groot be lang is geweest voor de Nederlandse cul tuur, voor het geestelijk leven in de eer ste 75 jaar van deze eeuw. Waarbij ik ove rigens niet vind dat zij monumenten van kunst heeft opgericht. Maar die andere dingen zijn dunkt me toch wel voldoen de". Angenies Brandenburg, Annie Romein- Verschoor, 1895-1978. Deel 1: Leven en werk: deel 2: Noten en commentaar. Uitg. De Ar beiderspers, reeks Open Domein, prijs fl. 68,50.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 11