'Ze was koploper in een aantal opzichten'
Met tegenzin met pensioen
Neerlandica Angenies Brandenburg promoveert op biografie van Annie Romein-Verschoor
Reddingbootschipper De Blok redde vierhonderd mensen
VRIJDAG 16 DECEMBER 1988
PAGINA 11
De neerlandica Angenies Brandenburg, 43 jaar, promoveerde dit najaar aan
de Utrechtse Universiteit tot doctor in de letteren. Het onderwerp voor haar
proefschrift, dat in boekvorm is uitgegeven voor het gewone lezerspubliek,
was ongebruikelijk: ze schreef een biografie over Annie Romein-Verschoor
(1895 -1978). Een zeer toegankelijke, meeslepende biografie over de vrouw,
die getrouwd was met de marxistische historicus Jan Romein en bekend werd
door boeken als Vrouwenspiegel, een onderzoek naar de Nederlandse
romanschrijfster, en Omzien in verwondering, haar autobiografie. Samen met
Jan Romein schreef ze ondermeer de standaardwerken Erflaters van onze
beschaving en De lage landen bij de zee.
door Inge van den Blink
Angenies Brandenburg: "Annie Romein-Verschoor is van groot belang ge
weest voor de Nederlandse cultuur". (foto gpd>
toch niet helemaal gewoon als je zeven
tig bent? Die afkeer moet dan wel heel
diep zitten".
Wat ik niet begrijp is, hoe het moge
lijk was dat een zo zelfbewuste, sterke
vrouw haar man zo enorm op een voet
stuk heeft geplaatst.
„Ik vind dat zelf ook moeilijk te begrij
pen. Ik heb er ook geen echt afdoend ant
woord op, hoewel die vraag natuurlijk
meer dan eens bij me is opgekomen. Ik
heb wel eens gedacht: het struikelblok
zit in dat hele vreemde tegenstrijdige van
haar karakter. Ik heb me ook wel eens
verbaasd over haar gebrek aan kritiek op
hem. Haar stijl is echt leuker dan de zij
ne. De zijne is zo gedragen, hij wilde
maar mooi doen. Daar had ze kritiek op,
net als op die bakken vol voetnoten van
hem. Ze kon er wel de spot mee drijven
maar niet zo dat ze zei: Jan, je moet eens
iets aan die stijl doen. En ook aan wat hij
verder ondernam, wat hij dacht - het
werd allemaal door haar gesteund. Dat
heeft mij ook verbaasd, hoor. Wat zou u
zelf zeggen?".
Helder
Ik kom daar niet uit. Later heeft ze
over man-vrouw verhoudingen juist zul
ke heldere dingen gezegd.
„Pas na zijn dood, ik geloof voor het
eerst in 1964, begint ze in haar artikelen
over vrouwenemancipatie, de man daar
ook bij te betrekken. Dat kan aan twee
dingen liggen. Dat kan eraan liggen dat
het in het verleden niet in iemands ge
dachten opkwam om de rol van de man
ter discussie te stellen. Dat lijkt mij plau
sibel, maar het kan er ook aan liggen dat
het best eens bij haar is opgekomen maar
dat ze daar niet over schreef terwijl ze
haar man nog naast zich had".
"Kijk, zij wilde alles. Ze wilde ge
trouwd zijn, ze wilde een gezin hebben,
en ze wilde schrijven, ze wilde werken.
Daar heeft ze zich ook aan gehouden. Ik
denk dat ze intellectueel gesproken van
Jan meer steun kreeg dan menige andere
vrouw. Want hoe vaak zie je niet dit pa
troon: vrouwelijke schrijvers zijn óf niet
getrouwd en kregen geen kinderen, óf ze
zijn wel getrouwd maar hebben geen
kinderen (Virginia Woolf) óf ze leven
apart, zoals Simone de Beauvoir. Dat
was het patroon, niet alleen voor vrouwe
lijke schrijvers, maar ook voor academi
ci, wethouders".
In een recensie van Kossmann in de
NRC stond dat Jan Romein in uw biogra
fie wordt gereduceerd tot een 'vrij bela
chelijke en hulpeloze zonderling en aan
steller'. Hierdoor zou 'de zin van Annies
leven onbegrijpelijk zijn geworden'. Wat
vindt u daarvan?
„Ik schoot vreselijk in de lach toen ik
dat las. Ik vond het een buitengewoon
aardige en goeie recensie. Maar wat denk
je als je dat leest? Misschien zijn de drui
ven een beetje zuur. Want de recensent,
Kossmann, is natuurlijk wel een histori-
Han de Blok: 'Vroeger waren er vaker schepen in nood. Tegenwoordig
doen we vaker dienst als een soort varende ambulance". (foto gpd>.
Hij denkt in zijn veertien schippersjaren ongeveer vierhonderd mensen aan wal te hebben
gebracht. Precies weet hij het niet, maar het is eventueel op te zoeken. Han de Blok, van
beroep reddingbootschipper, moet afscheid nemen van het werk dat hij die veertien jaar
met veel plezier heeft gedaan. Binnenkort wordt hij zestig. "En het is nu eenmaal regel dat
vaste personeelsleden van de maatschappij dan met pensioen gaan. Voor mij hoeft het
eigenlijk nog niet zo. Ik zou best nog een paar jaartjes willen doorgaan".
Waarom koos u juist Annie Romein als
onderwerp?
„Voordat ik aan de biografie begon
kende ik haar werk al, en ik vond haar
een heel boeiende verschijning. Ik heb
haar ook een keer ontmoet. Ik ging met
haar praten in 1977, een half jaar voor
haar dood, over Menno ter Braak. Die
ontmoeting is me altijd bijgebleven. Ik
vond haar toen, ze was al 82, zeer boei
end, en aardig. Aardig vooral ook. Dat
klopt ook wel met wat ik heb gevonden
en geschreven; dat ze de laatste jaren van
haar leven minder scherp is geworden,
toleranter, milder. Ze heeft toen erg veel
indruk op me gemaakt. Ja. Al die dingen
bij elkaar zijn het geweest. Ik vond het
ook wel grappig om een vrouw te kie-
„Ze zeggen wel eens: 'kill the widow',
anders kom je niet aan je materiaal. Nou,
dat was in mijn geval absoluut niet no
dig. Daar komt bij dat ik eerlijk gezegd
ook wel vind dat familieleden het recht
hebben om sommige papieren niet vrij te
geven. Het zou me niet hebben verbaasd
wanneer deze familie had gezegd: we
voelen er niets voor. Maar ik heb meteen
toestemming gekregen om in het archief
van mevrouw Romein te gaan grasdui
nen. Dat hele archief heb ik ook door
ploegd, 34 dikke dossiers. Minder om
vangrijk dan dat van Jan Romein, maar
dan nog: dagboekaantekeningen, over-
drukjes van artikelen, carbondoörslagen
van brieven, huishoudelijke aantekenin
gen, recepten. Van alles en nog wat".
„De kinderen, Jan Erik, Bart Joost en
Annelies, heb ik als eerste een interview
afgenomen, in het voorjaar van 1980.
Maar van wat zij vertelden heb ik niet al
les gebruikt. Ik denk dat geen enkele bio
graaf dat doet. Je weet altijd meer dan je
opschrijft. Je maakt daarbij een morele
afweging, het is gewoon niet nodig dat
sommige dingen worden gepubliceerd
en opgeschreven. Als er mensen mee ge
moeid zijn die nog leven, voor wie iets
grievend of pijnlijk is, dan denk ik: nee".
Bescheidenheid
Is uw oordeel over Annie Romein tij
dens het werken aan het boek veranderd?
„Ik denk dat de indruk die ik aanvan-
kelijk had correspondeerde met het
beeld dat ze van zichzelf heeft gegeven in
haar autobiografie 'Omzien in verwonde
ring': het bekende 'meisje voor halve da
gen', half schrijfster, half huisvrouw. Er
straalt een zekere bescheidenheid uit, ze
wekt graag de indruk helemaal niet am
bitieus te zijn. Dat zegt ze trouwens ook
over haar man. Ik vond haar erg intelli
gent, betweterig dikwijls ook, ze had een
onderwijzeressentoon. Maar ze was ook
speels-kritisch en heel levendig van
geest".
Evenals zijn voorgangers Van Dam,
Slis, Van Seters en Grootenboer is
Han de Blok afkomstig uit Stellen
dam. De directie van de Koninklijke
Zuid-Hollandsche Maatschappij tot
Redding van Schipbreukelingen
heeft door de jaren heen altijd al een
voorliefde gehad voor reddingboot
schippers uit die plaats.
door Leen van Ooijen
Altijd waren het vissers die de zee op
hun duimpje kenden, die de gevaren niet
onderschatten en die daardoor op de red
dingboten op hun plaats waren. Het feit
dat Han de Blok nu min of meer ver
plicht afscheid neemt, is niet het enige
dat hem een beetje zeer doet.
De reorganisatie die nu bij de
KZHMRS wordt doorgevoerd noemt hij
een 'slechte zaak]. De reddingboten
langs de Zuidhollandse kust houden na
melijk nog maar één vaste man in loon
dienst en dat is de schipper. Tot nu toe
was het zo dat schipper, stuurman en ma
chinist in dienst van de reddingmaat
schappij waren. Het was geen vetpot,
maar doordat men over veel vrije tijd be
schikte, konden de personeelsleden
meestal wel wat bijverdienen.
"Nu blijft er maar één man in vaste
dienst", weet De Blok. "In Hoek van Hol
land wordt dat mijn opvolger Rien
Noordhoek, die al die jaren als stuurman
bij mij heeft gevaren. Hij is dus de enige
van wie men zeker weet dat hij altijd in
zetbaar is. Maar hij moet ook het onder
houd plegen. Verder vraag je je toch af
hoe het gaat met vakanties en vrije da
gen. Die moeten nu door de opstappers
worden opgevangen. Ik vind het geen ge
zonde situatie", zegt de Hoekse schipper,
die overigens na zijn pensionering terug
gaat naar Stellendam ("daar kan ik mis-
En hoe is dat oordeel verschoven?
„Ik merkte dat ze vaak wat draaide en
dingen weergaf zoals ze niet zijn ge
weest. In de documenten vond ik
dikwijls gegevens die duidelijk afweken
van wat in 'Omzien in verwondering'
staat. Dat begon me steeds meer te biolo
geren eigenlijk. Ik dacht: hier heb ik een
karaktertrek te pakken. En dat klopte.
Ze heeft een neiging tot het idealiseren
van zichzelf en van haar naaste omge
ving, en ook wel van andere dingen zoals
het Sovjetcommunisme. De neiging tot
een tikje beeldverfraaiing".
„Dat draaien had ik niet verwacht. Ik
heb soms, en mijn man kan daarover
meepraten, zitten tieren. Dan was ik echt
heel boos op haar. Doet ze het weer, is ze
weer bezig. Dat is me bij herhaling over
komen. Kijk, ze heeft natuurlijk over
haar eigen moederschap al een schot
voor open doel gegegeven door in het
woord vooraf van haar autobiografie te
zeggen dat ze haar kinderen er buiten
zou laten. In hun belang, schrijft ze. Maar
het was natuurlijk ook in haar eigen be
lang".
„Die hele beeldvorming van Jan, dan
weet je ook niet wat je leest. Als je in de
bronnen duikt komt er iets anders te
voorschijn dan uit Omzien in verwonde
ring. Dan blijkt dat ze bezig is een beeld
van hem op poten te zetten. Zo licht ze
een beetje de hand met de historische fei
telijkheid. Ja, ze kon ook slecht tegen
kritiek op hem".
Hard
De verhouding tussen Annie Romein
en haar moeder was problematisch. Zij
was als kind voor haar moeder een 'slecht
te hanteren teleurstelling', schrijft u. Ze
ontving geen lichamelijke affectie, en dat
leidde tot een 'levenslange innerlijke be
schaamdheid'. Tamelijk harde kwalifi
caties.
„Dat is een kwestie van één en één op
tellen. Ik heb wat de moeder betreft twee
sporen gevolgd. Het ene is de geestes
ziekte van die moeder. Verder heeft zij
inderdaad elke lichamelijk affectie of af
finiteit afgeweerd, terwijl Annie dat als
kind juist zo nodig had. Een ander punt
is wat Jan Romein zelf in zijn (nooit ge
publiceerde) autobiografie schrijft over
het lichamelijk onvrij zijn, het seksueel
onvrij zijn van zijn vrouw. Als je die twee
punten ziet, enerzijds het jonge kind, an
derzijds de jonge vrouw van in de twin
tig, dan is het niet te ver gezocht om daar
een vrij vergaande interpretatie aan mee
te geven. Nog weer later zie je dat zij haar
afkeuring over seksualiteit steeds weer
uitspreekt. Het is toch echt niet helemaal
normaal te zeggen dat Pietje Bell en de
Libelle pornografisch zouden zijn! Dat is
schien in de visserij nog wel wat doen").
Overigens is de reorganisatie al enige tijd
aan de gang, want in Breskens en Burg-
sluis is de schipper nog de enige die op
de loonlijst staat van de maatschappij.
Meer tochten
In tegenstelling tot de algemeen heer
sende mening, maken de reddingboten
meer tochten dan vroeger. Dat geldt met
name voor de Hoekse reddingboot Ko
ningin Juliana, die in 1963 in de vaart
kwam en sindsdien in Hoek van Holland
op station is.
"We varen eigenlijk vrij vaak", zegt De
Blok. "Alleen het accent is tegenwoordig
wat anders komen te liggen. Vroeger wa
ren er vaker schepen in nood. Dat is te
genwoordig met radar, met allerlei soor
ten van planning en de vele veiligheids
maatregelen anders geworden. Maar
daar staat tegenover dat wij veel vaker
dienst doen als een soort varende ambu
lance. Vaak gaan we heel ver de zee op
om zieke en gewonde schepelingen over
te nemen".
"Dat gebeurde ook in het verleden al,
maar het is een taak die de laatste jaren
enorm is toegenomen. Er zijn zelfs sche
pen die een zieke aan boord hebben en
die met opzet langs Hoek van Holland
varen. Ze weten dat hun mensen daar
deskundig worden overgenomen en op
de snelst mogelijke manier naar het zie
kenhuis worden vervoerd. De samen
werking met artsen, EHBO en ambulan
cedienst is perfect", stelt Han de Blok.
Hij heeft verschillende echte reddin
gen meegemaakt. Twee daarvan herin
nert Han de Blok zich nog heel erg goed.
De 'Stardust' in 1976 betekende een heel
moeilijke operatie. Het schip belandde
hoog op het strand in een uiterst gevaar
lijke positie en het kostte veel moeite om
de bemanning in veiligheid te brengen.
In het nieuwe uitbreidingsplan op de
vroegere camping heeft die stranding
een vaste herinnering gekregen door de
Starduststraat.
Voorts was er in 1985 de Pontra Maris,
een werkponton dat tijdens een zware
storm voor de kust van Hoek van Hol
land van zijn ankers dreigde te slaan.
"Daar moesten we toen naar toe met de
'President Jan Leis' een reddingboot van
vijftig jaar oud", herinnert De Blok zich.
"We hadden de oude 'Leis' juist in Stel
lendam opgehaald en ik had tegen mijn
vrouw gezegd dat het wel leuk zou zijn
om er nog een echte tocht mee te maken.
Nou, dat hebben we dan gedaan en we
hebben het geweten".
"Die ponton lag midden in de grond-
zeeën en dan blijkt zo'n oude redding
boot toch wat moeilijker te besturen te
zijn. Op een gegeven moment lagen we
zowat met reddingboot en al op die pon
ton. Maar we hebben de mensen eraf ge
kregen. Het was trouwens ook de laatste
tocht van de 'Leis'. Die is nu overgedra
gen aan het reddingmuseum".
Han de Blok kijkt ook met veel genoe
gen terug op de verstandhouding met de
mensen met wie hij heeft samengewerkt.
"Die was uitstekend. Dat moet ook wel,
want als het erop aankomt, moet je el
kaar blindelings kunnen vertrouwen. We
hebben op dit moment tien opstappers,
mensen die in geval van nood kunnen
worden opgeroepen. En dat moet ook
wel, nu er nog maar een vaste man over
blijft", herhaalt hij nog maar eens.
Naast Rien Noordhoek, die nu dus als
schipper gaat varen, wordt André
Schoenmeijer eerste machinist, zijn
cus, dus een collega van Jan Romein. En
als dan ten eerste niet de historicus Ro
mein maar zijn vrouw in het volle licht
komt te staan en ten tweede de figuur
van de historicus op een manier naar vo
ren komt die menigeen in de lach doet
schieten, ja, misschien is dat dan wat
moeilijk te verwerken".
Maar het tweede puntdat dat de zin
van Annie's leven onbegrijpelijk zou ma
ken? Dat impliceert dat hij het belang
rijkste in haar leven was.
„Daar geloof ik niets van. Neem alleen
maar de periode na zijn dood, dat zijn
toch zestien jaren geweest. Haar leven
werd toen niet zinloos. Allerminst! En
ook gedurende het huwelijk met Jan
niet. Er was in haar leven zoveel dat zin
had dat met Jan maar heel weinig te ma
ken had".
Teleurgesteld
U veronderstelt ergens dat een 'lange,
beschermende man' Annie Romein zou
hebben behoed voor bitterheid. Dat sug
gereert dat ze in haar huwelijk erg teleur
gesteld moet zijn geweest.
Ze was in bepaalde aspecten denk ik
wel teleurgesteld, in andere zeker niet. Ik
denk dat dat haar ook op de been heeft
gehouden. Het aspect van vrouw zijn
zoals Jan dat graag zag, daarin voldeed ze
zeer waarschijnljk niet helemaal aan zijn
behoeften, verwierp ze die behoefte bij
hem eigenlijk ook. We weten dat Jan
graag naar andere vrouwen mocht kij
ken. Dat heeft ze heel beslist niet leuk ge
vonden, dat heeft haar vaak pijn ge
daan".
„En ik denk dat wat bescherming be
treft, dat daar het evenwicht verstoord
was bij ze. Dat zij altijd degene moest zijn
die klaarstond, die hem over dooie pun
ten heen hielp, die hem emotioneel
moest bijspringen. Ik ben er vrijwel van
overtuigd dat dat omgekeerd te weinig
gebeurde, dat de balans scheef lag. Ieder
een heeft steun nodig. En natuurlijk
heeft die vrouw ook, ondanks alle uiter
lijke schijn, alle zelfverzekerdheid, haar
ogenblikken gehad dat ze zich geen raad
meer wist. Toen zij in het ziekenhuis lag
met een gebroken heup was haar voor
naamste zorg: hoe moet Jan zich in vre
desnaam redden?"
Zij voelde zich de sterkere.
„Maar ze werd ook in die rol geschoven
door hem".
Jan en Annie Romein zijn aangeslo
ten geweest bij de CPN. Welke rol heeft
het communisme, het marxisme precies
in haar intellectuele ontwikkeling ge
speeld?
„Ik denk dat dat marxisme eerlijk ge
zegd een tamelijk ondergeschikte rol
speelde. Tenzij je marxisme en literaire
sociologie erg dicht bij elkaar brengt.
Haar Handelsbladrecensies lopen van
1926 tot '32. Als ze boeken bespreekt van
vrouwen zie je steeds dat ze kijkt naar de
gene achter het boek: de persoonlijkheid
van de schrijfster, de herkomst van de
schrijfster, het milieu enzovoort. Ze pro
beert dus te zoeken naar de vraag: waar
om is dit boek geschreven door die en die
schrijfster. Dat doet ze consequent, en
daar is ze eerder mee begonnen dan Du
Perron, Ter Braak en Greshoff, de men
sen van Forum. Die sociologische of psy
chologische aanpak zou kunnen samen
hangen met opvattingen over het histo-
risch-materialisme".
broer Bram wordt eerste stuurman. Zij
krijgen elk twee reserves achter zich zo
dat men er vrijwel altijd van verzekerd is
dat er iemand beschikbaar is.
„Mijn eigen tijd indelen, daar zal ik wel
even aan moeten wennen", meent De
Blok. "Ik was wel veel thuis, ik liep ogen
schijnlijk veel rond, maar ik moest altijd
beschikbaar zijn, altijd in de buurt blij
ven. Dat zal best even vreemd zijn".
Om te verantwoorden dat Jan en zij
pas tamelijk laat afstand namen van het
communisme, ze stapten uit de CPN in
1938, heeft ze zich, dat toont u aan, in
nogal wat bochten moeten wringen.
Heeft ze daar ooit iets over geschreven,
dat voor zichzelf toegegeven?
„Nee, helemaal nooit. Niets. Gemaakte
fouten toegeven, dat kon ze niet. Ik denk
dat Jan daar beter toe in staat was".
U schrijft dat Annie Romein de
knapste biografe zou zijn geweest die Ne
derland heeft gehad.
„Ja, ze was merkwaardigerwijs heel
goed in staat een ander uit te tekenen en
daar met grote onbevangenheid in te
werk te gaan. Ze heeft Carry van Brug
gen willen beschrijven. Ik vraag me af of,
als ze het had gedaan, dat haar zelf niet
wat had veranderd. Dat lijkt me niet on
denkbaar. Ik denk dat ze dan onherroe
pelijk voor de vraag was komen te staan:
hoe ben ik zelf. Om een ander te beschrij
ven moet je namelijk weten hoe je zelf
bent. Hoe je zelf op dingen reageert, hoe
je tegen dingen aankijkt, hoe je eigen ka
rakter is. Anders lukt het je niet. Elke
biograaf zal dat zeggen".
De toon van het boek is soms erg per
soonlijk. Is het u ooit moeilijk gevallen
om evenwicht te bewaren tussen sympa
thie en afstand?
„Nee, echt moeilijk is me dat niet ge
vallen. Dat ik nijdig werd, dat is wel ge
beurd. Op andere momenten was ik weer
vertederd, of dacht ik, ik kan het me zo
ontzettend goed voorstellen. Zo'n beetje
zoals je over een ander mens kunt den
ken. Alleen ga je veel intensiever om met
deze niet meer levende mens dan met
welke ander in je bestaan ook. Ik denk
dat het echt de meest intensieve relatie is
die je ooit met iemand kunt hebben".
U schrijft: 'Ze werd te weinig ge
plaagd. Ze boezemde te veel respect in, er
was te veel afstand.
„En een ander plaatste zich ook te veel
daaronder. Of het sloeg om in bitsigheid,
vijandigheid. Harriët Freezer, die schijnt
het te hebben gekund, goed met Annie
omgaan".
Communisten
Ik heb de indruk dat u erg veel plezier
heeft gehad in het portretteren van Annie
Romein als huisvrouw, als iemand die
appeltaarten bakte, babysokjes breide en
bezoek ontving. Meer plezier dan bijvoor
beeld in het beschrijven van haar politie
ke activiteiten.
„Zo politiek actief is ze natuurlijk ook
niet geweest, het speelde zich bij haar
hoofzakelijk op schrift af. En ik vind po
litiek moeilijk. Ik hou er niet van. Het
heeft me heel erg veel inspanning gekost
om die achtergrond eruit te krijgen, ook
omdat ik geen historicus van huis uit
ben, maar neerlandica. En ik vind die
communisten eigenlijk zo vreselijk. Ik
snapte ook niet wat ze er in zag".
„En dat huishouden, ik hoorde dat
veel in gesprekken terug. Dat ze daar
veel tijd aan besteedde, dat ze het belang
rijk vond. En ik vond het leuk en interes
sant. Ik denk dat heel veel vrouwen daar
ook een lesje uit kunnen trekken. Zon
der meer".
Annie Romein heeft al in 1946, lang
voor dat gangbaar was, gepleit voor
part-time werk voor vrouwen met kinde
ren en voor kunstenaars. En voor kinder
opvang. Zij heeft later ook een rol ge->
speeld in de tweede golf van het feminis
me, onder meer door in de jaren zeventig
te publiceren in Opzij.
„Ik geloof dat in die jaren feministen
niet de mensen van Opzij, maar feminis
ten van een wat ander type wel erg met
haar op de loop zijn gegaan, haar een rol
hebben toegedicht die ze niet had en ook
niet wilde hebben. Dat ze voor een kar is
gespannen die ze niet wilde trekken.
Praatgroep-feministen, vrouwenhuis-fe
ministen, daar moest ze echt helemaal
niets van hebben.
Hoe zou u, samenvattend, het belang
van Annie Romein omschrijven?
„Ik vind dat ze in ons land een van de
best schrijvende vrouwen in de eerste
eeuwhelft is geweest. Binnen haar genre
natuurlijk, het schrijven van essays. Ver
der munt ze uit door een zekere originali
teit, dat vind ik boeiend en leuk aan haar,
knap ook. Ze was koploper in een aantal
opzichten. Feministisch gesproken is ze
er toch wel buitengewoon vroeg bij.
Kijk, als ze in 1918 een stuk schrijft over
'vrouwenstudie', een begrip dat daarna
weer in de container verdwenen is en er
pas in '76 door Andreas Burnier is uitge
haald, zestig jaar later dus, dan denk ik
nou nou, avant la lettre, en hoe".
Groot belang
„Als je kijkt naar de literaire kritiek,
dan is zij in 1918 al op de toer van wat ik
noem 'vorm of vrouw', wat later bij de
Forummensen werd: vorm of vent. Ik
denk dat haar originaliteit, gevoegd bij
haar karakter met veel kanten en het feit
dat ze een buitengewoon hardwerkende
vrouw was samen tot de conclusie moe
ten leiden dat deze vrouw van groot be
lang is geweest voor de Nederlandse cul
tuur, voor het geestelijk leven in de eer
ste 75 jaar van deze eeuw. Waarbij ik ove
rigens niet vind dat zij monumenten van
kunst heeft opgericht. Maar die andere
dingen zijn dunkt me toch wel voldoen
de".
Angenies Brandenburg, Annie Romein-
Verschoor, 1895-1978. Deel 1: Leven en werk:
deel 2: Noten en commentaar. Uitg. De Ar
beiderspers, reeks Open Domein, prijs fl.
68,50.