Kenizé Mourad licht tip Islamitische sluier op
KLASSIEK
Emotionele danssolo's
Gouden Bach
Kerstrepertoire
Missa Criolla
Mahler-fan
Alwin Bar
slagvaardig
invaller
Verscheidenheid bij KSFL
ZATERDAG 10 DECEMBER 1988
KUNST
PAGINA 37
Haar vader is een Indiase maharadja. Haar moeder was de
kleindochter van de laatste sultan van Turkije. Zelf werd
Kenizé Mourad (49) in Parijs opgevoed door pleegouders
en nonnen. Over het tragische leven van haar op
negenentwintigjarige leeftijd overleden moeder schreef zij
een lijvige en meeslepende roman: 'Uit naam van de dode
prinses'. In Frankrijk is het boek al maandenlang een
absolute bestseller. Sinds kort ligt de Nederlandse
vertaling in de winkel (De Boekerij). Gesprek met een
schrijfster die haar lezers door middel van een vlot verhaal
een kijkje wil bieden achter de Islamitische sluier.
Kenizé Mourad: 'Ik had mij als een romantische tiener vastgeklampt
aan het idee dat ergens aan het andere eind van de wereld iemand op mij
wachtte. (foto gpd>
is boeiend genoeg om die clichés
voor lief te nemen.
Kenizé Mourad heeft vier jaar
aan haar debuut gewerkt. Ze praat
te met allerlei mensen die haar
moeder gekend hebben, raad
pleegde (familie-)archieven en las
kranten uit de beschreven periode.
Ook met haar vader sprak ze over
haar moeder. In het vliegtuig naar
New Delhi was ze de eerste keer zo
zenuwachtig dat ze tijdelijk blind
was. "Ik had mij als een romanti
sche tiener vastgeklampt aan het
idee dat ergens aan het andere eind
van de wereld iemand op mij
wachtte. Tegelijkertijd was er de
angst voor een enorme teleurstel
ling".
Afwijking
De kennismaking verliep voor
spoedig, maar veel over haar moe
der kreeg Kenizé niet te horen. "En
dat is altijd zo gebleven. Voor mijn
vader was het natuurlijk een pijn
lijke herinnering en hij wilde er lie
ver niet over praten. Toen deed ik
op een gegeven moment iets wat
een dochter in India niet hoort te
doen: ik vroeg hem of hij wel echt
van mijn moeder gehouden had.
Hij keek mij langdurig aan en zei
toen: 'Liefde is een afwijking van
de geest. Ik bewonderde haar en
respecteerde haar en dat was we
derzijds.' Daarna zweeg hij. Een In
diase vriendin omschreef mijn
moeder als een bloem in de woes
tijn".
Na verloop van tijd kon Kenizé
Mourad volledig in de huid van
haar moeder kruipen. "Soms leek
het of de woorden gewoon door
mijn moeder werden gedicteerd.
Een soort telepathie. Ik voelde hoe
LEIDEN De ambassadeur van Egypte, A. Ezzat Ab-
dellatif, ontving gistermiddag uit handen van M.J. Ra
ven het boek van Willem de Famars Testas (1834-1896).
De enige Nederlander uit de negentiende eeuw die van
zijn Egypte-reis zowel een dagboek als schetsen en teke
ningen naliet. Zijn reisjournaal en de vele brieven die
Testas naar zijn ouders stuurde, kwamen terecht in het
Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Daar werden
ze onlangs teruggevonden. De Leidse egyptoloog Maar
ten Raven stelde uit de brieven en het dagboek een lo
pend verhaal samen en zocht hierbij de reisschetsen en
tekeningen van Testas, die in de verschillende prenten
kabinetten terecht kwamen. Resultaat: een boek en een
tentoonstelling onder de eensluidende titel 'Reisschet
sen uit Egypte'. Het rijk geïllustreerde boek en de vele
aquarellen, prenten, foto's op de tentoonstelling geven
een beeld van een bijzondere reis langs de Nijl, de Isla
mitische culturen en de kunst van de 19e eeuw.
Voorstelling: Dansgroep Chiisztina de
Chétel met Shower Power van Karin
Post/Dries van der Post/Frederic
ANTWERPEN - Een hotel in de
oude binnenstad van Antwerpen.
Kristallen kroonluchters, glim
mend zilver op tafel, tapijten waar
je tot je enkels in wegzakt. Zelfs het
toilet is behangen met fluweel.
Obers als knipmessen. Wijn uit gla
zen met de omvang van een bloe-
menvaas. Even waan ik mij een sul
tan aan het Oosterse hof. Een beter
decor voor een ontmoeting met Ke
nizé Mourad is nauwelijks denk
baar. De schrijfster ziet er voor
haar leeftijd opvallend jeugdig uit.
Een mooi gezicht met expressieve
ogen. Haar naam doet ze alle eer
aan: 'Kenizé' betekent in het Ara
bisch 'kleine schat'. Ze is vriende
lijk en spreekt Engels met een zan
gerig Frans accent.
'Uit naam van de dode prinses' is
het debuut van Kenizé Mourad. Op
meeslepende wijze vertelt ze hierin
de levensgeschiedenis van haar
moeder, prinses Selma, die in 1911
aan het hof van Istanbul werd ge
boren als kleindochter van Mourad
de Vijfde, de laatste sultan van het
Ottomaanse rijk. De macht van de
sultan is in die jaren tanende en
Turkije wordt het toneel van oor-
Bach: Weihnachtsoratorium. Gundula Ja-
nowitz (sopraan), Christa Ludwig (alt), Fritz
Wunderlich (tenor), Frans Crass (bas),
Münchener Bachkoor en -orkest o.l.v. Karl
Richter. Archiv 427 236-2 (3 cd's).
Helaas ging mijn hoop hier een
uitzonderlijke nieuwe opname
van ofwel het Weihnachtsorato
rium ofwel de Messiah te kunnen
signaleren door een technisch
misverstand de mist in. Van elke
nood valt echter een deugd te
maken en in dit geval betekent
dat de kans om de schijnwerper
te richten op een inmiddels 23
jaar oude opname die enkele we
ken geleden als voordelige cd-
uitgave op de markt kwam.
Natuurlijk is de Bach-interpre-
tatie in de afgelopen decennia
enigszins geëvolueerd, maar dat
neemt niet weg dat de opname
onder Richter nog steeds mag
gelden als een stralend voor
beeld van homogeniteit en stijl
gevoel, een indruk die door de
doorzichtige klank nog versterkt
wordt. De koren klinken ietwat
massaal en veraf, maar de fraai
verzorgde orkestklank heeft de
tijd met glans doorstaan en zal
deze uitvoering bij menigeen
nog steeds als voorbeeld van een
met liefde gekoesterde Bach-stijl
doen gelden.
Onovertroffen is het kwartet
solisten met Janowitz en Ludwig
nog op het hoogtepunt van hun
jeugdige stempracht en met de
sonore bas van Franz Crass, een
zanger die veel te snel een punt
achter zijn carrière moest zetten.
De onbetwiste ster is echter de
jonggestorven Frits Wunderlich,
die hier met zijn zilveren timbre
de tenorpartij vertolkte op een
wijze die sindsdien door anderen
zelfs in de verste verte niet is geë
venaard.
X.
door
Gerlof Leistra
log en revolutie. Selma vlucht met
haar moeder naar Libanon en
wordt na een verboden liefde uit
gehuwelijkt aan een Indiase maha
radja. Ondanks de weelde waarin
zij zich door dit huwelijk weer kan
baden, is Selma niet bepaald ge
lukkig. Ze blijft een buitenstaan-
Kathleen Battle (foto pr)
'A Christmas Celebration'. Kathleen Battle
(sopraan), New York Choral Artist, Boys'
Choir of Harlem, Orchestra of St. Luke's
o.l.v. Leonard Slatkin. EMI CDC 7475872
(cd).
Onder de kerstplaten van dit jaar
bevindt zich een uitgave die vo
rig jaar net iets te laat werd uitge
bracht om volop te kunnen mee
draaien, maar die wel met kop en
schouders boven de meeste an
dere uitsteekt. Sinds zij twee jaar
geleden meewerkte aan het
Nieuwjaarsconcert onder Kara-
jan, behoeft de Amerikaanse so
praan Kathleen Battle geen na
dere introductie meer, maar toch
zal zij met deze uitgave - me
nigeen verrassen.
Zij zingt hier een aantrekkelij
ke mengeling van bekende en
minder bekende kerstliedjes uit
alle windstreken, alle overwe
gend in de oorspronkelijke taal,
en doorweven met composities
die niet tot het echte kerstreper
toire behoren, maar wel binnen
der en weigert zich te schikken in
de onderdanige rol die voor haar
als vrouw is weggelegd. Vanwege
dit verzet tegen de eeuwenoude
traditie wordt zij door haar man
verstoten. Ze vlucht naar Parijs en
bevalt daar van een dochter: Keni
zé. Vlak daarna sterft ze onder
kommervolle omstandigheden.
Hoewel ze zich in India volko
men thuis voelt, zou Kenizé Mou
rad daar nooit voor langere tijd
kunnen leven. "Daarvoor ben ik te
veel op mijn vrijheid gesteld. In In
dia heb je als vrouw weinig te zeg
gen. Ook in Turkije ben ik een
vreemdeling. Daar kwam ik voor
het eerst toen ik achtentwintig
was. Samen met andere toeristen
bezocht ik het paleis waar mijn
moeder haar jeugd had doorge
bracht. Op een gegeven moment
vertelde de gids iets over een sul-
tan dat niet klopte. Ik corrigeerde
hem en hij keek mij met grote ogen
aan: hoe weet u dat? Ik zei: omdat
die sultan mijn overgrootvader
was! De man knielde voor mij neer
en kuste mijn handen. Ik huilde
van geluk en voelde mij plotseling
weer een Turkse. Maar al snel
stond ik weer met beide benen op
de grond: ik hoor daar niet. Ik
spreek de taal niet en heb een veel
te Westerse instelling".
Sissi
In Frankrijk zijn van 'Uit naam van
de dode prinses' inmiddels ruim
400.000 exemplaren verkocht.
Overal verschijnen vertalingen.
Toch is Kenizé Mourad niet echt
verrast door het succes. "Ik wist
dat het leven van mijn moeder een
fantastisch verhaal was. Het was
als een roman. Met mijn boek wilde
ik een zo groot mogelijk publiek
bereiken. Ik wilde beslist geen
boek schrijven voor een kleine
kring van intellectuelen. Daardoor
nam ik het risico dat critici mij zou
den afschilderen als een soort 'Sis
si, de Keizerin'. Maar gelukkig zien
ze dat mijn boek meer te bieden
heeft dan louter een spannend ver
haal".
'Uit naam van de dode prinses' is
inderdaad meer dan uitsluitend
een spannende biografie van prin
ses Selma. Het boek beschrijft te
vens een roerige periode in de ge
schiedenis en geeft een boeiend
kijkje achter de sluiers van de Isla
mitische cultuur in Turkije, Liba
non en India. Regelmatig bedient
Mourad zich daarbij van streekro-
man-achtige clichés in de trant van
'zij verdronk in zijn ogen, terwijl de
tranen van geluk haar over de wan
gen stroomden'. Maar haar verhaal
het geheel passen. Het belang
rijkste is echter dat Battle daar
bij zichzelf blijft en niet op de po
pulaire toer gaat. Haar voor
dracht is muzikaal, uitmuntend
verstaanbaar en vol kleine nuan
ceringen, terwijl de technici haar
zilveren timbre tamelijk intiem
en tegen een bescheiden achter
grond opnamen. Koor en orkest
krijgen weliswaar meer ruimte
en het slot met 'O Come All Ye
Faithfull' krijgt met orgel, trom
petten en koor alle grandeur die
erbij hoort, maar het wordt ne
gens kitsch en het komt er zelfs
niet bij in de buurt. Een witte
raaf!
Ramirez: Missa Criolla, Navidad en Vera-
no, Navidad Nuestra. José Carreras (te
nor), Coral Salvé de Laredo, Soc. Coral de
Bilbao o.l.v. José Luis Ofcejo en Damian
Sanchez. Philips 420 955-2 (cd).
Is dit klassieke muziek? Zolang
we niet exact kunnen definiëren
wat klassiek inhoudt, kan die
vraag ook niet worden beant
woord. Menigeen zal hem echter
intuïtief ontkennend beantwoor
den en ook ik heb sterk de nei
ging dit tenminste tot het rand
gebied tussen klassiek en popu
lair te rekenen, het begeleidende
boekje spreekt zelfs onver
bloemd van "populaire geestelij
ke muziek" en dat is inderdaad
de beste omschrijving voor deze
in het Catalaans gezongen mis op
een door de Zuidamerikaanse
populaire muziek beïnvloede
toonzetting. Afgezien van het
geografische verschil ligt de po
pulariteit die deze mis ooit heeft
verworven enigszins in het ver
lengde van die van 'La Flüte in-
dienne', maar deze mis heeft
kennelijk standgehouden.
De opnamen waren de laatste
die Carreras vóór zijn ziekte
heeft gemaakt en de uitgave valt
vrijwel samen met zijn voorzich
tige terugkeer op het podium.
Opname en uitvoering hebben
iets weg van stereofonische slag
room, maar veel mensen vinden
dat heel lekker. De hopelyk ge
heel herstelde Carreras is het
succes gegund.
"N
Mahler: Symfonie nr. 2 (Auferstehung). Be-
nita Valente (sopraan). Maureen Forrester
(alt), diverse koren, London Symphony Or
chestra o.l.v. Gilbert Kaplan. IMP-Red La
bel DPCD 910 (2 CD'S).
De Duitse televisie noemde het
deze week "de opmerkelijkste
uitgave van het afgelopen jaar",
de BBC besteedde er een tv-do-
cumentaire aan en de muziekwe
reld is met stomheid geslagen.
De Amerikaan Gilbert Kaplan is
in feite helemaal geen dirigent.
Maar een uitgever die bezeten is
van Mahler en diens Tweede
-Symfonie. Hij heeft echter een
soort jongensdroom kunnen rea
liseren en nadat hij directieles
had genomen, heeft hij uit eigen
middelen een concert mogelijk
gemaakt. Daarbij had hij zoveel
succes dat uitnodigingen voor
concerten elders volgden en uit
eindelijk zette hij dit werk, het
enige dat hij dirigeert, ook op de
cd.
Bij dat project werden kosten
noch moeiten gespaard. Een En
gels toporkest, twee uitmunten
de solisten (van wie Maureen
Forrester mij een beetje tegen
viel) en maar liefst vijf koren
werden ingeschakeld, terwijl
voor de speciale klankenwereld
van Mahler gebruik werd ge
maakt van o.a. een vijf en een hal
ve ton wegende klok alsmede het
Newberry Memorial Orgel van
de Yale University.
Het resultaat mist iets van de
individualiteit die we horen bij
'echte' grote dirigenten, maar be
hoort zeker tot de betere opna
men van deze symfonie en bezit
daarbij een gegarandeerde
authenticiteit. Kaplan speelt een
volledig partituurgetrouwe Ma
hler en om dat te onderstrepen
gaan de cd's vergezeld van twee
uitmuntend verzorgde boekjes
(Kaplan is tenslotte uitgever)
met artikelen en brieven. Dat ge
voegd bij de fraaie opname en de
uitzonderlijk lage prijs (vijftig
gulden) maakt deze opname een
must voor de echte Mahler-lief-
hebber, maar ook een goede eer
ste keus voor wie nog geen opna
me van de Tweede Symfonie
heeft.
Rzewski; Vortex van Chrisztina de Chè-
tel/Andrew Poppy; Heaven can wart van
Robbert Rappange/Jovan Stoljikovic;
Blue Pacifica van Robert Kovich/John
King. Gezien op 9 december in het LAK-
theater alwaar nog vanavond.
LEIDEN - In het nieuwe pro
gramma Blue Pacifica van
Dansgroep Chrisztina de Cha-
tel zijn twee solo's opgenomen
die, elk op hun manier, tot het
mooiste van de afgelopen tijd
behoren.
Vortex van De Chatel zelf, is
een choreografie "gebeeld-
houwd"op het lichaam en de
motoriek van danser Oerm Ma-
tern. Ieder spiertje op zijn lijf is
zichtbaar en De Chatel heeft dit
gegeven gretig uitgebuit door
via zogenaamde isolaties de
aandacht te concentreren op
bijvoorbeeld de nek of de
schouder. Matern schudt en
schokt, draait en knakt, ver-
het geweest wa£ Dan leek het of al
le grenzen tussen ons vervaagden.
In feite heb ik vier jaar haar leven
geleefd. Na publicatie kreeg ik van
alle kanten brieven van mensen die
zeiden: ja, zo was je moeder pre
cies! Met dit boek wilde ik mijn
moeder weer tot leven brengen,
haar alsnog iets van de glorie geven
die ze in haar leven gemist had. Nu
het echter af is, moet ik haar verge
ten om iets anders te kunnen doen.
Ik wil niet mijn verdere leven wor
den aangesproken als de dochter
van de dode prinses. Misschien dat
ik later nog eens over mezelf ga
schrijven, maar mijn volgende
boek wordt een roman die speelt in
het Midden-Oosten. Ook in dat
boek wil ik door middel van een
meeslepend verhaal iets over de
geschiedenis vertellen".
Oorlog
Voor haar tweede boek kan ze put
ten uit eigen ervaring. Kenizé Mou
rad werkte jarenlang in het Mid
den-Oosten als oorlogscorrespon
dent voor de Franse krant 'Le Nou-
vel Observateur'. Ze schreef onder
meer over de val van de Perzische
Sjah en de burgeroorlog in Liba
non. "Het is prachtig werk, een
groot avontuur. Je hebt er hele
maal niet zoveel moed voor nodig,
ja fysieke moed misschien. Verder
niet. Je hebt gewoon geen tijd om
na te denken over het gevaar dat je
dagelijks loopt. Ik vind het leven in
Parijs zwaarder. Het is gek, maar ik
voel me beter onder benarde om
standigheden. Blijkbaar heb ik die
spanning nodig".
Toch kleven er ook bezwaren
aan het werk als oorlogscorrespon
dent, zegt de schrijfster. "Al snel
vond ik dat ik in mijn verhalen niet
diep genoeg kon gaan. Je geeft de
feiten weer, maar voor het waarom
heb je meestal geen tijd. Daardoor
begrijpt niemand wat er echt ge
beurt. Ik denk dat romans heel ge
schikt zijn meer over achtergron
den te vertellen".
Hoewel Kenizé Mourad gepokt
en gemazeld is in de oorlogsjourna-
listiek, ziet ze haar toekomst in de
literatuur. "Na verloop van tijd zei
het leven mij niets meer. Ik ging
helemaal op in dat werk, met alle ri
sico's vandien. Als schrijfster heb
ik echter een nieuw doel in mijn le
ven gevonden. Het is nog te vroeg
om te sterven als je nog zoveel
plannen hebt. Eerst moet ik alle
boeken schrijven die ik nog in mijn
hoofd heb".
Gelijke kansen voor
jong muziektalent
DEN HAAG (ANP) - Het Genoot-
schap van Directeuren van Neder
landse Muziekscholen gaat met in
gang van 1 oktober volgend jaar in
terprovinciale concoursen organi
seren om eem bredere basis te krij
gen voor het jaarlijkse Nationaal
Concours van de Stichting Jong
Muziektalent Nederland (SJMN) in
Den Haag. Zo krijgen alle jonge
musici in ons land gelijke kansen
voor het concours in Den Haag.
Dit heeft voorzitter Christian
Timm van de SJMN bekendge
maakt.
krampt en wervelt zich aanvan
kelijk op de plaats maar lang
zaam aan verovert hij met ver
gelijkbare bewegingsfrases de
hele ruimte. Die bewegingen
zijn wat je typisch 'De Chatel'
zou kunnen noemen: abstract,
strak, sterk repetitief èn tegelij
kertijd los, toevallig en bijna
theatraal. Deze combinatie
geeft aan Vortex een ongekend
emotionele lading. Het contrast
tussen de heldere opbouw en
de worstelende persoonlijk
heid van Matern, is oogstrelend
en aangrijpend.
De tweede solo is gemaakt en
wordt gedanst door groepslid
Robbert Rappange. Op de op
zwepende en melancholieke
blazersmuziek van Jovan Stol
jikovic, beweegt hij zich (of
staat stil) introvert in een klei
ne, met theatertape gemarkeer-
Recital door de pianist Alwin Bér met
werken van Bach. Liszt en Rachmanin
off. Gehoord op 9 december in de kapel
zaal van K O.
LEIDEN - Gisterochtend kreeg
Alwin Bar een verzoek: "Maijes
Benoist heeft een blessure en
kan vanavond niet optreden.
Kun je nog iets regelen? Geluk
kig had hij nog wat repertoire
achter de hand, niet alleen ro
mantiek maar ook verrassen
derwijs de tweede partita van
Bach aan het begin van het pro
gramma. Alwin Bar paste zijn
speelwijze aan de stijl van de
muziek aan: beheerst en ingeto
gen maar toch met de contras
ten tussen de verschillende
dansvormen. Aan het eind geen
gigue, maar een vernuftig
driestemmig capriccio in een
soort fugavorm, waarin alle
stemmen helder uitkwamen.
Als tegenhanger volgden de so-
netten 104 en 123 van Petrarca,
die pianistisch verwoord zijn
door Franz Liszt. Alwin Bar
speelde ze gevoelig maar zon
der zwijmelarij; de ene keer vol
en zangerig, de andere keer in
het uiterste pianissimo aan het
eind van het tweede stuk. Na
deze subtiliteiten barstte het
ouderwetse pianogeweld los in
de "Tarantella di bravura",
eveneens van Liszt, een collage
van populaire melodieën en ch
romatische virtuositeit.
Ook na de pauze was er
warmbloedige romantiek en
wel van Rachmaninoff, eerst
nog ingehoudnen in de pre
ludes op. 23 nr. 1 (in fis) en op.
32 nr. 12 (in gis). Alwin Bar ver
tolkte alles op zijn eigen wijze:
met de nodige vrijheid maar
ook evenwichtig. Breedspraki-
ger zijn de volgende stukken
die van Rachmaninoff gespeeld
werden, de prelude op. 32 nr. 13
(in Bes) en zijn tweede sonate
(op. 36). De pianist beeldde de
gevoelens uit die varieerden
van melancholiek en hartstoch
telijk tot grimmig en grillig. Om
tot rust te komen kwam er een
heel bekende toegift; Liesbe-
straum in As van Liszt. Alwin
Bar bleek vertrouwd te zijn met
de vleugel en de ruimte omdat
hij al vaak hier optrad in zijn
Chopin-programma's. Ook aan
staande maandag is hij er weer,
deze keer met (alle) drie sonates
van deze componist.
FRANK DEN HERDER
de cirkel. Aarzelend zet hij klei
ne loopbewegingen in om op
het laatst over zichzelf door de
ruimte te struikelen alsof hij
dronken is. In Heaven can Wait
schept Rappange een mysteri
euze eigen wereld die dank zij
zijn persoonlijkheid zeer over
tuigend is.
De twee laatste choreografie
ën van het programma, Shower
Power van Karin Post/Dries
van der Post en Blue Pacifica
van de Amerikaan Robert Ko-
vich, vallen by de solo's een
beetje in het niet hoewel ze be
paald niet onaardig zijn. Mocht
u zin hebben in een ruziënd stel
bij de douche of een exotische
hoelahoeladans met een knip
oog, dan verzeker ik u een meer
dan aangename avond.
VAN FRANKENHUYZEN
Derde aflevering van het KSFL. Gezien
op 9 december in het Microtheater aan
de Oude Vest.
LEIDEN - Het open podium,
dat het KSFL (Korte Stukken
Festival Leiden) aan allerlei
'theater-enthousiastelingen'
wil aanbieden, geniet nog
steeds voldoende belangstel
ling. De derde aflevering gaf
met zeven bijdragen wederom
een grote verscheidenheid te
zien. Niet alleen het genre maar
met name ook het niveau van
de afzonderlijke programma
onderdelen liep sterk uiteen.
Dat mag en kan allemaal in dit
kader, het is immers de opzet
van het KSFL!
Kwalitatief de meest sterke bij
drage kwam ditmaal van de
Leiderdorpse Balletschool. Het
straalt er gewoon vanaf dat de
ze groep al over de nodige podi
umervaring beschikt. Elegant
en verfijnd brengt men volgens
de programmatoelichting een
gedeelte uit het divertisemento
uit 'Paquita'. Bewonderens
waardig, dat zelfs een choreo
grafie voor tien danseressen op
het vrij kleine podium over
zichtelijk blyft.
Door vijf Alphense vriendin
nen wordt er ook gedanst: op
cowboyklanken uit Texas, op
Zuidamerikaanse ritmen en
vooral op Spaanse muziek. Een
geheel ander genre dus; minder
discipline maar wel spontaan.
De dames hebben koffers vol
kleding meegesleept om het
showaspect vooral niet uit het
oog tc verliezen. Er is veel werk
van gemaakt, waardoor onvol
komenheden worden gecom
penseerd.
Het dia-stripverhaal (door de
groep Gangk) over de tweeling
Puk en Pik zal ongetwijfeld
eveneens veel tijd hebben ge
kost. Maar hier is het resultaat
aanmerkelijk minder. Wat leuk
bedoeld is, is veelal flauw en
soms erg platvloers. Ray
Broersma komt in zijn sologe
vecht met een aap als onderdeel
uit 'Het spook van de opera'
niet veel verder dan een uitpro-
beersel voor een publiek dat
welwillend reageert.
'The Smokers' speelden
enigszins een thuiswedstrijd,
want achter deze a capella-
groep gaat een aantal mensen
rond Imperium schuil. Een aar
dige bijdrage met repertoire uit
-de jaren vijftig en zestig. Een
voudige arrangementen, zodat
men verstandig niet te hoog
grijpt. Als er sterker op het rit
me wordt gelet en de arrange
menten inventiever kunnen
worden, zijn The Smokers'
voor herhaling vatbaar.
De toneelvereniging uit Ha-
zerswoude bracht met behulp
van drie bandrecorders en één
acteur als luisteraar een tekst
van S. Beckett. Een intrigeren
de opzet, die echter helaas (me
de om technische redenen) niet
blijft boeien. De docenten van
het Pieter Groencollege sloten
de avond af,met 'ouderwets' on-
derwijscabaret. Hun teksten
zijn voor de buitenwereld her
kenbaar, maar toch lééft de pro
blematiek meer binnen de on
derwijswereld.
WIJNAND ZEILSTRA.