'Vis kweken is vooral kijken'
Simpele ingreep leidt tot milieuvriend
Simpele ingreep leidt tot milieuvriendelijker auto
Jonge bedrijfstak in Noorwegen groeit opzienbarend
Ook aandacht voor
andere soorten
Uitvinder Doyer: 'Ionisatie-katalysator vergroot trekkracht en verbranding'
ZATERDAG 10 DECEMBER 1988
PAGINA 33
Noorse viskwekers houden het voor
lopig op zalm en regenboogforel. Te
meer omdat de prijs van zalmen nog
flink naar beneden kan voordat de
kwekerij niet meer lonend is. Toch is
er ook aandacht voor het kweken van
andere vissoorten. Verwacht wordt
in de loop van 1991 de eerste ge
kweekte heilbot kan worden gecon
sumeerd. Ook wordt gewerkt aan het
kweken van kabeljauw en zeewolf.
Wetenschappers proberen deze
drie vissoorten te telen op goedkoop
visafval. Voor zalm en forel is momen
teel het voer het duurste onderdeel
de teelt.
'Vissen kweken is kiikpn- steeds
maar weer kijken', zegt Werner Kru-
se terwijl hij op de vlonder tussen de
bassins met zalmen en regenboogfo
rellen loopt. Zo nu en dan strooit hij
een handjevol voer in de bassins en
daarbij let hij aandachtig op het ge
drag van de vissen. Vooral de eetlust
blijkt bepalend te zijn voor zijn oor
deel.
door Henk Venhuis
Werner Kruse is Westduitser, maar hij is
al jaren werkzaam op een van de vele
zalm- en forelkwekerijen in de Noorse
fi orden. De uitgestrooide brokjes voer
zijn voor de vissen extraatjes. Normaal
krijgen ze het voer uit automaten boven
de bassins.
Werner heeft geen hoge pet op van de
kwekers die de computergestuurde in
stallaties alleen het werk laten doen. Au
tomatisch voeren heeft nut en is in zeker
opzicht zelfs eer. noodzaak, maar het
mag er volgens Kruse nooit toe leiden
dat de zalmen en forellen lange tijd aan
hun lot worden overgelaten.
In feite zwemmen de vissen gewoon in
het zoute water van de fjord, zij het dat
hun vrijheid wordt beperkt door de net
ten waarvan bassins gemaakt zijn. Het
verschil tussen de netten met forellen en
die met zalmen wordt duidelijk als Kruse
links én rechts wat voer uitstrooit. Bij de
zalmen gaat het water aan de oppervlak
te wat krachtiger bewegen; bij de forel
len is het alsof het plotseling gaat koken.
Kruse neemt de bewegingen met genoe
gen waar.
"Door op de eetlust te letten kunnen
we de eventuele gevolgen van ziekte en
algenbloei tot een minimum beperken",
zegt hij. Verscheidene Noorse collega's
delen zijn mening. Ook zijn ze eensge
zind over de zorg die aan het milieu be
steed moet worden.
Een miljard
Voor Noorwegen is het kweken van vis
een bedrijfstak van betekenis geworden.
Het is nauwelijks twintig jaar oud en al
leen het kweken van zalm is al goed voor
een export van ruim een miljard gulden.
Naar verwachting zal er dit jaar in totaal
70.000 ton zalm worden 'geslacht' en dat
is bijna 50% meer dan vorig jaar. De
stormachtige groei blijkt vooral na ver
gelijking met het totaal van 1980: 4.150
ton.
De explosieve ontwikkeling heeft ech
ter ook een aantal problemen aan het
licht gebracht. "Overal waar vele leven
de wezens bijeen zijn gebracht is meer
kans op ziekten", geeft directeur Ivar E.
Wartdal van het bedrijf Aalesundfish toe.
"We hebben er mee te leven, maar we
kunnen het aan". Volgens hem zien de
Noren niet lijdzaam toe. Als voorbeeld
noemt hij zijn eigen bedrijf, dat de zalm
van 10 tot 15 kwekerijen verwerkt. Het
kent, zoals, hij het noemt, 'de sanitaire
slacht' en dat wil zeggen dat er een geslo
ten watersysteem is zodat er geen bloed
en visresten in de fjord terecht komen.
Ook Gunnar Nore, directeur van het
bedrijf Kvalos in Maloy, zegt het logisch
te vinden dat de sterke groei van de be
drijfstak een toename van het aantal
ziektegevallen met zich brengt. Hij heeft
echter een uitgesproken fel standpunt
over het toedienen van antibiotica aan
zieke zalmen. Toedienen acht hij accep
tabel, maar alleen als daarna zolang
wordt gewacht met het slachten dat zelfs
het geringste spoor verdwenen is. Er
mag nooit een zalm uit Noorwegen wor
den geëxporteerd met enig restant van
antibiotica. "Het zou het einde van de be
drijfstak zijn", pleegt hij te zeggen.
Pal Saetre, de voormalige diepzeevis
ser. die nu samen met zijn broer Olfar het
goed functionerende bedrijf West-Star
Laks AS runt, verklaart de gedragslijn
bij het toedienen van antibiotica aan zie
ke vissen nader. "Na zeven dagen een
middel te hebben gegeven moet er 's zo
mers ongeveer zestig en 's winters ne
gentig dagen worden gewacht. Na 30 da
gen weetje al of de zalm genezen is, maar
voor de zekerheid wachten we daarna
nog enkele tientallen dagen", zegt hij.
Die extra wachttijd is niet wettelijk voor
geschreven maar het is een onderlinge
Hij past precies bij het cliché waar
mee uitvinders vaak worden be
schreven. De 68-jarige Bussumer C.
Doyer is bijna kaal, draagt een rond
brilletje en hem onderbreken met de
vraag zijn uiterst technische betoog
te verduidelijken is bijna zinloos.
door Marcel Gelauff
Afstand nemen van het ingenieursvak en
zijn uitvindingen lukt hem maar moei
lijk. "Ik word er vaak op gewezen dat ik
de dingen nog veel simpeler moet bren
gen dan ik al denk te doen. En dat terwijl
het allemaal toch heel simpel is. Alleen
hebben veel mensen er moeite mee om
iets dat ze niet kennen te begrijpen, hoe
eenvoudig het ook is".
Doyer praat continu door, bladert
voortdurend in zijn mappen met pappe-
rassen waarin zijn strijd tegen het onge
loof over zijn uitvindingen voor het nage
slacht is vastgelegd, en spreekt zijn ver
bazing uit over "de stompzinnigheid van
mensen die in de file staan".
Klokken
"Als ik in de file sta, trek ik niet steeds
een paar meter op. Daar word je dood
moe van en het is slecht voor je auto. Dus
laat ik een gat van een paar honderd me
ter vallen en rijd dan weer door. Maar
wat krijg je dan? De mensen gaan toete
ren dat ik door moet rijden en worden
boos op zo'n oude baas achter het stuur",
aldus Doyer.
"Ik begrijp niet waarom ze op plaatsen
waar vaak files zijn geen klokken en ver
keerslichten zetten. Je zet het verkeers
licht op rood en de klok geeft aan dat het
bijvoorbeeld vier minuten rood blijft.
Dan kun je je motor afzetten en een
krantje lezen, of je scheren en als het
licht groen wordt eén keer een heel eind
doorrijden. Van al die stfress heb je zo
geen last en het spaart het milieu. Dat is
toch heel eenvoudig lijkt me, maar het
Zijn naam is puur Noors, evenals
zijn beroep. Pal Saetre voer vele
jaren op de visvangst in verre
zeeën en hij is daarmee pas
gestopt toen hij in de fjord vlakbij
zijn huis vissen kon gaan kweken.
Met hem en met verscheidene
anderen sprak een van onze
verslaggevers tijdens een reis van
Kristiansund tot Bergen. Aan de
orde kwamen niet alleen de
financiële aspecten maar ook
vraagstukken als ziekten van de
vissen, algenbloei, afvalstoffen en
het ontsnappen van zalmen.
Positieve en negatieve kanten van
de aquacultuur die zelfs in
Noorwegen betrekkelijk jong is.
De groei van de bedrijfstak was
opzienbarend en zal dit ook nog
wel even blijven. Zeker nu wordt
getracht naast de traditionele zalm
en forel ook andere vissoorten te
kweken.
In Noorwegen gekweekte vis ligt
binnen drie dagen op tafel bij de
consument in Japan of de Verenigde
Staten. De Noren zijn en blijven dé
zalmkwekers van de wereld en de
meeste viskwekerijen bevinden zich
vooral in de fjorden. uoto-s gpd>
afspraak van de organisatie van viskwe
kers.
Als het genezingsproces niet lukt, mo
gen de dode zalmen zelfs niét naar de vis-
meelfabrieken. Ze moeten naar een de
structiebedrijf dat ervoor moet zorgen
dat er geen besmettingsgevaar overblijft
voor noch de gekweekte noch de wilde
zalm.
"Tot ongeveer driejaar geleden waanden
we ons in de hemel", vertelt de bedrijfs
leider van een kleinere zalmkwekerij bij
Maloy. "Toen kregen we met ziekten te
maken: in feite met drie. De derde is het
meest problematisch; we weten er name
lijk weinig van. De vraag is of het een vi
rus is. En dat zou heel vervelend zijn.
Maar het onderzoek is nog gaande. Het
kan nog wel een jaar duren voordat we
het fijn ervan weten".
Deze bedrijfsleider prijst zich gelukkig
dat zijn farm nog gespaard is gebleven.
Hij weet enkele andere kwekerijen te
noemen, die 70 tot 80% van alle vissen
aan een ziekte hebben verloren. Ook hij
is voorstander van het sanitair slachten.
"Goed voor het bedrijf maar ook goed
gebeurt niet. Iets nieuws wordt maar
heel moeilijk aanvaard. Dat is ook de re
den dat het echte uitvinders zo'n moeite
kost hun vinding op de markt te bren
gen. Niemand neemt ze serieus"...
Zijn uitvindersloopbaan begon met
een machine die grond weg kan slinge
ren. "Ze zijn nu algemeen gebruik. Dat
apparaat zorgt ervoor datje bij voorbeeld
zout of aarde kunt verplaatsen, over een
schutting of zo". De ionisatie-katalysator
dateert ook niet van een paar dagen gele
den. "Oh nee, die heb ik al jaren", lacht
hij. "Sinds 1981 al. Het was niet zo moei
lijk. Ik heb dat ding uitgevonden en 'm
op een middagje even in mijn eigen auto
gezet. Ik had een diesel. Daar heb ik bij
na 100.000 kilometer mee gereden en het
werkte perfect".
Hij doet de motorkap van zijn Peugeot
open en wijst op het luchtfilter. Er is niet
meer te zien dan twee gekleurde draad
jes die met de accupolen zijn verbonden
en in het luchtfilter verdwijnen. "Hoe het
werkt? Je zou het waarschijnlijk niet be
grijpen, maar dat is natuurlijk ook het ge
heim van de smid. Ik ga niet aan Jan en
Alleman zomaar vertellen wat ik heb be
dacht".
Volgens Doyer is het grote voordeel
voor het milieu". Hij vertelt ook over de
invloed van de kwekerijen op de kwali
teit van het water in de fiord en op de bo
dem onder de netten.
Bij het gebruik van de huidige bassins
is het uiteraard niet te voorkomen dat de
uitwerpselen van de vissen via de mazen
vari de netten naar de bodem zakken. De
stroming in de fjord heeft daarop welis
waar enige invloed maar onder de mees
te netten ligt toch een laag van zo'n twin
tig centimeter dikte. Betrokkenen zeg
gen dat metingen hebben uitgewezen,
dat het zuurstofgehalte vlak boven die
laag en dicht eromheen hoog genoeg is.
Het onder meer in Schotland geuite
bezwaar dat er ook veel voedselresten
door de netten zakken wijzen de Noren
van de hand. Ze wijzen op het gebruik
van automatische voederinstallaties, die
met tussenpozen steeds afgepaste hoe
veelheden voer uitstrooien. Hierdoor
wordt vrijwel al het voer opgegeten.
Toch blijft men zorgvuldig aandacht
schenken aan het probleem van het be
zinksel. Zo nodig worden de lagen ver
van zijn ionisatie-katalysator dat de trek
kracht van een automotor met 25 procent
toeneemt. "Het is echt waar. Je geeft gas
en het ding rijdt opeens veel harder". De
uitvinder bestookte instanties als TNO
en personen als minister Smit-Kroes en
premier Lubbers met informatie over
zijn vinding maar niemand luisterde. Hij
laat brieven uit 1984 zien. Soms kwam er
een vriendelijk antwoord terug, zoals on
langs van de huidige minister van ver
keer en waterstaat, maar daar bleef het
bij. Totdat Doyer bij Volkswagen bin
nenstapte om een nieuw model te bekij
ken en over zijn vinding vertelde. Hij trof
iemand die hem het voordeel van de twij
fel gunde en besloten werd dat Doyer
zijn vinding in een Volkswagen diesel
mocht laten inbouwen.
Trekkracht
Op 17 november werd de wagen getest
en Doyer was niet verbaasd over het re
sultaat. De katalysator werkte. Een
woordvoerder van de technische afde
ling van Volkswagen- en Audi-importeur
Pon in Leusden bevestigt dit: "Normaal
accelereert deze diesel in 20 seconden
naar 100 kilometer per uur. Met de kata
wijderd (weggeblazen) of worden de bas
sins verplaatst. De verwachting is dat de
uitwerpselen in het water van de fjorden
snel worden afgebroken. Directeur Gun
nar Nore zegt echter eerlijk dat er nog
maar weinig te zeggen valt over de gevol
gen van het opeenhopen van de uitwerp
selen. "We moeten er meer van weten.
Wat gebeurt er bij voorbeeld als er in zo'n
laag gassen ontstaan?"
De vaak gehanteerde vuistregel van
100 ton voedsel per jaar voor 50 ton zalm
(onlangs nog voorkomend in verslagen
over fish-farms in Schotland) hanteren
de Noren niet. Nodig is 1,3 kg droog voer
voor elke kilogram te kweken zalm. Als
in het voer ook slachtresten uit de visin-
dustrie zijn verwerkt is er 1,6 tot 1,8 kg
nodig. Te veel voer geven verhoogt niet
alleen de kans op vervuiling het is ook fi
nancieel niet aantrekkelijk.
Dreiging
Ziekten vormen een bedreiging, maar
dat geldt ook voor de algen. En hierbij
wordt beslist niet alleen gedacht aan de
geweldige algenbloei die in mei van dit
jaar de internationale pers haalde. Die
bedreigde vanuit volle zee alleen de zuid
kust en het meest zuidelijke deel van de
westkust van Noorwegen, maar de gewo
ne groene en bruine algen vragen altijd
en overal langs de kust aandacht. "Het is
beter als er helemaal geen algen in de
fiord zijn", aldus Pal Saetre. "Je ziet het
ook aan de vissen, als er maar een
spoortje alg in het water zit vermindert
de eetlust van de vissen al".
"We hebben dit jaar een prachtige zo
mer gehad maar het had wel tot gevolg
dat het zeewater gemiddeld 16 of 17 gra
den was waardoor de algengroei werd
bevorderd", valt op verschillende vis
kwekerijen te horen. Nadelige invloed
hebben ook de resten van kunstmest
stoffen en van wasmiddelen in het water.
De vervuiling door de kwekerijen zelf
wil men graag als oorzaak zien te voorko-
Vogels en robben houden wel van een
visje en dat doet de vraag rijzen of er ook
op wordt geschoten. Het is een vraag die
op alle bezochte bedrijven tot een vrijwel
gelijke reactie leidt en die in hooflijnen
overeen stemt met hetgeen een van de
broers Saetre zegt: "Ja, ik heb weieens
een vogel geschoten, maar niet in die zin
dat het me om het afschieten van een
aantal te doen was. Dat zou niet veel hel
pen en onze wetten laten het niet toe vo
gels te schieten, omdat ze een visje ste
len. En robben zien we hier in westelijke
fjorden nauwelijks".
Als alles goed gaat kan een zalm in
twee jaar in gewicht toenemen tot maxi
maal zes kilogram. De regenboogforel
blijft meestal iets lichter. Zalmen van
drie tot vier kilogram worden tegen
woordig het meest gevraagd. Ze worden
vers geleverd en kunnen uiterlijk drie
dagen na het slachten in de Verenigde
Staten en in Japan aan de consument
worden geleverd. Zwaardere zalmen
worden door de industrie afgenomen om
ze te roken.
Tijdens de bezoeken aan een aantal kwe
kerijen valt op dat de bassins goedge
vuld zijn, maar niet overvol. Uit eigenbe
lang beperken de kwekers de inhoud tot
30 kg vis per m3. Vier meter diepe bas
sins hebben een totale inhoud van zo'n
500 kuub, zodat dit dus goed is voor 15
ton.
De zalmen worden in het zoute water
uitgezet als ze ongeveer een jaar oud zijn.
Tot dat moment heeft de smolt, zoals de
ze jonge zalm wordt genoemd, in specia
le kwekerijen alle aandacht gehad. Aan
het begin is er het afstrijken van de stam-
vissen. Van een aantal zorgvuldig gese
lecteerde vrouwtjes wordt de kuit gestre
ken en van mannen de hom (het zaad).
Werner Kruse werkt in een kwekerij die
de eigen smolt kweekt. Hij vertelt waar
om voor het strijken zeer grote vissen
worden gebruikt. "Algemeen gelooft
men dat grote eieren meer overlevings
kans hebben en grote eieren komen nu
eenmaal uit grote vissen".
Droevig
Kruse werkt graag met die geweldige
vissen. Hfi kan ontzettend droevig wor
den als hij voor het strijken de 15 tot 20
kilogram zware mannen ziet en weet dat
ze geen lang leven meer beschoren zijn.
Ze zijn, zo vertelt hij, na éénmaal strijken
ten dode opgeschreven en worden dan
zo agressief dat ze elkaar dodelijk ver
wonden. De vrouwtjes kunnen tot drie
maal toe kuit leveren. Een tweejarige
zalm levert ongeveer 4800 eitjes per liter
en een vierjarige zo'n 3400.
Kwekerijen, die smolt moeten kopen
zijn er een niet onaanzienlijk bedrag aan
kwijt. Voor de éénjarige smolt moet on
geveer f 4,50 worden betaald. Sommige
kwekers proberen de kosten te drukken
door visjes van een paar maanden oud te
kopen (ongeveer f 1,20 per stuk), maar er
is dan meer kans op sterfte.
De selectie van stamvissen is er een
van grote getallen. Van 600.000 éénjari
gen blijven er na enige tijd 2000 over voor
een verdere beoordeling en dit aantal
wordt later nog eens teruggebracht tot
500. Hieruit worden tenslotte de exem
plaren voor het strijken gekozen.
Wat er ook met de vissen gebeurt, ze
ker is dat ze niet buiten de kwekerijen in
de fiorden en in de rivieren mogen ko
men. Toch schijnt dat niet altijd te voor
komen te zijn. In maart van dit jaar deel
de het Noorse directoraat van natuurbe
heer mee dat langs de westkust 27 rivie
ren waren onderzocht en dat in de helft
daarvan gevluchte gekweekte zalm was
aangetroffen. Twintig procent van de
mannelijke en 11 procent van de vrouwe
lijke vissen waren van kweek afkomstig.
Een vermenging met de wilde zalm
wordt ongunstig geacht.
Eerder had professor Harald Skeijer-
vold van de Noorse Raad voor Zeekwe
kerijen verklaard dat ontsnapte zalmen
de specifieke erfelijke eigenschappen
van de wilde stammen bederven. Hij be
nadrukte toen dat binnen zeven jaar de
erfelijke eigenschappen van enkele wil-
de-zalmstammen gehalveerd zullen zijn
als een dergelijke genetische verontrei
niging op dezelfde voet doorgaat.
Ivar Wartdal van de visindustrie in les-
und ziet nog een ander bezwaar. "Ont
vluchte, gekweekte zalmen nemen in de
rivieren de plaatsen in waar de wilde
zalmen jaar in jaar uit terugkomen en dat
werkt verstorend".
Niet intensief
Het kweken van vis is niet arbeidsinten
sief. In de 700 bedrijven vinden niet meer
dan 5000 personen werk. Toch is men in
Noorwegen enthousiast over de viskwe
kerijen. "Ze gaan de trek naar de stad te
gen", zegt Karin F.H. Dankertsen van de
Ontwikkelingsraad in Flor. "Soms heeft
de vestiging van een visfarm zelfs tot ge
volg gehad dat een eilandje bevolkt is ge
bleven".
De Noren zijn en blijven dé zalmkwe
kers van de wereld. De verwachting is
dat in de komende jaren de wereldpro-
duktie met 25% per jaar zal stijgen tot
200.000 ton in 1990. Noorwegen neemt
daarvan 50 tot 60% voor zijn rekening.
Goede kansen acht men dan ook wegge
legd voor de studenten van de beide hbo-
scholen voor aquacultuur. Tijdens een
bezoek aan de districtsschool in Sogne-
dal worden onder meer proeven getoond
met de kweek van kabeljauw.
De school leidt in een driejarige cursus
per jaar 24 studenten op. Ze moeten de
toekomstige managers worden die onge
twijfeld ook geconfronteerd worden met
de vraagstukken van ziekten, algen, be
zinksel en ontsnappende vissen.
motoren loopt de temperatuur op tot wel
duizend graden, maar met mijn vinding
is dat helemaal niet nodig. Ik heb een
motor ontwikkeld die niet meer dan zes
tig graden nodig heeft en warmte uit de
omgeving gebruikt. Ik heb er thuis twee
staan. Dit biedt de mogelijkheid in de
toekomst veel kleinere en veel lichtere
motoren te bouwen. Het rendement van
mijn motor kan oplopen tot 62 procent,
terwijl een benzinemotor maar 28 pro
cent rendement geeft. De rest van de
energie gaat verloren".
Natuurwet
Hoe het procédé precies werkt, wil hij
niet zeggen. Ook in dit geval geldt dat het
te ingewikkeld zou zijn om uit te leggen,
en de nieuwe natuurwet die Boyer zegt te
hebben uitgevonden, is helemaal
abacadabra voor de leek.
"Bovendien heb ik geen patent op de
lage temperatuurmotor en de ionisatie-
katalysator. Ik ben nu bijna zeventig
jaar. Als je patent aanvraagt, ben je er
nog niet v^ant dan moet je het zien te ver
kopen en als je dat niet tijdig doet, ver
loopt je patent en ligt je vinding op
straat Misschien dat er nu, na de test bfi
Volkswagen wat op gang komt. Klanten
heb ik tot dusver niet, want niemand ge
looft me. Je kunt je ook afvragen of be
drijven als Shell, de autofabrieken of de
oliesjeiks op mij zitten te wachten. Trou
wens, ik ben uitvinder, ik heb mijn werk
gedaan. Anderen moeten maar zien wat
ze er mee doen. Het is met uitvinders net
als met de loterij. De hoofdprijs wordt
maar een heel enkele keer uitgekeerd.
Maar hfi bestaat wel"
Voor ing. C. Doyer uit Bussum staat vast dat de hedendaagse auto met een simpele
technische ingreep veel efficiënter en milieuvriendelijker kan rijden. Daartoe hoeft alleen
de 'ionisatie-katalysator' die Doyer heeft uitgevonden in het luchtfilter van auto's te worden
ingebouwd.
Een gesprek met een man die zich een professionele uitvinder noemt, 43 patenten op zijn
naam heeft staan, maar die het nauwelijks interesseert wat er met zijn vindingen gebeurt.
De Bussumse uitvinder Boyer bij zijn auto met de ionisatie-katalysator:
Het hoeft niet meer dan honderd gulden te kosten. Het stelt echt niet zoveel
voor en we worden er allemaal beter van". (foto gpd»
symptomen, maar de oorzaak aanpak-
lysator van Doyer deed hij het in precies
15 seconden".
Doyer legt uit: "Niet alleen werd aan
getoond dat de trekkracht 25 procent
toenam, maar bovendien heeft mijn vin
ding het grote voordeel dat de verbran
ding optimaal is. Dat is juist de truc. De
huidige automotoren zijn feitelijk ondin
gen. Er klopt heel veel niet aan, en dat
wordt opgevangen met noodgrepen. Met
mijn vinding hoeft dat allemaal niet
meer. De verbranding wordt honderd
procent, zodat je niet al die vervelende
stoffen in de uitlaatgassen hebt die je er
eigenlijk niet in wilt. Je moet niet de
ken. En duur is het niet, mijn katalysator
hoeft niet meer dan honderd gulden te
kosten".
Volgens Doyer is zijn katalysator ge
schikt voor straalvliegtuigen en kolenge-
stookte centrales. "Eigenlijk zijn auto's
helemaal niet zulke grote vervuilers. Het
kwaad komt vooral van de straalvliegtui
gen, die erg veel onvoUedig verbrande
kerosine in de lucht achterlaten. Maar
die katalysator is eigenlijk niet zo inte
ressant meer", zegt hij achteloos. "Veel
boeiender is mijn LT-motor".
Dat blijkt te staan voor lage-tempera-
tuurmotor. "In de huidige verbrandings