Gegrepen door iets ongrijpbaars m Benadeelde moeders Denkwijzer Onze taal Raymond Moody beet zich vast in groot aantal 'bijna- dood-ervaringen' AAikuuALr ïywbVkMüuu iyyy EXTRA PAGINA 35 Raymond Moody: "Een bijna-dood-ervaring is iets heel anders dan een hallucinatie". (foto Hans van ouk/GPD) eu. ij- ui. oe DOOR JOOP VAN DER HORST Het spoorboekje is voor veel mensen erg moeilijk. Liever vragen ze even aan het loket hoe laat hun trein vertrekt. Anderen vinden de krant zo moeilijk of kunnen moeilijk hun bed uitkomen De ene moeilijkheid is de andere niet. Reizigers en langslapers moeten anders geholpen worden dan krantelezers. Wat moeilijk is om te lezen, hangt van ver schillende dingen af. Bijvoorbeeld of je al iets weet van het onderwerp. Wie niets weet van economie, zal berichten over minister Ruding moeilijk vinden. En zelf begrijp ik ook van de sportpagina's de helft niet. Verder vinden de meeste men sen een bericht over personen al gauw begrijpelijker dan een bericht over zaken. Ook foto's en andere plaatjes kunnen veel verduidelijken. Maar altijd zit 'm de moeilijkheid of de makkelijkheid ook in het taalgebruik. Lan ge zinnen zijn voor iedereen moeilijk. De een haakt eerder af dan de ander, maar ook de bollebozen hebben met lange zin nen meer moeite dan met korte zinnen. Hetzelfde geldt voor lange woorden. Pen sioengerechtigde en doorstromingsrege ling onderwijspersoneel zijn moeilijker dan opa en dop. Een verhaal met veel lange zinnen en veel lange woorden is voor iedereen moeilijker dan een verhaal met korte zin nen en korte woorden. We kunnen de ge middelde zinslengte vaststellen en het aantal lettergrepen per honderd woor den. Redelijk makkelijk is een verhaal waar de zinnen ongeveer 15 woorden hebben. Voor woorden geldt een gemid delde van 1,4 lettergrepen. In stripverhalen is het taalgebruik sim peler. Daar vinden we een gemiddelde zinslengte van 8 of minder woorden. De gemiddelde woordlengte is daar 1,23. In moeilijke studieboeken vinden we zinnen met gemiddeld wel 26 en 28 woorden. De woorden hebben er door de bank geno men 1.8 of meer lettergrepen. Eenvoudig schrijven is niet gemakke lijk. Wie denkt het beter te kunnen dan ze het bij de krant doen. moet het maar eens proberen. Tien tegen één dat het tegen valt. Nederlandse kranten zijn wat dat be treft dan ook sterk verbeterd vergeleken bij dertig en vijftig jaar geleden. Wat ik hier schrijf, weet elke journalist. Maar er blijft groot verschil tussen de ene en de andere krant. Notoir moeilijk is de Volkskrant. Zo las ik daar kort geleden de volgende zin. In zijn notitie kondigt Nijpels aan dat hij bin nenkort met een wettelijke regeling komt die producenten verplicht om een produkt in het 'afvalstadium' terug te nemen. Dat zijn 26 woorden, samen 48 lettergrepen, oftewel gemiddeld 1,84 lettergrepen. Kortom: deze zin had in een wetenschap pelijk boek geen gek figuur geslagen Ik herschrijf deze zin op het niveau van een stripverhaal: Wat moet ik met die troep? Laat de fabriek er zelf voor zorgen! Nij pels zegt nu dat daar een wet voor komt. Dit zijn drie zinnen, met 6, 7 en 9 woor den, gemiddeld 7,3. Samen zijn het 22 woorden met 25 lettergrepen, oftewel ge middeld 1,13. Het kan dus eenvoudiger. Maar ik moet toegeven dat de Volkskrant het veel nauwkeuriger zegt. Hoe staat het trouwens met dit stukje zelf? Ik tel mijn eigen zinnen en kom op 53. Het gemiddelde aantal woorden per zin is 10.3 Samen bevatten ze 977 letter grepen. Mijn gemiddelde woordlengte is nu 1,74. Maar daarvoor moest ik die lan ge zin uit de Volkskrant meetellen. De woorden pensioengerechtigde en door stromingsregeling onderwijspersoneel moet ik nu zelfs twee keer tellen. Is dit een moeilijk stukje? Is er leven na de dood? Raymond Moody meent van wel, sterker nog: hij is ervan overtuigd. In zijn boek 'De tunnel en het licht' doet de Amerikaanse psychiater en filosoof verslag van onderzoek onder een aantal mensen dat balanceerde op het randje van leven en dood. Hun ervaringen vertoonden opvallend veel overeenkomsten. Moody inventariseerde ze en gaf er een naam aan: bijna-dood-ervaringen, kortweg: BDE's. Sommige collega's zien er slechts hallucinaties in, volgens Moody en medestanders is er werkelijk sprake van uittreden en contacten met het opperwezen. Raymond Moody: "Voor mezelf is er geen twijfel meer, BDE's bestaan". door Bart Jungmann Van het concert des levens krijgt niemand een program. En wat de dood betreft: dat is voor de meesten onder ons ook gissen. Raymond Moody heeft niettemin alle vertrou wen in een soort van leven na de dood. Voor hemzelf is het bewijs eigenlijk wel geleverd, maar dan spreekt hij strikt pri vé. De conclusies die Raymond Moody na jarenlang onderzoek heeft getrokken, wijzen in dezelfde richting. Hij sprak honderden mensen die, met de dood voor ogen, een kortstondige blik op het hiernamaals hebben geworpen. Raymond Moody inventariseerde hun ervaringen en zette ze in 1975 op papier: 'Life after life'. Dat boek zette anderen aan tot verder onderzoek en Moody zelf dook ook dieper in de kwestie van de BDE's, een afkorting van bijna-dood-er-' varingen. Dertien jaar later borduurt de Amerikaan verder op eigen en ander mans onderzoek. De schriftelijke weer gave daarvan is ook in een Nederlandse vertaling verschenen: 'De tunnel en het licht'. Oogverblindend De titel verwijst naar twee stadia in een BDE. Zwevend op het randje van leven en dood treedt de menselijke geest aller eerst buiten zijn eigen lichaam. Hij reist vervolgens door een tunnel om uit te ko men in een wereld van oogverblindend licht, waar hij wordt opgewacht door overleden dierbaren en/of het opperwe- Raymond Moody, onlangs een paar da gen in Nederland, beseft dat het de ver slaggever even duizelt en verplaatst zich in diens positie. "Toen ik hiervan voor het eerst hoorde, was mijn eerste indruk dat het hallucinaties moesten zijn. Men sen die de dood niet konden accepteren of uit pure doodsangst gingen fantase ren, zoiets dergelijks. Maar bij mijn eer ste contacten met BDE-ers bleek al snel dat het geen gewone hallucinaties wa ren. Een hallucinatie is altijd vaag, een BDE niet. Een fantasie gaat uit van het eigen ego, waarbij je je eigen ik zorgvul dig afschermt. Een BDE is iets heel an ders, niet zo defensief en veel exacter. Dat maakt het zo interessant". Wat Moody zo enthousiast maakt voor zijn eigen bevindingen is dat deze erva ringen zoveel overeenkomsten vertonen. Dp grond daarvan onderscheidt hij ne gen vrij algemeen voorkomende ken merken. Niet iedereen gaat door al die stadia. Dat hangt volgens Moody in prin cipe af van de vraag hoe lang iemand op het randje zweeft. "Vergis je niet, sommi gen kunnen twee uur lang klinisch dood zijn. Die leggen dus meestal de hele weg af'. Hij geeft uitleg aan de hand van een willekeurig voorbeeld: "Iemand ligt op de operatietafel en hoort de dokter zeg gen: deze patiënt is dood. Op dat moment treedt hij buiten zichzelf, zijn geest stijgt als het ware op. Hij ziet de beroering in de operatiekamer en verbaast zich daar over. Hij voelt zich namelijk vredig en heeft geen pijn meer. In veel gevallen trekt dan het eigen leven in een weids pa norama aan hem voorbij". Tunnel "Vervolgens gaat onze patiënt door de tunnel waarover we het hebben gehad. Hij komt uit bij het licht en ontmoet daar familieleden en het opperwezen. Dat laatste wordt verschillend gedefinieerd. Voor christenen is het meestal een Jezus- figuur en moslims spreken achteraf van Allah. Of het op die manier ook beant woordt aan hun idee van de hemel, dat hangt af van de vraag hoe sterk hun ge loof daarvoor was. In elk geval hoor je nooit spreken van engeltjes met vleu gels. De meesten hebben het over een on beschrijfelijke belevenis. Ons vocabulai re schiet daarvoor kennelijk te korf'. "Uiteindelijk krijgt de klinisch dode patiënt te horen dat hy terug naar aarde moet. Zijn familieleden zeggen hem dat hij nog een plicht heeft te vervullen. Voor de kinderen zorgen of iets derge lijks. Anderen krijgen de keuze voorge legd: blijven of terugkeren. Als ze kiezen voor dat laatste is het vaak met enige te genzin omdat alle ervaringen zo prettig zijn". "Voor iemand op de operatietafel valt de terugkomst vaak samen met een elek trische schokbehandeling, op het mo ment dat die schijven op hun borst wor den geplaatst. Sommigen zijn dan boos en teleurgesteld. Dokters krijgen vaak te horen: waarom heb je me teruggehaald? Later verdwijnt dat gevoel, al blijven ze wel iets van nostalgie houden. Hun bij na-dood-ervaring wordt een bijzonder prettige herinnering". Moody beschouwt het verschijnsel BDE als een uitgesproken religieuze er varing. "Maar dat wil niet zeggen dat alle BDE-ers gelovig zijn. Je komt ze in elke bevolkingsgroep tegen. Atheïsten, jo den, christenen, noem maar op. Door die ervaring worden ze als het ware vere nigd. Dat is voor mij een van de frappant- ste resultaten van BDE-onderzoek. Ze hebben daarna een aantal dingen ge meen. Bijvoorbeeld een verhoogde staat van spiritualiteit. Noem het een religieus besef, maar dan op een andere manier. Een pure katholiek zal na een BDE zijn geloof veel oecumenischer beleven". Ommezwaai "Ik heb een man ontmoet die op het se minarie zat. Hij had vastomlijnde ideeën over het geloof. Totdat hij bij een onge luk levensgevaarlijk gewond raakte en daarbij een BDE had. Daarna verander den zijn religieuze ideeën volledig. Hij vertelde me dat God helemaal niet geïn teresseerd was in theologie". Vindt Moody het niet opvallend dat ie der zijn eigen idee van het opperwezen in een BDE bevestigd ziet? Als christenen altijd spreken over God of Jezus, en mos lims over Allah, dan wijst dat er toch op dat ze hun eigen fantasie invullen? Vol gens hem is daarvoor een logische ver klaring te geven: "Ze gaan uit van de vi sie die hun is aangeleerd". De BDE zorgt volgens hem ook in het U zult er vermoedelijk nog nooit van ge hoord hebben, maar binnenkort zullen de deskundigen ons om de oren slaan met een aantal nieuwe bevolkingsgroepen, namelijk de D1NKS, de SIKS en de NIKS. Het zijn natuurlijk weer Amerikaanse ontdekkingen, want de afkortingen staan voor Double Income No Kids (twee verdieners die alles samen kunnen opma ken), Single Income with Kids (eenver dieners die partner en kinderen in leven moeten houden) en No Income with Kids (vrijwel altijd alleenstaande vrouwen met kinderen die van een uitkering moe ten zien rond te komen). Hoe lachwekkend DINKS en SIKS en NIKS misschien ook klinken, toch gaat het om iets heel serieus. Wat is namelijk het geval? Uit onderzoek in de Verenigde Staten en in Nederland blijkt dat wij op een hele rare manier met kinderen en met opvoeding omgaan. Vrijwel iedereen zal het ermee eens zijn als ik zeg dat het op voeden van kinderen tot geestelijk en li chamelijk gezonde mensen een van de al lerbelangrijkste taken in onze samenle ving is. Of we het nu leuk vinden of niet, de be langrijkste rol in het opvoeden van kin deren wordt door het gezin, de ouder of ouders, ingenomen. Maar we blijken met z'n allen bezig te zijn het ouders steeds lastiger te maken om kinderen te krijgen, laat staan om goed op te voeden. Finan cieel zijn gezinnen met kinderen per ge zinslid gemiddeld heel wat slechter af dan gezinnen zonder kinderen. Hoe ho ger het kindertal, hoe slechter de finan ciële situatie. Bij twee of meer kinderen is het inkomen per gezinslid vaak nog maar de helft of nog minder van dat in gezinnen zoi\der kinderen. Daar zijn een aantal oorzaken voor. De eerste is dat de aanwezigheid van kinde ren vrouwen er van weerhoudt een baan te nemen of te houden. Een tweede is dat kinderbijslag slechts een deel dekt van de maatschappelijk verkeer voor een om mezwaai. Mensen die voordien niet in anderen geïnteresseerd waren, hechten opeens erg aan vriendschappen en rela ties. Mensen die eerst geen boek inke ken, krijgen een nauwelijks te stillen honger naar kennis. Dat lijkt op het eer ste gezicht ook zonder BDE verklaar baar. Immers, wie aan de dood is ont snapt, zal de jaren die hem nog resten zo intens mogelijk willen beleven. Moody: "Dat is waar, maar onderzoek van een collega heeft uitgewezen dat het toch iets anders ligt. Daarbij werden mensen geïnterviewd die een zelfmoord poging hadden gedaan en op het randje hadden gebalanceerd. De ene groep had geen BDE gehad, de andere wel. Die eer ste groep bleef daarna zelfmoordgevoe- lig, de tweede niet. Voor hen kreeg het le ven weer waarde en ze kunnen bij wijze van spreken geduldig de dood afwach ten". Uit het gemaakte onderscheid blijkt dat niet iedereen per definitie een BDE heeft in een situatie van leven of dood. In zijn boek bespreekt Moody een onder zoek in Californië. Daarin komen 41 mensen aan het woord die klinisch dood of bijna dood zijn geweest. In slechts 15 gevallen was er sprake van een BDE. Positief 'De tunnel en het licht' bevat een aantal opvallend gedetailleerde bijna-dood-er varingen. Uitgezonderd één geval zijn ze allemaal positief. Van die ene ervaring, kosten die kinderen met zich meebren gen. Dat geldt zelfs als het gezin moet rondkomen van alleen maar een uitke ring. Een van de meest benadeelde groe pen in dit opzicht zijn alleenstaande vrouwen met kinderen, die van een mini mum uitkering moeten rondkomen. Zij leven vaak op of onder wat we de armoe degrens noemen. Waarschijnlijk zijn er minstens zo'n 100.000 vrouwen in ons land die in zo'n positie verkeren. Van het totale aantal kinderen groeit een steeds groter percentage in een eenoudergezin op. In 1980 was dat 6 procent, in 1986 10 procent en in 2005 zal dat 17 procent zijn. In de meeste gevallen gaat het om kinde ren van wie de ouders gescheiden zijn en die dus vaak al de nodige problemen ach ter de rug hebben. Wat maakt dat wij als samenleving zo gemakkelijk geneigd zijn te accepteren dat volwassenen, die zo graag kinderen willen hebben, daarvoor maar moeten betalen met teruggang in welstand of zelfs armoede? En wat zijn de gevolgen daarvan op de kinderen zelf, op de toe komstige generaties dus? Er zijn deskun digen die vinden dat het goed is om het verwekken van kinderen te ontmoedigen. Op dit moment is het gemiddelde aantal kinderen per vrouw ongeveer 1,5. Dat wil zeggen: 25 procent beneden het niveau dat nodig is om de bevolking op peil te houden. Op den duur neemt die bevol king dus af en dat is prima volgens die deskundigen, want we hebben gewoon te veel mensen. In deze benadering lijkt een zekere re delijkheid te steken, maar grondig on derzoek heeft uitgewezen dat er niks van klopt. Wat blijkt? Als we over de afgelo pen 20 jaar kinderen met bejaarden ver gelijken, dan is de levensstandaard voor kinderen relatief gezien gedaald. Het geld dat de overheid uitgeeft voor voor zieningen voor kinderen is verhoudings gewijs afgenomen, terwijl dat voor oude- waarin een man over zijn hellegang ver telt, zegt Moody nu: "Achteraf denk ik dat het een delirium is geweest". Dus zijn alle BDE's kennelijk positief. Moody bevestigt dat. Hij heeft althans niet anders meegemaakt. "Als weten schapper kan ik dat niet verklaren. Als je het mij persoonlijk vraagt zeg ik: kenne lijk is de mens in wezen goed. Mijn vrouw, die psychotherapeut is, heeft al tijd gezegd: jij bent veel te idealistisch, je denkt veel te goed over mensen. Maar op grond van haar eigen praktijk komt ze nu tot dezelfde conclusie". "Persoonlijk ben ik nogal geïnteres seerd m forensische psychiatrie. Ik ben bijvoorbeeld in de gevangenis van Geor gia geweest. Daar zitten gevangenen die de vreselijkste dingen hebben gedaan. Al die mensen waren psychisch ziek toen ze tot hun daad kwamen. Ik heb gespro ken met een man die lukraak had ge schoten op een aantal buspassagiers. Hij zei dat er stemmen in zijn hoofd zaten, die hadden hehi daartoe gebracht. Die man bleek in wezen een heel aardig en goed mens te zijn. Er was alleen iets mis in zijn brein. Volgens mij geldt dat voor alle zware misdadigers. Bij ieder mens overheerst het goede, daar ben ik echt van overtuigd". Met dezelfde positieve kijk treedt Ray mond Moody ook zijn critici tegemoet. Als hij in verband met hun scepsis het woord 'oneerlijk' gebruikt, voegt hij er meteen aan toe: "Ik wil niet zeggen dat ze bewust oneerlijk zijn, maar wanneer ze ren juist is toegenomen. Sterker nog: de gezondheid van ouderen is veel sterker gestegen dan die van kinderen. Van 1968 tot 1980 is de gemiddelde le vensverwachting voor iemand tussen de 75 en 79 met 4 jaar toegenomen. Voor ie mand van i5 jaar is die toename minder dan een jaar. Dit leidt ertoe dat de meeste echtparen in de 'werkzame' leeftijd meer (nog levende) ouders dan kinderen heb ben. Politiek en sociaal worden ouderen zo een steeds belangrijkere groep - zij heb ben stemrecht - en dus hebben politieke partijen steeds meer rekening met oude ren te houden. Per saldo gaat dit ten kos te van kinderen - die hebben immers nog geen stemrecht - want bij een afnemend budget moet het uit de lengte of uit de breedte komen. Er is nog een andere, minstens zo be langrijke reden voor de discriminatie je gens kinderen en degenen die voor hun opvoeding verantwoordelijk zijn. Wij hebben in het algemeen niet zo'n hoge pet op van verzorgende activiteiten. Ze wor den meestal slecht betaald, hebben een be trekkelijk lage status en we hebben zelfs grote moeite om ze als echt werk te zien. Als bij verzorging een zekere techni sche deskundigheid komt kijken - een ver pleegster die ook injecties moet kunnen geven of apparaten moet kunnen bedie nen - dan valt dat nog wel mee. Maar als het vooral om niet-technische verzorging op mijn onderzoek reageren, moeten ze het wel eerst serieus nemen. Als er in we tenschappelijke artikelen kritiek wordt uitgeoefend, blijkt dat vaak op zo weinig gebaseerd. En als ik dan vraag hoe ze tot hun conclusie zijn komen, zeggen ze: ik ga uit van mijn eigen ervaring. Maar dat is natuurlijk niet genoeg". Ontzenuwd In het laatste hoofdstuk van 'De tunnel en het licht' behandelt Moody een paar stellingen waarin het verschijnsel BDE door anderen wordt ontzenuwd. Ze va riëren sterk. Sommigen geven een cycli sche uitleg aan de tunnel en het licht. Ze zouden herinneringen oproepen aan de geboorte, waarbij de baby vanuit het donker in het volle licht komt en daar in de regel allerhartelijkst wordt ontvan gen. Het klinkt aardig, zegt Moody, maar het klopt niet. "Zelfs als klein kind kun je je eigen geboorte al niet meer herinne- Een andere poging om Moody's over-, tuiging aan het wankelen te brengen lijkt steekhoudender. Omdat het hart niet meer klopt ontstaat een tekort aan zuur stof in de hersenen. Daardoor komen stoffen vrij die ongeveer dezelfde wer king hebben als opium. De BDE is vol gens die theorie vergelijkbaar met drugs gebruik. Ook daarin zou Moody zich kunnen vinden, ware het niet dat die uit leg op één BDE-aspect stukloopt: dat van het uittreden. "Daar weet de weten schap geen raad mee. Dat blijft onver klaarbaar", zegt hij. 'De tunnel en het licht' staat vol sterke staaltjes van uittreding. Hij voegt er nog eentje aan toe: "Maria, een jong meisje, zweefde tijdens een operatie tussen le ven en dood. Ze kwam onverwacht weer bij en greep de dokter beet. Ze zei: waar om heb je me teruggehaald? Ik wil niet te rug. Maria vertelde dat ze buiten haar li chaam was getreden, naar een andere verdieping in het ziekenhuis was ge weest en op het dak een oude schoen had zien liggen. Ze vroeg de dokter te gaan kijken. Die moest half uit het raam han gen om iets te kunnen zien: en inder daad, daar lag een oude schoen". Sceptici zullen dat bewijs niet als wet tig en overtuigend accepteren. Moody: "Het enige datje zou kunnen doen is een elektrocardiogram bevestigen bij een pa tiënt die klinisch dood is. Maar daarmee kom je in het gedrang met de primaire taak van de medische wetenschap. Je zou dan mensen in de weg lopen die juist van alles aan het doen zijn om dat leven te redden. Dat kan dus niet". Subjectief "Eerlijk gezegd zit ik er niet zo mee dat het bewijs op die manier anekdotisch blijft. Om een viertal feiten kun je toch niet heen: er zit een bepaald patroon in de BDE's. Onderzoek heeft uitgewezen dat opvallend veel mensen BDE's heb ben gehad (een landelijk onderzoek in de VS noemt een aantal van acht miljoen, red.). De ervaringen hebben niets te ma ken met de aard van de ziekte of het soort ongeval. En ze staan los van cultuur of geloof'. "Voor de rest blijft het toch een subjec tief iets. Het is mijn idee tegenover dat van een ander. Voor mezelf is er geen twijfel meer, BDE's bestaan. En ik kan alleen maar vaststellen dat een groeiend aantal andere wetenschappers dezelfde overtuiging heeft". Daarom is deze Europese reis Ray mond Moody ook zo goed bevallen. "Overal waar je komt ontmoet je gelijk gestemden. Collega's met dezelfde intel lectuele, afstandelijke achtergrond als ik. Allemaal gegrepen door iets ongrijp baars". 'De tunnel en het licht'; Raymond Moody; uitg. Bruna; 24,90. gaat, en opvoeding van kinderen is dat grotendeels, dan is de waardering maal- schapelijk gezien buitengewoon laag. Die tendens neemt toe. De verklaring daarvoor ligt in het feit dat de meeste gezinnen hoogstens 1 a 2 kinderen hebben, die in leeftijd dicht bij elkaar liggen. In hun gezin krijgen kin deren dus vrijwel nooit meer de kans om te leren omgaan met (laat staan deel te nemen aan de verzorging van) baby broertjes en -zusjes. Op school leren ze dat natuurlijk evenmin, en in hun relaties vaak ook niet of heel laat. Veel mensen lo pen al 30 jaar of langer op deze wereld rond voordat ze ooit geconfronteerd wor den met de verantwoordelijkheid om min of meer onbaatzuchtig te moeten zorgen voor een ander levend wezen dat volledig afhankelijk van hen is. De invloed die dat heeft op hun levens instelling en hun houding ten opzichte van kinderen in het algemeen, is overal om ons heen waarneembaar. Veel vol wassenen zonder kinderen richten hun huis zo in dat je niet zonder een onbetaal bare schadeclaim of een uitgebreide WA- verzekering daar op bezoek kan gaan, en dus blijven veel ouders maar weg. Straten in steden en zelfs nieuwe woon wijken zijn voor kinderen vaak geestdo dend - ze kunnen er niet goed spelen en in ieder geval levensgevaarlijk vanwege het verkeer. In veel restaurants kunnen jonge kin deren niet meeëten omdat er geen ge schikt meubilair voor hen is. Als dat er wel is, zijn meestal het tafelgerei en de be diening niet op kinderen ingesteld. Jonge obers en oberinnen leggen zonder schaamte mensen en vorken voor 2- of 3- jarigen neer en geven ze glazen op dunne poten om om te gooien, zodat de ouders het leeuwedeel van de maaltijd met een nat tafelkleed en een druipend zondags pak moeten verorberen. Een toppunt van kind- of eerder nog oudervijandigheid zijn supermarkten. Ze stallen al hun gezondheidsbedreigen de snoepgoed bij de onontkoombare kas sa uit. Als ouder kom je daar zonder ze nuwaanval, tractor of extra uitgaven meestal niet langs. Bedroevend is ook de manier waarop scholen ouders vaak behandelen. Men gaat er eenvoudig van uit dat er altijd een ouder - meestal moeder - beschik baar is, en zien er dus vaak geen been in om een vrije dag of middag pas een week of zelfs een paar dagen van te voren aan te kondigen. Het meest wrange daarbij is misschien wel dat veel werknemers in het Onderwijs (trouwens niet alleen daar) hun baan danken aan het bestaan van kinderen, die ze zelf niet zouden willen hebben. En de vrouwen, die de kinderen wel willen hebben, hebben juist daaraan te danken dat ze geen loon (kunnen) heb ben. Voor die vrouwen zijn de kansen op een baan als de kinderen groot genoeg of het huis uit zijn natuurlijk ook niet gunstig. Want als je op 35ste of 40ste aan een be roepsleven wilt beginnen, blijkt dat nie mand in de samenleving op je zit te wachten. Mijn suggestie voor verdelende rechtvaardigheid is daarom: geef full-ti me moeders voor ieder jaar dat ze als zo danig gewerkt hebben een aantal bonus- punten. Op het moment dat hun moeder- baan overbodig is geworden, kunnen ze de punten inleveren voor een bepaalde periode gratis (her)scholing en een be paald aantal jaren recht op betaald werk. Zo krijgt het moederschap mis schien weer toekomst. door René Diekstra hoogleraar psychologie te Leiden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 35