'Invloed tijdens wedstrijd beperkt'
De Waard heeft met RCL nog lange weg tegaan
'Kunstgras belangrijk voor jeugd'
Cees Vermeulen (LDWS):'Soms is het een ramp om te trainen'
Sportbijlage 1988-1989
Hennie Beerenfenger
geldt als één van de meest
succesvolle oefenmeesters
uit de Leidse regio.
Begonnen bij de
tegenwoordige
hoofdklasser UVS en nu
voor het vierde jaar bij het
in derde klasse acterende
Leiden, kende hij vele
succesrijke seizoenen
waarvan er enkele met een
kampioenschap werden
afgesloten. Een gegeven
waaraan Beerenfenger
nog niet helemaal gewend
is, getuige zijn uitspraak
dat hij "het nog steeds niet
gewoon vindt dat je een
aantal jaren achtereen
succes hebt".
door
Ruud Pattiapon
Hoe gek het ook klinkt, hij is
bepaald niet ongelukkig dat
aan de successenreeks voorlo
pig een halt is toegeroepen. "Ik
wil ook wel eens die andere
kant van de de medaille mee
maken en daarom ben ik ben
blij dat we vorig seizoen een
minder goede fase doormaak
ten. Ik hoop echter wel dat we
er van hebben geleerd nu er een
knik in de opgaande lijn is ge
komen. We moeten er nu aan
werken om dat lijntje weer
strak te krijgen".
Beerenfenger heeft in elk ge-
yal van de minder goede perio
de iets opgestoken. "Ik denk
dat in de afgelopen winterpe
riode - en dat is een tekortko
ming van mijn kant - te vrij ben
geweest met de trainingen. Er
werden teveel partijen ge
speeld en er kwam toen een be
paalde matheid over de ploeg.
Dat wordt het komend jaar an-
Hennie Beerenfengers vierde seizoen bij Leiden
Hennie Beerenfenger:"Als je langs de kant staat, ben je ze
kwijt. (Foto Loek Zuyderduin)
ders. Er zal dan zeker één keer
per week op scherp worden ge
traind want dan moeten ze wel
mee anders vallen ze af. Qua
conditie moeten ze op hetzelfde
niveau zitten".
Concurrentie
De toegenomen concurrentie
- een aantal potentiële selectie
spelers meldde zich op de
Morsch - zal Beerenfenger daar
om niet slecht uitkomen. Vorig
seizoen was de selectie te smal
waardoor er voor minder pres
terende basisspelers vrijwel
geen dreiging bestond hun plek
te verliezen. "De wedstrijd-
mentaliteit is mij toen tegenge
vallen. Een aantal jongens ge
loofde het wel. Ik was toen niet
bij machte om te wisselen maar
gelukkig is het dit jaar anders.
Mijn uitgangspunt weten ze.
Honderdvijftien procent in de
partij en honderd procent door
deweeks. Doen ze dat niet, dan
zakken ze".
Klare taal van de gedreven
Leidenaar, die in de uitgedijde
selectie bovendien Fred Kan-
bier zag terugkeren. De techni
cus zag op het laatste moment
een avontuur bij eersteklasser
Noordwijk niet zitten en keerde
op zijn schreden terug. "Hij
heeft iets meer dan de rest",
loofde Beerenfenger de 'link-
spoot' voor hij wist dat Kanbier
op het oude nest zou terugke
ren. "Hij is erg goed in de ver
snelling aan de bal, heeft een
goede korte kaptechniek en is
in staat iemand vrij voor het
doel te brengen".
Dirigeren
Hoewel er in de ogen van 'De
Beer' te weinig linksbenigen
worden 'geproduceerd' ("mis
schien moet de linkerpantoffel
worden aangehouden") kan hij
zich nu verheugen in een goede
bezetting van de linkerflank.
Niet alleen Kanbier komt voor
die kant in het elftal in aanmer
king maar ook de van LSW
overgekomen Eric Doeselaar
en de uit het derde gehaalde
Kees Linschoten. Aangezien
bij de nieuwe aanwas zich een
aantal oudere spelers bevindt,
hoopt Beerenfenger dat ook
coaching in het veld verbeterd
zal worden. "Met dirigeren en
praten hebben veel spelers
moeite. Dat komt, denk ik, om
dat ze wat jonger zijn. Ik hoop
echter dat er bij die ouderen
spelers zitten die zoveel erva
ring hebben dat ze dat kunnen
overbrengen op de groep".
De invloed van de coach tij
dens de wedstrijd is in zijn ogen
beperkt. "Als je langs de kant
staat ben je ze kwijt. Je kun
maar hele kleine dingetjes cor
rigeren. Doordeweeks moet je
het grote werk doen. Dan moet
je ze voorbereiden om naar een
bepaalde wedstrijd toe te le
ven". Die voorbereiding wordt
door hem zeer serieus genomen
en het oog voor details ("Je
moet belangstelling hebben
voor het randgebeuren") en zijn
betrokkenheid bij de spelers
zal bijgedragen hebben aan zijn
succes. "Ik denk dat ik, voor
zichtig gezegd, aan mijn laatste
jaar zit. Dan heb ik alles meege
maakt. Of je moet kampioen
worden van de derde klasse en
dan die tweede klasse in. Maar
ik denk dat dat dromen zijn
In 1983 verliet
oefenmeester Theo de
Waard het toentertijd met
redelijk succes in de
eerste klasse spelende
RCL, om een dikke vijf
jaar later op Sportpark de
Bloemerd terug te keren.
De Leiderdorpse Racing is
echter nu derdeklasser
want de gouden jaren zijn
voorbij. Vlak na het
vertrek van De Waard
zette het verval in en
hoewel RCL enkele malen
op het nippertje aan
degradatie ontsnapte, was
er geen redden meer aan.
Hoe krijgt de Waard het
geschonden gezicht van
RCL weer in de juiste
plooi?
Een opdracht die de 'genees
heer' uit Ridderkerk niet licht
zal vallen. Waar profclubs zich
te buiten kunnen gaan aan dure
'facelifts', moet er bij de ama
teurs worden geroeid met de
beschikbare riemen. Eerder
hadden de oefenmeesters Lau
rens Mouter en Ton Zoutendijk
iiiet de macht om de teloorgang
te stoppen. Nadat de club was
afgedaald naar de tweede klas
se en nog verder dreigde af te
zakken, zag het bestuur zich ge
noodzaakt in te grijpen. Met de
successenreeks in het achter
hoofd werd de naam van De
Waard weer tevoorschijn ge
toverd. Nog voor het einde van
het afgelopen seizoen nam hy
het roer van Zoutendijk over
maar het mocht niet baten. Als
de rot eenmaal is ingezet, is het
aftakelingsproces moeilijk te
stoppen.
De Waard: "De bedoeling
was om pas in het nieuwe sei
zoen te starten en dan aan te
rugkomen te denken. Hét werd
zes wedstrijden eerder omdat
het met Zoutendijk tussentijds
afliep. Toen werd ik opnieuw
door de voorzitter opgebeld dat
de overeenkomst met Zouten
dijk was opgezegd. Het bestuur
was met hem overeengekomen
dat het beter Was dat hij zijn
werkzaamheden zou beëindi
gen.
Het is netjes gespeeld? De
Waard: "Dat is de gang van za
ken. Pas daarna heeft Minder
hout mij gebeld en heeft mij ge
zegd, we zitten met een pro
bleem, we hebben geen trainer
op dit moment. Zou jij dat op je
willen nemen? Ik heb hem ge
zegd dat ik daar niet om zat te
springen omdat de club er toen
hopeloos voorstond. Het was
een meer theoretische dan een
reële kans die RCL nog had".
De Waard kon dus niet meer
doen dan 'redden wat er te red
den valt'. "Je komt in een situa
tie dat je alles moet winnen. Je
zit in een soort bekercompetitie
zeg maar, want op het moment
dat je verliest, is het gebeurd.
Nou, de eerstvolgende wed
strijd verloren we in de laatste
minuut en dan is het moeilijk
om je te handhaven". Deson
danks behielden de Leiderdor
pers nog hoop op een goed re
sultaat en er werd gepoogd rou
tinier Dick van der Bijl voor het
grote werk warm te krijgen. Bo
vendien verscheen Pierre van
Theo de Waard gaat niet voorbij aan de realiteit. (Foto Loek zuyderduin)
Gemerden weer in de basis en
werd Peter Siera (onmin met
Zoutendijk) er weer bijgehaald.
Zonder de medewerking van
Van der Bijl duikelde RCL toch
naar de derde klasse en de klap
hard aan in de Leiderdorpse
dreven. De Waard: "Dat kun je
wel stellen ja. Als bij zo'n grote
club, die qua ledenaantal en ac
commodatie goed genoeg is om
in de top mee te draaien zo'n
groot verval zit, dan is het moei
lijk die neergaande lijn weer
om te buigen. Je moet nu zelfs
oppassen dat het geen vierde
klasse wordt. Er moet nu ge
werkt worden om terug te ko
men en dat kan zich wel eens
over een langere termijn gaan
uitstrekken. Ik wil daar reëel in
zijn. Toen we uit de eerste klas
se degradeerden werd er ook
hard geroepen dat we weer snel
terug moesten. Dat is best een
loffelijk streven maar gaat
voorbij aan de realiteit".
Voor 'dokter' De Waard zal
het genezingsproces voor RCL
nog een lange tijd vergen. Voor
lopig ligt de ex-eersteklasse pa
tiënt ter observatie in de derde
klasse en kan De Waard niet
meer doen dan "het maximale
rendement uit de beschikbare
mogelijkheden halen". Het
goede voorbeeld is echter dicht
in de buurt te vinden. Ook het
Leidse UVS bevond zich een
tijdlang in de ziekenboeg maar
heeft zich knap hersteld. De
Leiderdorpse Racing, dat een
bijna vergelijkbare (rijke) histo
rie kent, moet zich daar maar
aan spiegelen.
HENNIE BEERENFENGER:"DOORDEWEEKS MOET JE HET GROTE WERK DOEN"
Sportbijlage 1988-1989
Trainer Casper Heerema de Voss (Meerburg)
Voetbal in de
wintermaanden betekent
voor de meesje clubs
uitwijken naar een
nabijgelegen gravelveld
of het parkeerterrein
omdat er op de tot een
bevroren modderveld
omgetoverde grasm^ niet
gespeeld kan worden.
Omdat de nukken van
Koning Winter niet
voorspelbaar zijn
betekenen die maanden
veelal een periode van
stilstand. Zo niet bij de
Zoeterwoudse
voetbalvereniging
Meerburg, die nu een jaar
de beschikking heeft over
een kunstgrasveld.
door
Hans Jacobs
"Trainer Casper Heerema de
Voss noemt de aanwezigheid
van dat extra veld "ideaal". Het
heeft Meerburg dan ook geen
windeieren gelegd. Zowel bij
de jeugd als bij de senioren is
het ledenaantal gestegen en het
eerste team promoveerde van
de vierde naar de derde klasse.
Het kunstgrasveld heeft daar
bij zeker een rol gespeeld. Hee
rema de Voss: "Wij hebben er
voordeel van gehad dat we ook
tijdens de winterstop konden
blijven trainen. We hebben ons
wedstrijdritme gehouden,
maar de overgang naar gewoon
gras leverde toch wel wat pro
blemen op. Je kunt je het kam
pioenschap van vorig seizoen
niet aan het kunstgras toe
schrijven.
De Meerburg-trainer is en
thousiast over de mogelijkhe
den van het kunstgras. "De
voordelen zijn velerlei. Trainin
gen en wedstrijden kunnen
praktisch altijd doorgaan.
Soms kan ik met mijn auto hier
nauwelijks komen door de
plassen op de weg, terwijl het
veld er maagdelijk groen bij
ligt. Na regen heeft het veld
zo'n mooie groene kleur".
"Normaal heb je bij voetbal
maar een paar maanden dat je
zeker weet dat wedstrijden
door kunnen gaan, andere
maanden moet je afwachten.
We hebben hier clubs op bezoek
gehad die zes weken niet ge
traind hadden. Met een kunst-
grasveld hoeft dat niet. Dat is
vooral erg belangrijk voor de
jeugd. Die kan de hele winter
doorgaan. In een slechte perio
de kan je veel oefenwedstrijden
spelen. De eenheid in het team
blijft in stand, de spelers blij
ven ingespeeld. Voor de club is
het belangrijk dat de onderlin
ge band blijft en dat je inkom
sten houdt".
"Wij verhuren het veld ook
aan anderen. Want dat is weer
zo'n voordeel. Het kan dag en
nacht gebruikt worden, weer of
geen weer. Het is veld is in dat
licht bezien niet zo duur. Die
negen ton die zo'n mat kost
haal je er snel uit, want onder
houd is nauwelijks nodig en je
krijgt tien tot vijftien jaar ga
rantie. Als je alleen al ziet wat er
met gras moet gebeuren om het
in orde te houden. Al dat ar
beidsloon spaar je uit".
Aanpassingen
Van de trainer vergt het
kunstgras wel een paar aanpas
singen. "Je hebt een extra brok
oefenstof nodig. Je moet en
kunt het hele jaar oefeningen
geven. Ik heb ook bij Floreant
gewerkt. Daar deed je in de
winter een goede warming-up
en daarna ging je dollen in de
bagger. Dat hoeft hier niet, van
daar die extra oefenstof. Com
binatie-oefeningen bijvoor
beeld. Alles blijft leuk lukken.
Afwerken op het doel kan hier
langs de grond, op veel velden
of op gravel kan dat niet. In de
toekomst mag je daarom, als er
goed getraind wordt, technisch
goed onderlegde jeugd ver
wachten".
Enige aanpassingen zijn wel
nodig. Kauwgom moet in de
mond blijven, stalen of alumi-
niumnoppen mogen niet uit de
tas en roken is verboden. Voor
een enkele ontspannen keeper
of overspannen trainer mis
schien vervelend, maar er valt
mee te leven. Meerburg heeft
reservenoppen in de kast lig
gen, zodat de slecht voorberei
de tegenstander toch uit de voe
ten kan. "Het veld vraagt om
kleine nopjes", zegt Heerema
de Voss. "Onze tegenstanders
moeten eraan wennen dat de
bal wat sneller gaat dan op een
grasveld. Dat zie je het best bij
een dieptepass, die lijkt op
maat te zijn, maar de bal is er
eerder dan de speler".
Omzichtig
"Tegenstanders beginnen
voorzichtig omdat ze niet we
ten hoe hard ze kunnen vallen.
Of ze hebben verkeerd schoei
sel. Gympen zijn te glad. Dat le
vert wel eens geflatteerde uit
slagen op, zoals vorig seizoen,
toen we wonnen van Noord-
wijk. Voor de tegenstander is
de overgang van gras naar
kunstgras groter dan andersom
voor ons".
Casper Heerema de Voss kan
slechts een paar nadelen op
sommen. "De overgang van
kunstgras naar een polletjes-
veld zoals bij Teylingen levert
frustraties op. Dan lukt het
even niet. Dan is het verschil
groot. Spelers raken op den
Heerema de Voss op het kunstgras van Meerburg.
duur verwend. Op de lange
duur kan het ontbreken van bij
voorbeeld slidings voor het
veldvoetbal nadelen opleveren.
Ik vind dat toch een essentieel
deel van het voetbal, maar op
kunstgras komt het nauwelijks
voor".
"Ik zie nog niet gauw gebeu
ren dat we ook op dit veld com
petitie mogen spelen. Voetbal
is een traditionele sport. Bikke
len en knokken horen erbij,
evenals slidings. Heerema de
Voss mag het kunstgras dan
ideaal vinden, de Bodegraven-
aar hecht duidelijk nog aan de
charmes van het 'echte' gras.
Maar de combinatie is perfect.
"Als ik moest kiezen als voet
balliefhebber is de keuze snel
gemaakt: voor een club met een
kunstgrasveld. Dan kun je al
tijd bezig zijn".
Het contrast kan
nauwelijks groter zijn.
Waar Meerburg-trainer
Casper Heerema de Voss
opgetogen kan verhalen
over het kunstgrasveld,
spuit Cees Vermeulen van
competitiegenoot LDWS
onvervalste kritiek op de
veldensituatie in Leiden.
Vermeulen heeft voor
deze winter alvast op vijf
dinsdagen een
kunstgrasveld gehuurd-
bij Meerburg.
Zo aan het begin van de compe
titie ligt het (trainings)veld van
LDWS er fraai bij. "Je moet
over enkele maanden maar
eens komen kijken, dan is het
één modderpoel. Het is echt om
te huilen", weet Vermeulen, die
eerder al (slechte) ervaringen
opdeed bij LFC, Meerburg
(voor de komst van het kunst
gras...) en Unitas Leiden.
"Voor de conditie is het na
tuurlijk wel lekker, die modder.
Maar het is natuurlijk een hele
slechte zaak. Je oefenstof kun
je wel vergeten. Je moet altijd
improviseren. In de winter
huur ik maar spelletjes bij
Sport en Recreatie. Je kunt die
jongens toch niet iedere keer al
leen maar over straat laten lo
pen. Als ze dat wilden waren ze
Vermeiden :"De Sportstichting maakt er elk jaar weer een
aanfluiting van". (Foto Loek Zuyderduin)
wel lid geworden van een atle
tiekvereniging. Je moet voetbal
geven".
"De sportstichting zou eens
meer aandacht moeten beste
den aan het onderhoud van de
velden. Het lijkt wel of ze alleen
het gras willen sparen, maar de
clubs betalen toch huur? Het is
toch idioot dat wij als derde
klasser moeten gaan trainen bij
onze tegenstander in Zoeter-
woude. Dat kost dus geld. Wij
betalen dubbele huur. Ons ei
gen veld, dat niet gebruikt mag
worden en honderd gulden per
uur bij Meerburg".
"Je kunt je leden niet vast
houden. Moeder de vrouw is
ook niet blij met die modder.
Stinken dat dat doet. Ons trai
ningsveld wordt ook nog ge
bruikt door een hondenvereni
ging, dus dan weet je het wel.
Op de lange duur is dit de
doodsteek voor het voetbal. De
jeugd gaat wat anders doen.
Vanuit Zeist en Leiderdorp
hoefje ook niets te verwachten.
Hier gebeurt altijd wat als de
zaak al dood is. Wat voor een
idee is dat nou, straatvoetbal?
Dat is allang afgelopen, er zijn
geen autovrije straten meer.
Zorg gewoon voor een goed
veld, dan komt die jeugd van
zelf wel".
"Als de sportstichting twee
keer per maand de velden zou
rollen dan kan er best op ge
traind worden. Nu wordt er
niets gedaan en wordt de mod
der zo vastgelopen. Ik heb al
eens voorgesteld dat we als ver
enigingen geen huur betalen,
misschien dat er dan wat ge
beurt. Dat de boel eens wakker
wordt geschud. Ik kan me er ie
der jaar weer aan ergeren. De
sportstichting maakt er ieder
jaar weer een aanfluiting van.
Kijk ook maar eens naar onze
tribune. Als je er op gaat staan,
zak je er doorheen. Misschien
verwachten ze dat de club de
zaak zelf opknapt, maar die ver
eniging heeft steeds minder le
den en steeds minder geld".
"Er zouden kunstgrasvelden
moeten komen, hier aan de
Vliet en op de Boshuizerkade.
Die verdienen zichzelf zo terug.
Je kunt dan in de winter ge
woon doorgaan. De club be
houdt zijn inkomsten, de jeugd
blijft, je kunt een competitietje
opzetten. Vorig jaar bij Unitas
Leiden heb ik van november
tot maart niet kunnen trainen.
Nou, dan blijven echt alleen de
idioten over. Het is toch niet
gek dat de mensen thuis blij
ven. Hebben ze de ,hele dag
hard gewerkt en dan moeten ze
's avonds tot hun enkels in de
bagger lopen".
Vermeulen is fel. Bezeten
van zijn sport ziet hij de terug
loop mQt lede ogen aan. Veel
van die teruggang kan voorko
men worden als er maar conti
nuïteit is, als er in de winter
maanden maar getraind kan
worden. Waarom hij zelf niet
kiest voor een club met een be
tere accommodatie? "Die heb
ik gehad bij ZLC. Daar kon je
tenminste een planning maken.
Ik wil nou eenmaal niet zo ver
weg zitten. Natuurlijk probeer
ik om een goede accommodatie
uit te zoeken, maar die heb je
hier in de buurt niet. Soms is
het echt een ramp om te trai
nen, dan gaat de lol er snel af.
Maar ja de hoge heren merken
er achter hun bureau niet zo
veel van. Als het op de receptie
maar gezellig is".
HEEREMA DE VOSS :"MET EEN KUNSTGRASVELD KUN JE ALTIJD BEZIG ZIJN