'Het zijn niet altijd de besten die winnen'
'In de klinieken wordt altijd de motivatie getoetst'
VOlg A
pag. 27
er sprake van overbelasting, is de sporter
overtraind, dan kloppen de verhoudin
gen tussen de hormonen niet. De anabo
len nemen in hoeveelheid af, de catabo-
len overheersen. Er zijn twee manieren
om die verhoudingen tot de normale pro
porties terug te brengen. De sporter in
kwestie laatje anabolen slikken, maar je
kunt als coach ook kiezen voor een perio
de van relatieve rust in de trainingsop-
bouw. Voor mij is het meer dan een ver
moeden dat in bepaalde landen voor de
eerste methode wordt gekozen, voor do
ping dus. Het heeft ons in elk geval wel
eens te denken gegeven dat er hele ploe
gen werden teruggetrokken, zogenaamd
wegens ziekte. In Luzern gebeurde dat
een keer nadat bekend was gemaakt dat
er zou worden gecontroleerd op doping.
De volgende dag liepen al die zieke Rus
sinnen doodleuk in de stad boodschap
pen te doen".
Driftig schudt Robbers het hoofd als
hem de vraag wordt voorgelegd of over-
moeide Nederlandse roeiers en roeisters
zich in navolging van drie wielrenners
van de PDM-ploeg hebben laten inpal
men voor een experiment met hormoon-
preparaten. Zowel Robbers als Compaan
durft er een eed op te doen dat dergelijke
praktijken verre van de roeiploeg zijn ge
houden. Gekozen is telkens, zo bezweren
ze, voor de natuurlijke methode. Temeer
ook omdat stress van invloed is op de
hormonenhuishouding. En, zo zeggen ze
ook, stress laat zich niet oplossen door
wat hormonen te slikken of in te spuiten.
Reserve
Met het naleven van de officiële tekst
van de olympische eed die straks tijdens
de openingsceremonie van de 24ste
Olympische Spelen wordt uitgesproken,
willen Ester de Blocq van Kuffeler uit
Oegstgeest, Guido Alkemade uit Lei
derdorp en Yvonne van Dorp uit Leiden
straks niet volstaan. Enkele weken voor
dat de kostenverslindende, prestigieuze
strijd om de medailles losbarst, leggen ze
alvast hun eigen olympische eed af. De
strekking ervan: in geen geval zullen ze
in Zuidkorea de olympische toerist uit
hangen.
In principe hebben ze niet veel met el
kaar gemeen, uiteindelijk zijn zeilen en
atletiek als takken van sport twee onver
gelijkbare grootheden. Maar als reserves
binnen de NOC-afvaardiging delen ze
deze opvatting: hun bijdrage aan de jacht
op eremetaal moet niet beperkt blijven
tot een sightseeing door Zuidkorea op
kosten van de sponsors van het Neder
lands Olympisch Comité en de Neder
landse Sport Federatie.
Yvonne van Dorp wordt naar de Zuid-
koreaanse hoofdstad uitgezonden als de
schaduw-atlete van wat onderhand met
recht het kijfwijfkwartet mag worden
genoemd. De 4x100 meter estafette
ploeg, die in hoofdzaak bestaat uit prima
donna's die elkaar liever mijden dan ont
moeten, maar die na veel gezeur en ge
krakeel uit persoonlijke motieven tijde
lijk een verstandsrelatie zijn aangegaan.
Dinsdagavond laat lieten de dames en
heren van het NOC zich door een delega
tie van de Koninklijke Nederlandse Atle
tiek Unie overtuigen van de zin van een
vrouwelijke sprintreserve in Seoul, na
dat de Leidse Yvonne van Dorp zich
twee dagen eerder in Hengelo de rapste
van de Nederlandse subtop had getoond.
De 22-jarige atlete van AV Holland, die
met de andere leden van de atletiekploeg
zo rond 7 september naar een trainings
kamp in Japan vertrekt, heeft er tot voor
kort nooit rekening mee gehouden dat ze
zich het NOC-tenue zou moeten laten
aanmeten. "Voor mijn gevoel begin ik
pas, Seoul is voor mij alleen maar meege
nomen. De Spelen van Barcelona pasten
meer in mijn planning. Pas nadat die
meiden besloten met elkaar te gaan lo
pen is Seoul voor mij gaan leven".
Hectische weken
Ze zegt opgetogen te zijn na enkele
hectische weken. Van Dorp is met haar
tijd van 11,69 al tweetiende seconde snel
ler geweest dan derde loopster Maijan
De zeilers Guido AlkemadeEster de Blocq van Kuffeler en Huub Lambriex
(v.l.n.r.): "We gaan in Seoul niet de toerist uithangen". (foto Loek Zu> derduin)
Olij slager, maar ze zal zich met genoegen
schikken in de rol van reserve. "Ik zie het
als een investering in mijn toekomst, die
hoe dan ook op de 400 meter ligt. Dat is
toch mijn afstand, dat nummer heeft al
les. Om een goeie 400 meter te kunnen lo
pen moet je snelheid in de benen heb
ben. Op de eerste zestig meter ontbreekt
het daar nog aan, vandaar dat die 100 me
ter heel nuttig voor mij is".
De reserve zal zich ter plaatse niet op
werpen als vredestichtster, in het geval
de estafettedames als vanouds aan het
bekvechten slaan. Met Nelli Cooman,
Gretha Tromp, Marjan Olijslager èn Els
Vader kortom, met de vier die het on
derling zo moeizaam met elkaar kunnen
vinden - zegt ze goed overweg te kun
nen. "Ik heb me buiten al die conflicten
kunnen houden, en dat wil ik wel zo hou
den", aldus Yvonne van Dorp, die van
plan is zich in Seoul zo veel mogelijk op
de atletiekbaan te laten zien.
En dan niet om toe te kijken hoe snel
en mooi andere atletes lopen, maar ac
tief. Als het kan op een individueel num
mer, maar vooral ook om met de anderen
te trainen "op dat stokkie overgeven".
Want ze moet wel er staan, mocht iemand
onverhoopt door een blessure worden
geveld. Niet dat Yvonne van Dorp daar
op hoopt. "Als een van die vier zich door
ziekte of een blessure zou moeten terug
trekken zou ik dat vreselijk rot vinden",
zegt ze.
Flair
De 24-jarige zeilster Ester de Blocq van
Kuffeler en de 26-jarige zeiler Guido
Alkemade laten zich in vrijwel gelijke
bewoordingen uit. Ze zijn als deelne
mers buiten de boot gevallen tijdens de
kwalificatiewedstrijden voor de Spelen,
en voor zichzelf hebben ze dat geaccep
teerd. Met Marjan Sfeenhuis voldeed De
Blocq vorig jaar in het Franse Hyères
met een vijfde plaats nog wel aan de
NOC-eisen, maar de 470-dames Henny
Vegter en Marion Bultman stelden hun
kandidatuur voor Pusnan, waar het
olympische zeiltoernooi wordt afge
werkt met beduidend meer flair.
En Guido Alkemade slaagde er al
evenmin in zich de status van olympisch
deelnemer te verwerven. "Ik zal me dan
wel niet de deelnemer voelen die ik vier
jaar geleden in Los Angeles wèl was",
zegt hij, "maar dat betekent niet dat ik
daar in Pusan maar een beetje kan gaan
flierefluiten".
Ester: "Als reserve hoor je volledig bij
de ploeg, het is niet zo dat je het bordje
'reserve' op je rug geplakt krijgt, het
wordt in geen geval een vakantie".
Als deelnemer heeft Alkemade zich
destijds aan de Californische kust mate-
Hans Schelling (links) uit Leiden:
moeten doen".
loos geërgerd aan een niet nader te noe
men reserve die uitsluitend uit z'n bed
kwam op een tijdstip dat hem uitkwam.
"Een reserve behoort van de vroege och
tend tot de late avond in touw te zijn, bij
wijze van spreken tot het laatste protest
is behandeld. Er is genoeg te doen. De
motivatie in de ploeg houden bijvoor
beeld. Er wordt van mij verteld dat ik eeh
sfeermaker ben. En inderdaad, ik mag
wel zeggen dat ik "mensen graag oppep.
Natuurlijk ben ik liever vóór mezelf be
zig, maar nu ik niet als deelnemer meega
stel ik me volledig in dienst van de ploeg.
Dus als reserves zullen we dus ook eens
boten moeten poetsen, materiaal contro
leren en, indien nodig, touwtjes vervan
gen. En daar voelen Ester en ik ons niet
te groot voor".
IJkpunt
Meer nog dan de reserves De Blocq en
Alkemade neemt Huub Lambriex uit
Leiden bij de zeilploeg een bijzondere
plaats in. Hij maakt officieel geen deel uit
van de olympische zeilploeg, maar op
kosten van een onderneming die flessen
bronwater op de markt brengt mag hij
als" sparring-partner hand- en spandien
sten verrichten. "In Pusnan staat veel
deining, de stroming is er tegen de wind
in. De omstandigheden komen overeen
met de omstandigheden voor de kust
'Niemand hoeft ons te vertellen wat we
van Scheveningen en in het Marsdiep,
vandaar dat we daar hebben getraind. Ik
geloof best dat ik daar van nut kan zijn
als sparring-partner. Je bent voor de an
der de stabiele factor, zeg maar het va
rend ijkpunt. Stel dat ik daar op de trai
ning harder ga dari degene die meedoet
aan de wedstrijden, dan moet-ie de boel
zo verstellen dat dezelfde situatie wordt
bereikt als in mijn boot".
Zeiler Hans Schelling (£3) uit Leiden
is blij dat hij in Pusnan het water op mag.
EenffiÉfrdl vërvullen zoals Guido Alke
made dat kan, met alle respect. Maar
Schelling gelooft niet dat hij ervoor in de
wieg is gelegd. Hij wil in de trapeze han
gen van de Flying Dutchman, waarvan
Henry Koning de stuurman is. "En al is
het dan nog steeds zo dat een stuurman
hoger in aanzien staat, een werëldstuur-
man kan wel inpakken als zijn beman
ning er niks van kan".
Hij maakt op latere leeftijd zijn debuut
als olympiër, net als de in China vertoe
vende Bettine Vriesekoop uit Hazers-
woC.de een debutante in de dubbele
betekenis van het woord, omdat tafelten
nis voor het eerst als Olympische sport
op de wedstrijdagenda is geplaatst.
Schelling heeft met Vriesekoop ook
gemeen dat hij eigenzinnig is, geen
coach hoeft hem bijvoorbeeld te vertel
len wat hij moet doen eri laten. Zeilcoach
Van der Aat heeft gemeend dat wel te
moeten doen ten overstaan van de ge
broeders Drontmann. Zij zagen zich
door hun coach een rook- en drankver
bod opgelegd. "Bij ons had hij daarmee
niet hoeven aan te komen. Koning en ik
ziin opgegroeid in een tijd waarin je alles
zelf moest doen. Reserves hoeven onze
boot niet te poetsen, wij zijn doe-het-zel-
vers. Niemand hoeft ons te vertellen wat
wel en wat niet mag. Ook de coach niet,
die is aangesteld om ervoor te zorgen dat
alles soepel verloopt. Dat alles is gere-
geld, zoals bijvoorbeeld de appartemen- i
ten. Dat we altijd onze eigen gang zijn ge-
gaan, ik ben er zeker van dat het in ons
voordeel heeft gewerkt. Twee jaar gele
den werden Haakman en Alkemade door
Van der Aat geweldig gepromoot. Daar
viel wel wat voor te zeggen, omdat wij
minder tijd hebben voor de sport. Maar
zoals in alle takken van sport zijn de re
sultaten ook in de zeilsport het belang
rijkst, dus moest Van der Aat wel over
stag. Waardoor de Spelen althans in rela
tie tot de FD-klasse een bijzonder karak
ter krijgen voor Nederland. Voor het
eerst sinds vele jaren vaart er in een
olympisch toernooi een FD mee die in
Nederland is gebouwd".
Verbijstering
r jaar tijd kan er veel gebeuren,
wat dat betreft hoeft alleen het intussen
overbekende verhaal over Han Kulker
uit Voorhout te worden verteld. De no
toire stapper die op zekere dag op de atle
tiekbaan kwam, die zag wat daar zoal ge
beurde, en die er na verloop van tijd
Injeite nog maar net met atletiek be
gonnen, bekeek Han Kulker in 1984 met
interesse de televisiebeelden vanuit het
Colosseum in Los Angeles. "Ik heb toen
geen moment het gevoel gehad dat ik als
atleet naar de volgende Spelen zou gaan.
Dat ik zoveel vooruitgang zou boeken in
vier jaar tijd, dat hield ik niet voor moge
lijk. Temeer niet omdat ik destijds maar
net in de buurt van de B-limiet begon te
lopen als 800 meter-loper".
Tot verbijstering van zichzelf liep hij
twee jaar later vooruit op het schema dat
zijn trainer Bram Wassenaar had opge
steld. Achtereenvolgens haalde Kulker
brons op de 1500 meter van het EK-in-
door in Madrid Enkele maanden later
kopieerde hij die stunt in Stuttgart tij
dens het 'echte' EK. Het jaar daarop haal
de Kulker op het EK-indoor in het Fran
se Liévin goud en brons op het WK-in-
door dat in Indianapolis werd gehouden.
Toen hij dit jaar op het WK-atletiek van
Rome een finaleplaats bereikte, stond
zijn vlucht naar Seoul in feite al vast. Ge
heel volgens zijn karakteristieke stijl
deed de laatbloeier dat: door als het ware
anoniem weg te kruipen in het deelne
mersveld, om vervolgens pas in de spurt
zijn gezicht te laten zien.
Van de nu 28-jarige Kulker wordt ge
zegd dat hij uitsluitend kan gedijen als
men in het deelnemersveld weigert de
pas erin te zetten. Kulker, zo heet het,
heeft baat bij een laag tempo. Zelf ver
foeit hij die reputatie, hij wil er van af.
Speciaal voor Seoul heeft hij het EK-in
door laten schieten. De laatste maanden
heeft hij intensief getraind, veel tempo-
werk gedaan. Meer dan ooit durft Kulker
van zichzelf te zeggen dat hij een relatief
hoog tempo aankan. Een tijd van 3.35 of
daaromtrent heeft hij sowieso in de be
nen. En voor hem is het meer dan een
flauw vermoeden dat hij sneller kan, ook
al heeft hij op grond van de laatst gehou
den wedstrijden in Hengelo en Zürich de
schijn tegen zich gekregen.
Tijd en toeval
Kulker, die zichzelf kenschetst als full-
time atleet en part-time computerpro-
grammeur, weerspreekt met overtuiging
de voorspelling van sommige atletiek-in-
ge wij den dat hij niet eens door de voor
ronden komt.
"De series kom ik in Seoul vrijwel ze
ker door, want dan gaat het nooit zo snel.
En laat ik' m.et betrekking tot de finale
volstaan met te zeggen dat het niet altijd
de snelsten en de besten zijn die winnen.
Want tijd en toeval treffen ons allen".
Vervolg van pag. 19
genomen en dan moeten ze nog eens vijf
dagen geduld hebben. Misschien is er
vijf procent voor wie die wachttijd 'nut
heeft. Bijvoorbeeld vrouwen die door
hun omgeving onder druk worden gezet,
maar eigenlijk liever zouden afzien van
abortus. Dan nog is het een overbodige
regel. In de klinieken wordt altijd de mo
tivatie getoetst en in de gesprekken ko
men die gevallen heus wel aan het licht.
Vrouwen worden dan verwezen naar het
Fiom (een bureau dat hulp geeft aan
vrouwen tijdens hun zwangerschap,
red.) Er wordt vergeten dat nu 95 procent
van de vrouwen het slachtoffer is van een
betrekkelijk kleine groep".
Abortustoerisme
Concrete cijfers over abortus zijn te
vinden in de al genoemde rapportage
van de geneeskundige inspectie en in het
Stimezo-verslag 'Abortus en anticoncep
tie 1985-1986' dat in juni van dit jaar ver
scheen. Onderzoekster Jany Radema
kers komt daarin tot de conclusie dat in
voering van de wet het aantal abortussen
niet heeft beïnvloed.
In vergelijking met 1984 werden er in
1986 zo'n 7000 minder ingrepen verricht:
43.200 tegenover 36.455. Die daling heeft
echter niets met de legalisering te ma
ken. Het abortuscijfer van in Nederland
wonende vrouwen bleef praktisch gelijk:
ruim 18.000. Het aantal buitenlandse
vrouwen dat naar Nederland komt voor
een abortus is aanzienlijk gedaald en
daalt nog steeds. In vrijwel geheel Euro
pa is min of meer een adequate abortus
wetgeving tot stand gekomen. Het 'abor
tustoerisme' heeft zijn beste tijd, of liever
gezegd: zijn slechtste tijd gehad.
Zwangere vrouwen, die om wat voor
Evert Ketting: "De abortuswet
kent een CDA-ideologie en een WD-
praktijk". (foto gpd>
reden dan ook geen kind wilden, hebben
in de afgelopen decennia menige grens
overschreden. Eerst ging het richting
Oostblok, daarna werden Scandinavië
en Engeland het reisdoel, en vervolgens
kwam Nederland in het vizier. Een hotel
in Leiden heeft jarenlang voor een niet
onaanzienlijk deel gedraaid op buiten
landse vrouwen die in het Centrum voor
Geboorteregeling hun zwangerschap lie
ten afbreken.
Nu komen er jaarlijks ongeveer 2000
buitenlandse vrouwen voor een abortus
naar Leiden, en zo'n 500 uit eigen land.
Omdat er in de Randstad vrij veel moge
lijkheden voor abortus zijn, bestrijkt de
Leidse kliniek slechts een kleine regio.
Daarentegen heeft het centrum als een
van de weinige klinieken de bevoegd
heid tot een zogenaamde tweede-trimes-
terbehandeling. Tot twintig weken na de
bevruchting, twee weken onder de grens
van levensvatbaarheid, is in Leiden een
abortus mogelijk.
Zuigcurettage
Willem Beekhuizen: "Het gaat daarbij
meestal om vrouwen bij wie de bloedin
gen blijven aanhouden. Of vrouwen die
denken dat ze de overgang achter de rug
hebben, of jonge meisjes van wie wordt
vermoed dat ze nog geen seksueel ver
keer hebben. Die gevallen worden ook
anders behandeld. In een eerste trimes
ter wordt een zuigcurettage uitgevoerd.
Daarbij wordt een slangetje in de baar
moeder aangebracht. Omdat het embryo
nog week is kan het naar buiten worden
gezogen. Een elegante en veilige metho
de. In een tweede trimester kan er een
miskraam worden opgewekt, of kan er
met een zogenaamde abortustang langs
chirurgische weg worden ingegrepen.
Dat is iets gevaarlijker, omdat het be
schadigingen aan de baarmoeder kan op
leveren. Maar in Nederland wordt niet
geklungeld", voegt hij er meteen aan toe.
Toch ontstond er twee jaar geleden de
nodige beroering toen in het Haagse
Leyenburg-ziekenhuis een abortus werd
uitgevoerd waarbij een 26 weken oude
foetus levend ter wereld kwam. Het werd
door de artsen in een ijskast gelegd. Ze
werden aangehouden op verdenking van
doodslag.
Beekhuizen: "Dat is inderdaad een
voorbeeld geweest van onzorgvuldig
handelen. Met de beschikbare appara
tuur is de levensvatbaarheid heel secuur
vast te stellen. Bovendien werd er in dit
geval gewerkt met medicijnen, en dat is
op zich al gevaarlijker. Chirurgie vereist
nu eenmaal meer zorgvuldigheid".
Vanwege de mogeljkheid van een
tweede-trimesterbehandeling komen
veel buitenlandse vrouwen naar Neder
land, vooral uit Duitsland. Duitse vrou
wen vormen ook het belangrijkste deel
van de buitenlandse klantenkring. In
1986 waren dat er bijna 8000. Uit Spanje
en België kwamen zo'n 4500 vrouwen,
waardoor het totaal twee jaar geleden op
iets meer dan 18.000 gevallen kwam.
Ongehuwd
Andere cijfers uit het Stimezo-verslag
over 1985 en 1986: ruim 80 procent van
het aantal abortussen wordt uitgevoerd
in klinieken, ruim de helft van de vrou
wen is ongehuwd, de gemiddelde leeftijd
van de cliënten is 27 jaar, en de meest
voorkomende leeftijd is 22 jaar.
Ruim 18.000 behandelingen van in Ne
derland wonende vrouwen; dat houdt in
dat bijna één op de tien zwangerschap
pen wordt afgebroken. Twee jaar gele
den werd bij 5,3 per 1000 vrouwen (in de
leeftijd van 15 tot 44 jaar) een abortus uit
gevoerd. Ter vergelijking: in Zweden is
dat cijfer 17,7, in Amerika 27,4, in China
61,5 en in Rusland 181.
Jany Rademakers maakt in haar over
zicht ook onderscheid tussen provincies,
waarbij de cijfers evenzeer uiteenlopen.
Bijna 60 procent van het aantal abortus
sen wordt in de Randstad uitgevoerd.
Het leeuwedeel dus. Volgens haar is één
van de oorzaken daarvan het verschil in
opvatting onder artsen ten aanzien van
abortus. De provincies Limburg, Noord-
Brabant en Overijssel zouden in dit op
zicht het minst 'liberaal' zijn.
Ketting meent dat je voorzichtig moet
zijn conclusies aan die cijfers te verbin
den. "Ik heb zelf onderzoek gedaan naar
een mogelijk onderscheid tussen zieken
huizen en klinieken. Dat was er niet echt.
Ik geloof ook niet dat er regionale ver-
schillen zijn. Nederland is toch een mo
nocultuur geworden. Als je die cijfers
corrigeert, vallen die verschillen ook
weg. Neem nu een kliniek in Amsterdam
met een hoog abortuscijfer. Hoe komt
dat? Omdat in Amsterdam nu eenmaal
veel mensen uit andere landen wonen.
En het is een bekend feit dat het anticon
ceptie-gebruik onder Surinaamse en An
tilliaanse vrouwen notoir slecht is".
Pilpaniek
Dat gebruik van anticonceptie-midde
len is (uiteraard) bepalend voor het aan
tal abortussen. Ketting: "In het begin
van de jaren zeventig was het abortuscij
fer het hoogst, rond 1973 zat het op
22.000. Daarna nam het pilgebruik toe,
steeds meer mannen en vrouwen lieten
zich steriliseren en het condoom werd
beter verkrijgbaar. Binnen vijfjaar daal
de het aantal abortussen naar 15.000".
"Toen kreeg je de pilpaniek. Er kwa
men overspannen berichten over de ge
varen van pilgebruik. Daardoor steeg het
aantal geboorten en abortussen explo
sief. Het abortuscijfer kwam weer op
21.000. Vervolgens bleek het allemaal
nogal mee te vallen, en vrouwen gingen
weer aan de pil (in 1987 was het pilge
bruik hoger dan ooit). Nu zitten we dus
weer op 18.000, en hebben we volgens
mij de grote schommelingen wel achter
de rug".
Door het toenemend gebruik van con
dooms in verband met aids, en door het
teruglopen van het abortustoerisme, zal
in de toekomst het aantal zwanger
schapsafbrekingen nog verder gaan da
len. De toekomst is voor de klinieken in
meer opzichten onzeker. Wat zal bijvoor
beeld de invoering betekenen van het
plan-Dekker, waarmee een andere finan
ciering van de gezondheidszorg wordt
beoogd?
Evert Ketting: "Het is een sprong in
het duister. We zijn er allemaal benauwd
voor". Maar zou een andere financiering
niet minder administratieve rompslomp
met zich mee kunnen brengen? Ketting:
"Dan komt er wel weer een andere bu
reaucratie voor in de plaats. Misschien
dat het wel verandert, maar een wezenlij
ke wijziging verwacht ik niet".
Achteruit
Dus lijkt een zekere centralisatie van
abortus onvermijdelijk, ook om de kos
ten het hoofd te bieden. Ketting: "Dat is
ook zeker een discussie die binnen de
Stimezo gaande is. Gezien de steeds klei
ner wordende behoefte is het aantal van
negentien klinieken inderdaad aan de
hoge kant. Maar iedereen hecht natuur
lijk aan zijn eigen identiteit, en in termen
van bereikbaarheid ga je er onherroepe
lijk op achteruit. Neem het denkbeeldige
geval van een 16-jarig meisje uit Eijsden
dat nog nooit verder dan Maastricht is
geweest en dan voor zoiets ingrijpends
als een abortus opeens naar Den Bosch
moet. Dat kan heel vervelende gevolgen
hebben. Bovendien is het toch te gek dat
je moet gaan inkrimpen vanwege een bu
reaucratie, waarmee je eigenlijk niets te
maken wilt hebben".