Buitenland jaloers op de Flevohof Madeira: bloementuin in Atlantische Oceaan Wandelingen door Wenen PAGINA 6 TOERISME MAANDAG 8 AUGUSTUS 1988 De trots van Herman Eshuis Herman Eshuis gefotogra feerd in zijn trots: de Flevohof nabij het dorpje Biddinghuizen in de Flevopolder. 'Maar als ik over ik en mij spreek bedoel ik wij en ons, het is het succes van velen', zegt de man, die in diver se landen adviseert bij de opzet van ook zo'n themapark. Herman Eshuis (60), bedenker, grondlegger en algemeen directeur van het agrarische attractiepark Flevohof mid denin de Flevopolder heeft er een dagtaak bij. De uit Wier den afkomstige recreatie-ondernemer kan zich bijna als 'attractiepark-adviseur' vestigen. Zelfs uit Indonesië en Brunai komen ze bij hem om te vragen hoe zo'n succesvol 'kijk-, speel- en doepark' tot stand komt. Eshuis reist de wereld rond om anderen van zijn kennis en ervaring te laten profiteren. Uiteraard tegen betaling, maar dat geld is dan weer voor zijn geesteskind bij het polderdorp Biddinghuizen. De ogen van de Flevohovenier glinsteren als hij vertelt over zijn internationale ervaringen. Een maal aan het vertellen over zijn contacten in Japan, Denemarken, Engeland en andere landen met at tractieparkplannen struikelt hij in zijn enthousiasme byna over zijn woorden. Hij is 60, maar heeft de energie van een jonge hond. door Jan van Kooij Herman Eshuis is een self-made- man die nog steeds trots is op zijn Twentse achtergrond. Aan ideeën ontbreekt het de vroegere schoen handelaar nog steeds niet. Van die vindingrijkheid willen steeds meer bankiers, boerenorganisaties, rege ringen en projectontwikkelaars profiteren en dat geeft hem grote voldoening. Hij straalt als hij ver telt hoe hij met zijn vakmanschap menig planoloog, architect of pro jectontwikkelaar een lesje heeft kunnen leren. Fransen "Maar", onderbreekt hij opeens, "de Flevohof gaat altijd voor. Al dat werk voor andere landen moe ten niet schadelijk zijn voor de Fle vohof. Daarom hebben we sinds 1 januari een bedrijfsdirecteur, een econoom, in de persoon van Jan Knegt. Die moet de kar nu trekken. Dan kan ik me helemaal richten op de verdere ontwikkeling van de Flevohof en op het buitenland". "En dan is er nog iets", maakt hij duidelijk. "Ik heb het vaak over ik en mij maar dan bedoel ik wij en ons. Ik doe het niet alleen hier. We hebben 80 man in vaste dienst en zijn het enige attractiepark dat ook in de winter 70 man aan het werk houdt". Daar zijn ook heel vyat vrouwen bij, van wie twee met een Franse achtergrond. Die heeft hij maar wat graag bij de hand als er weer eens Fransen zijn. "Een verhaaltje in het Frans voorlezen, dat lukt me wel. Maar dan denken ze allemaal dat .je die taal goed kent. Daarna komen ze dan met lastige vragen- ...maar goed, daar red ik me wel De Fransen zijn inmiddels heel ver met hun plannen voor een Franse kopie van de Flevohof maar het 'buitenlandverhaal' begint toch in Japan: "Er kwamen altijd veel Japan ners hier. Op een gegeven moment kwamen ze vragen of ik wilde hel pen bij een plannetje voor een agra risch themapark op een schierei land bij Osaka. Daar hadden ze 600 hectare voor beschikbaar. Ik heb er tekeningen voor gemaakt, die zijn geperfectioneerd. Vervolgens heb ik een rapport van 20 kantjes ge schreven dat in het Japans is ver taald. Het plan ligt nog in Japan en wij behouden alle rechten erop maar het is intussen wel zeven jaar geleden dat dat speelde. Betaald hebben ze trouwens wel en vorste lijk. We hebben het hele personeel ervan kunnen inkopen bij een pen sioenverzekering". Toen kwamen de Denen, die bij Hillerod een kolossaal themapark naar Nederlands voorbeeld willen maken. Daar had Eshuis eerst een hard hoofd in, want de Deense landbouw is een stevige concur rent van de Nederlande en tenslot te is de Flevohof bovenal een land bouw- en veeteelt-show, gesticht en gedragen door de standsorgani saties. Het bestuur van de stichting Flevohof, waarin agrarisch Neder land goed vertegenwoordigd is, gaf hem vrij spel en sindsdien rijdt de trein. Maar de laatste tijd gaat deze niet zo hard meer. "Boeren, bankiers, architecten, allerlei adviseurs zijn hier al ge weest. Soms met 80 man tegelijk die dan een heel weekend hier ble ven. Het kapitaal voor de eerste fa se hebben ze inmiddels maar ze hebben los van de grond voor 70 miljoen gulden Deense kronen no dig en dat is nogal wat". Van de Engelse belangstelling voor de Flevohof heeft Herman Es huis nooit zo'n hoge muts op ge had. "Ze lopen de deur bij je plat, vra gen je de oren van het hoofd en je ziet ze nooit meer terug. Dan de ene groep en dan de andere. In een streek onder Birmingham wilden ze iets, maar ik werd er nooit veel wijzer van. Totdat ik vorige week een telefoontje kreeg dat een En gelse maatschappij op Brunai -dat is zo'n Shell-eiland bij Indonesië- een soort Flevohof wilden maken. Het plan bleek van Engelsen te zijn, die hier een paar keer waren geweest". Waar dat op uitdraait, weet hij nog niet, maar als ze wil len, is adviseur Eshuis beschik baar. Jonge boeren Voor Frankrijk ook. 'La cité de la terre' moet in dit land van de grond komen nabij Dijon, nog een Flevo- hof-kopie maar dan veel groter. Es huis toont de ambitieuze tekenin gen van dit project, dat ook al be gon met een toeristisch bezoek aan Flevohof. "Dat was een groep van 50 jonge boeren, die hier de kassen, de be drijven, de dieren en de exposities kwamen bekijken. De reisleider bleek voorzitter te zijn van een jon ge boerenorganisatie. De man was wild enthousiast: vorig jaar kwa men er 16 bussen. Die lui blijven nu allemaal een paar dagen en op een gegeven moment blijkt, dat ze ook zulk spul willen. Een Franse archi tect en ik maken samen een vlek- kenplan, 250 hectare hebben ze be schikbaar en met het geld lijkt het ook goed te zittep. Dat park komt er wel. Nee, niet dit jaar. Als je over zulke projecten praat, dan moet je gauw een jaar of drie voor de be sluitvorming uittrekken en dan nog twee jaar bouwen. Dat wordt dus wel 1993". "De Nederlandse boeren in Frankrijk willen trouwens ook wat. Die denken aan agrarische presen taties die toeristische interessant zijn. De laatste tijd lopen ze hier de deur plat. Jullie moeten eerst zelf maar eens orde op zaken stellen, heb ik gezegd". Illustratief is ook het Indonesi sche verhaal. "Als ik jong was", zegt Eshuis, "dan ging ik erheen. Er is daar zoveel te doen voor men sen die wat willen. Ergens aan de weg tussen Jakarta en Bandung willen ze nu een soort Flevohof stichten maar dan als een modelbe- drijf voor agrarische studenten". Agro-toerisme Vorig voorjaar is hij er geweest. Het bleek, dat de Indonesiërs erop hopen dat de Nederlandse kennis op het gebied van landbouw, tuin bouw en veeteelt aan hun studen ten kan worden overgedragen aan een groot aantal Indonesische klei ne boeren. Die hebben bedrijfjes in een complex met woningen, waar de studenten en eventuele toeris ten dan kunnen wonen. "Kunt u daar wat toerisme bij doen, kreeg ik te horen. Agro-toe risme dus. Voordat ze mij erbij haalden, hadden ze contact met een Australische ontwikkelings maatschappij. Die had een plan ge maakt - ik denk dat het met dollars is betaald. Daarna kwam er een plan uit Hongkong en toen kwam ik. Drie weken heb ik in de rimboe gezeten, met twee jonge Indonesi sche ingenieurs. Alles afgesjouwd, tekeningen gemaakt enzovoort. Het plan van Eshuis heeft nu de hoogste prioriteit. Wil je dat even ontwikkelen, zeiden ze, alsof ik niet meer te doen heb. Ze denken ook, dat ik zo even naar Bukman loop, voor een bijdrage ontwikke lingshulp. Ik heb het plan wel voor gelegd aan de Nederlandse agrari sche industrie en aan ontwikke lingsmaatschappijen. Duik er maar in jongens, heb ik gezegd. Overleg het maar met Den Haag". De Flevohof is internationaal een begrip in 'agro-toeristische' kring, de faam streelt vooral het ego van de Nederlandse agrariër. "Maar wij zijn geen voorlich- tingsbedrijf voor boeren al kijken ze ons wel op de vingers", zegt Es huis. Boeren uit heel het land zijn er bijna dagelijks. Toeristen in de zomer en congressisten in de win ter, de horeca heeft het hele jaar door werk met een jaaromzet van vier miljoen gulden. "En als we 425.000 bezoekers per jaar krijgen, spelen we quitte", zegt de directeur. "Gemiddeld hebben we er 500.000 dus dan weet je 't wel". Ruïnestad Het aanzien van het jongste van de Nederlandse attractieparken verandert elk jaar dank zij de idee ën van Eshuis en zijn medewer kers. Zo speelt de uit Hengelo af komstige Coen van Os, die er als kunstschilder de kost verdient, nog steeds met de gedachte een Griekse ruïnestad te bouwen. Zes miljoen gulden heeft hij nodig - Es huis is er nogal zwijgzaam over. Hij heeft het liever over de varkens, stamboekkoeien, pluimvee, vlin ders en duizenden cactussen. Overigens blijft niet alleen de produktie van de agrarische bedrij ven maar ook de mest van koeien en varkens binnen de hekken van het 150 hectare grote complex. Oók op de Flevohof is de veestapel de •laatste jaren kleiner geworden. "Een paar jaar geleden hadden we nog 110 koeien, nu zijn het er 85 maar de opbrengst is gelijk geble ven. Het is dan ook een supermo dern bedrijf, waarbij de melk naar de eigen kaasmakerij gaat. En is er na afschrijving - per jaar 2,5 mil joen gulden - nog winst, dan wordt die geïnvesteerd. Ik heb 18 jaar ge leden helemaal alleen tien miljoen bijeen gescharreld bij de landbouw en de agrarische industrie. Die tien miljoen gaven ze onder het motto 'kieken wat 't wordt' zoals ze in Twente zeggen. De herbouwwaar de van wat er nu staat is 90 mil joen". Eshuis laat zijn bezoekers niet gaan voordat hij de nieuwste plan nen voor zijn thema- en attractie park heeft ontvouwd: 240 bunga lows bij de 70 die er inmiddels drie jaar staan als 'land zonder grenzen' omdat dit speciaal voor gehandi capten gestichte bungalowpark "loopt als een tierelier". En dan nog een evenementenhal voor con gressen, veefokdagen en grote shows. De ontwerpen zijn klaar. "Ik zit alleen nog te aarzelen tus sen een grote multifunctionele hal voor 10.000 man en een kleinere voor 4.000. Dat doe ik trouwens met Tukkers. Die hebben hier een uitstekende naam". Wenen is de stad van de fiakers. Wil je de Oostenrijkse hoofd stad goed verkennen - zo heet het - dan dient dat te gebeuren vanuit zo'n schilderachtig vigi lante met zo mogelijk een licht dommelende koetsier. Het paard immers weet de weg. Maar is de fiaker dan het enige vervoermiddel waarmee men Wenen kan - verkennen? Wel nee. Het kan ook per bus, per boot en (uiteraard) te voet. Vooral die laatste mogelijkheid wordt-door de WV van Wenen warm aanbevolen. "Wie Wenen echt wil leren kennen moet zich aansluiten bij een van de veertig stand wandelingen", staat in de spe ciale wandelbrochure. De wan delingen duren gemiddeld an derhalf uur en kosten (omgere kend in Nederlands geld) onge veer f.15,- per persoon. De rou tes voeren de wandelaar langs punten die op stadsrondritten niet worden aangedaan omdat er geen tijd voor is of omdat ze alleen te voet bereikbaar zijn. Zo gaat één van de wandelin gen langs de lokaties waar vlak na de oorlog de befaamde film De derde man' met Orson Wel les werd opgenomen. Ook kan een blik worden geworpen op het weinig bezochte grafteken van Wolfgang Amadeus Mozart op het Biedemeier-kerkhof St. Marx. Bijzonder leuk is de wan deling naar de oude huizen en de stille hofjes van de binnen stad. Sommige tochten hebben be paalde thema's. Zoals de Ju- gendstill, de Biedermeier of de geschiedenis van de Ringstras- se. Ook interessant zijn de rou tes die de wandelaars langs de huizen voeren waar beroemde componisten hebben gewoond en gewerkt. Daaronder niet al leen het geboortehuis van Schubert, maar ook het sterf huis van Haydn. Een heel aparte wandeling is die met Melo, een sprookjesver teller die in bijpassende kle ding kinderen en volwassenen op bepaalde plaatsen traditio nele Weense volkssagen ver telt. Melo staat op dinsdag en zondag om 3 uur 's middags bij de hoofdingang van de Step- hansdom op zijn volgelingen te wachten. Kennis van de Duitse taal strekt uiteraard tot aanbe veling. Inlichtingen en folders zijn verkrijgbaar bij het Oostenrijks Verkeersbureau in Amster dam, Singel 464, tel. 020-255933. Madeira was al eeuwen geleden een rustoord voor de Engelse adel en zeevaarders. En later voor de Britten die het konden betalen. Op een beschut plekje tussen de rotswanden schilderde Sir Winston Churchill een van de schitterende dorpjes langs de kust en de Beatles kochten er een restaurant. door Wim van Zutphen De statige architectuur van oude gebouwen en hotels in de hoofd plaats Funchal, de countryclubs en de bijzondere tuinen verraden de historische band van het veel be zongen bloemeneiland met de En gelsen. Die strijken daar jaarlijks nog steeds in groten getale neer. Teatime op de terrassen is in deze Portugese kolonie net zo normaal als in Londen. Maar de bloemenzee, de vele soorten fruitbomen en de prachti ge plaatsjes oefenên samen met het gehele jaar door aangename kli maat echter ook steeds meer aan trekkingskracht uit op de Neder landse toerist. De bezoekers erva ren snel dat op dit eiland in de ar chipel langs de Afrikaanse kust Meer fietsvervoer op Deense treinen De Deense treinen zijn 'fietsvrien- delijker' geworden. In de meeste treinen - met uitzondering van de Intercity's en de regionale treinen op Seeland kunnen passagiers nu een fiets meenemen. In sneltreinen en de z.g. moet wel een plaats worden besproken. Dat kan tot drie uur voor het vertrek. In snèltreinen moet de reis dan ook tenminste dertien tariefzones (zo'n 100 km) omvatten. De prijs voor het vervoer van een fiets bedraagt in de meeste gevallen 40 Deense kronen, ongeveer 12 gulden. De Deense spoorwegen verpak ken de mee te nemen fiets in een plastic hoes, die in samenwerking met de Deense fietsersbond werd ontwikkeld. meer te genieten valt dan alleen het drinken van een glaasje Madeira in de zon. Wie voet aan wal zet wordt meteen gepakt door de charme van de bloemenpracht, die' Madeira zo'n sprookjesachtige uitstraling geeft. Overal schittert het oranje van de fraaie paradijsvogel, de her- kenningsbloem. Maar langs de straten, paden, in tuinen, op dorps pleinen of tegen de meestal geculti veerde berghellingen groeien de meest uiteenlopende bloemsoor ten. Begonia's, camelia's, mimosa en magnolia's ontluiken onder de blauwe hemel tussen de orchidee ën, reusachtige hortensia's, rhodo dendrons, rozen en geraniums. De fruitbomen op Madeira han gen vol met een overvloed aan tro pische vruchten, variërend van mango's tot en met Chinese bana nen. Zo biedt de natuur een impo nerend kleurrijk schouwspel op dit plekje middenin de oceaan op bij na duizend kilometer ten zuidoos ten van Lissabon. Het eiland is maar klein, nog geen zestig kilometer lang en iets meer dan twintig kilometer breed. Maar het afwisselende landschap compenseert deze beperking ruim schoots. Heel opvallend zijn de grote verschillen. Het vrijwel altijd in nevel gehulde westelijke deel maakt een robuuste indruk. Bergweggetjes Kenmerkend zijn de vele met heide begroeide hoogvlakten. In het midden kronkelen de schaarse bergweggetjes door de groene bos sen naar hoogten tussen de 1000 en 1500 meter. In het hartje van het ei land zijn de vormen van een krater nog zichtbaar. Een stille getuige van een vulkanische uitbarsting in de oertijd, waaraan Madeira en an dere eilanden in deze archipel het ontstaan hebben te danken. De duizelingwekkende afgrond bezet met zijn diepte van ongeveer dui zend meter de tweede plaats op de wereldranglijst van kraters. De be zoekers, die de moed kunnen op brengen een kijkje in de diepte te nemen, worden geconfronteerd met een uitgebluste vulkaan. Het toerisme op het eiland con centreert zich vooral langs de zuid kant waar het altijd aangenaam toeven is. Daar laat de zon zich elke dag zien. In de zomer worden er overdag temperaturen bereikt tot 27 graden Celsius en 's winters daalt het kwik niet verder dan 18 graden. Op Madeira is het nooit te warm of te koud. Voor talrijke ou deren is die zekerheid aanleiding een tripje naar het eiland te maken. Gezinnen met kinderen treft men weinig aan in de hotels, pensions en appartementen, die in totaal bij na 15.000 mensen kunnen herber gen. Die gezinnen blijven weg om dat het eiland geen zandstranden heeft. Porta Santo Wie niet buiten dergelijke stran den kan moet zich met vliegtuig of per boot verplaatsen naar het veer tig kilometer verderop gelegen mi ni-eiland Porto Santo. De kosten van zo'n uitstapje vallen erg mee. Trouwens, de gemiddelde prij zen in de hotels en restaurants lig gen ook niet veel hoger dan op het Portugese of Spaanse vasteland. Dat wil de bevolking zo houden, want vergeleken bijvoorbeeld met de Canarische eilanden is een vliegreis naar Madeira niet goed koop. Op het kleine vliegveld kun nen geen grote jumbojets landen. Derhalve is een tussenlanding in Portugal noodzakelijk. Maar de na tuurlijke schoonheid van het ei land maakt deze extra investering in meer dan één opzicht goed. Het gemis aah strand betekent trouwens niet dat zwem- en water sportliefhebbers niet aan hun trek ken kunnen komen. De hotels langs de kust hebben grote (zee lzwembaden met uitgestrekte rots achtige zonneplateaus. Een beetje vergelijkbaar met de kuststrook van Joegoslavië. Het zeewater is kraakhelder. Snorkelliefhebbers kunnen er dan ook het hart opha len. De meeste hotels liggen bij Fun chal, dat met 120.000 inwoners een derde van de eilandbevolking her bergt. Een ?tad met veel architecto nische rijkdommen en kunstschat ten, die een erfenis zijn uit gouden tijden van landbouw en handel. Veel parken, tuinen en brede lanen kenmerken de hoofdstad. Vanzelf sprekend is er wekelijks een bloe men- en een vismarkt. Een kijkje in de grote kathedraal - het oude bis schoppelijke paleis - is de moeite waard. De meeste historische ge bouwen stammen uit de periode tussen de veertiende en achttiende Vissersplaatsjes Maar ook de kleine dorpjes op het eiland hebben hun eigen be zienswaardigheden. Dat geldt bij voorbeeld voor het typische vis sersplaatsje Machico, waar de ont dekkers van Madeira in 1419 voet aan wal zetten, maar ook voor Mon te waar de laatste keizer van Oos tenrijk begraven ligt. Tussen de prachtige bloementui nen in Santana aan de noordkant van het eiland vallen midden in de jaren zijn grote fabrieken ge bouwd, waar tienduizenden vrou wen hun boterham met borduren verdienen. Ook het tapijtmaken en vlechtwerk zijn vormen van kunst nijverheid, die overal op het eiland worden aangetroffen. Het snijden en drogen van riet zal niemand op een tocht over het eiland ontgaan. Dagtochten Het bureau voor toerisme heeft een aantal aantrekkelijke dagtoch ten uitgezet, die een prima indruk van het eiland geven. Het is zeer aan te bevelen onderweg te stop pen om te genieten van prachtige vergezichten die op vrijwel alle uit hoeken van het eiland zijn te vin den. Madeira maakt ondanks alle schoons geen overdreven toeristi sche indruk. In Funchal zijn welis waar wat discotheken en nacht clubs, maar wie van lawaaierigfe boulevards met schreeuwend neonlicht en indringende papat- geur houdt moet zijn vertier elders zoeken. Die sfeer heeft dit eiland niet te bieden. Wel gezellige restau rantjes met levende muziek en een vriendelijke bevolking. Voor velen is Madeira een droomeiland in de Atlantische Oceaan. Maar dan wel met een En gels vleugje.. Madeira vol schitterende vergezichten. Een corso besluit het bloemenfeest i natuur de kleine kleurige huisjes met rieten daken op. Deze vroeger veel gebruikte bouwwijze is op de rést van het eiland vrijwel verdwe nen. Wispelturig gestolde lavastro april. (foto GPD) men zijn te bewonderen in Seixal, een plaatsje dat ligt in de streek waar de beste wijnen van het ei land vandaan komen. Behalve wijn zijn overal borduurwerken te koop. Een hele industrie. In de loop der

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 6