OEKEN
Bert Schierbeek
over mensentaal
Een krans rozen en een zakdoek
Moeizaam leesvoer van Jacques Vriens
Goede en goedkope
verzameling poëzie
De zondeval van een
taöist voor kapitaal
Evenwicht ontbreekt bij Selma Noort
Herdruk van
Tip Marugg
WOENSDAG 20 JULI 1988
Brieven, dagboeken, reisbeschrij
vingen (zowel door de innerlijke
als de uiterlijke wereld), biografi
sche en autobiografische literatuur
zijn momenteel erg geliefd. Een ze
kere romantische trend die, wat
mij betreft, nog best een hele tijd in
de mode mag blijven. Tot dit per
soonlijk getinte genre behoort ook
'Een krans rozen en een zakdoek',
een bundel verhalen, impressies en
portretten van Henk Romijn Meij
er, die wel niet tot onze prominent
ste schrijvers behoort, maar toch
een ferme reeks publikaties (sedert
1956) op zijn conto heeft.
De verhalen in zijn meest recente
boek, voor het merendeel eerder
verschenen in het blad Folia, zijn
inhoudelijk verdeeld in de hoofd
stukken "Toen", "Nu" en "Portret
ten", titels die voor zichzelf spre
ken. In "Toen" blikt de schrijver te
rug op personen en ervaringen in
het verleden in tamelijk impressio
nistische trant en met een onna
volgbare dosis onderkoelde hu-
Tal van personages passeren de
revue, van "Oom Piet" en "Oom
Wim" ("Hij bedoelde het niet
slecht en als de regering hem dade
lijk na zijn rijke terugkeer uit ons
Indië de leidende functie had aan
geboden waarop hij recht had, was
hij misschien geen houzee gaan
roepen") tot de merkwaardigste
onderwijzers, kennissen en trieste
familieleden. Het zijn soms prach
tige stukjes, zorgvuldig gecompo
neerd, trefzeker en vol droge, maar
rake humor.
Een mooi voorbeeld daarvan is
"En nog wel bedankt, juf." dat
krachtig met de deur in huis valt:
"Vreselijke levens moeten sommi
ge mensen hebben geleid! Mensen
'bij het onderwijs', mensen die le
venslang 'voor de klas' stonden.
Juffrouw 'tante Jo' Biervliet bij
voorbeeld die ons op de ulo op een
gregoriaanse dreun de vaderlandse
geschiedenis ingoot vanuit een ver
bluffend geheugen dat ze vast wel
had willen ruilen voor een inne
mend gezicht of een andere frivole
afwijking. Niemand is voor zijn
plezier zo vreselijk vervelend".
Of de vinnige observaties zoals
die in "Kerkgang", een gang die hij
haat, "zonder dat ik die haat voor
iedereen verplicht zou willen stel
len". Kerkgangers worden giftig
getypeerd: "Ik sta zondags vroeg
op om ze naar hun heilige grot te
zien gaan, sjokkend of veerkrach
tig, de moeders veelal in een ge
dekt beige, een tas aan de hand
niets kunnen vinden, en
een beetje verzakt van het krijgen
van al dat fraais dat alweer bijna
volwassen naast ze in het gareel
loopt, opbouwende kinderen waar
aan je kunt zien dat al die bijslag
niet voor niets is geweest". Fluwe
len venijn.
De afdeling "Nu" biedt overi
gens van hetzelfde laken een
scherp gesneden pak. Ook nu weer
impressies van personen en toe
standen, alleen van actueler aard,
in binnen- en buitenland. Toppers
in deze rubriek vind ik "De Trix
Mobiel", over een belendend gezin
dat er een sociaal gezien vrij ge
stoord bestaan op nahoudt; "Park
en woestijn" over het zoeken naar
paddestoelen binnen de bebouwde
kom en de afkeuring daarover van
de omstanders, waarvan er een,
een klein mannetje, zich opwerpt
als natuurbeschermer; "Toch ben
ik van mening dat Jan Timman
moet blijven winnen", over de
moeder van de schaker; en zeker
het verfijnde "Donkere dagen",
waarin de auteur zijn moeder ge
denkt ("Mijn moeder heeft de zo
mer niet overleefd en zo is het maar
beter, veel beter. Achtentachtig
geeft geen onbeslagen uitzicht
meer op de dingen die staan te ge
beuren".)
In "Portretten" tenslotte vinden
we beschrijvingen van auteurs als
Gerard Reve ("Toen Reve nog Van
het Reve was" is ook afzonderlijk
uitgegeven, in 1985), die met zijn ei
genzinnige karakter altijd genoeg
stof biedt voor anekdotes: "Als ik
een poos niets had opgestuurd
voor Tirade belde Gerard me op,
dat wil zeggen, dan ging de tele
foon al heel vroeg in de ochtend en
kreeg mijn slaperig hallo als ant
woord een druk mandolineorkest
waaruit zich na verloop van tijd de
grafstem losmaakte waarover Ge
rard kon beschikken". Een anek
dote goed vertellen is ook een
kunst!
Een groot deel van "Portretten"
wordt verder in beslag genomen
door beschrijvingen van collega's
aan de faculteit Engels te Nijme
gen: instituutchef professor Pnu.
de door Romijn Meijer gehate Prof
Byr, "een overgewaaide native
speaker die zich voor Pnu in het
stof had gebogen in de tijd dat Pnu
een machtige benoemer was", F.R.
Leavis ("Zelden is een zo weinig
vrijwillig gelezen auteur zo vaak
herdrukt") en andere Angelsaksen.
De mooiste, persoonlijkste en
giftigste portretten zijn echter die
van vrouwen voorvechtster Joke
Kool-Smit die over een stel ver
schrikkelijke kinderen blijkt te be
schikken en wie het ook anders
zins aan contactuele eigenschap
pen schort ("Voor mij was ze zoals
ze eigenlijk altijd was geweest,
vriendelijk, gehaast, onpersoon
lijk, een beetje blind"), Bep du Per
ron ("Het is als iets goedmaken,
schrijven over iemand die je goed
hebt gekend en vooral ook
"Willinks Mathilde", waarmede de
bundel besluit.
'Een krans rozen en een zakdoek'
is een krachtig geschreven boek
vol vinnige, kritische, humoristi
sche gevoelsimpressies van soms
meer, soms minder bekende perso
nages uit Henk Romijn Meijers
kennissen-, vrienden- en werk
kring. Een sterke persoonlijke stijl
waarin de auteur onbekommerd
uithaalt dan wel met liefde
koestert, staat borg voor soms
overweldigend leesplezier. Meteen
aanschaffen en bovenop het stapel
tje leesboeken voor de vakantie
.tasten!
ROB VOOREN
Een krans rozen en een zakdoek.
Henk Romijn Meijer. Verhalen, im
pressies. portretten, uitg. Meulenhoff.
Bert Schierbeek is onlangs 70
jaar geworden. De verjaardag is
uitbundig gevierd met toespraken,
erepenningen, boekjes, muziek,
dans en drank - we zouden bijna
vergeten dat Schierbeek, op zijn
beurt ook ons een geschenk heeft
bezorgd: zijn nieuwe boek 'Door
het oog van de wind'.
Na twee dichtbundels, 'Formen-
tera' en 'De tuinen van Suzhou' zet
Schierbeek de lijn van zijn 'roman
gedichten' voort, die tussen 1977
en 1983 resulteerde in de cyclus
'Weerwerk-Betrekkingen-Binnen
werk'. Het nieuwe boek heeft de
zelfde schijn van losheid die de vo
rige zo boeiend maakte, maar de
toon is ernstiger: ziekte, verval en
dood zijn de de drie motieven die
de sfeer van het boek bepalen.
Ook in 'Door het oog van de
wind' is het een eenvoudige buur
man die het verhaal in beweging
zet: José, bewoner van Formente-
ra, het eiland dat een van de con
stanten in Schierbeeks leven is ge
worden en daarmee een constante in
zijn werk. José is een van de vele
stemmen die Schierbeek aan het
woord laat: buren, vrienden, be
kenden en niet te vergeten, schrij-
In eerste instantie lijken de ver
haaltjes van de uiteenlopende ver
zameling sprekers anekdotes zon
der 'meer, langzamerhand passen
ze in het kader van de motieven-
ziekte en dood en drukken ze een
idee over het bestaan uit. Het
Schierbeek-idee: de waardigheid
van ieder mens die geworteld is in
zijn directe omgeving en tegelijker
tijd de mogelijkheid van communi
catie tussen mensen uit heel ver
schillende omgevingen, juist om
dat zij die waardigheid bezitten.
Het meest ontroerende voor
beeld van communicatie is er para
doxaal genoeg één waarbij de
woorden tekort schieten. De vertel
ler beschrijft hoe hij tijdens een
reis door China in contact was ge
komen met de directeur van een
plaatselijk symfonieorkest, 'ik zon
der een woord Chinees/ en Dr.
Weng met vijf woorden Engels'. Ik
vroeg hem welke muziek het or
kest speelt en vervolgens zong Dr.
Weng heel hard/ tatata taaa, tatata
taaade 5de van Beethoven/ toen
was het ijs gebroken/ wij zongen
samen temidden van al die duizen
den Chinezen/ Rosamunda van
Schuberta en/ de kleine Nachtmu-
sik van Mozart'.
Zoals dit voorbeeld aangeeft, for
muleert Schierbeek zijn ideeën
nauwelijks expliciet, hij illustreert
ze, hij maakt de betrekkingen
zichtbaar door zijn collagetech
niek. Zo kan het commentaar van
de verteller (soms in de derde per-
soon: 'de man met de krukken')
overgaan in een uitspraak van één
van de stemmen, maar ook in een
literair citaat. Het belangrijkste
van deze techniek is dat alle hiërar
chie verdwijnt: een observatie van
José over de betekenis van de zee is
even belangrijk als één van de ver
teller over het epos de 'Ramayana'
of één van de auteur Octavia Paz
over hetzelfde werk.
Bij literaire reisgenoten die we
uit de vorige boeken kenden en in
'Door het oog van de wind' terug
keren, Paz Merlau-Ponty en Rol
and Barthes, voegen zich weer
nieuwe: Giorgio Manganelli, Oliver
Sacks en de Markies de Cohdorcet.
Want Schierbeek is niet alleen een
onvermoeibaar schrijver, maar ook
een onvermoeibaar lezer. Een lezer
die de literatuur niet zozeer bij
houdt, maar zich toeëigent, in zijn
werk opneemt. Ook de schrijvers
worden sprekers bij hem.
Het gebrek aan hiërarchie en de
manier waarop Schierbeek de ver
halen aan elkaar last (de tekst
schuift naar links of naar rechts
Bert Schierbeek
een nieuwe spreker
wordt geïntroduceerd) zorgt voor
de schijn van losheid. Schijn. De
motieven en de ideeën zorgen im
mers voor de consistentie van het
boek en bovendien heeft het een
duidelijke cirkelstructuur, 'ik zit
op een stoel/ uitzicht op zee en de
TV/ Pilar knipt mijn haar', lezen we
in het begin, 'ik zit op een stoel/ uit
zicht op zee/ zonder TV/ Pilar knipt
mijn haar', aan het slot. Tussen de
ze twee fragmenten in heeft de ver
teller zich van zijn krukken ont
daan en is José overleden.
Een van de betekenissen van de
titel verwijst volgens het nawoord
naar de oorspronkelijke betekenis
van het Engelse 'window': het oog
van de wind, het gat in de muur
waardoor wij naar buiten kijken.
Niet alleen naar de landschappen -
waaraan Schierbeek prachtige
fragmenten kan wijden - maar
vooral naar de mensen die ze bevol
ken. In dit laatste ligt het voor
naamste belang van zijn werk.
Het is onbegrijpelijk dat Schier
beek nog steeds niet een van de
grotere literaire prijzen heeft ont
vangen. Die verdient hij dubbel en
dwars. Niet omdat hij de zeventig
jaar heeft gehaald en evenmin om
dat zijn oeuvre vanaf 'Het boek ik'
uit 1951 zo consistent is. Maar om
dat Schierbeek steeds weer laat
zien dat de taal een taal van mensen
is. Een ontoereikend communica-
De schoolverhalen van Jacques
Vriens zijn geliefde lectuur. Niet
erwonderlijk als men bedenkt dat
'de school' en alles wat daarmee sa
menhangt jarenlang het leven van
kinderen beheerst. Vriens weet al
tijd aardig de sfeer in en rond de
klas weer te geven. Zijn nieuwste
boek 'Een bende in de bovenbouw'
voor kinderen vanaf 10 jaar vind ik
echter een moeilijk te verteren hap.
Vriens beschrijft de perikelen
van een viertal met elkaar bevrien
de kinderen in de bovenbouw van
een basisschool: Kim, Freddy,
Guus en Marloes. Ze zitten in een
gezellige klas, waarin alle kinderen
in een sfeer van saamhorigheid
met elkaar omgaan. Totdat hun ge
liefde juf weggaat.
De nieuwe meester ('Hoi, ik ben
Jan-Willem Post en ik vind het heel
leuk om bij jullie in de klas te ko
men') is kersvers van de pabo en
heeft de boel niet in de hand. Bra
nieschoppers onder aanvoering
van ene Diederik durven zich weer
te roeren en richten een eng clubje
op: de bende van Donkervliet. Die-
deriks klasgenoten - afgezien van
het viertal - volgen blindelings zijn
orders op. Zelf de nieuwe meester
laat steeds meer aan Diederik over.
dat is wel zo rustig.
De zaak loopt uit de hand als Die
derik een klasgenoot dwingt om si
garetten te stelen. Kinderen en
leerkrachten schrikken zich rot. al
les wordt uitgepraat, Diederik be
keert zich. de rust en gezelligheid
keren weer terug.
Niet echt duidelijk is waarom
Vriens veel in zijn verhaal aandikt
en overdreven voorstelt. Veel doet
onwerkelijk aan. De sfeer in de klas
in het begin: alles is supergezellig.
problemen los je 'gewoon' op met
een kringgesprek. Dat klinkt veel
te simpel.
Ook de plotselinge metarporfose
van meester Jan-Willem is nauwe
lijks voor te stellen: eerst loopt ie
dereen over hem heen, plotseling is
hij de getapte man die het allemaal
in de hand heeft. En hoewel ik niet
wil beweren dat kinderen geen
normbesef meer hebben: welke
klas schrikt nog écht van het stelen
van snoep of sigaretten?
Zoals gezegd: kinderen lezen
graag over schoolsituaties. En in
dit boek zit veel herkenbaars, zoals
het pesten van kinderen en het bui
ten de groep staan. Op een enkel
melig moment na is het vlot ge
schreven, vol actie en spanning.
Maar het verhaal is tevens opper
vlakkig en met weinig raffinement
gemaakt. De hapklare brokken van
Vriens liggen dit keer wat zwaar op
de maag. Gelukkig fleuren de teke
ningen van Joep Bertrams het ge
heel op.
Selma Noort
De Leidse schrijfster Selma
Noort heeft een aantal kwalitatief
goede jeugdboeken op haar naam
staan voor jongeren vanaf 11 jaar.
met 'Een gedeelde hamaca' als uit
schieter. Zij is sterk in het aanvoe
len en beschrijven van zaken die
omgaan in pubers op weg naar vol
wassenheid, dwars liggen met ou
ders. seksualiteit ontdekken en een
eigen weg zoeken.
Ook in haar nieuwste boek 'Meer
dan een schoolkind' komen deze
zaken aan de orde. Mans, 16 jaar en
middelmatig mavo-leerlinge, staat
^2-
overal buiten. Niemand voelt aan
wat in haar omgaat. Ze is een bui
tenbeentje in de klas en thuis is de
sfeer al niet veel beter. Haar vader
is gen autoritaire man die zijn te
leurstellingen in het leven afrea
geert op zijn gezin, haar moeder is
een slovende vrouw die als een
schaduw door het huis gaat.
Maris wordt thuis behandeld als
een onmondig wicht. Het feit dat er
'naar de leer van de kerk' moet wor
den geleefd maakt de sfeer thuis
verstikkend, preuts en schijnhei
lig. Maris trekt zich zo veel moge
lijk terug in haar eigen droomwe
reld, waarin zij fantaseert over een
gelukkiger en vrijer bestaan. Al
leen bij haar klasgenoot Francien -
ook zo'n buitenbeentje - kan Maris
iets over zichzelf kwijt.
Het meisje bloeit op bij de komst
van de nieuwe tekenleraar Bart,
die haar aandacht en warmte geeft.
Ze vertrouwt hem haar verliefd
heid toe, waarop hij met begrip
maar ook met afstand reageert. Het
wordt Mans duidelijk dat hij te
druk bezig is met zichzelf en zijn
problemen om haar erbij te kun
nen hebben.
Toch geeft Bart haar het zetje dat
nodig is om te durven kiezen voor
datgene wat ze zelf wil. Haar koppi
ge vader dwarsboomt echter haar
plannen. Wanhopig loopt ze van
- Illustratie van Joep Bertrams uit 'Een bende in de bovenbouw
huis weg en belandt in een crisis.
En ook al krijgt ze aan het eind haar
zin (ze mag studeren aan de mts),
echt zonnig eindigt het boek niet.
Wat in 'Meer dan een zwijgend
schoolkind' ontbreekt is het even
wicht. Selma Noort is sterk in het
uitbeelden van de eenzaamheid
van Maris en haar strijd om erken
ning van haar verlangens, het
weergeven van de beklemmende
sfeer bij haar thuis. De gesprekken
die worden gevoerd zijn heel na
tuurlijk. Jammer dat zo veel zwak
ke passages afbreuk doen aan dit
geheel. Kernachtige zinnen, waar
in de schrijfster met een paar woor
den een prachtig beeld weet op te
roepen (zoals de preutse sfeer bij
Maris thuis) staan naast langdradi
ge uitweidingen die niets wezen
lijks toevoegen. Dit haalt de vaart
uit het verhaal.
Het gebruik van spreektaal
werkt slordig taalgebruik in de
hand. Enkele voorbeelden 'De
mensen zien er vlot, meest duur en
stuk voor stuk bijzonder uit' en 'Ik
ben verliefd op een vrouw waar ik
niet van weet wat ik ermee aan
moet'. Bovendien maakt de schrijf
ster tijdsprongen die niet altijd
even gemakkelijk te volgen zijn
Mijn voornaamste bezwaar is de
extreme zwart-wittekening van al
le personen. Maris' vader is te veel
een boeman, haar moeder wel erg
gedwee. Slechts enkele personen
(Maris. Francien, Bart) denken na
over het leven en zijn bereid daar
ook offers voor te brengen. Alle an
deren zijn dom. oppervlakkig of lo
pen met oogkleppen op. Kortom
elke nuancering ontbreekt. Dat
maakt het verhaal zwaar, te meer
daar humor ontbreekt. Er kan geen
glimlach af in dit boek.
MARGOT KLOMPMAKER
trams, uitg. Van Holkema
dorf, f 19.90.
Meer dan een zwijgend schoolkind.
Selma Noort, uitg. Leopold, f 24,50.
tiemiddel, dat wel. Tragisch ge
noeg het enige waarover wij be
schikken en tijdens het lezen van
Schierbeek koesteren we de illusie
dat die communicatie mogelijk is.
AUGUST HANS DEN BOEF
Door het oog van de wind, Bert
Schierbeek, Uitgeverij De Bezige Bij.
ƒ27,50.
ADVERTENTIE
KOOYKER
Breeslraat 93.2311 CK Leiden
Tel. 071-160500.
Leidse Plein AZL.
Riinsburgerweg 10.2333 AA Leiden
Tel. 071-160515.
'De morgen loeit weer aan', het
boek waarmee de Antilliaanse
schrijver Tip Marugg op een haar
na de AKO-prijs won, is een ver
koopsucces geworden. Reden voor
de Bezige Bij om 'In de straten van
Tepalka', dat in '67 verscheen, op
nieuw uit te geven.
Hoewel 'In de straten van Tepal
ka' beter is geschreven dan 'Week
endpelgrimage' is het boek minder
van kwaliteit. Minder bezwerend.
De roman bevat teveel losse eind
jes.
Evenals in de twee andere boe
ken van Marugg gebeurt er niet
veel in 'Tepalka'. Hoofdpersoon is
een man die in het ziekenhuis ligt.
Zoals de hoofdpersoon van 'De
morgen loeit weer aan' zittend op
zijn stoep zijn mislukte leven ana
lyseert, zo probeert de man in 'Te
palka', starend naar een gordijn,
greep te krijgen op het bestaan.
Waar ging hef fout, en waarom?
'In de straten van Tepalka' is be
duidend minder dan 'De morgen
loeit weer aan'. Toch is het onzin
om het een mislukt boek te noe
men. Er staan passages in deze ro
man die prachtig zijn. Het lange ge
sprek met de hoer Conchita bij
voorbeeld, dat aldus eindigt:
'Conchita, wij zijn broer en zus
ter, wij zijn beiden uit ons doods
bed gestapt. Wij konden niet ster
ven, omdat wij nog niet hadden ge
leefd. Wil ik je wat vertellen? Ik
heb zonet van de hemel gedroomd.
Ik ben voor Onze-Lieve-Heer ver
schenen, die mij gevraagd heeft
hoe ik op aarde heb geleefd. Hoor
je wat ik zeg? Hij vroeg me over
mijn leven op deze aarde. Weet je
wat ik geantwoord heb? Ik heb ge
antwoord: Ik heb er niet veel van
gesnapt, mijnheer God".
In de straten van Tepalka Tip
Marugg uitgeverij De Bezige Bij.
WIM BRANDS
De zomer is een rottijd.
Als het om boeken gaat dan.
Veel nieuwe titels verschijnen er niet. Het is de tijd van de verzamel
bundels: de kortste verhalen uit de wereldliteratuur, vrouwen over man
nen, honden over katten - werkelijk, de inventiviteit van de uitgevers kent
geen grenzen als het gaat om het bedenken van zomerboeken.
Het nut van die verzamelbundels heb ik nooit ingezien. Waarom zou je
zo'n in de haast samengestelde bundel meenemen naar zee, terwijl er nog
minstens drie ongelezen romans op je nachtkastje liggen?
Gelukkig zijn niet alle zomerse verzamelbundels even obligaat. Zo
heeft Meulenhoff onlangs een goedkope poezie-verzameling op de markt
gebracht. 'Spiegel Internationaal' heet het boek.
Het is een onvolledige bloemlezing, maar dat geven de samenstellers,
Maarten Asscher en Laurens Vancrevel, ook ruiterlijk toe. Wij hebben, zo
schrijven ze, 'slechts' uit de eenentwintig in het Meulenhoff-programma
vertegenwoordigde talen gekozen, "waardoor bijvoorbeeld de hele Arabi
sche, de Centraal- en Noordafrikaanse, de Roemeense, Noorse en Finse
poëzie onbelicht zijn gebleven".
Of dat een groot gemis is, weet ik niet. Wel weet ik dat er meer dan ge
noeg interessante dichters in 'Spiegel Internationaal' zijn opgenomen.
Van sommigen had ik nog nooit gedichten gelezen. Van Pedro Salinas bij
voorbeeld, de Spanjaard die een prachtige tirade tegen de telefoon heeft
geschreven. 'Mijn geloof heet een van de drie gedichten die van hem wer
den opgenomen.
Ik geloof niet in de roos
van papier,
al die keren dat ik haar
maakte met mijn eigen handen.
Ook geloof ik niet in de andere,
dochter van zon en seizoen,
de verloofde van de wind.
In jou die ik nooit maakte,
in jou die ze nooit maakten,
in jou geloof ik, afgerond
zeker toeval.
Asscher en Vancrevel schrijver, dat bij de keuze persoonlijke voorkeur
een belangrijke rol heeft gespeeld. Niet zozeer representativiteit. Ik vind
het een zegen dat ze zich zo hebben opgesteld. Niet programmatisch,
waardoor het mogelijk werd dat zulke uiteenlopende dichters als James
Fenton en Jean Arp in éen boek belandden.
Het boek krijgt daardoor iets onvoorspelbaars. Je hebt nog niet het kor
te wonderlijke gedicht over een metrostation van de Chinees Bei Dao ge
lezen, of de Deen Per Hojholt staat voor je neus met z'n lange zang over
een piramide.
Voor de dichters onder u bevat dit boek trouwens nog een leerzaam ge
dicht van de Tsjech Holub.
Bent u een dichter
Ja, dat ben ik.
En hoe weet u dat?
Ik heb een gedicht geschreven.
Als u een gedicht geschreven hebt, dan betekent dat, dat u een dichter
Maar wat nu?
Gelukkig hoeven wij op die vraag geen antwoord te geven. We slaan ge
woon de bladzijde om.
WIM BRANDS
Spiegel Internationaal: uitgeverij Meulenhoff; prijs: 14.90 gulden.
'Het merk taoïsme dat hier ter con
sumptie wordt aangeboden, mag
niet als een wondermiddel worden
beschouwd en is zeker voor de ge
legenheid aangelengd...', zo merkt
David Payne op in het woord voor
af aan zijn werkstuk van bijna ze
venhonderd pagina's, dat de veel
zeggende titel 'Een taoist in Wall
Street' heeft meegekregen.
Het verscheen vier jaar geleden
in de Verenigde Staten, het heeft
dus lang geduurd voor deze 'gero
mantiseerde Chinees - Amerikaan
se vertelling' in de Nederlandse
boekwinkels kwam. Ik kan mij
voorstellen wat voor kluif de ver
taalgroep Bergeijk aan dit boek
heeft gehad. Want zoals de auteur
in zijn voorwoord duidelijk laat
doorschemeren heeft hij het etiket
van 'geromantiseerde vertelling' er
doelbewust opgeplakt om niet aan
de feiten te kunnen worden opge
hangen. Die zijn voor hem van on
dergeschikt belang. Want zoals hij
het taöisme op zijn eigen maat
heeft gesneden, zo zet hij ook fei
ten, situaties en personen naar zijn
hand. Het lijkt wel levensecht,
maar he.t is het niet.
Het past helemaal in de sfeer van
Paynes dunne verhaal, dat eigen
lijk alleen dienst doet als kapstok
om er een scheepslading min of
meer religieuze betogingen aan op
te hangen. Er worden diepgraven
de parallellen getrokken tussen
taoïsme, christelijke overtuigingen
en de leer van de beurs, in Paynes
verhaal de Dow genoemd. En dat
alles in schier eindeloze metafysi
sche betogen, die bulken van de
metaforen. vergelijkingen en
beeldspraken.
Men krijgt het bij David Payne
beslist niet cadeau. Men moet wel
heel goed nadenken wat er wordt
bedoeld als hij iemand laat zeggen
'Zonder zondeval, zonder een ver
splintering in veelvuldigheid, had
er geen liefde kunnen bestaan.
Liefde is de kracht waardoor de
trieste overblijfselen die in een ver
dorven wereld naar elkaar smach
ten naar elkaar worden getrokken.
Liefde is de poging van de Genezer
zichzelf te helen. Wanneer wij van
elkaar houden nemen wij deel aan
het mystieke herstel van Gods li
chaam'.
Ik zou een berg van zulke citaten
kunnen aanslepen. In het bijzon
der uit het eerste gedeelte van het
boek. Want daarin worden wij
breedvoerig ingewijd in de ach er-
gronden en vooral de diepte van
het taoïsme. Omdat onze hoofdper
soon als zoon van een Chinese
vrouw en een Amerikaanse vlieger
is opgegroeid in een afgelegen
taoïstisch klooster. Ver van wereld
en werkelijkheid. In een omgeving
waarin alleen de leer telt.
Pas op zijn 21ste verjaardag
wordt hij ingelicht over zijn af
komst. Over zijn vrolijke vader en
zijn moedeloze moeder. Over zijn
Amerikaanse achtergrond. En het
ligt voor de hand dat de jonge taoïs-
tische priester besluit naar Ameri
ka te gaan. Met het doel om te pro
beren de 'leer van de Dow' te door
gronden. De leer van de beurs. De
leer van het geld.
Uiteraard een tot mislukking ge
doemde pelgrimage, want ondanks
zijn rijke vader is de alleen met
taoistische stellingen bewapende
jongeman geen partij voor de rat
ten die de beurs bevolken. Lang
zaam vergiftigt de hang naar geld
en macht zijn geest en principes
worden in de jacht naar het kapi
taal een voor een overboord gezet
Gelukkig maar, deze menselijke
misstappen geven de lezer de tijd
om tussen de religieuze betogen
door even op adem te komen. Op
weg naar de volgende beschou
wing, die de uiterste concentratie
vraagt en verdient. Want het blijft
belangwekkend Paynes verhaal te
volgen. Jammer, dat men het niet
in stukken en brokken kan lezen
Dan zou men de draad kwijtraken
Dus blijft men David Payne vol
aandacht volgen. Op weg naar een
open einde.
'Ook al begrijpt de gelovige niet
altijd de soms schijnbaar wrede en
onredelijke, om niet te zeggen op
zettelijke kwaadaardige, bedoelin
gen van de Heer, niettemin gelooft
hij wel'. Dit citaat (pag. 306) zou op
het boek kunnen slaan als men ge
lovige en gelooft zou vervangen
door lezer en leest.
KOOS POST