Bestrijdingsmiddel straks overbodig? Wijze tieners Denkwijzer Leids biotechnologisch bedrijf maakte bintje immuun voor virusziekte Onze taal Ex 1 HA PAGINA 23 Planten onvatbaar maken voor bacterie- en schimmelziekten. Daarmee houdt het Leidse biotechnologische bedrijf Mogen zich op dit moment intensief bezig. Onlangs slaagde men er in met behulp van genetische manipulatie het bekende bintje voor een veel voorkomende virusziekte te vrijwaren. Of de aardappel daarmee voor de industrie geschikt blijft is nog even de vraag, maar daarover hoopt men spoedig duidelijkheid te verkrijgen. door Wim Wegman Medicijnen die nu nog moeilijk te produceren en dus kostbaar zijn, kunnen straks geoogst worden als tarwe op een akkertje. Medicamen ten, vers van het land. En kwetsbare gewassen, die nu nog voortdurend bespoten moeten worden, kunnen straks zonder een druppeltje bestrij dingsmiddel omdat ze afdoende weerstand bieden tegen schimmels, bacteriën en virussen. In de winkels liggen dan groente en fruit die veel smakelijker en beter houd baar zijn dan thans het geval is. En er zijn nieuwe variëteiten verkrijgbaar die in niets meer lijken op wat nu te koop wordt aangeboden. Een toekomstfantasie? Nog wel. Maar toch is die toekomst minder ver weg dan menigeen denkt. Het Leidse biotechno-, logische bedrijf Mogen, dat sinds een paar jaar in de Leeuwenhoek is geves tigd, werkt er in elk geval hard aan die fantasie werkelijkheid te laten worden. Nadelen Mogen kreeg het afgelopen jaar nogal wat publiciteit omdat het als eerste in Nederland een proef wilde houden in de open lucht met planten waarvan het erfe lijk materiaal is veranderd. Het bedrijf heeft onder meer het aardappelras bintje zo onder handen genomen dat het nu niet langer meer vatbaar is voor een door aardappeltelers zo gevreesde virusziek te. Op zichzelf is het veranderen van erfe lijk materiaal niet zo bijzonder. Al sinds duizenden jaren probeert de mens plan ten en dieren die hij van nut acht, te ver beteren. En met groot succes, want de huidige graansoorten bijvoorbeeld, lij ken nauwelijks meer op de grassen waar uit ze zijn voortgekomen. En men moet toch heel goed kijken om nog overeen komsten te zien tussen een pekinees en zijn 'voorvader' de wolf. Door planten en dieren voortdurend te kruisen en krui singen met de beste eigenschappen te se lecteren, is de mens er in geslaagd gewas sen en in het wild levende beesten 'om te n' tot vrijwel volledig 1 Hoewel deze manier van veredelen haar vruchten heeft afgeworpen, heeft ze enkele grote nadelen. Ten eerste moet er vaak vele jaren achtereen geselecteerd en gekruist worden voordat een plant of dier eindelijk die eigenschappen heeft die ze volgens de teler zou moeten bezit ten. Het is bovendien vaak een kwestie van gokken. Een teler die twee planten kruist moet maar afwachten wat hij uit eindelijk in handen krijgt. Een belangrijker nadeel is dat veel planten of dieren simpelweg niet met el kaar te kruisen zijn. Het zou mooi zijn als een plant die onvatbaar is voor een be paalde ziekte, met bijvoorbeeld een to maat zou kunnen worden gekruist. De tomatensoort die daaruit ontstaat zou de kweker vatenvol bestrijdingsmiddelen, en dus handenvol geld besparen. Goed voor het milieu bovendien. Maar helaas, tomaten zijn alleen met tomaten te krui- Ingebouwd Genetische manipulatie kent die nade len niet. Met die methode kan een eigen schap van een soort doelgericht worden 'ingebouwd' in een andere soort. Zo kun nen nu kenmerken van de ene plant wor den overgezet in een andere. Maar ook ei genschappen van bijvoorbeeld virussen, bacteriën of dieren kunnen nu worden geïsoleerd en in planten worden overge bracht. Genetische manipulatie maakt ge bruik van het feit dat elke eigenschap van een organisme is terug te voeren op één of meer eiwitten, enzymen vooral. Peter van den Elzen, directeur van Mo gen: "De kleur van je huid bijvoorbeeld wordt bepaald door enzymen. Die enzy men echter worden op hun beurt weer bepaald door genen, stukjes erfelijk ma teriaal die in de kernen'van cellen zijn opgeslagen. Tegenwoordig is het moge lijk om precies te vast te stellen welk gen een eigenschap bepaalt. Bovendien is men in staat om dat gen 'los te knippen' uit de celkern en over te plaatsen in een ander organisme. Dat organisme krijgt vervolgens de eigenschap die door het gen wordt veroorzaakt". Bij de behandeling van het bintje, dat zeer vatbaar is voor een virusziekte, heeft Mogen gebruik gemaakt van een opmer kelijke eigenschap van de ziektekiemen. Van den Elzen: "Als zo'n virus een cel binnendringt begint het een zeker eiwit te produceren. Dat eiwit wordt door z'n 'soortgenoten' herkend. Laat ik het zo zeggen, als virussen dat eiwit tegenko men weten ze: in deze cel zit m'n zusje, dus daar hoef ik niet meer naar binnen te gaan. Dat eiwit voorkomt, met andere woorden, dat er nog meer virussen de cel binnendringen". "Het bewuste eiwit wordt geprodu ceerd door een bepaald gen in het virus. Wij hebben dat gen opgespoord en via een speciale techniek in de celkernen van het bintje gebracht. De grap is nu dat het bintje zelf het eiwit maakt dat het vi- rifg*buiten houdt. Die aardappelplanten worden dus, als ze met het virus in aanra king komen, niet meer ziek". Nutteloos Daarmee was Mogen er nog niet. Van den Elzen: "Al bij eerdere experimenten was gebleken dat, als een nieuw gen wordt ingebracht, tegelijkertijd ook an dere eigenschappen van de plant kun nen veranderen. En dat is nu juist niet de bedoeling. Een bintje moet een bintje blijven, vooral ook omdat de voedselver- werkende industrie zich voor een groot deel heeft ingesteld op de eigenschap pen van juist deze aardappel. Als die ei genschappen veranderen, als onze bintjes bijvoorbeeld opeens een stuk kleiner blijken te zijn, dan zijn ze nutte loos voor de industrie". Vandaar dat Mogen nu een proef in de open lucht houdt met de bintjes. Die moet uitwijzen of de bintjes oók inder daad bintjes zijn gebleven. Uit laborato riumproeven heeft het bedrijf weliswaar al sterke aanwijzingen gekregen dat dit het geval is, maar volledige zekerheid heeft Mogen nog niet. Want de omstan digheden waarin de bintjes in het labora torium opgroeien zijn uiteraard niet na tuurgetrouw. Als de veldproef, die nu wordt gehou den op een akkertje in de gemeente Dronten, is geslaagd, kunnen de aardap pelen overigens nog niet de markt op. "Omdat het genetisch gemanipuleerde planten zijn vallen ze onder de wet milieugevaarlijke stoffen. Dat klinkt nogal alarmerend. Maar dat is nu een maal de regeling waaronder we voorlo pig vallen". "Al met al zullen de bintjes, gezien alle procedures die ze moeten doorlopen, niet binnen vier jaar verhandeld kunnen worden. Overigens staat voor aardappe len die op de klassieke manier zijn ver edeld eenzelfde termijn". Bij het genetisch manipuleren van bintjes wil Mogen het niet laten. "We zijn niet van plan een produktiebedrijf voor bintjes te worden", zegt Van den Elzen. Over de produkten die Mogen inmiddels op stapel heeft staan wil hij op dit mo ment niet al te veel kwijt. "In het begin Peter van den Elzen (links): "Planten zijn prachtige produktiesysternen. Want wat hebben ze nodig? Zonlicht en een paar zouten. Dat is alles". waren we heel open met informatie. Maar ons is gebleken dat anderen daar heel snel gebruik van maken. Op dit ge bied bestaat kennelijk een groot gebrek aan goede ideeën en men volgt elkaar met grote belangstelling". Toch wil Van den Elzen wel in enkele algemene termen aangeven waarop Mo gen zich in de toekomst zal richten. "We hebben nu één plant resistent gemaakt tegen een virusziekte. Datzelfde kunnen we natuurlijk met andere planten doen. Want de techniek die we voor het bintje hebben gebruikt is ook toe te passen bij andere plantensoorten. Verder willen we proberen planten onvatbaar te maken voor bacterie- en schimmelziekten, iets wat overigens aanmerkelijk lastiger is dan wat we bij het bintje hebben ge daan". "Ik zie voorts een grote toekomst in het verbeteren van gewassen; planten zo omvormen dat ze meer en bovendien be tere vruchten opbrengen. Of volkomen nieuwe eigenschappen hebben. Het zou mooi zijn om planten zo te veranderen dat ze bijvoorbeeld medicijnen of moei lijk te fabriceren chemicaliën produce ren. Want planten zijn zeer goedkope produktiesystemen. Wat hebben ze per slot van rekening nodig? Zonlicht en een paar zouten. Dat is alles". Daarnaast ziet Van den Elzen moge lijkheden in het verwijderen van eigen schappen uit planten. "Het moet te doen zijn om uit een giftige, maar voor de rest nuttige plant het gen te verwijderen dat die plant giftig maakt". De eerste nieuwe produkten na het gene tisch gemanipuleerde bintje zullen, zo verwacht Van den Elzen, echter nog min stens enkele jaren op zich laten wachten. DOOR JOOP VAN DER HORST Over de Tweede Wereldoorlog schrijf ik niet graag. Ik heb die tijd niet meege maakt. Wat zou ik te zeggen hebben, zo lang degenen die het wel meegemaakt hebben er nog niet over zijn uitgepraat Vooral voor hen is het volgende boek in teressant: G.L. van Lennep. Verklarend Oorlogswoordenboek, uitgegeven door Bert Bakker. Amsterdam 1988 24,90). In dit boek zijn woorden bijeengebracht die tijdens de Tweede Wereldoorlog ont stonden of toen een aparte betekenis kre gen. De meeste van die woorden zijn al kort na de oorlog weer verdwenen, of worden alleen nog gebruikt als men over de oorlog praat. Bijvoorbeeld alarmcom pagnie. gelijkschakeling, arbeidsfront, la geroudste en pulpkoekjes. Van Lennep heeft er in 1979 eens een stukje over geschreven in NRC/Handels- blad. Hij kreeg toen zo veel brieven van lezers met aanvullingen, dat hij besloot er een boek van te maken. De woorden zijn alfabetisch geordend en Van Lennep geeft bij de meeste veel informatie over hoe ze gebruikt werden. Ook staat er vaak bij of een bepaald woord 'fout' was. een woord van Duitsers of van 'foute' Ne derlanders, dan wel 'goed', dus in gebruik bij 'goede' Nederlanders Zo waren ar beidsinzet en frontzorg foute woorden Goede woorden waren fluim (bijnaam voor Nederlandse SS-ers die gijzelaars in St. Michielsgestel moesten bewaken) en flitspuit (Nederlands radioprogramma uit Londen) Gelukkig is Van Lennep niet kieskeurig geweest met opnemen. Niet alleen woor den maar ook veel namen van personen, van plaatsen, van oorlogstuig, en nog veel meer, zijn opgenomen. Bijvoorbeeld Eichmann, Fritz Todt, Anton van der Waals, Erica (concentratiekamp in Om men), Vught, Treblinka, Tirpitz (een Duits slagschip), Spitfire, Dora (spoorwegge- schut) en Geraldo (een Engels orkest). Verder zijn ook allerlei rijmpjes en spot verzen uit die tijd opgenomen. Bij Koot, de omgebrachte WA-man, staat' 'Daar gaat Koot/sla hem dood/leg hem in een kissie/doe er dan wat water bij/zwemt-ie als een vissie. Bij Volk en Vaderland staat het bekende rijm: 'Op de hoek van de straat/staat een NSB-er/'t is geen man. 't is geen vrouw' 't is een rasplebejer/met de krant in zijn hand/staat hij daar te ven ten/verkoopt Volk en Vaderland/voor zes losse centen'. Daardoor is het wel eens onduidelijk wat je wel en wat je niet in dit boek mag verwachten. De verzameling is erg wille keurig. Veel namen ontbreken, terwijl an deren die maar weinig met Nederland te maken hebben, wel opgenomen zijn. En erg nauwkeurig is Van Lennep ook niet Van Rappard van bladzij 189 is dezelfde Van Rappard van bladzij 179. Wie bij NSB-er kijkt leest iets heel anders over zwarthemden dan wie bij SS kijkt. Zo zou er nog wel meer commentaar te leveren zijn. Maar laten we liever waarderen wat er allemaal wél in staat. Het is toch een prachtige verzameling geworden Waar zouden we anders moeten op zoeken wat een Mussertkruis is, een kris talletje. een plutocratenzoontje of het Horst Wessellied? Ik bedoel maar: dit Oorlogswoorden boek biedt niet alleen herinneringen voor de oudere generatie, het is ook een na slagwerk voor iedereen die over de oor log leest. Al zullen die laatste gebruikers waarschijnlijk meer aanmerkingen heb ben op de kwaliteit van het boek dan de genen die er zelf bij waren. De laatste twintig jaar is er het nodige onderzoek gedaan naar het verband tus sen de manier waarop ouders kinderen opvoeden en de problemen die ze met die zelfde kinderen krijgen in de tienerjaren. Uit dat onderzoek kunnen we, natuurlijk met enige voorzichtigheid, de volgende conclusies trekken. Jongeren krijgen eer der problemen met hun ouders en zijn eerder geneigd zich van hun ouders wei nig of zelfs niks aan te trekken, wanneer hun opvoeding ofwel sterk autoritair is geweest of heel erg toegevend en verwen nend ("laissez faire" opvoeding). Toch blijkt dat een autoritaire opvoe ding heus niet altijd tot problemen hoeft te leiden. Wanneer ouders strikte regels hanteren, maar hun kinderen (steeds weer) uitleg geven van hun ge- en verbo den en van de gezinsregels, dan blijkt een autoritaire opvoeding nauwelijks méér problemen op te leveren dan een meer de mocratische opvoedingsmethode. Demo cratisch wil zeggen dat de kinderen de ge- en verboden meebepalen en in allerlei gezinsbeslissingen ook een stem hebben. Uitleg door ouders en communicatie tus- sen ouders en kinderen is dus blijkbaar uiterst belangrijk voor een goede ontwik keling van kinderen tot jongeren en van jongeren tot volwassenen. Ouders mogen best behoorlijk streng zijn (misschien is dat zelfs wel beter) als ze maar uitleg ge ven van het hoe en waarom, en als ze maar contact met hun kinderen blijven houden. Waarom is communicatie over ge- en verboden en gezinsregels zo belangrijk? Heel recent onderzoek over de wederzijd se beïnvloeding van ouders en kinderen toont het volgende aan. Veel met elkaar praten, aan elkaar uitleg geven en ge woon veel 'ouwehoeren' heeft niet alleen een gunstige invloed op kinderen, maar verandert ook de ouders zelf in positieve richting. Autoritaire ouders, die boven dien weinig uitleggen, blijken hun kinde ren op 16-jarige leeftijd vaak nog op de zelfde manier aan te pakken als toen ze nog maar 4 jaar oud waren. Strenge ou ders, die wel veel uitleggen, veranderen veel meer met hun kinderen mee. Met andere woorden kinderen leren niet alleen van hun ouders maar voor een goede gezinsontwikkeling moeten ouders ook van hun kinderen leren. Wat kunnen tieners doen om hun ouders zo goed moge lijk op te voeden? Ik zal een aantal suggesties voor tie ners geven. Ik ontleen ze aan een semi nar, dat ik onlangs in Minnesota bij woonde. Op die bijeenkomst gaven tie ners een training aan andere tieners om ze te leren hoe ze het contact met hun ou ders konden verbeteren als dat niet al te best was. De tiener-onderwijzers waren zelf weer getraind door een aantal psy chologen, tijdens die training hadden ze ondermeer andere tieners geïnterviewd over hoe met je ouders om te gaan. De voornaamste boodschap van de 'onder wijzer' aan de 'leerlingen' was: jaag je ouders niet in de gordijnen en zorg er voor dat ze zich niet van je afkeren. Die boodschap werd als volgt onder bouwd. Een van de dingen waarmee veel tieners veel moeite hebben is te erkennen dat je ouders in het algemeen echt wel goeie mensen zijn. Het doet er niet toe dat ze (wat) ouderwets en behoudend zijn. Meestal bedoelen ze het niet slecht, ook al slaat wat ze doen of zeggen in jouw ogen nergens op. Voor jou als jongere kunnen bepaalde verboden een teken van vijan digheid of tirannie lijken, maar vanuit je ouders gezien zijn het meestal uitingen van bezorgdheid. Of je het nou leuk vindt of niet, het redelijk met je ouders kunnen vinden is vaker wel dan niet een essen tieel onderdeel van je ontwikkeling tot een gezonde volwassene. Helaas is het zo dat in bepaalde geval len jongeren gezonder en verstandiger in elkaar zitten dan hun ouders. Zulke jon- door René Diekstra hoogleraar psychologie te Leiden geren hebben het inderdaad moeilijker om het als volwassene te 'maken', want meestal hebben hun ouders hun niet kun nen geven wat ze als kinderen en jonge ren gewoon nodig hebben. Denk verder ook eens na over de volgende stelling: jon geren die niet goed kunnen opschieten met ten minste één van hun ouders, zijn ook vaak degenen die van zichzelf geen positief beeld hebben. Voor de jongeren die de laatste tijd be hoorlijk wat problemen met hun ouders hadden gehad en vooral voor die jonge ren die het gevoel hadden dat hun ouders niet naar hen luisteren, gaven de tiener onderwijzers daarom de volgende tips die volgens hen bij vrijwel alle ouders een wonderbaarlijke werking hebben. 1. Maak het tot een gewoonte (of een op- offering als je wilt) om iedere week in elk geval een paar uur met je ouders door te brengen. Klets met hen, praat serieus met hen of kijk met hen tv, maar dan moet je natuurlijk wel af en toe iets tussendoor zeggen (bv. tijdens de reclame). 2. Vraag af en toe aan je ouder (of ouders) met een baan buitenshuis: "Hoe gaat het op je werk?" (Als hij of zij antwoordt: "Goed", zeg dan:: "Ik bedoel, vertel me eens wat over je werk of je zaak"). 3. Vraag je va der of moeder om raad over iets dat niet al te ingrijpend is, zodat je hun sugges ties zonder al te veel moeite kunt opvol gen. 4. Experimenteer met hun nu eens de waarheid te vertellen over dingen in je le ven waarover je niet eerlijk bent geweest. Als dat nodig is, begin dan met te zeggen: "Ik ben bang dat, als ik de waarheid ver tel, je over de rooie gaat" of "als ik de waarheid vertel, luister dan eerst naar me en praat erover met me, maar blaas het niet meteen op tot weet ik niet wat...". 5. Ruim je kamer op onverwachte mo menten op, zonder daar meteen al te veel ophef van te maken. 6. Geef je ouders af en toe complimenten voor dingen die zé. goed doen. Een andere manier om de verhouding met je ouders (wat) te verbeteren, als die behoorlijk geïrriteerd is, is volgens de tie ners om een beleefdheidscampagne voor een aantal weken te beginnen. Dat kan vooral handig zijn als je iets van ze wil (bijvoorbeeld zoiets kleins als een auto, oj meer geld, of meer vrijheid om uit te gaan, als het in ieder geval maar niet toe stemming is om meer met sex te rotzooien of een motorfiets aan te schaffen, want daar krijgen ze echt de stuipen van). Pro beer beleefd en voorkomend te zijn zon der het sarcastisch of spottend te laten klinken. Dat kan in het begin soms bete kenen: een beetje doen alsof. Maar op den duur wordt het echt. Het helpt als je op ge schikte momenten dingen kunt zeggen als "goeie morgen", "dank je wel" of "sorry, dat spijt me, het was niet mijn bedoeling dat je overstuur raakte". Als het maar enigszins mogelijk is, zeg dan ten minste één keer per week, zonder datje dat is ge vraagd, zoiets als: "Ik zal wel even de vuilcontainer (of de afvalzakken) voor je buiten zetten" of "kan ik iets voor je doen?, ik heb toch een uur over". Het risico bestaat natuurlijk datje ou ders de klompen uitvallen. Mogelijk hoor je ze zelfs tegen elkaar fluisteren datje ze ker uit je gewone doen bent, of niet héle maal in orde. Het is erg belangrijk datje niet trapt in de vallen die zij (onbewust) voor je zetten. Hun reactie kan bijvoor beeld zijn: "Moet je soms iets van ons?" Antwoord dan beleefd zoiets als: "Na tuurlijk, jullie hebben altijd gezegd dat als ik iets wilde ik ervoor moest werken, vandaar". Of ze zouden iets kunnen zeg gen als: "V/at is er mis met jou?" of "hoe komt het dat het zo lang duurde voordat jij een beetje menselijk werd?". Jouw ant woord: "Ik ben tot nu toe niet zo voorko mend geweest en ik probeer nou uit of ik daar misschien vpat verder mee kom". Experimenteer met dit soort verande ringen ten minste een maand lang en be kijk dan eens rustig wat het heeft opgele verd. Als je inderdaad gewerkt hebt naar iets datje graag wilt, vraag er dan op de volgende manier om (of op een manier die er op lijkt): "Ik wil graag ergens met je over praten, maar laat me alsjeblieft eerst uitpraten voordat je nee zegt". Het kan zijn dat je ontdekt dat beleefder met je ouders omgaan het leven ook voor je zelf een stuk gemakkelijker maakt, ook al krijg je niet precies wat je wilt. Beleefdheid is overigens niet altijd een manier om dichter bij elkaar te komen het kan ook een manier zijn om afstand te bewaren en tegelijkertijd dingen voor je zelf uit te zoeken. Het is je eigen zaak of je dan wilt prolperen het contact intiemer te maken of beleefd afstand te houden. Het lijkt misschien allemaal gekun steld, een soort van spel dat je met je ou ders speelt, maar het is een heel wat beter spel dan stommetje met elkaar spelen of op de vijandige toer te gaan. Een soort opfrispauze dus voor als het wat moeilijk zit tussen jou en je ouders en misschien een begin van een wat beter contact. Tot zover het tiener-evangelie. Het spijt me dat ze 25 jaar geleden niet zoiets had den. Dan hadden mijn ouders het heel wat beter bij me gehad. PROEFVELD MOGEN international N.V, De veldproef met genetisch gemanipuleerde bint jes in Dronten. De tent die over het akkertje staat is niet zozeer bedoeld om 'verspreiding' van de bintjes tegen te gaan, maar vooral om de planten te vrijwaren van ziekten en schadelijke insecten. rioto pri

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 23