Van blusemmertje tot handbrandspuit
Oegstgeest verontrust over hoog
baiiumgehalte Put van Menten
Wassenaars museum brengt eeuwen brandweergeschiedenis in beeld
pioenschappen paalzitten
WASSENAAR - Op de hoek
van de Wassenaarse Lang
straat en Molenstraat ging
in de nacht van 12 op 13 no
vember van het jaar 1931
een pakhuis annex hooi
schuur in vlammen op. Bij
de grote uitslaande brand
kwamen twee brandweer
wagens te pas die gezamen
lijk 13.500 liter water op de
vlammenzee afvuurden.
Pas na veertien uur kon het
sein 'brand meester' wor
den gegeven.
door
Conny Smits
Tijdstip van brandmelding, het
aantal manschappen dat hulp bood
of bijzonderheden over aangerukt
materieel: in Wassenaar liggen de
logboeken van jaren en jaren her
ter inzage voor een ieder die maar
is geïnteresseerd. En niet alleen de
logboeken, want het plaatselijke
brandweermuseum in de kazerne
aan de Pieter Twentlaan laat ook
zien hoe branden door de jaren
heen te lijf werden gegdan. Van het
eerste zeildoeken emmertje tot de
al wat modernere bluswagen uit de
jaren twintig zijn er tentoonge
steld.
Beheerder van het museum is
plaatsvervangend commandant
A.J.Th, van Steen. Met de hulp van
een aantal vrijwilligers onderhoudt
hij de collectie en verzorgt rondlei
dingen. "Er komen hier geregeld
schoolklassen of andere groepen",
vertelt hij. "Elke laatste zondag
van de maand zijn we een hele mid
dag open voor publiek. En dat
loopt heel aardig. Laatst telden we
zestig bezoekers op een middag".
Brandweergek
De collectie van het Wassenaarse
brandweermuseum is omstreeks
1920 vrijwel geheel bijeen gebracht
door de toenmalige commandant
van de Wassenaarse brandweer,
G.J. van der Mark. Van Steen: "Je
kunt wel zeggen dat hij een echte
brandweergek was. Alles wat maar
met brand te maken had verzamel
de hij. In zijn tijd was dat nogal on
gebruikelijk, die belangstelling
voor oude spullen. Maar het pretti
ge gevolg is wel dat wij nu beschik
ken over een unieke collectie. Er
staan hier heel wat voorwerpen
waar andere brandweermusea met
een scheef oog naar kijken".
De 'Collectie Van der Mark' is in
derdaad indrukwekkend en omvat
heel wat historisch materiaal. Zo
staan in de museumzaal de linnen
en leren emmertjes die eeuwen ge
leden de enige middelen vormden
om bluswater te vervoeren. Van
Steen: "Als hier een schoolklas
komt, laat ik wel eens een stuk of
zes kinderen op een rijtje staan en
emmertjes water aan elkaar door
geven. Aan het eind van de rij zit er
nauwelijks meer water in zo'n em
mer. Dan kun je je er gelijk een
voorstelling van maken hoe weinig
mensen destijds tegen brand kon
den doen".
Pas in 1650 werd in Duitsland de
brandspuit uitgevonden. Al snel
daarna, in het jaar 1695, schafte de
Wassenaarse baljuw Egbert van
Del.den een dergelijke spuit aan.
Die spuit is nu in het museum ten
toongesteld. Aan het eind van de
brandslang prijkt een rieten korf
om bij het opzuigen van water uit
de sloot viezigheid uit de slang te
houden. Een techniek die volgens
Van Steen nu nog steeds wordt toe
gepast.
Ook de rekening van de eerste
brandspuit, die door paarden
moest worden voortgetrokken,
bleef trouwens bewaard: 424 gul
den en elf stuivers. Van Steen:
"Dat lijkt weinig wanneer je be
denkt dat de moderne wagen die
wij laatst hebben aangeschaft ze
ven ton kostte. Maar voor die tijd
was het een smak geld. En wat had
den ze er nu helemaal voor? Een
houten kist op wielen, meer niet".
Penningen
Niet alleen het blusmateriaal uit
die tijd is bewaard gebleven. Het
museum herbergt ook de talrijke
andere attributen die bij een brand
kwamen kijken. Zo zijn er de pen
ningen die mannen kregen uitge
reikt wanneer ze aan het blussen
hadden meegeholpen. Dat helpen
was trouwens verplicht. Van dege
ne die zich probeerde te drukken
werd voor straf letterlijk 'den hoet
of het opperste kleed in beslag ge-
De verplichting bestond ook
voor Wassenaarse burgers om blus
materiaal in huis te hebben. Een
emmer en lantaarn waren wel het
minste. Forse boetes werden uitge
deeld wanneer de baljuw op zijn
halfjaarlijkse controles constateer
de dat de zaakjes niet op orde wa
ren. De meer menselijke kant van
de Wassenaarse voorvaderen ko
men aan het licht bij het zien van
de gigantische koffiekan met mok
ken die in de vorige eeuw werd ge
bruikt om verhitte blussers van
iets warms te kunnen
Aangezien de zwaailichten en
drietonige hoorns destijds nog niet
waren uitgevonden, bediende men
zich van ratels om de bewoners van
Wassenaar op een brand attent te
maken. Daarnaast hangen aan de
muur van het museum echter de
vervaarlijk uitziende pieken waar
mee plunderaars die hun slagje tij
dens een brand wilden slaan, op af
stand konden worden gehouden.
Aan brandpreventie werd in vo
rige eeuwen ook al gedaan. Uit het
jaar 1717 stamt een document dat
voor het eerst aangeeft dat er spra
ke is van een georganiseerde
brandweer in Wassenaar. Het do
cument heeft als opschrift: 'Keure
ende Ordonnantie, mitsgaders Re
glement op de Brand-spuyt ende
Brand-schouw tot Wassenaer'. Er
werd onder meer in verboden nog
langer daken te maken van riet of
stro.
Rieten dak
Kennelijk is deze ordonnantie la
ter afgeschaft of bijgesteld, want
als er ergens in deze regio huizen
met rieten daken zijn te vinden,
dan is het wel in Wassenaar. Van
Steen kan er als brandweerman
van tegenwoordig over meepraten.
"Als die dingen in de fik vliegen, is
er weinig eer meer aan te behalen.
Die daken zijn gemaakt om water
buiten te houden, dus blussen
heeft meestal weinig zin. Tegen
woordig zijn de meeste huizen met
rieten daken dan ook wel
van sprenkelinstallaties",
Niet alleen de verordeningen
veranderden in de loop der jaren,
vanzelfsprekend ook het brand-
weermaterieel. Van Steen: "Dat is
het leuke van het museum. Dat je
de ontwikkeling ziet van blusem
mertje tot handbrandspuit, van
toorts tot elektrische lantaarn en
van een eenvoudige sjerp om het li
chaam tot een volledig brandweer-
uniform met helm".
Pronkstuk van het museum is de
spuit die prins Frederik in 1848
aanschafte voor Huis de Paauw.
Hij was niet de enige particulier die
er een eigen spuitwagen op na
hield. Van Steen: "Alle landgoede
ren in de omgeving bezaten er een,
want de spuit van het dorp kon
nooit op tijd zijn om de brand te
blussen. De wagens werden met
paarden voortgetrokken en voor
dat die én de manschappen er wa
ren, was de brand al bijna uitge
woed".
Het is volgens Van Steen aardig
om te zien hoe het verschil tussen
arm en rijk aan de spuiten duide
lijk is af te lezen. "Of liever gezegd:
het verschil tussen rijk en héél rijk.
Sommige spuiten zijn heel sober
uitgevoerd, terwijl die van prins
Frederik barst van de tierlantij-
Fans
Het is duidelijk dat Van Steen
zelf een van de grootste fans van
het museum is. In navolging van
Van der Mark zorgt hij ervoor dat
telkens wanneer materieel wordt
afgestoten, een deel ervan voor het
museum bewaard blijft. Ook oude
re voorwerpen komen er nog wel
bij om, door vrijwilligers gerestau
reerd, te worden bijgezet.
Van Steen: "Dat restaureren is
een precies karweitje. Het liefst ge
bruiken we de originele verf om
een bluswagen zo natuurgetrouw
mogelijk op te knappen". In het be
gin moesten vrijwilligers, zo vertelt
hij, wel eens worden afgeremd.
"Dan schuurden ze alles eraf en ga
ven ze zo'n ouderwetse spuit een
flinke laag blinkende lak. Maar die
wagentjes werden vroeger hele
maal met de hand gemaakt. Die za
gen er heus niet zo mooi uit".
Nog steeds is er ruimte om nieu
we stukken in het museum te
plaatsen. Toch is een verhuizing
vanuit het voormalige koetshuis
van prins Frederik aanstaande. De
bedoeling is dat de brandweer over
twee tot drie jaar verhuist naar een
nieuwe kazerne. Het museum zal
dan worden ondergebracht in de
kelders van het gemeentehuis waar
tegelijkertijd meer ruimte voor de
collectie beschikbaar is.
De kelders van het raadhuis fun
geerden al eerder als onderkomen
van de 'Collectie Van der Mark', zij
het dat zij toen slechts als opslag
ruimte dienden. De collectie be
landde er ongeveer vijftig jaar gele
den toen er in het toenmalige poli
tiebureau aan de Van Zuylen van
Nijeveltstraat geen plaats meer
voor was. Nog geen vijf jaar gele
den werd besloten de historische
stukken opnieuw ten toon te stel
len en kon de kleindochter van
commandant Van der Mark het
officieel heropenen.
Gevaarlijk
Wassenaar is trouwens lang niet
de enige gemeente die beschikt
over een brandweermuseum.
Museumbeheerder Van Steen bij e
Naast het nationale
Hellevoetsluis bestaan er in diver
se andere steden en dorpen musea
met brandweermateriaal. Van
i de pronkstukken van het Wassenaarse brandweermuseum. "Brand fascineert de
Steen: "Brand fascineert de men
sen nu eenmaal. Ik denk dat dat
komt doordat we er eigenlijk bang
voor zijn. We kunnen brand tegen
woordig aardig bestrijden, maar zee bevindt. Zo heb ik eens meege-
het blijft gevaarlijk. Het onzekere maakt dat de kogels ons tijdens het
van branden is dat je nooit weet blussen om de oren vlogen. Stond
wat zich allemaal in zo'n vlammen- er een kist munitie in dat gebouw".
De kazerne waar het Wassenaarse brandweermuseum nu nog is gehuisvest. Binnen enkele jaren zal een nieuw
onderkomen in de kelders van het gemeentehuis worden betrokken. (foto Jan Holvast»
OEGSTGEEST - Het grondwater
in de Put van Menten, oftewel het
toekomstig recreatiegebied de
Klinkenbergerpias in Oegstgeest,
bevat een te hoog bariumgehalte.
Barium wordt onder meer gebruikt
in bestrijdingsmiddelen. Dat blijkt
uit een verkennend onderzoeks
rapport van de provincie.
De gemeente Oegstgeest vindt
de uitkomsten van het rapport ver
ontrustend en vraagt de provincie
om een vervolgonderzoek. Ook het
oppervlaktewater en de oevers
moet worden nagekeken, aldus de
gemeente. De provincie had al eer
der toegezegd ook het oppervlakte
water te onderzoeken. Dat onder
zoek schijnt inmiddels te zijn afge
rond, maar de gegevens waren gis
teren bij de voorlichters niet be
kend. De betreffende ambtenaren
zijn allen op vakantie. Of de provin
cie een onderzoek gaat doen naar
de kwaliteit van de oevergronden
is ook niet bekend.
Volgens CDA-raadslid Hellinga
is er alle aanleiding voor een ver
volgonderzoek. De provincie heeft
volgens Hellinga niet gekeken naar
het oppervlaktewater en de puin-
stort rondom de oevers. "Onze Jein-
deren moeten straks in de put gaan
zwemmen en recreëren langs het
water. De gemeente voelt zich ver
antwoordelijk voor het milieu".
In principe heeft de gemeente
Oegstgeest niets met het recreatie-
plan te maken. De provincie is
straks de eerste verantwoordelijke
als beheerder van de plassen. Nu is
de Put van Menten nog in het bezit
van projectontwikkelaar Kortswa-
gen uit Oegstgeest. De provincie
gaat pas tot kopen over als alle on
derzoeksresultaten verwerkt zijn.'
Zij vindt de uitkomsten van het
verkennend grondwaterrapport in
ieder geval niet veronrustend.
"Mocht blijken dat de provincie
de Put van Menten toch koopt, ter
wijl de gemeente Oegstgeest de on
derzoeksresultaten niet bevredi
gend vindt, dan kan de gemeente
via het bestemmingsplan Voorhof-
polder de ontwikkeling van de Put
van Menten tot recreatiegebied
Volgens CDA-raadslid Hellinga geeft onder meer de jarenlange puinstort op de oevers
plas aanleiding tot een vervolgonderzoek. "Onze kinderen moeten straks in de put gaan
i de Klinkenberg er-
blokkeren. Maar ik neem aan dat CDA-raadslid vindt het allemaal "Aan de andere kant geef ik ze ge-
de provincie zelf geen kat in de zak wel 'erg lang duren', voordat de lijk dat er een gedegen onderzoek
wil kopen", aldus Hellinga. Het provincie een beslissing neemt. moet plaatsvinden".
Ricciotti
In het Zoeterwoudse centrum voor ge
handicapten Swetterhage treedt zondag
van vier tot vijf uur het Riciotti-ensemble
op. Dit gezelschap vertolkt klassieke
muziek op een hedendaagse manier
door aangepaste arrangementen en
door beweging. Ook de Zoeterwoudse
bevolking is welkom.
Bejaardenreisje
Op woensdag 7 september organiseert
het Oranje Comité Zoeterwoude weer
een reisje voor bejaarden. |n principe
worden hiervoor alle Zoeterwoudse be
jaarden persoonlijk benaderd. Degenen
die dit jaar 65 jaar zijn geworden of pas
in Zoeterwoude zijn komen wonen,
wordt aangeraden voor 15 augustus te
lefonisch contact op te nemen met de
heer Van der Hoeven, 071-410625.
Expositie
Op de zolders van het Ambachts- en
Baljuwhuis in Voorschoten exposeren
van 23 juli tot 21 augustus drie jonge
kunstenaars: Jaap van Es, Martinka
Jansen en Ellen van Wijhe. Zij tonen te
keningen en schilderijen. De tentoon
stelling is dagelijks geopend van twee
tot vijf uur aan de Voorstraat 12. Toe
gang gratis.
Kunstmarkt
Op het Pleintje bij de Pomp in Warmond
is vandaag weer de zomerkunstmarkt.
Van tien tot zes uur geopend.
WIJ ZIJN HET PROMOTIE-TEAM VAN UW DAGBLAD
Om 22.00 vanavond is de start van het
kampioenschap paalzitten in Noordwijkerhout. Wij
zullen morgen de paalzitters een warm hart
toedragen.
Voor u hebben wij bij ons: stickers, zonnekleppen,
vlaggetjes en de ZOMER BEWAARFOLDER. Volop
informatie over de Olympische Zomer Spelen in
Seoul. U maakt kans op een prijs.