'Niet het kind staat nog
voorop, maar het geld'
'Einde apartheid is nog lang niet in zicht'
Interview
LOM-scholen ontkomen niet aan snoeimes Deetman
'Confessioneel gebonden organisaties worden uitgehold
PAGINA 2
WOENSDAG 15 JUNI 1988
Het speciaal onderwijs is niet aan de bezuinigingsdrift van
de minister ontsnapt. Steeds weer verschijnen nieuwe
circulaires, worden oude ingetrokken en zijn er geruchten
over komende maatregelen. Het beleid is verwarrend, de
onzekerheid groot. Het onderwijs voor kinderen met
leermoeilijkheden is de laatste jaren veel sterker gegroeid
dan verwacht. Tot grote schrik van minister Deetman
(onderwijs), want de kosten groeiden mee. Voor de
bewindsman, die toch kampt met te hoge uitgaven,
voldoende aanleiding om de geldkraan dicht te draaien:
per 1 mei besloot hij om voor drie minuten per leerling per
week minder lestijd te vergoeden.
door
Constant Julien
"Omdat zijn begroting niet klopte
heeft hij die vergoeding terugge
draaid. Het uitgangspunt van het
beleid is verschoven van het kind
naar het geld. Dit moet in het be
lang van het kind natuurlijk an
dersom zijn". Directeur G. Schrik-
kema en zijn plaatsvervanger P.
Hoogenboom van 'De Twee Sleu
tels' in Leiden, een school voor kin
deren met leer- en opvoedings
moeilijkheden (LOM), maken zich
zorgen. Zij vrezen is dat kinderen
door het huidige onderwijsbeleid
uit de boot zullen vallen.
Schrikkema: "Het gevolg is dat
we een leerlingenstop hebben in
gevoerd. We weten nu niet of we
volgend schooljaar met negen
groepen kunnen doorgaan, of dat
het er acht worden. De groepen
maken we niet groter dan zestien
leerlingen. Dat is wettelijk niet toe
gestaan en gaat ten koste van het
onderwijs. De kinderen hebben de
aandacht die nu aan ze wordt be
steed nodig en dat willen we niet
verminderen".
In Leiden en omstreken valt het
overigens wel mee met een grotere
vraag naar speciaal onderwijs.
Schrikkema schrijft dat toe aan
een "kindvriendelijk klimaat" op
de gewone basisscholen in de re
gio. waarin het individuele kind de
aandacht krijgt die het nodig heeft.
Zijn vrees is echter dat de aanhou
dende onrust in het onderwijs dat
klimaat zal aantasten.
Aderlating
Het snoeien in de vergoedingen
is niet de eerste maatregel waar
mee Deetman het speciaal onder
wijs confronteert. Vorig jaar al be
sloot hij de teldatum te verschui
ven van 16 april naar 16 januari. De
school krijgt nu geen geld meer
voor leerlingen die na de teldatum
op school komen.
Voor scholen in het speciaal on
derwijs is dat een financiële aderla
ting. "Rond de schoolvakanties
zijn er altijd leerlingen die van het
basisonderwijs overgaan naar het
speciaal onderwijs. De groep die
rond de paasvakantie overstapt
wordt nu niet geteld", aldus
Schrikkema.
Met zijn bezuinigingen loopt
Deetman vooruit op een onder
zoek. dat op last van de Tweede Ka
mer is ingesteld naar de oorzaken
van de groei van het speciaal on
derwijs. In afwachting van de re
sultaten besloot het parlement eer
dere bezuinigingsvoorstellen, in
1986, met goed te keuren. Inmid
dels is dat onderzoek afgerond.
In hun rapport 'de groei van het
speciaal onderwijs' schrijven de
hoogleraren Doornbos en Stevens
de groei toe aan 'een complex van
vaak nauw met elkaar vervlochten
ontwikkelingen, zowel in het on
derwijs als in de gezinnen en de
omringende maatschappij'.
Terwijl het de bedoeling was om
kinderen met problemen op regu
liere scholen te houden, zijn de
doorverwijzingen naar het speciaal
onderwijs alleen maar toegeno
men. De oorzaak hiervoor wordt
gezocht in problemen in het basis
onderwijs, dat al eerder te maken
kreeg met bezuinigingen. Deetman
lijkt zo de wrange vruchten van
zijn eigen beleid te plukken.
De bewindsman - niet voor een
gat te vangen - denkt er alsnog een
mouw aan te kunnen passen door
het basisonderwijs beter uit te rus
ten voor de begeleiding van pro
bleemkinderen. Het is de bedoe
ling dat de speciale scholen daar
aan meewerken.
Bevriezing
De plannen van de minister zijn
gevat in een notitie met de lange ti
tel 'Groeibeheersing in het speciaal
en voortgezet speciaal onderwijs in
samenhang met zorgverbreding in
het basisonderwijs en voortgezet
onderwijs'. Een hele mondvol,
maar het komt er op neer de specia
le scholen de komende vier jaar te
maken krijgen met een 'bevriezing'
op het niveau van 16 januari 1987.
Ze krijgen er dus voorlopig geen
cent meer bij.
De scholen worden bovendien
gestimuleerd minder leerlingen
aan te nemen, want minder leerlin
gen betekent niet direct minder
voorzieningen. Leerkrachten die
zogenoemd boventallig zijn. mo
gen voor 60 procent werkzaam blij
ven op de eigen school. De rest van
de werktijd (40 procent) moeten zij
besteden aan samenwerking met
het basisonderwijs. Tegelijkertijd
worden reguliere scholen beter uit
gerust voor de opvang en onder
wijs van probleemkinderen. Dit al
les moet leiden tot kleiner en beter
speciaal onderwijs.
Zo hoopt Deetman, uiteindelijk
voor minder geld, twee vliegen in
één klap te slaan. Maar is dat prach
tige plan ook praktisch uitvoer
baar? De leiding van De Twee
Sleutels ziet het somber in. Hoog
enboom: "Moeten leerkrachten
dan naar een school aan de andere
kant van de stad? Dan kunnen ze
net een hand geven en moeten ze
weer terug". Toch zijn hij en
Schrikkema wel voorstander van
de plannen zoals ze nu op tafel lig
gen:
"Wat ons betreft mag de bevrie
zing doorgaan. Het geeft ons ten
minste zekerheid in de komende
vier jaar. Zeker voor onze school
waar het leerlingenaantal al enkele
jaren stabiel is. Met de bevriezings
regeling kan De Twee Sleutels blij
ven functioneren. We hebben nu
zelfs een bovenformatie voor vier
leerlingen, wat betekent dat we bij
het doorgaan van de plannen vol
gend schooljaar vier kinderen
meer kunnen opnemen".
"Als we in het onderwijs niet ak
koord gaan met de bevriezing en
het plan gaat niet door, dan is het
dreigende alternatief van Deetman
het botweg verder inkrimpen van
het speciaal onderwijs. Dat zou
ernstige gevolgen hebben voor de
kwaliteit die we nu bieden".
Maar twijfels over de toekomst
blijven leven bij de LOM-schooldi-
recteur. "Stel dat de bevriezing
doorgaat. Er komt gegarandeerd
weer een tegenvaller voor de mi
nister. Wie zegt dat de regeling dan
niet wordt teruggedraaid of veran
derd. En wat gebeurt er na die vier
Schrikkema (links), Hoogenboom en vijf leerlingen van De Twee Sleutels: "De mogelijkheden om probleemkin
deren zoveel mogelijk op de basisschool te houden zijn door de bezuinigingen verkleind. Leerkrachten raken gede
motiveerd. (foto Holvast)
jaar? De zekerheden die de bevrie
zing geeft zijn toch maar betrekke
lijk".
Toelatingscommissie
Een punt van grote kritiek op het
plan is de komst van een regionale
toelatingscommissie voor het spe
ciaal onderwijs. Schrikkema en
Hoogenboom vinden dat overbo
dig. Zij menen dat de huidige toela
tingsprocedure beter en degelijker
is. Hoogenboom noemt de plannen
voor een regionale commissie zelfs
"een verkapte motie van wantrou
wen" op het huidige toelatingsbe
leid. "Op het ministerie moet men
niet denken dat wij onzorgvuldig
te werk gaan en zo maar iedereen
toelaten".
"Zo'n regionale commissie kan
niet verantwoord werken, zij be
strijkt daarvoor een veel te groot
gebied en heeft dus per kind te wei
nig tijd om te toetsen of het in aan
merking komt voor speciaal onder
wijs. De gemeentelijke coördinatri
ce die zich bezig houdt met de toe
lating heeft voor de Leidse scholen
al haar handen vol met de selectie.
Het wordt haastwerk en dat is niet
in het belang van de betrokken kin
deren. Het gaat erom voor ieder in
dividu een juiste onderwijsvorm te
vinden".
Schrikkema heeft overigens wel
een, tamelijk cynische, verklaring
voor de instelling van een toela
tingscommissie: "Vanuit hét oog
punt dat het speciaal onderwijs
kleiner moet worden is het heel lo
gisch. Als de commissie haar werk
doet, zal ze mede gezien de beperk
te tijd waarover ze beschikt minder
kinderen toelaten".
Evenals de onderzoekers Doorn
bos en Stevens gelooft hij niet dat
de groei van het speciaal onderwijs
kan worden beperkt door het
dichtdraaien van de geldkraan.
"Dat lost de oorzaken niet op", al
dus de LOM-schooldirecteur. Di^
oorzaken liggen volgens hem in al
lerlei maatschappelijke ontwikke
lingen en de steeds hogere oplei
dingseisen die worden gesteld.
"We zien hier op school bij voor
beeld een toename van kinderen
van gescheiden ouders en uit ge
zinsvervangende tehuizen. Door
alle bezuinigingen wordt opvang,
onderwijs, begeleiding en vooral
ook het terugplaatsen van kinde
ren in het basisonderwijs steeds
moeilijker".
Kindvriendelijker
Volgens Schrikkema moet er
veel gebeuren, wil er een einde ko
men aan de groeiende behoefte aan
speciaal onderwijs. "De mogelijk
heden om probleemkinderen zo
veel mogelijk op de basisschool te
houden zijn door bezuinigingen
verkleind. Leerkrachten in het ba
sisonderwijs raken gedemoti
veerd. Ze signaleren de problemen
wel, maar kunnen weinig méér
doen dan doorverwijzen. We moe
ten naar een onderwijsvorm die
uitgaat van de individu met een
kindvriendelijker aanpak. Waarin
iedere leerling de aandacht krijgt
die nodig is".
Hoogenboom.vult hem aan: "Het
onderwijs moet ook minder presta
tiegericht worden, zeker voor kin
deren met bij voorbeeld psycho-so-
ciale problemen. De permanente
druk waaronder kinderen op
school staan wekt aversie ten aan
zien van het leren. Als ze meer
ruimte krijgen en begeleid worden
by het oplossen van hun proble
men, gaan kinderen gemotiveerd
en met plezier naar school. Dat
komt de resultaten uiteindelijk
toch ten goede".
"Gelukkig", zegt Schrikkema,
"heerst op steeds meer scholen een
ontspannen sfeer. Vooral in deze
regio merk ik dat duidelijk. Veel
schooldirecteuren zijn hoofdleid-
ster op een kleuterschool geweest,
zij weten dat zo'n sfeer belangrijk
is. Het stabiel blijven van het leer
lingaantal in het speciaal onderwijs
in deze streek is denk ik het gevolg
van een kindvriendelijker kli
maat."
Maar als er verder bezuinigd
wordt zijn de consequenties vol
gens Schrikkema niet te overzien.
"Lange wachtlijsten, onvoldoende
faciliteiten, kinderen die buiten de
boot vallen. Het hele onderwijs
wordt opgeblazen". Hij laat een
krante-artikel zien over een parti
culiere LOM-school waar kinderen
voor 22 duizend gulden per jaar te
recht kunnen. "Dan blijft er alleen
onderwijs voor mensen die het
kunnen betalen".
Hoogenboom benadrukt het nog
maar eens: "De portemonnee
maakt de dienst uit. Het wordt tijd
dat Deetman inziet dat door zijn
beleid kinderen de mist in gaan".
Carsten: 'Tk geloof niet dat we in de diplomatieke dienst ooit eerder met
zo iets als de affaire-De Jonge zijn geconfronteerd". (foto gpd»
PRETORIA Deze week stapt
'hare majesteits officiéle vertegen
woordiger' in Zuidafrika, ambassa
deur mr. Hugo Carsten (62), in het
vliegtuig richting vaderland om
vandaar naar Helsinki te reizen.
Daar sluit hij een langdurige carriè
re in de Nederlandse diplomatieke
dienst af, die hem leidde langs
standplaatsen als Belgrado, Bom
bay, Bonn, Nairobi, Brussel, Addis
Abeba, Ankara en Pretoria, waar
hij vier turbulente jaren meemaak
te.
door
Ruud de Wit
Voor de spanningen die Carstens
ambassadeurschap in Pretoria
hebben gekenmerkt, was vooral
Klaas de Jonge verantwoordelijk.
Ruim twee jaar lang hield De Jon
ge zich in het vroegere ambassade
gebouw aan de Kerkstraat van Pre
toria schuil voor de Zuidafrikaanse
veiligheidspolitie, totdat hij in sep
tember 1987 als onderdeel van een
internationale gevangenenruil de
inmiddels tot 'dependance' omge
doopte ambassade mocht verlaten
en naar Nederland kon terugkeren.
In het dagboek dat De Jonge on
middellijk na zijn 'vrijlating' publi
ceerde, staan uitermate onvriende
lijke opmerkingen te lezen over de
ambassadeur. "Deze man denkt
nog als zovelen in de koloniale tijd"
zegt De Jonge ergens over Carsten
en hij gebruikt ook aanduidingen
als "carriere-diplomaat" en "WD-
er", wat hier niet in positieve zin
wordt bedoeld.
Inmiddels is de affaire-De Jonge
al weer ruimschoots verdwenen
van de voorpagina's en heeft Car
sten dus niet voortijdig zijn koffers
hoeven te pakken, zoals in juli 1985
heel even dreigde. Nu, bij zijn ver
trek uit Zuidafrika, is de tijd rijp
voor een reactie. Hoe kijkt hij terug
op deze vier jaar en met name de af
faire-De Jonge?
Carsten: "Voor mij was die perio
de een enorme uitdaging. Ik geloof
niet dat we in de diplomatieke
dienst ooit met zo iets als de affaire-
De Jonge zijn geconfronteerd.
Vooral omdat het zo lang heeft ge
duurd. Ik heb wel eens tegen hem
gezegd: wat er ook zal gebeuren en
hoe wij er ook over denken, jij zult
in vele juridische vakboeken te
recht komen, waarin zal worden
uitgepluisd hoe het volkenrechte
lijk nu eigenlijk precies allemaal in
elkaar heeft gezeten".
Cartsen kan niet ontkennen, dat
De Jonge hem hoofdbrekens heeft
gekost. "We hebben er nogal aan
tegen zitten hikken, voordat we
een soort dag-programma en huis
regels hadden". Hij geeft ook toe
dat hij het totaal niet eens was met
De Jonge. 'Het was vanaf de twee
de of derde dag een gegeven, dat
De Jonge en ik niet dezelfde ge
dachten hadden. Maar dat hij me
niet mocht, werd me pas in de loop
van zijn verblijf duidelijk".
Toch kijkt Carsten niet om in
wrok: "Hij was door zijn afschuw
van de apartheid zo gebeten, door
het dolle heengeraakt, dat hij het
voor zich zelf kon rechtvaardigen
wat hij heeft gedaan. Ik blijf erbij
dat hij geen persoon is, die echt ge
weld wil. Hij is nu eenmaal niet het
type van een vechter, meer van een
avonturier".
"Blijkbaar heeft hij ergens in zijn
leven de beslissing genomen om te
doen wat hij heeft gedaan. En daar
waren we het beslist niet over eens.
Ik heb vele gesprekken met hem
gevoerd, maar ik heb daarbij nooit
enige sympathie kunnen opbren
gen voor al dat schiettuig dat hij
heeft binnengebracht. Twee we
ken geleden hadden we hier in Pre
toria nog een bomaanslag. Daar
kan ik niet tegen. Hij wel, hij praat
te dat goed".
Sancties
Over de toekomst van Zuidafrika
is Carsten niet optimistisch. "Ik ge
loof niet dat er een snelle verbete
ring in de huidige situatie zal optre
den In 1984, vlak na mijn aan
komst, maakte president Botha
een reis door Europa en daaruit
ontleenden we, diplomaten, enige
optimisme. Wij dachten, dat de sig
nalen die door het westen met de
eerste sancties waren geven, had
den geholpen. Iedereen weet nu
dat het vrij snel daarna weer is mis
gegaan en onrust in de zwarte
woonwijken heeft aangetoond, dat
ons optimisme over een dialoog
tussen blank en zwart ten onrechte
was geweest".
Tijdens zijn verblijf van vier jaar
is de druk voor meer sancties toe
genomen. Carsten plaatst echter
vraagtekens bij de effectiviteit van
economische strafmaatregelen.
"Ik weet zelf niet of ik nu voor of te
gen sancties ben. Ik geloof niet, dat
het in Zuidafrika zal werken. Want
dit land zal zich, ondanks sancties,
lang kunnen redden. Het zal zijn le
venspeil moeten verlagen, maar de
Afrikaners zullen er niet van on
derdoor gaan en zeker niet daarom
bereid zijn onder een zwarte meer
derheidsregering verder te leven".
"Ik geloof niet dat deze regering
economisch met sancties op de
knieén kan worden gebracht. Maar
ik erken, dat sanctiedreiging een
belangrijk signaal is. Het bewijst,
dat de rest van de wereld een daad
wil stellen en als signaal voor deze
regering is dat belangrijk".
Ruim een jaar geleden liet de
Zuidafrikaanse minister van bui
tenlandse zaken, Roelof Botha, in
het openbaar weten dat de ver
standhouding tussen Nederland en
Zuidafrika nog nooit zo slecht was
geweest. Botha zei tevens 'zich te
schamen voor het Nederlandse
bloed dat door zijn aderen
stroomt'.
Koel
Carsten: "De emotionaliteit van
deze uitlating toont eigenlijk al aan
hoe gevoelig die relatie is, wat ook
te maken heeft met de wederzijdse
taal en geschiedenis. Ik zou de hui
dige relatie koel willen noemen,
hoewel ik -ook over dat citaat van
minister Botha verbaasd was. Dat
het zó'n slechte verhouding was en
is, geloof ik ook niet. We praten met
elkaar, maar we verstaan elkaar
niet zo goed, ondanks het feit dat
we dezelfde taal spreken".
"Ik denk ook dat er sindsdien
niet ve^l veranderd is, dus dat de si
tuatie ook niet is verslechterd.
Want tijdens de affaire De Jonge
waren mijn.koffers op een gegeven
moment al gepakt en was mijn tic
ket gekocht. En nu komt er ge
woon een nieuwe ambassadeur.
Maar langer blijven wil ik hier ook
niet. Dit is een zeer vermoeide pe
riode geweest. En ik betwijfel of ik
het einde van de apartheid zal mee
maken".
Katholieke organisaties heb
ben grote zorg over de manier
waarop de provinciale en ge
meentelijke overheden zich te
genover confessionele organisa
ties opstellen. "Het gemak waar
mee juist zij het kind van de reke
ning dreigen te worden omdat ze
confessioneel gebonden zijn,
lijkt ons een aanslag op de begin
selen van de democratische
rechtsorde".
Dat staat in een brief van dr. H.
A. van Munster, voorzitter van
het Verband van Katholieke
Maatschappelijke Organisaties,
bij de uitnodiging aan politieke
partijen, commissarissen der ko
ningin en fractievoorzitters in de
Provinciale Staten voor een stu
diedag komende zaterdag in het
Provinciehuis in Den Bosch. On
derwerp van deze studiedag is:
'Secularisatie als politiek alibi'.
In het Verband zijn bijna alle
grote rooms-katholieke maat
schappelijke organisaties vere
nigd met in totaal ruim anderhalf
miljoen leden.
De brief van dr. Van Munster
spreekt van een 'heilloos proces
van uitholling'. "Dit is des te ver
ontrustender omdat dit proces,
tot in zijn consequenties doorge
dacht, tot uitholling leidt van de
Nederlandse democratie". Op
het terrein van confessioneel ge
bonden jeugd- en jongeren-,
maatschappelijk activerings- en
vormingswerk voor vrouwen en
bejaarden krijgt deze uitholling,
volgens de brief, 'steeds hardere
trekken'. In sommige provincies
wordt het feit dat confessioneel
gebonden organisaties voor dit
werk verantwoordelijk zijn, on
verbloemd als argument ge
bruikt om subsidies in te trek
ken.
Secretaris dr. P. A. van Genmp
van het Verband van Katholieke
Maatschappelijke Organisaties
vraagt zich af, wat er met 'demo-
cratiev' wordt bedoeld als 'le
vensbeschouwing' blijkbaar een
argument is om met twee maten
te meten, "wat op andere gebie
den gemakkelijk als discrimina
tie zou worden gebrandmerkt".
"Zoals iemand laatst wellicht
niet geheel correct, maar wel
heel treffend samenvatte: op al
gemene organisaties wordt 12,5
procent gekort, op confessionele
25 procent enkel en alleen omdat
ze confessioneel zijn".
Reglement. De rooms-ka
tholieke bisschoppenconferen
tie heeft gisteren op haar twee
maandelijkse vergadering in
Amersfoort de tekst van het alge
meen reglement voor het be
stuur van een parochie vastge
steld. Het nieuwe reglement
treedt 1 januari 1989 in werking
en komt in de plaats van dat van
1979. Het nieuwe kerkelijk wet
boek van 1983 maakte de wijzi
gingen noodzakelijk.
De adviesorganen van de bis
dommen konden op de ontwerp
tekst reageren. Daarvan is ruim
gebruik gemaakt. De bezwaren
spitsten zich toe op de bepaling
dat de pastoor altijd voorzitter is
van het kerkbestuur, de slechts
adviserende bevoegdheid van de
parochievergadering en de uit
breiding van de taak van het
kerkbestuur.
Voorzover dat kerkrechtelijk
mogelijk was, zijn de bisschop
pen aan de bezwaren tegemoet
gekomen. Zij hopen, dat het
nieuwe reglement in de praktijk
weinig problemen zal geven. De
pastoor bijvoorbeeld of zijn door
de bisschop aangewezen vervan
ger is wel voorzitter van het kerk
bestuur, maar kan veel taken
naar een tweede voorzitter door
schuiven.
De bisschoppen namen giste
ren afscheid van de pauselijke
vertegenwoordiger (nuntius) E.
Cassidy, die naaste medewerker
wordt van kardinaal Casaroli,
tweede man in de Vaticaanse hi
ërarchie.
Jaar in Groningen
De Indonesische predikante
Elga Sarapung (27) gaat een jaar
lang werken in de Groningse stu
dentengemeente, van half augus
tus dit jaar tot half augustus vol
gend jaar. Het Groninger Stu
dentenpastoraat heeft haar daar
toe uitgenodigd, na overleg met
de hervormde Raad voor de Zen
ding.
Reden is dat het hervormd uni-
versiteitswerk in Groningen
veertig jaar bestaat. Door het uit
nodigen van een (studenten)pre-
dikant(e) uit de Derde Wereld wil
het Groninger Studentenpasto
raat een intensief proces van be
wustwording en samenwerking
op gang brengen, "waardoor
over en weer ontdekt gaat wor
den wat het betekent om in de sa
menleving van vandaag (studen-
ten)gemeente te zijn in mondiaal
perspectief'.
Mevrouw Sarapung is predi
kant van een protestantse kerk
in Indonesië met 11.000 leden en
56 gemeenten. In deze kerk wer
ken 13 predikanten en 10 evange
listen.
Te weinig studie. De luther
se predikanten in Nederland ko
men te weinig aan studie toe. Dat
is de conclusie uit een enquête
van het seminarium-bestuur on
der de dienstdoende predikan
ten. "Van een intensief gebruik
van de studeerkamer kan nauwe
lijks nog sprake zijn". Bovendien
lijkt de animo om enigszins ge
richt te studeren, al of niet met
hulp van het seminarium, te ont
breken.
Aan het slot van het verslag
worden een paar suggesties ge
daan, zoals: uitbreiding van stu
diefaciliteiten (verlof), de ver
plichting om met zekere regel
maat deel te nemen aan studie
dagen of -weken en extra voor
zieningen voor predikanten die
aan een proefschrift werken.
Het bestuur van het seminari
um en de synodale commissie
(synodebestuur) beraden zich nu
over voorstellen aan de synode
om het studieklimaat te verbete-
Liedboek. De Interkerkelij
ke Stichting voor het Kerklied
treft nu al voorbereidingen voor
een mogelijke opvolger van het
Liedboek van de Kerken uit
1973. Ze verzamelt nieuwe liede
ren en heeft f. 1 miljoen gereser
veerd voor een Liedboek-2000.
De slijtage van het Liedboek
betreft meer de gezangen dan de
psalmen, zegt de interkerkelijke
stichting. "De psalmen sluiten
direct aan bij de bijbeltekst, de
gezangen zijn meer gebonden
aan de tijd waarin ze zijn ont
staan. Veranderend levensge
voel en veranderende geloofsbe
leving zijn in gezangen veel snel
ler merkbaar".
Niemand nog weet precies
wanneer het Liedboek aan ver
vanging of revisie toe is. Tussen
de vorige bundel en het Lied
boek ligt een periode van 35 jaar.
Dan zou het omstreeks het jaar
2008 moeten worden. "Maar dat
tijdstip laat zich niet rekenkun
dig vaststellen", vindt de stich
ting. Toch acht het bestuur het
denkbaar, dat in het midden van
de jaren 90 een begin met de
voorbereiding moet worden ge
maakt. "Als de kerken dat sig
naal geven, wil de stichting daar
op positief kunnen reageren".
Hervormde Kerk: aangeno
men naar Zijpe (NH) voor deel
werk kandidaat W. H. ten Boom
Amsterdam, het beroep door de
synode tot predikant voor inrich
tingen van justitie F. Don Gassel-
te. Doopsgezinde Broeder
schap: aangenomen naar Zoeter-
meer (samenwerking vrijzinnige
hervormden, doopsgezinden en
remonstranten) voor deelwerk
mevrouw J. F. Postma Delft
(deelwerk), die ook voorganger
blijft van de Nederlandse Pro
testantenbond in Rotterdam.
Moker. De uitzending van
Moker (kerken Rijnland en Bol
lenstreek) gaat morgen, 16 juni
van 7 uur tot half 8 's avonds,
over 'kerkelijke zaken in Lisse'.
Te beluisteren op FM 105.7 en via
de kabel op FM 88.1.
Heiligen
Heiligverklaring. De paus
zal zondag 96 Vietnamezen en 21
Europese missionarissen die in
Vietnam hebben gewerkt heilig
verklaren. Allen zijn martelaar
van christenvervolgingen in de
18de en 19de eeuw.
Audiëntie. De Dalai Lama,
de verbannen boeddhistische
leider van Tibet, is gisteren by de
paus op persoonlijk bezoek ge
weest. Zij bespraken, volgens
een mededeling van de perschef
van het Vaticaan, vraagstukken
betreffende godsdienstige waar
den en de wereldvrede.
De Dalai Lama, wiens oor
spronkelijke naam Tenzin Gyat-
so is, werd tijdens de audiëntie
vergezeld door kardinaal Francis
Arrinze, president van het Vati
caanse secretariaat voor de niet-
christenen. Na het bezoek had
hij nog een werkbespreking met
Arrinze.