Eenling tussen twee geslachten
Sterren kijken
Denkwijzer
Transseksueel Charlotte Swart: 'Ik sta tussen mannen en vrouwen in'
Onze taal
ZATERDAG 11 JUNI 1988
EXTRA
PAGINA 27
en.
ij-
ui.
oe
DOOR JOOP VAN DER HORST
Elke krant in Nederland heeft een vaste ru
briek over het weer De meeste hebben iets
over koken, over auto's of over schaken en
dammen. Ook de puzzel ontbreekt zelden.
Verder zijn er vaak vaste medewerkers die
schrijven over postzegels, boeken, mode
en televisie. Maar een rubriek over taal is
een zeldzaamheid Als ik mij niet vergis
heeft buiten ons alleen het dagblad Trouw
een taalrubriek. We zijn dus behoorlijk
uniek.
Dat heeft te maken met een uitgesproken
belangstelling voor taal bij enkele kopstuk
ken van onze krant. Aan hen heb ik dit plek
je te danken. Hopelijk klinkt het niet on
dankbaar als ik verklap dat dat soms knap
lastig is. Want niet alleen zitten ze geregeld
mijn teksten te verbeteren, ze stellen ook
heel moeilijke vragen. Zo wil een van hen
steeds maar dat ik eens wat schrijf over het
verschil tussen elke en iedere.
Ik zie dat niet zo en ik gebruik ze door el
kaar. Zo kan dit stukje wat mij betreft begin
nen met elke maar evengoed met iedere. Ik
heb het onderwerp dus almaar uitgesteld
maar hij blijft aandringen; ik moet eraan ge
loven.
Mijn speurtocht naar het verschil tussen ie
der en elk begint bij de ANS, de Algemene
Nederlandse Spraakkunst. Dat is een stan
daardwerk over onze taal. We lezen daar
het volgende: "De keuze tussen ieder(e)en
elk(e) is in principe vrij. maar er is wel. al
thans naar het gevoelen van sommige taal
gebruikers. een lichte voorkeur voor het ge
bruik van ieder(e) voor personen en elk(e)
voor niet-personen. alsook voor het ge
bruik van elk(e) als het om kleine groepen
gaat. In beide gevallen is er geen sprake
van een regel, maar slechts van een ten
dentie. die in het tweede geval wat sterker
is dan in het eerste" Zelf heb ik zo n gevoe
len niet en bij de keuze van het eerste
woord van dit artikel kan de ANS mij niet
helpen: volgens de eerste tendentie zou
het elke moeten zijn (elke krant: geen per
sonen dus), maar wegens het grote aantal
kranten dat er is, zou iedere heel goed kun-
De woordenboeken leren ons misschien
meer. Bij elke staat vermeld: "uit een be
perkt aantal' (liever aan elke hand een kind
dan aan iedere hand) en 'ieder afzonderlijk
beschouwd'. Bij iedere denken we eerder
aan allemaal bij elkaar. Daar zit wat in. En
het zou mooi kunnen verklaren waarom we
wel zeggen aan elk van beiden maar niet
aan ieder van beiden. Er is dus inderdaad
enig verschil, maar duidelijk vind ik het niet
en in heel veel gevallen zijn ze verwissel
baar.
Ik heb ook gevraagd hoe ze dan op de krant
het verschil zagen. Dat geef ik graag door:
'ieder is een collectief begrip, elk duidt op
afzonderlijkheid binnen de gezamenlijk
heid. leder kind is dus: 'alle bedoelde kin
deren'. Elk kind is- 'de individuen afzonder
lijk binnen een bepaalde groep'. Elk ver
sterkt dan ook de nadruk. In de zin Elk kind
moet schade ondervinden van al te veel tv-
kijken komt de omvang van die schade
sterker uit dan bij het gebruik van ieder. De
som der delen is meer dan het geheel. Elk
heeft ook het voordeel dat het kan worden
gebruikt ter aanduiding van een kleine
groep. Bij twee of drie personen in een
groep is het gebruik van iedera\ gauw over
dreven.
In ieder geval meen ik nu wel te begrijpen
wat men bedoelt. Het onderscheid is heel
subtiel, maar zinvol. Een probleem is alleen
dat als teveel mensen het te subtiel vinden
of niet zinvol, en er bijgevolg niet naar han
delen. of het dan (nog) wel bestaat. Ik zal er
scherp op letten.
„Een grensbewoonster, dat ben ik.
Ik voel me verwant met vrouwen èn
mannen. Maar ik ben niet één van
hen. Ik hoor thuis bij de clan van
transseksuelen. We komen elkaar
tegen in kroegen. We praten nauwe
lijks, maar met knipoogjes en veel
betekenende blikken maken we el
kaar duidelijk dat we tot dezelfde
stam behoren".
door Charlotte Hoogendoorn
In het sjieke Amsterdamse Café Ame-
ricain zit Charlotte Swart onhandig,
groot en lichtelijk onzeker achter een
glas bier. Tijdens de opnamen van een tv-
film voor de VARA, enkele weken eerder
in IJmuiden, zag ze er heel anders uit. In
vol ornaat, een grande dame met prachti
ge kleren en zorgvuldig opgemaakt. Nu
is ze gekleed in een strak truitje en een
spijkerbroek met brede riem. Haar haren
hangen door de regen in slierten langs
haar gezicht en ze heeft nauwelijks ma-
ke-up op.
Voor Charlotte kwam de ommekeer na
haar vijftigste. Toen voelde ze dat ze zich
niet langer alleen maar zo nu en dan als
vrouw wilde presenteren stiekem, zo
dat niemand het zag maar dat ze een
vrouw wilde zijn. Twee jaar geleden be
gon ze met een hormonenkuur en in
maart van dit jaar werd ze geopereerd.
De eerste stap op weg naar een definitie
ve metamorfose.
Wasje niet liever als vrouw geboren?
Ze leunt achterover en staart een voor
bijrijdende tram na. Zacht zegt ze: ,,Ik
heb altijd gedroomd van het vrouwzijn.
Ik heb er een sprookje van gemaakt. Ik
droeg dat verlangen mee als een bos
bloemen waar ik af en toe aan kon rui
ken. Bij het reviseren van zware scheeps
motoren keek ik soms nietsziende in de
verte en mijmerde. Dan zag ik mezelf als
een meisje met blonde vlechtjes en - niet
lachen - met een lief mondje en kleine
borstjes. Het is een wonder dat ik in al
die jaren als metaalarbeider niet een paar
vingers ben kwijtgeraakt".
„Maar ik had niet als vrouw geboren
willen worden. Dan was ik niet zo geluk
kig geweest als nu". Ze kijkt op de grote
klok aan de muur.
„Dan had ik op dit moment van de dag
rode kool en kruimige aardappelen ge
kookt voor mijn man en een stel jenge
lende kinderen. Ik zou een moederkloek
en een zeurderige echtgenote zijn ge
weest. Nee, dank je wel. Zo is het beter".
Mannelijk leven
Voor Charlotte telt vooral de toe
komst. Na voorzichtig aandringen is ze
toch bereid te vertellen wat er aan haar
transformatie vooraf is gegaan. „Ik heb
een prachtig leven gehad en dat draag ik
mee in mijn hart". Ze gaat er even recht
voor zitten. „Ik heb een mannelijker le
ven achter de rug dan menige echte kerel
hier in Amsterdam. Ik heb bij Hoog
ovens en in de offshore-industrie ge
werkt. Twintig jaar als monteur van
scheepsmotoren. Op de wilde vaart geze
ten. Ik ben een echte kerel geweest. Be
zoeken aan hoerenkasten in alle delen
van de wereld".
Ze slaat haar handen ineen en grijnst:
„God zij dank zaten er deurtjes voor die
hoerenhokjes zodat niemand kon zien
hoe ik me in duizend bochten moest
wringen om te ontkomen aan de begeri-
Koos je zulk mannelijk werk om te
bewijzen dat je een man was?
„Nee", zegt ze peinzend. „Dat is een lo
gische stap geweest. Ik ben opgegroeid
in een vissersgezin in de Zee en Sluis
straat in IJmuiden. Als je vroeger in Gro
ningen woonde, werd je boer, in Lim
burg mijnwerker en als je uit Zeeland
kwam werd je mosselkweker. Ik woonde
toevallig in IJmuiden en dan ga je bij
Hoogovens werken. Ik was een gezonde
jongen, kon goed zeezwemmen, hardlo
pen en fietsen. Ik was geen goede leer
ling, te veel cijfers aan de verkeerde kant
van de zes. Dus ik werd metaalbewer
ker".
"Mijn huwelijk is net zo'n vanzelfspre
kende stap geweest. In de jaren vijftig
was het huwelijk een sociale gewoonte
waar je je in kleine gemeenten moeilijk
aan kon onttrekken. Voortplanting was
van levensgroot belang. Iemand die op
zijn dertigste nog niet was getrouwd, viel
uit de boot. Als je op een bepaald mo
ment ziet dat kennissen met goed gevul
de kinderwagens voorbij wandelen, ga je
bij jezelf denken: als ik niet oppas ben ik
straks een grijsbaardige, eenzame zon
derling die wordt uitgejouwd en nagewe
zen door kinderen uit de buurt".
Wolvenklem
Charlotte lacht schamper en neemt
een ferme slok bier. „Ik werd ingepalmd
zoals elke man en voor je het weet valt de
wolvenklem dicht. Ik trouwde een meis
je uit Beverwijk. Zes jaar getrouwd ge
weest. Twee dochtertjes, beeldschone
krullebollen".
„De eerste vier jaar ging het nog wel.
Ik was veel buitengaats. En als ik thuis
was, waren we bezig om ons huisje in or
de te maken en een gezinnetje te stich
ten. Toen dat allemaal voor elkaar was
kwam de klad erin. Ga je nadenken. En -
mea culpa - het is fout gegaan, we zijn ge
scheiden".
Wist je vrouw van je verkleedpartij-
„Ja, dat wist ze, maar ze kon het niet
begrijpen. Dat kon ik me wel indenken,
dus deed ik het 's nachts als zij al in bed
lag. Dan ging ik naar de schuur. Daar
stond een grote kast gevuld met vrou
wenkleren. Die trok ik aan, ik maakte me
op en bekeek mezelf in de spiegel. Ik liep
er soms bij als een hoertje op haar paas-
Filmproducent Roy Dames
heeft, in samenwerking met de
VARA, een documentaire
gemaakt over het leven van
Charlotte Swart. Het verhaal,
gebaseerd op haar
dagboeken, toont het
ingrijpende proces van man-
best. Ik had prachtige kleren. Wimpers
als valluiken. Een pruik van dat roze spul
zoals je alleen maar ziet op de bühne bij
Madame Arthur. Soms maakte ik zo een
wandeling door Beverwijk. Levensge
vaarlijk, niemand mocht je zien. Maar ik
ben nooit betrapt, daar werd je wel voor
zichtig in. Bovendien waren er 's nachts
weinig mensen op straat. Wat arbeiders
die doodmoe terugkwamen van hun
werk. Of een enkele dronkelap die het
verschil toch niet meer zag".
Voel je je geaccepteerd?
„Ik word fantastisch geaccepteerd",
zegt Charlotte uitbundig. Dan valt ze stil
en frummelt wat aan de te korte mouwen
van haar truitje. „Er zijn natuurlijk men
sen die „omgebouwde poot" zeggen of
„dat zou niets voor mij zijn". Dan zeg ik:
Lieve schat, ik raad het je ook niet aan".
„Acceptatie is een heet hangijzer, ze
ker bij oudere transseksuelen. Natuur
lijk wil ik ook dat mensen mij zien als een
normale vrouw. Maar ik hoef niet door de
hele wereld geaccepteerd te worden. Al
leen door de mensen om wie ik geef en
met wie ik omga. En die accepteren mij
als Charlotte".
Je hebt tot voor je operatie gewerkt
in een offshore-bedrijf in Beverwijk. Ga
je daar binnenkort weer aan de slag?
„Ik heb altijd geroepen dat ik na de
operatie weer zou terugkeren. Maar ik
hoor daar niet meer. De mannen zouden
nog wel met mij kunnen werken. Ze we
ten ervan. Maar ik ben veranderd. Het
mannelijke vuur is geblust. Emotioneel
zou ik het werk daar niet meer aan kun
nen. Ik wil vrouwelijk zijn. Die stoerheid
zou me in verwarring brengen".
„Ik heb een fout gemaakt die bijna
mijn ondergang is geweest. Ik kreeg
ruim een jaar geleden de bevlieging dat
ik werk moest zoeken dat in mijn ogen
bij een vrouw hoorde. Toen ben ik een ta
lencursus gaan doen. Vreselijk. Na een
halfjaar stond ik aan de rand van de af
grond. Ik kan me niet meten met meisjes
van twintig. Ik heb mezelf vervloekt dat
ik op weg naar het vrouwzijn direct als
een tuttige Jet achter een bureau wilde
kruipen om me te laten afblaffen door
een baas. Dus ben ik gestopt met die cur-
Lustgevoelens
„Ik wil blijven werken. Ik zou weg
kwijnen als ik met een poes voor het
raam moest gaan zitten. Ik wil van be
roep veranderen en iets gaan doen dat
beter bij mijn nieuwe hoedanigheid past.
Ik heb nu het plan opgevat om technisch
vertaalster te worden. Zo gebruik ik mijn
vakkennis en onttrek me toch aan dat he
le stoere mannenwerk".
En hoe gaat het verder met de liefde.
Zie je jezelf in de toekomst in een relatie?
„Ik ben a-seksueel. Ik heb nooit lustge
voelens gekend. Warmte en geborgen
heid, dat is wat ik zoek. Een lieve vrien
din met wie ik een paar keer per week de
stad in ga om koffie te drinken en te win
kelen. En die ik bij het afscheid drie har-
tekloppen lang omhels. Misschien ga ik
me wel aangetrokken voelen tot een
man. Maar ik ben 52 jaar man geweest en
"Het staat in de sterren geschreven",
moet Nancy Reagan gedacht hebben ie
dere keer als ze vanuit het Witte Huis
naar California opbelde om haar astro
loge om raad te vragen. En dat heeft ze in
de afgelopen- jaren heel wat keren ge
daan, als we tenminste het boek van Do
nald Regan, de ontslagen adviseur van
Ronald, als betrouwbare bron mogen be
schouwen. De opschudding, die deze ont
hulling heeft gewekt, is in de Verenigde
Staten nog lang niet uitgewoed. En be
grijpelijk. Want Nancy belde niet alleen
om te horen op welke dag ze zich het best
kon laten opereren. Ze belde ook om te ho
ren of een bepaalde datum nu wel of niet
gunstig was voor een topconferentie, een
persconferentie of een ingrijpend besluit
van haar echtgenoot. Geen Amerikaan
twijfelt meer aan de waarheid van Do
nald's uit-de-school-klapperij. Het Witte
Huis heeft tenslotte niet eens de moeite ge
nomen om het goed tegen te spreken.
Waar veel Amerikanen wel aan twijfelen
is de geestelijke gezondheid en de intelli
gentie van hun First Lady en, gezien
haar invloed op haar echtgenoot in
staatszaken, van hun president.
Toch is al die opwinding verwonder
lijk. Tientallen miljoenen Amerikanen
bedrijven op een of andere manier astro
logie, al was het maar in de vorm van het
lezen van de horoscoop die vrijwel geen
krant of tijdschrift durft weg te laten. Het
aantal advertenties waarin astrologisch
advies, al dan niet met behulp van de
computer, wordt aangeboden is werke
lijk astronomisch. Geschat wordt dat
minstens 30.000 astrologen-raadgevers
een fulltime dikbelegde boterham verdie
nen. Om van de talloze 'deskundige' con
sulenten die met behulp van tarot kaar
ten, I Ching boeken en alchemistische tek
sten hun landgenoten de weg proberen te
wijzen, nog maar te zwijgen. Nancy is
zijn tot vrouw-worden. De film
geeft een beeld van Charlotte's
leven vanaf december 1987.
De camera volgt de
transseksueel op haar werk in
een offshore-bedrijf in
Beverwijk, thuis in Amsterdam,
in de kroeg, voor, tijdens en na
ben nooit op een man gevallen. Ik kan
het me niet voorstellen. Maar in principe
is het technisch mogelijk dat ik opge
wonden raak van een man".
Ze lacht met een lange, hoge uithaal en
fluistert: „Ik zie mezelf al over de Wete
ringschans lopen en lonken naar elke
man. Ik voel nu nog niks voor mannen.
Maar ik heb afgeleerd om alles als vast
staand aan te nemen. Twee jaar geleden
verwierp ik nog schamperlachend het
idee van transseksualiteit. Nu heb ik het
lichaam van een vrouw. En ik ben hard
op weg een vrouw te worden".
Is uiterlijk vertoon belangrijk voor
jou?
„Minder dan toen ik nog travestiet
was. Als je travestiet bent is de drang tot
perfectie groot", zegt Charlotte, terwijl
ze door haar verregende haren strijkt.
„Ik heb jarenlang stad en land afge
graasd op zoek naar de mooiste make-up
en de sjiekste Italiaanse kleren. Ik tracht
te een ideaalbeeld te verwezenlijken.
dus niks anders dan een normale Ameri
kaanse vrouw, die de onzekerheden en
spanningen in haar leven probeert te be
zweren met behulp van magische formu
les, haar aangereikt door een vrouw in
wie ze vertrouwen heeft. Sterker nog, ze
doet niet anders dan miljoenen mensen,
koning of keuterboer, al duizenden jaren
lang in alle uithoeken van de aarde doen.
De astrologie is vermoedelijk de meest
verbreide en meest hardnekkige naïeve
psychologie in de wereld.
Toch is er wetenschappelijk gezien
geen enkele reden om te geloven dat de
stand van sterren, planeten en manen,
wanneer en hoe ingewikkeld ook bere
kend, van invloed is op onze persoonlijk
heid, op het succes of falen van onze le
vensbeslissingen of op onze levensloop.
Maar ik kom regelmatig mensen tegen,
zelfs psychologen, die zonder het schaam
rood op hun kaken durven beweren dat
sommige sterrenbeelden beter bij elkaar
passen, bijvoorbeeld als het op partner
keuze aankomt, dan andere. Kontaktad-
vertenties staan bol van dat soort ideeën.
Net zo als feestjes, bruiloften en andere
sociale ver gaar plaatsen bol staan van de
mensen, die voortdurend proberen het
sterrebeéld van een ander te raden. In
mijn geval wordt een op de 15 keer juist
geraden en bij anderen is dat niet veel be
ter.
Afgaande op de harde feiten is het dus
lariekoek je leven volgens de sterren in te
richten. Maar waarom blijven mensen
dat dan toch doen? Gek genoeg heeft de
zelfde wetenschap, die zo druk is geweest
met de astrologie naar de vuilnisbak te
verwijzen, zich die vraag nog nauwelijks
gesteld. Maar als we iets van het gedrag
van mensen en presidentsvrouwen willen
begrijpen kunnen we er niet om heen. As
trologie is een geloof. En net als ieder an
der geloof wordt het gevoed door twee
de operatie. De film, die de
voorlopige titel 'Het Dagboek
van Charlotte' draagt, gaat in
première op de Nederlandse
Filmdagen. De VARA zal de
documentaire in de eerste helft
van volgend jaar uitzenden.
Vrouwen uit films of modebladen ge
bruikte ik als voorbeeld".
Schouders
Ze lacht schamper: „Je komt er pas
veel later achter dat het je nooit zal luk
ken. Het lichaam van een man is nu een
maal anders dan van een vrouw. Zelfs
een operatie kan daar niets aan verande
ren. Ik heb nu wel borsten, maar nog
steeds brede en rechte schouders. Ik heb
een prachtige vagina gekregen maar ik
hou rechte benen. En mollige, zachte dij
en kan ik helemaal wel vergeten".
Aarzelend: „Ik geloof dat ik die drang
tot perfectie kwijt ben. Het is nu geen to
neelspel meer. Als travestiet maak je er
een show van. Je bent kind onder kinde
ren op een uitbundig kinderfeest. Het
gaat me nu meer om een vrouwelijke uit
straling, zacht en ingetogen. Ik let er nog
wel op of ik er goed uitzie. Of er geen
pluisjes op mijn mantel zitten. Maar het
uiterlijk is alleen nog een ondersteuning
waardoor ik me zekerder voel".
sterke innerlijke drijfveren in de mens, te
weten angst en de behoefte aan zinge
ving.
Een van de meest fundamentele behoef
ten van de mens is de behoefte aan zin, de
behoefte om een doel voor onze levens te
vinden. Onze menselijke waardigheid
rust op de veronderstelling dat menselijk
leven op de een of andere manier beteke
nis heeft, zinvol is. We zijn eerder bereid
en in staat om pijn, angst, ongemak en te
genslag te verdragen als we geloven dat
dat alles een zin heeft. We lijden liever
dan te moeten leven met het idee dat 'het
zinloos' is.
Hoe komen we aan een zin, een beteke
nis voor ons leven? We komen daaraan,
door aan te nemen dat er iets is buiten
ons, iets dat groter, sterker, wijzer en be
ter is dan wij mensen zijn en waar we op
een of andere manier een band mee heb
ben. Het woord religie betekent oorspron
kelijk dan ook 'verbinding'. Het iets
waarmee we ons verbonden willen voe
len, kan heel verschillende namen hebben
zoals God, kosmos, het Al of voor mijn
part de Staat zoals in sommige commu
nistische regimes). Het geloof in zo'n ver
binding heeft het voordeel dat we voor
ons gevoel niet moederziel alleen staan,
maar dat er iets is dat ons richting geeft,
dat zegt wat we moeten doen en waar-
„Als je travestiet of transseksueel
bent, leer je naar buiten toe een masker
dragen. Mensen moeten een goede in
druk van je krijgen. De meesten vinden
al dat je niet normaal bent, een afwijking
hebt. Je moet zorgen dat ze niet ook nog
eens gaan denken dat je zwak bent en het
er moeilijk mee hebt. Maar soms vergeet
ik dat masker wel eens. In december zijn
er tijdens de filmopnamen ook foto's ge
maakt. Ik kreeg ze en vond ze mooi. Maar
's'avonds thuis bekeek ik die foto's nog
eens. Ik zag die lijnen om mijn mond, die
sombere ogen. Toen heb ik gehuild".
Ze ontwijkt mijn ogen en gaat voor
zichtig verder: „Ik heb heel lang gedacht
dat ik travestiet was. Dat me verkleden
als vrouw voldoende was. Vanaf mijn
vijftigste ben ik intensiever in mijn dag
boek gaan schrijven. Na twee maanden
dacht ik, verrek, het lijkt wel of ik trans
seksueel ben. Dat idee nam steeds ster
kere vormen aan. In augustus '86 ben ik
naar mijn huisarts gestapt voor een ver-
wijsbriefje. Ik wil lekkere grote borsten,
zei ik tegen hem. Ik heb me aangemeld
bij het VU-ziekenhuis en na een paar ge
sprekken en onderzoeken kreeg ik een
hormonenkuur".
Charlotte kijkt trots naar haar borsten.
Ze lacht haar typische lach. „Zo'n truitje
doe ik bewust aan".
Visioenen
„Maar met borsten was ik nog niet te
vreden. Na verloop van tijd dacht ik op
eens ook, wat moet ik nou met die penis.
Dat ding hangt er maar bij. Je gebruikt
het maar voor een vulgair doel. Die drang
tot het hebben van een vrouwenlijf was
heel sterk. Na een paar maanden besloot
ik me te laten opereren. Toch heb ik tal
loze momenten van twijfel gekend. Dan
dacht ik, waar doe ik het voor. Waarom
haal ik mijn hele leven zo overhoop. Ik
kap ermee. Ik had visioenen van snel na
derende intercity-treinen en daken van
hoge flatgebouwen. Dan drong het tot
me door dat ik een afwijking had en niet
paste in deze maatschappij. Op tijd reali
seerde ik me dat ik niet de enige niet-nor-
male mens op deze wereld ben".
Charlotte kijkt stil voor zich uit. Om
ons heen het geluid van rinkelende gla
zen, geroezemoes, muziek. Lange stilte.
Na een slok bier praat ze verder. „Je gaat
niet zo maar aan je lichaam en geest
knutselen. Het is ook geen keuze. Sinds
mijn beslissing om me te laten opereren,
werd ik vaak ineens neerslachtig. Dan
ging ik naar huis. En op de grond, leu
nend tegen de koelkast, zat ik dan een
potje te janken. Ik heb huilen altijd be
schouwd als een flauwe eigenschap van
transseksuelen. Slap stukkie druif, dacht
ik vaak. Maar na mijn eerste hartver
scheurende huilbui voelde ik me ontzet
tend opgelucht".
Toneelspel
Charlotte brengt het glas bier sierlijk
naar haar mond en zegt met een knipoog:
„Ik heb vrouwen eindeloos bestudeerd.
Hoe ze lopen, praten, drinken, hun haren
kammen of hun tas openen. Een verruk
kelijk toneelspel. Ik probeer die bewe
gingen over te nemen zonder potsierlijk
te zijn".
„In dramatische momenten heb ik
mijn lichaam vervloekt en gebeden om
te mogen ontwaken in het lichaam van
mijn verlangen. Maar ik was geen gevan
gene. Ik heb me alleen jarenlang in het
stuikgewas verborgen gehouden. Nu
kan ik over straat lopen zoals ik wil en
me uiten zoals ik me voel. Ik durf nu
even weg te kruipen tegen de brede, ster
ke schouder van een man. Ik vind het
heerlijk om een vrouw te omhelzen en
haar warme hart te voelen kloppen. Maar
ik sta wel alleen. Ik ben een grensbe
woonster. Ik sta tussen mannen en vrou
wen in. Ik voel me bij beiden vertrouwd,
maar ik hoor bij geen van beiden".
voor. Geloof geeft een gevoel van veilig
heid, wat in feite hetzelfde is als zeker
heid (het oudgermaanse woord 'sicher-
heit' betekent veiligheid). Wie zijn geloof
verliest, is daarom prooi van angst. Dat
wordt nergens hartverscheurender geïl
lustreerd dan in het nieuwe testament
waarin wordt gezegd dat Jezus, hangend
aan het kruis en ernstig lijdend, in vol
slagen angst raakt op het moment dat hij
zijn geloof in God dreigt te verliezen:
"mijn God, mijn God waarom hebt gij
mij verlaten"?
Van oudsher hebben de godsdiensten
de taak gehad om mensen zin en doel
voor hun leven aan te wijzen. Maar de
kerken, die de godsdiensten prediken,
hebben in hun organisatie en denkbeel
den geen tred kunnen houden met de ont
wikkeling van techniek en wetenschap en
de invloed die deze op het denken van de
meeste mensen hebben. Als kerkleidingen
in een overbevolkte wereld verkondigen
dat anticonceptie niet mag, dat seks al
leen in een wettig huwelijk thuis hoort,
dat sommige mensen beter zijn dan ande
ren (b.v. hetero's beter dan homo's) en dat
een vrouw een tweede-rangsburger is en
daarom geen priester kan zijn of kerklei
der, dan maken ze zich als organisatie
ongeloofwaardig. Maar daarmee ver
dwijnt de behoefte aan zingeving of aan
'verbinding' voor de meeste mensen na
tuurlijk niet. Alleen weten veel mensen
niet meer waar ze het zoeken moeten.
Begrijpelijk dus dat we zoveel mensen
om ons heen zien die op drift zijn ge
raakt. Die zodanig lijden onder hun le
vensangsten en -onzekerheden en daar
voor geen religieuze reddingsboei meer
vinden, dat ze allerlei emotionele klach
ten krijgen. Dezelfde wetenschap, met
name de psychologie, die de godsdienst
heeft onttroond, moet daarvoor een oplos
sing bieden in de vorm van therapie. Er
zijn ook mensen, die hun toevlucht nemen
tot eeuwenoude geloven, waarvan astro
logie de voornaamste is. Sinds mensen
heugenis hebben de sterren altijd de bete
kenis gehad van richtinggevers. In de
meest letterlijke zin van het woord omdat
bijvoorbeeld vele eeuwen lang scheep
vaart alleen mogelijk was door de stand
van de sterren nauwkeurig in de gaten te
houden. Ook de kalender, zo belangrijk
voor jacht, landbouw en veeteelt, was
lange tijd uitsluitend gebaseerd op ster
ren- en planetenstudie.
Maar sterren werden ook gezien als
door God gezonden richtinggevers. Denk
maar aan de ster van Bethlehem. Wij noe
men nog altijd mensen sterren naar
wiens beeld en gelijkenis we'ons opma
ken, kleden en zelfs gedragen. Het idee
dat de sterren en planeten in het heelal
ons leven direct beïnvloeden en dat we er
goed aan doen om ons naar hen te rich-
ten, betekent dus het geloof in een wereld
waarin alles met alles in verbinding
staat en waarin een zinvolle orde heerst.
Dat is natuurlijk alleen maar mogelijk
als aan de plattegrond van het heelal een
superieur, goddelijk brein ten grondslag
ligt. (Ik denk overigens niet dat Nancy
Reagan zover heeft doorgedachtj. Een
van de grootste geleerden van onze tijd,
Albert Einstein, was een aanhanger van
die theorie. Voor hem was een van de
grootste raadsels het feit dat zoveel aan
vankelijk onbegrijpelijke dingen uitein
delijk toch heel goed te begrijpen bleken.
Hij verklaarde dat ooit met te zeggen:
"God dobbelt niet".
door René Diekstra
hoogleraar psychologie te Leiden
Charlotte Swart: "Op dramatische momenten heb ik mijn lichaam ver
vloekt en gebeden om te mogen ontwaken in het lichaam van mijn verlan
gen". (foto GPD>