Zwerver wordt gemeden als grof vuil m De weke potato-chip (2) Denkwijzer Onze taal 'Ook thuislozen hebben recht op een mensehjke behandeling' eu. UI. 1J- oe. ZATERDAG 28 MEI 1988 EXTRA PAGINA 27 Volgens een opgave van hulpverlenende instanties zijn er in ons land rond 200.000 thuislozen. Het ministerie van wvc houdt het op een kwart van dat aantal, en daarop wordt de overheidshulp afgestemd. Bij thuislozen wordt vaak alleen aan mannen gedacht. Dat er ook veel vrouwen een zwervend bestaan leiden is minder bekend. De Landelijke Vereniging voor Thuislozen pleit al jaren voor meer dagverblijven. Deze vereniging organiseert vandaag in de Amsterdamse Mozes en Aaronkerk een manifestatie onder het motto Toekomst voor Thuislozen'. Een verhaal over mensen die 'al bij hun geboorte niet welkom waren op deze wereld'. in wereldsteden als Londen en Pa rijs worden ze erkend en herkend als een toeristische attractie. In Neder land daarentegen worden zwervers meestal als grof vuil gemeden. Zwervers ziet men liever niet en ruikt men liever niet. door Hans Beuzel Sinds jaar en dag bieden de medewer kers van de Haagse Kessler-stichting thuislozen hulp. Onder meer gebeurt dat in de buurt van het Centraal Station, van oudsher een vrijplaats voor thuislozen. De Kessler-stichting heeft in de onmid dellijke nabijheid van Den Haag CS een bus geparkeerd die dienstdoet als hulp post en slaapplaats. Thuislozen kunnen er binnenlopen voor koffie, soep en brood. Wennen Ook veel vrouwen melden zich bij de bus voor een slaapplaats. Nogal wat mannelijke zwervers hebben de grootste moeite te wennen aan het bestaan van zwerfsters. In het tehuis van de Kessler- stichting aan de Haagse De la Reyweg geeft een vaste klant daar uiting aan: "Het straatleven is voor een vrouw hele maal mensonwaardig". Niettemin zwalkten er naar het oordeel van het be stuur van de Kessler-stichting zoveel vrouwen langs de straat, dat vorig jaar het besluit moest worden genomen ook «zwerfsters op te vangen. In de bus, een door de Haagse Tram Maatschappij afgedankt vehikel, over nachtten vorig jaar ruw geschat circa 5000 mannen en 600 vrouwen. De thuislozen die in Den Haag iets lan ger dan een nacht van de straat willen, kunnen terecht bij het passantenverblijf van de stichting aan de De la Reyweg. Maximaal vijf nachten per maand kun nen thuislozen daar onderdak vinden. Een vrouw die geregeld van die gelegen heid gebruik maakt, heet Tamara. Ze be landde er, nadat haar de huur van een etage in Rotterdam was opgezegd. De verhuurster, een verslaafde prostituée, bestemde de woonruimte als werkter rein voor drie Dominicaanse vrouwen. "Ik kon meteen vertrekken. In een zwaar depressieve stemming vond ik uiteinde lijk in een Leids centrum onderdak. Na derhand ben ik hier naartoe gegaan. Ik was hier al eens geweest en besloot daar om weer te komen". Bijna afstandelijk vertelt Tamara haar levensverhaal dat zich voortsleept van dieptepunt naar dieptepunt. Tamara, Weense van geboorte, kwam als baby van drie maanden naar Nederland. Ze werd bij een tante en een oma grootge bracht. Al vroeg bleek ze een uithuizig type te zijn, een vrijbuitster. "Ik kon niet thuis zijn. Op negenjarige leeftijd was ik vertrokken en kwam in een tehuis in Lei den. Ook daar liep ik weg, omdat ik de vrijheid rook. En, ik schaam me er niet voor, ik werd prostituée. Getrouwd ben ik ook geweest. Mijn man was chauffeur, de hele dag van huis. Ik was vader en moeder tegelijk. Mijn man begon te drin ken. Dat huwelijk, nu zo'n dertien jaar geleden, duurde kort". Klappen „Later ontmoette ik een nieuwe vriend, zwaar alcoholist was hij. Ik kreeg klappen om niks, werd bedreigd met een mes. Ik ben weggegaan, ik kon 't niet meer vinden. En leerde weer een man kennen. Die had een koffiehuis. M'n ex- vriend kwam daar op een dag met een zooitje verslaafden binnenvallen. Ze droegen messen en pistolen. Bij een schietpartij viel een dode. Het blijft je je een leven lang bij. Ik weet de datum nog precies. Zeven januari, negen jaar gele den". Ze voelt zich inmiddels redelijk thuis in de Kessler-stichting, Tamara. Maar in het jaarverslag over 1987 valt te lezen dat de toelating van de vrouwen tot de Kes sler-stichting niet zonder problemen is verlopen. Vrouwen zijn voor veel man nelijke bewoners 'heilige madonna's of hoeren'. De mannen waren daarom bang voor vrouwen. Ze waren bang hun priva cy te verliezen en vreesden dat de sfeer in het huis zou veranderen of verdwijnen. "De bewoners gaven te kennen dat de vrouwen een aparte ruimte moesten krij gen", zegt Tom Hessing, directeur van de Kessler-stichting. "Alleen al om prakti sche redenen. Mannen gaan nog wel eens snel in hun ondergoed naar de wc of de douche, daar hebben ze liever geen vrou wen bij. Het is van oudsher een mannen huis met mannengewoonten". Op hun beurt konden de vrouwen daar weer moeilijk mee leven. Soms werd er in het gebouw heftig gebakkeleid. Een voudig, omdat de een de ander niet be greep. Nu nog zijn ze bepaald niet el- kaars vrienden en vriendinnen, maar in elk geval accepteert men thans eikaars aanwezigheid. Hessing: "De vrouwen vonden mannen vreemde wezens, en omgekeerd was dat ook zo. Sommige mannen hebben ook iets stoers. Ze zijn 'de mannen van de straat'. Nu zien ze dat er ook 'vrouwen van de straat' zijn. De verhouding wordt wat normaler. De erg ste vijandigheid is eraf. De drinken nu ook koffie met de r Onderscheid Fred Mook van de Landelijke Vereni ging voor Thuislozen (LVT) vertelt dat de opvanghuizen in eerste instantie uit sluitend voor mannen zijn ingericht. "In het verleden had je wel de Blijf van m'n Lijf-huizen. Maar die waren niet be stemd voor thuislozen. Hooguit eén pro cent van die categorie kwam daar te recht". In de hulpverlening wordt overigens een duidelijk onderscheid gemaakt tus sen thuisloos en dakloos. Een thuisloze man of vrouw is niet per definitie dakloos. Thuislozen bevinden zich ook in commerciële pensions of in de tehui zen. Wie thuisloos is, is dat structureel. Een dakloze heeft tijdelijk geen dak bo ven zijn of haar hoofd. Met andere woor den: een dakloze is geholpen zodra die aan onderdak is. Een thuisloze heeft daarentegen nooit een thuis gehad. Hij of zij laat zich herkennen, zo vermeldt het jaarverslag van de Kesslerstichting, door een "fundamenteel wantrouwen" ten op zichte van alles en iedereen. De thuisloze lijkt gedoemd overal te mislukken. De genoten opleiding doet er in dat verband weinig toe. Gehard door de praktijk van alledag heeft directeur Hessing een vrij cynische kijk op de samenleving gekregen. De volgende, meer dan bittere uitspraak zegt wat dat betreft genoeg. "Zelfs aan zelfmoord zal een thuisloze niet begin nen, bang als-ie is dat ook die mislukt. Ik heb het meegemaakt dat een man in het De thuisloze: in Parijs aangegaapt als een toeristische attractie, op het Haagse Centraal Station gemeden als grofvuil «foto's gpd> water wilde springen. Hij bleef leven om dat het water niet diep genoeg was". "Thuisloze mannen en vrouwen waren vaak al voor de geboorte niet welkom", zo meent de hulpverlener uit ervaring te kunnen spreken. "Ik heb al eens het ver schil proberen aan te geven tussen vrou wen die 'in blijde verwachting' zijn en vrouwen die 'zwanger' zijn. Dat lijkt het zelfde, maar dat is het niet. Het verschil tussen die woorden geeft aan hoe wel kom iemand is. Een thuisloze was niet welkom. Je zou haast denken aan een lotsbestemming, maar het nadeel van een denkelijke uitspraak is wel dat je 50.000 mensen bij elkaar harkt. Je gene raliseert". Kindertehuizen Voor zover de directeur zicht heeft op zijn vaste klanten, zijn ze meestal in kin dertehuizen opgegroeid. En dat heeft bij sommigen nogal wat sporen nagelaten, ook al is de zorg in talloze tehuizen rede lijk tot goed te noemen. "Wanneer een meisje daar op haar derde terechtkomt, krijgt ze aardig wat vaders en moeders. Een groepsleider, die je als 'vader' of 'moeder' kunt zien, werkt acht uur per dag. Je hebt dan al drie ouders per dag. Het aantal vaders en moeders dat een kind dan heeft tot 17-, 18-jarige leeftijd kun je uittellen". Vrouwen met een verleden in kinder tehuizen en opvoedingsgestichten kun nen zich in de maatschappij doorgaans wel beter handhaven dan mannen. De kans dat een man de straat op gaat, is vol gens Hessing beduidend groter dan bij een man. Hessing: "Neem een echtpaar waarvan de man overlijdt maar als voor beeld. De buurvrouw van de weduwe heeft er een vriendin bij. Maar als de vrouw overlijdt, ligt dat iets anders. De man gaat 's morgens niet zo snel bij de buurvrouw op bezoek. Omdat hij door de buurman als een concurrent zal worden beschouwd. Het gevolg is dat de man niet weet waar hij naar toe moet met zijn doelloze vrije tijd. De kans dat hij zijn vertier op straat gaat zoeken is dan niet denkbeeldig". Erik Maan, medewerker van het op vanghuis van het Leger des Heils in Rot terdam, laat zich in nagenoeg identieke bewoordingen uit. Vrouwen zijn volgens hem sociaal vaardiger, omdat hun tij dens de opvoeding is geleerd zichzelf be zig te houden. "Een vrouw heeft geleerd sfeer te maken, een huishouden te voe ren. Een man kan niet de hele dag bezig zijn met zijn hobby, een vrouw kan een dag breiend doorbrengen. Vrouwen heb ben van oudsher ook nog een uitwijkmo gelijkheid in de prostitutie. Mannen heb ben dat niet. Hoewel, tegenwoordig zie je natuurlijk ook veel jongens die zich aan bieden". Contact Contacten leggen met thuislozen op het station is niet eenvoudig. De thuislo zen die helpen in de bus, fungeren in de regel als tussenpersonen. Hessing van de Haagse Kessler-stichting: "Zij spreken eikaars taal". Zelf is Hessing ook gere geld op het station te vinden. Hij wordt herkend als 'iemand van de bus'. En omgekeerd kent de directeur de Haagse 'zwerfpalen' die bij tijd en wijle in de bus stappen. Hij heeft ze leren als mensen zonder have en goed. Het per soonlijke bezit is doorgaans niet meer dan datgene wat zich aan zijn of haar li chaam bevindt. Zo er al persoonlijk con tact kan worden gelegd met de thuisloze, dan mag die per se niet uitmonden in li chamelijk contact. In het jaarverslag van de Kessler-stichting staan de gedragsre gels omschreven in een taal waarin wel zijnswerkers zich bij voorkeur plegen uit te drukken. "Je moet niet meteen iets van iemand willen. Je vraagt niet meteen of-ie meekomt, maar je moet als hulpver lener laten blijken dat je fret leuk vindt hem of haar te zien. Je vraagt hoe het er mee is, of hij of zij al gegeten heeft". Een ongeneselijk zieke zonder vaste woon- en verblijfplaats kan overal én nergens heen. Hessing noemt het voor beeld van een man op het Centraal Sta tion in Den Haag, die nauwelijks kan lo pen omdat hij een open been heeft. Hes sing: „Die man moet nodig verzorgd worden. Maar het ziekenhuis eist een zie- kenfondskaart. De man kan of wil zijn naam niet zeggen, dus krijgt hij die niet. De politie grijpt niet in, de man is geen gevaar voor anderen, dus ligt die man daar maar.". Bezuinigingen In Rotterdam lopen er al evenzeer tal loze thuislozen rond die eigenlijk drin gend de hulp behoeven van een arts of psycholoog. Erik Maan van het Leger des Heils: "Zwervende vrouwen hebben vaak psychische problemen, maar wor den niet altijd in een inrichting opgeno men. Pure bezuinigingen spelen daarin mee. Vrouwenhuizen selecteren. Je moet in een bepaalde mate mishandeld zijn om aangenomen te worden. Een vrouw die de hele dag sherry drinkt, om dat ze moeilijkheden heeft met haar man, wordt door een tehuis voor alcohol verslaafden afgewezen omdat ze een 're latieprobleem' heeft. Wanneer ze daar voor bij een instantie aanklopt, wordt haar verteld dat drank het probleem is". "In sommige gevallen zou ik voor ver plichte opname zijn", vult Hagenaar Hessing aan. "Ook mensen die geen ge vaar voor anderen zijn, moetje soms van straat oppakken. Niet iemand die lijdt aan geloofswaanzin, of iemand die hard op in zichzelf praat. Maar wel iemand die van top tot teen onder de zweren zit". Waarmee de Haagse hulpverlener maar gezegd wil hebben dat mensen die leven aan de zelfkant van de maatschap pij er ook recht op hebben menselijk te worden behandeld. DOOR JOOP VAN DER HORST Aller ogen zijn gericht opJa, waarop zijn aller ogen eigenlijk gericht? De oude re lezers weten het nog. Aller ogen zijn gericht op Kwatta. Het is een reclameleus van lang geleden. Zo lang geleden dat men toen nog schreef: aller oogen. Kwat- ta-chocola bestaat nog steeds, maar de ze reclameleus wordt niet meer gebruikt. Toch is hij blijven bestaan, gewoon in de volksmond. Het is bijna een vaste uitdruk king geworden, want voor Kwatta kunnen wij ook iets anders invullen: aller ogen zijn gericht op minister Deetman, de schaal met aardbeien of de nieuwe caravan van de buren. Het is niet de enige keer dat een slagzin tot een vaste uitdrukking werd. In onze tijd heeft de taal nog heel wat meer te danken aan de reclame. Een paar weken geleden schreef ik al over vakmanschap is meesterschap, blij dat ik rij en hapt zo heerlijk weg. Het zijn geen spreekwoor den, want ze bevatten geen levenswijs heid en we gebruiken ze liefst voor iets anders dan hun oorspronkelijke bestem ming. Het grappige zit 'm juist in die ande re toepassing. In iedere moeilijke situatie kunnen we tegenwoordig zeggen: Even Apeldoorn bellen en van alles wat kwali teit heeft kunnen we met een knipoog be weren: the best there is. Ik heb daarom voorgesteld om ze speelwoorden te noe men. Ik vroeg me toen ook af of oudere le zers er nog meer van vroeger zouden kennen. Ik heb nu een aardige brief gekregen van een lezeres uit Oegstgeest met een hele lijst van zulke speelwoorden uit vroeger tijd. Sommige zijn ondertussen weer ver dwenen, maar een heleboel bestaan nog steeds. Bijvoorbeeld Er is maar één Karei I (sigaren). Ook nu nog kunnen we deze toepassen: Er is maar één en dan komt er iets wat we bijzonder goed vin den. Andere blijvertjes zijn Elke dag één glaasje (Bols), Vlug. veilig en voordelig (N.S.) en Ach vader, niet meer (onder schrift bij een prent van de drankbestrij ding). Die laatste werd al gauw voor de grap veranderd in: Acht vader, niet méér. Mij niet meer bekend zijn Even tijd voor 'n Caravellis (sigaretten). Wees slim. koop Glim (een koperpoetsmiddel), Goed zo, moeder, laat je kinderen onderzoeken voor het te laat is (tbc-bestrijding), Al een vat, kist of krat van de Phoenix gehad? (een emballagefabriek onder Halfweg), Kreymborg is waarborg (kleding), Spreek met Loeb en 't komt in orde (kleding op af betaling), Haagsche Hopjes: u raadt de maker (Rademaker), Forma Natura- schoenen, ruimte voor 6 tenen, Druk op de knop en je staat erop (een automa tisch fototoestel). Wel nog steeds bekend zijn Vliegen is goedkoper dan u denkt (KLM), Laat niet als dank voor 't aangenaam verpoozen, den eigenaar van 't bosch de schillen en de doozen (ANBW), Gun u De Tijd (toen dat nog een dagblad was) en Behandel de dieren met zachtheid. Spaarde vogels (Dierenbescherming). Maar het meeste succes had Een kind kan de was doen. Oorspronkelijk de re clameleus voor een wasmachine, maar ondertussen de vaste uitdrukking gewor den voor iets dat erg gemakkelijk is. Ik weet niet om welk merk wasmachine het ging en wanneer deze reclame gebruikt werd. Kan iemand ons dat vertellen? Ik zou zo graag eens een oude advertentie zien waarin deze leuze nog echt als recla me-slagzin in gebruik was. Tom Hessing: "Wat thuislozen ook doen, het lijkt gedoemd te misluk ken". Scholieren hebben grote invloed op het gedrag van hun leraren. Ze kunnen zelfs bepalen aan welke kant van het klaslo kaalhij of zij les geeft, mits ze op een slim me manier positieve aandacht geven. Een van mijn collega's vroeg een groep scholieren, zonder dat hun leraren dat wisten, om met volle aandacht de les te volgen en de leraar aan te kijken als deze links voor het bord stond. Stond hij of zij rechts voor het bord, dan toonden de scho lieren zich ongeïnteresseerd en keken de leraar niet aan. Wat gebeurde? Binnen de tijd van 30 tot 60 minuten stonden de meeste leraren als genageld links voor het bord les te geven. Als positieve aandacht al bij volwasse nen (zonder dat ze zich daarvan bewust zijn) zo'n grote invloed kan hebben, dan is dat bij kinderen natuurlijk helemaal het geval. Positieve aandacht dat wil zeggen: het belonen van gewenst gedrag door woord, gebaar of een presentje werkt vooral krachtig als het zo snel mo gelijk wordt gegeven. Het werkt trou wens ook als het later gegeven wordt met een opmerking als: "Je hebt je vanmor gen prima zelf aangekleed, dusOm iemand gewenst gedrag te leren moet po sitieve aandacht in het begin betrekke lijk vaak worden gegeven. Maar al heel gauw heeft een kind genoeg aan af en toe een beloning omdat het geleerd heeft zich goed te voelen bij goed gedrag. Natuur lijk moet de ouder wel tegelijk ongewenst gedrag van het kind negeren. Dat wil dus zeggen: niet reageren of zich gewoon met iets anders blijven bezighouden als het kind zeurt of zijn speelgoed niet opruimt. ONDERHANDEL MET UW KIND. Belo ning of positieve aandacht is eenrich tingsverkeer, waarbij de ouder beslist welk gedrag beloond wordt; het kind heeft daar geen inbreng in. Met oudere kinderen is het vaak zinnig om hen wel een inbreng te geven en een afspraak te maken of een contract te sluiten. Bij een contract heeft het kind een stem in wat hij zal moeten doen om een bepaalde belo ning te krijgen. Kind en ouder maken een 'deal' met elkaar. Wanneer het kind daarbij inbreng heeft gehad en het gevoel heeft dat het contract ook voor hem voor delen heeft, dan heeft het er belang bij dat het werkt. Op die manier heeft iedereen er baat bij. Een voorbeeld. Als het kind de hele week na het avondeten zonder dat het er aan herinnerd moest worden de tafel heeft af geruimd, dan mag het samen met vriend jes of vriendinnetjes iets in de oven bak ken, bijvoorbeeld koekjes. Of als het kind zich goed heeft gedragen bij de oppas, dan wordt het beloond met een presentje onder zijn kussen de volgende morgen. De combinatie van afspraken maken en positieve aandacht is vaak een heel effec tieve. Een contract maken bespaart vaak een heleboel bekvechten, omdat de partijen wederzijds de voorwaarden zijn overeen gekomen. Zorg er wel voor dat het kind de beloning pas krijgt nadat het zijn deel van het contract heeft ingelost, en niet eerder. (Als de ouder zich aan zijn belofte houdt, maar het kind doet dat nietwaar blijf je dan? Het omgekeerde geldt na tuurlijk ook.) Maar laat u niet uit het veld slaan als uw kind kreunt en steunt bij het uitvoeren van zijn deel van de af spraak. Uw kind heeft er recht op te kla gen over wat hij moet doen: "Waarom moet ik eigenlijk iedere keer de tafel op ruimen. Waarom maken jullie altijd zo veel borden en pannen vies?" Het hoeft het karweitje niet leuk te vinden, als het maar gebeurt. Soms beloven ouders iets naar een pretpark gaan of een nieuwe fiets dat tamelijk ver in de toekomst ligt. Dan is het belangrijk om korte termijn belonin gen te geven, om het kind bewust te ma ken van het feit dat het 'op weg' is. Kinde ren vinden het vaak leuk om stickers of bonnen te krijgen die ze kunnen inleve ren voor de grote beloning als ze hun werk af hebben. Als u de kleine stappen op weg naar het doel beloont, dan lijkt het niet zo onbereikbaar en is het kind niet zo gauw geneigd op te geven. Het vermindert ook de neiging die ouders nogal eens hebben om na een hele moeilij- - ke dag de grote beloning in te trekken ("je denkt toch niet dat we na vandaag nog zin hebben om met jou naar een pretpark te gaan, alsof jij zo'n prettig kind bent") en daarmee een aantal dagen van heuse moeite door het kind weg te gooien. PAUZES OP MOEILIJKE MOMENTEN. Een van de meest effectieve manieren om kinderen te leren met ongewenst gedrag te stoppen is de zogenaamde time-out. Als een kind echt onmogelijk is andere kin deren slaan, dingen kapot maken, met eten gooien neem dan niet de moeite straf te geven. Maak in plaats daarvan precies duidelijk wat u onaanvaardbaar vindt. Zeg zoiets als: "Louis, je blijft maar bezig met Johnny te slaan en dus heb je behoefte aan een pauze. Ik zet de wekker op 5 minuten. Ga naar je kamer totdat ie afloopt". Het idee is om 5 minu ten lichamelijke afstand tussen het kind en zijn probleemgedrag te scheppen. Vijf minuten afzondering is geen negatieve aandacht. Het is beslist ook geen belo ning. Het is een periode om te kalmeren. Bovendien geeft de time-out ook de ouder de gelegenheid even na te denken over hoe vervolgens het kind zo goed mogelijk aan te pakken. Als het kind weigert naar zijn kamer te gaan, breng het er naartoe. Ên tenzij het daar de dingen dreigt te vernielen, laat het aan het kind over wat het daar doet. Opleggen wat het in zijn kamer wel en niet mag doen leidt maar al te gauw tot een machtsstrijd. Als het kind daar klaagt of huilt, negeer het. Laat het gewoon even met zichzelf zijn. ■Als de time-out over is, ga dan niet aller lei toespraken houden. Zeg eenvoudig: "De tijd is om" of laat het kind zelf op het geluid van de wekker naar buiten ko men. Als het dan weer op dezelfde r. begint te donderjagen, breng het 1 door René Diekstra hoogleraar psychologie te Leiden naar zijn kamer voor een time-out. Als het kind dan meteen weer naar buiten rent staat u weinig anders te doen dan het heel stevig aan te pakken. U kunt zelfs besluiten hem even in zijn kamer op te sluiten. Ik weet dat zoiets wreed klinkt, maar denk er eens over na hoeveel wreder het is om een kind maar zijn gang te laten gaan, het te laten opgroeien zonder enig ontzag voor anderen. Hoe goed, denkt u, dat zijn contacten met anderen in de toe komst zullen zijn? Het grote voordeel van het time-out systeem is dat wanneer het kind ,ef eenmaal aan gewend is geraakt, het over het algemeen de onvermijdelijk heid ervan accepteert. Laat u zich niet door de aanwezigheid van anderen ervan weerhouden deze ma nier te gebruiken. Als uw kind zich slecht gedraagt wanneer u bij vrienden op be zoek bent, probeer dan een kamer te vin den waar hij alleen kan zijn en doe dan alsof u thuis bent. Het is beslist vervelend als anderen het niet met uw aanpak eens zijn en u kritiek geven. Maar u hebt het recht te doen wat het beste voor uw kind werkt. RICHT DE OMGEVING NIET ZO IN DAT U MOEILIJKHEDEN UITLOKT. Een andere manier om het jonge kind te leren zich te gedragen is door middel van wat psychologen noemen: omgevingscon trole. Al te vaak plaatsen we jonge kinde ren in een omgeving die in werkelijkheid alleen maar geschikt is voor volwasse nen. We leggen breekbare, kostbare voor werpen zomaar voor het grijpen van peu ters en kleuters neer, maar gaan wel uit onze bol als ze beschadigd worden. Een fraai voorbeeld van gebrek aan om gevingscontrole zag ik een tijd geleden bij een voetbalwedstrijd. Een vader mep te zijn 2-jarige dochtertje omdat het kind omgekeerd op haar zitplaats stond en handjes vol popcorn aan het gooien was naar de mensen die erachter zaten. Als de vader had nagedacht over wat voor soort middag het voor zijn kind was, had hij zich gerealiseerd dat hij zijn kind prak tisch voor verveling en frustratie aan het programmeren was, en dus het onge wenste gedrag in feite had uitgelokt. Ik zou wel eens willen weten of de vader het zo leuk had gevonden om gedwongen te moeten zitten tussen mensen die minstens twee keer zo groot waren als hijzelf en die urenlang niks anders deden dan bezig zijn met dingen waarvan hij niets be greep en waarin hij niet geïnteresseerd Diezelfde vader had overigens niet eens opgemerkt hoe zijn dochtertje praktisch totaan de pauze als een olijf zo braaf op haar stoel had gezeten. Pas toen ze begon te klieren had hij haar aandacht ge schonken. Geen wonder dat ze ook na het pak slaag was blijven dreinen. Want zoals zachtgeworden potato-chips üoor een hongerig kind nog altijd beter zijn dan helemaal geen, zo is negatieve aan dacht nog altijd meer dan geen aan dacht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 27