'Haagse Harry is mijn naïeve broertje' Ik heb geleefd als een kluizenaar' Leiderdorper Olaf Hoenson legt kritiek op omstreden tv-act naast zich neer Nederlands enige herderin zegt haar schapen gedesillusioneerd vaarwel ZATERDAG 19 MAART 1988 PAGINA 23 j Nieuw controversieel persoon op de vaderlandse televisie: 'Haagse Harry', in wiens vermomming de 29-jarige Leiderdorper Olaf Hoenson schuil gaat. In de vierdelige Vara-serie 'De Nacht' laat hij zich als 'uitkleder' ogenschijnlijk keer op keer voor schut zetten, maar zo eenvoudig ligt het niet. "De vrouwen die ik wel uit de kleren krijg worden uit het programma geknipt". door Paul de Tombe Zelfs Adelheid Roosen valt keihard over hem heen. "Die Harry mag je van mij op z'n bek slaan, als ik in de zaal had gezeten had ik hem totaal in mekaar geramd", merkte de hoofd rolspeelster van Vara's nachtshow na de eerste uitzending op. Onderwerp van haar bijtende kritiek: de figuur van 'Haagse Harry', die in de te levisie-nachtclub probeert jonge meiden uit het publiek tegen een financiële ver goeding uit de kleren te praten. Een om streden act die vooral door vrouwenbe wegingen als seksistisch wordt ervaren en door sommigen met gekromde tenen wordt bekeken, maar die volgens vertol ker Olaf Hoenson 'bij het grote publiek' ook positieve reacties en schouderklop jes oproept. Vandaar dat 'Haagse Harry' op weg naar de 'ontknoping' door alle vier de shows heen als vaste gast gehandhaafd zal blijven. "Want Haagse Harry is voor het grote publiek", betoogt Hoenson. die totaal niet wakker ligt van de protesten en ze ook allerminst terecht vindt. "Het gaat er bij de act absoluut niet om vrou wen neer te zetten als mooie domme pop pen, maar om de reacties op mijn vragen. Het gaat om de discussie en om de argu menten waarom ze zich niet bloot willen geven, om hun strijdbaarheid. Dat is de essentie. Dat blijkt ook wel, want de vrouwen die ik wel uit de kleren krijg worden uit het programma geknipt. Al leen degenen die nee zeggen worden erin gehouden". Ugly George Zelf zei hij graag ja op het moment dat hij de kans kreeg de door hemzelf aange reikte rol in De Nacht te spelen. Met het van de Amerikaanse tv opgepikte idee ('Ugly George' op de kabel in New York, die afgelopen woensdagavond in de Pin- Up Club van Veronica te zien was) kwam hij via-via in contact met regisseur Gied Jaspars, die de vertolking van Haagse Harry aan hem,overliet. Tot groot plezier van Hoenson die er geen geheim van maakt dat het werken voor de televisie zijn grootste wens is. "Daar heb ik heel veel voor over", zegt de jonge zelfstandige ondernemer (29) met een eigen bedrijfje in Leiden dat zich bezig houdt met het promoten van win kelcentra en bedrijven. "En dat betekent niet alleen in driedelig grijs onderhande len met projectontwikkelaars, maar ook het presenteren van kwissen voor het winkelende publiek. Al jaren sta ik op winderige schotjes in winkelstraatjes spelletjes te doen. Bij windkracht negen in de regen om iemand een bos narcissen te laten verdienen. Een harde leerschool en een lullige ervaring, maar op die ma nier leer je wel presenteren. En lang zaamaan ben ik er achter gekomen dat ik dat het leukste vind: het aan elkaar pra ten van programma's en het entertainen van mensen. Het hoogst bereikbare daar in is natuurlijk een eigen spelprogram- ma op de tv". "Ik ben bereid ver te gaan om dat te be reiken", bekent de oorspronkelijk uit Den Haag afkomstige Hoenson ("Van daar dat 'Haagse' voor Harry, maar dat staat ook voor de bluf') zonder schroom. "Ik heb ook foto's en videobanden rond gestuurd om te vragen of ik op de tv mocht. Nee, dat heeft niets te maken met een gebrek aan zelfrespect. Er zijn tien duizenden enthousiaste mensen die dat doen, en ook degenen die nu in de publi citeit staan hebben ooit op hun knieën moeten liggen, dus kom niet aan met zelfrespect. Natuurlijk heb ik zelfrespect en een eigen mening. Thuis, bij de open haard met mijn vriendin. Maar daarbui ten ben ik bereid dat prijs te geven om te bereiken wat ik wil. Daarvoor moet je in die wereld nou eenmaal concessies doen. In dat licht moetje ook die rol van Haag se Harry zien. Het is een opstapje naar mijn uiteindelijke doel". Op straat Dat niemand in Hilversum op Olaf Hoenson zit te wachten, beseft hij terde ge. "Maar een type zoals ik kan toch wel zijn eigen markt veroveren", denkt hij. "Net als Hennie Huisman heb ik het pre senteren op straat geleerd. Ik ben een vlotte prater en in een huis-tuin-en-keu- ken discussie zal ik niet gauw afgaan. Daarin kan ik iemand wel aan, en enter tainment is in het algemeen toch een op pervlakkig...eh...verstrooiend gebeuren. Zo'n spelprogramma zou ik dan ook graag willen presenteren. Op de manier zoals Willem Ruis dat deed. Hij was mijn grote voorbeeld en ik weet dat ik dat kan. Om dat te bereiken wil ik best Haagse Harry spelen. Dat vind ik totaal niet ver werpelijk, al realiseer ik me wel dat Haagse Harry balanceert op het lijntje tussen komisch en banaal. Daar ligt voor mij de uitdaging: om toch leuk te blij- Zelf vindt hij dat hij daar redelijk in slaagt. Aan de andere kant van de beeld buis roept zijn optreden soms plaatsver vangende schaamte op en krommen zich de tenen. Hoenson zegt er geen last van te hebben: "Ik kan me wel voorstellen dat anderen het gênant vinden, maar dat vind ik dus niet. Ik ben het toch niet zelf? Het is een act, een rol. Haagse Harry is mijn kleine naïeve broertje en ik ben niet verantwoordelijk voor zijn opmerkin gen. Die zijn allemaal geïmproviseerd". Dus is Haagse Harry toch Olaf Hoenson. "Nee, ik ben h^t niet", ver weert hij zich hardnekkig. "Ik improvi seer in de rol, ik zeg wat hij zou zeggen. Haagse Harry stelt vragen die ik als Olaf Hoenson niet uit mijn mond zou durven laten komen. Daarom ben ik blij dat ik met die camera loop. Daar kan ik mooi achter wegduiken als ik bloos. Want dat doe ik echt wel eens. Van de schrik, over wat Harry zegt. Niet van schaamte, want ik schaam me niet zo snel. Waarvoor zou ik me ook moeten schamen? Ik ga toch niet af? Integendeel. Het schaadt mijn zakelijke contacten niet, en zelfs in Kat wijk zijn er mensen die me op de schou der slaan en me vragen of het me in de volgende show wèl lukt om iemand uit de kleren te krijgen. Dat probeer ik te be reiken met een leuke badinerende bab bel". Effect In de show mist die babbel ogenschijn lijk z'n uitwerking ("al is het me in twee van de tien gevallen wel gelukt ze uit de bloes te krijgen, maar dat is er dus uit ge knipt"), daarbuiten had de gladde praat wel degelijk effect. "Vooral uit de femi nistische hoek kwamen er na de eerste uitzending nogal wat negatieve reacties. Dat begrijp ik niet", zegt Hoenson. "Er zit SM en striptease in de show en dat wordt allemaal geslikt. Dan vraagt ene Haagse Harry aan vrouwen of ze tegen vergoeding hun blouse willen uitdoen en daar vallen dan hele groeperingen over". "Oh, gaat het om de manier waarop? Nou, ik vind niet dat ik Haagse Harry neerzet als een vies mannetje. Ik heb ook niets smerigs in de zin. Denk je dat ik op dat bloot zit te wachten? Kom nou toch. Ik praat er alleen over, ik wil een discus sie voeren op basis van gelijkwaardig heid. Voor de vrouwen die niet uit de bloes gaan heb ik evenveel waardering als voor de vrouwen die het wel doen". "Ik vraag me ook af wat ertegen is om op eerbare wijze geld te verdienen met je lichaam", zegt Hoenson. "Eerbaar, ja. Wat is nou het verschil tussen geld ver dienen met je hoofd of met je borsten. Het zijn toch allebei lichaamsdelen? Het enige dat Haagse Harry doet is de moge lijkheid opperen om daarmee geld te pakken. Haagse Harry maakt klein talent groot, met een tikkeltje bloot. De men sen die daar tegen zijn, zijn ook tegen een vak als fotomodel. Je mag een vrouw toch zeker wel mooi vinden. Heel veel grote politici waren in haar tijd sprake loos van Marylin Monroe. Waar hebben we het dan verder over". Over respect misschien? "Ach", zegt Hoenson, "het feit dat er dver zo'n simpel onderwerp zoveel wordt gepraat en dat daarmee de discussie over de vrouw wordt opgerakeld, houdt in dat die dis cussie kennelijk nog steeds actueel is. Daarmee is het belang van Haagse Harry aangetoond. Zijn belang voor mezelf is dat hij mijn enige kans is om op de tv te komen. Ik kruip ook met plezier in z'n huid, want zonder Haagse Harry zou Olaf Hoenson niet op het scherm zijn ge weest. En ik doe liever hem dan soepre clame. Hij maakt toch wat los. Dat merk ik aan alles". Kans Aan de opmerkingen van Adelheid Roosen bijvoorbeeld. "Maar het publiek slaat me eerder op mijn schouder dan op m'n bek", reageert Hoenson. "Dat scan deert Harry, Harry als ik binnenkom. Bij de repetities en de opnamen merk ik ook niets van tegenwerking van Adelheid Roosen. Zij komt gewoon haar werk doen en dan kan ze Haagse Harry mis schien wel op z'n bek willen slaan, maar dat zegt niks over Olaf Hoenson. Dat ze zich aan die rol stoort kan ik uit haar le vensopvatting trouwens wel begrijpen. Als Xantippe de Wit sabelt ze Haagse Harry in de volgende uitzending ook ge nadeloos neer en wast ze hem keihard de In die scène krijgt hij maar weinig weerwoord. "Maar ook dan voel ik me niet voor schut gezet", verkondigt Hoenson. "Net zo min als door het feit dat het me in de uitzending met die vrou wen niet lukt, of dat ze weglopen wat trouwens vooropgezet was. Ik ben al blij dat ik de kans heb gekregen om mee te doen van Gied Jaspars, die me door dik en dun steunt. Die kans wil ik benutten. Daarom vind ik het ook niet erg om in die rol op mijn plaats te worden gezet. Het publiek kiest altijd voor de underdog. En uiteindelijk krijgt Haagse Harry in de vierde aflevering toch zijn zin. Dan volgt de ontknoping". Toen Anita van Ingen (23) uit Ede vier jaar geleden Nederlands eerste en enige herderin werd, verscheen haar gezicht veelvuldig op de televisie en in binnen- en buitenlandse bladen. Het werd voor haar een desillusie. "Ze wilden me weer in de middeleeuwen duwen. Ik ging eraan kapot". Met pijn in het hart is zij er begin deze maand mee gestopt. door Jetty Claus Op de heide bij hectometerpaaltje 12,8 loopt een weggetje dat overgaat in een zandpad. In die stille en afgelegen omge ving woont Anita van Ingen samen met haar vriend in een primitief boerderijtje met een echte waterpomp. De lammer- tijd is aangebroken en de meeste herders hebben het nu razend druk. Anita kan er nog maar moeilijk aan wennen dat zij niet meer naar de schaapskooi hoeft. Ze zwerft niet langer over de heide met de kudde. Haar hond Tommie, een Schotse collie, rent telkens naar de deur omdat hij denkt dat zijn bazin aan het werk gaat. "Het doet nog steeds zeer dat ik ermee gestopt ben. Ik mis m'n schapen. Ik had echter geen andere- keus: geen mens houdt het vol om zeven dagen per week te werken. Ik heb geleefd als een kluize naar. Dat is toch niet meer van deze tijd? Het is slavenarbeid". Anita was in dienst van de Stichting Edese Schaapskudde. Zij heeft de mid delbare agrarische school gevolgd. Toen ze hoorde dat er een schaapherder ge zocht werd, solliciteerde ze meteen. Ze was dolblij toen ze die baan kreeg. Vol gens haar arbeidscontract zou ze een ver vanger krijgen, maar in de praktijk kwam daar niets van terecht. "Het be stuur vond dat ik niet moest zeuren. Ik had toch een mooi baantje. Die mensen weten niet wat het is om iedere dag zes uur op de hei te zitten. Zij komen alleen als het lekker weer is, of in de lammer- tijd. En als het snikheet is liggen ze met hun kont in het zwembad. Begrijp me goed, om het werk ben ik niet gestopt. Ik vind het hartstikke leuk met dieren om te gaan". Volgens Anita van Ingen is het werk van een herder niet te combineren met een huishouden. "Voor mannen is dit vaak geen probleem.Zij hebben een vrouw, die zorgt dat het avondeten op ta fel staat en het huis aan kant is als zij thuiskomen. Maar mijn vriend heeft ook een baan. Hij werkt bij een boer, komt pas laat thuis en is dan doodmoe, 's Avonds was ik druk met opruimen, was sen, strijken en allerlei andere huishou delijke karweitjes". Ze werkte zeven dagen per week, had slechts een enkele keer een weekeinde vrij en slechts eenmaal in de afgelopen vier jaar een langere vakantie. "Ik kon die beesten toch niet laten barsten", zegt Anita. "Het gevolg was wel dat ik nooit meer bij mensen op bezoek ging. Ik heb maar enkele echte vrienden overgehou den. Mensen zeiden vaak: wanneer kom je nu eens? Als er een bruiloft was moest ik tussentijds weg voor de schapen". "De eerste twee jaar tilde ik er niet zwaar aan. Ik was nog vol goede moed dat het wel geregeld zou worden. Mijn vriend zag dat ik een terugslag kreeg. Hij zei dat ik moest stoppen, maar ik had lak aan zijn mening. Ik ben niet het type dat het bijltje er gauw bij neer gooit". Anita heeft de stichting gevraagd of zij part-time kon werken. "Een gril van deze tijd", zo reageerde het bestuur. "Ik heb de eer aan mezelf gehouden en ontslag genomen. Ik wilde geen groot conflict. Dan ben je alles kwijt. Mijn huisarts heeft nog een brief naar de stichting ge schreven, maar daarop is nooit gerea geerd". Toen Anita deze baan kreeg, voorspel den veel mannen dat ze het niet langer dan een paar maanden zou volhouden. "Dit is geen werk voor een meisje, zeiden ze. Dat zijn van die conservatieve lui, die vinden dat de vrouw achter het aanrecht hoort. Het doet me pijn dat ze nu zeggen: zie je wel dat ik gelijk had, terwijl ik niet om het werk zelf ben gestopt". Ondanks het feit dat ze ontslag heeft genomen, voelt Anita zich nog steeds een herderin in hart en nieren. "Op de heide verveel ik me nooit. Dit werk is zeker niet iedereen op het lijf geschreven. Mijn vriend vond het verschrikkelijk, hij ging ook nooit mee. Ik amuseerde me wel. Ik had mijn breiwerk bij me en in mijn rug zak zat een radiootje". Anita had ook een zitstok, die je kunt uitklappen tot een soort stoeltje. Lezen gaat volgens haar niet zo gejnakkelijk. "Als de zon schijnt schitteren de letters en als het regent wordt je boek nat. Ik heb onderweg nog wel gestudeerd. De cursus commerciële economie een soort middenstandsdiploma die ik nog moest doen als afsluiting van mijn opleiding aan de middelbare agrarische school". Drie extreem koude winters heeft de Edese herderin meegemaakt. Als je zes uur lang in de buitenlucht bent moet je je wel dik inpakken. Dat deed Anita dan ook: drie t-shirts, een paar truien, pyja mabroek, beenwarmers tot vlak onder de lies, een dikke broek en twee paar handschoenen. "De mensen romantise ren dit werk te veel. Maar na een regen bui is dat wel over, laat staan als het vijf entwintig graden vriest. Ik heb wel ge dacht dat ik doodging, zo koud was het. Maar je leert jezelf weg te cijferen. Ik kon uiteindelijk mijn gedachten op nul zet ten. Je voelt dan niets meer". "Om warm te blijven heb ik ook wel met Tommie rondjes gerend om de kud de. Het klinkt gek, maar nat weer is ei genlijk erger dan vrieskou. Als het re gent en flink waait bij een temperatuur van drie graden heb je het kouder dan met vijftien graden onder nul. Dat komt omdat zo'n regenpak niet ventileert en het vocht terugslaat op je lichaam. Ik baalde eigenlijk pas echt van die verre gende zomers. Je denkt dan: het ergste hebben we gehad, maar dan krijg je dat Anita is nooit bang geweest vóór ver velende kerels als ze alleen op de heide was. "Er was even sprake van dat ik een portofoon zou krijgen. Onzin. Als je alarm slaat duurt het veel te lang voordat iemand ter plekke is. Daarbij komt dat zo'n apparaat veel geld kost. Een vrouw kan zich heus wel verdedigen. Als ik een engerd tegenkom droog ik hem gewoon af'. Ze vond het veel bedreigender dat ze na alle publiciteit als 'massa-eigendom' werd beschouwd. "Dat sfeertje zie je nu ook rond Yvonne van Gennip. Ik kreeg liefdesbrieven. Jongens wilden met me trouwen. Als ik uitging wilden mannen die me daarvóór nooit zagen staan ineens wat met me. Om later tegen vrienden te kunnen zeggen dat ze met een herderin hebben gevreeën". "De eerste weken ben ik ook niet meer de stad in geweest, omdat je door ieder een wordt herkend. Ik stond later bij een straatmuziekfestival in Zwolle. Een jon gen vóór mij draaide zich ineens om en riep keihard: kijk, daar staat de herderin uit Ede. 's Zomers stonden de toeristen soms bijna in mijn tuin als ik even lekker lag te zonnen. Eén van hen schreeuwde dan iets van: zie je wel, ze is niet op de hei met de schapen, maar thuis. Mensen vin den ook ineens dat zij van alles tegen je kunnen zeggen. Een man zei eens tegen me: zo, dus voor jou werk ik nou de hele dag. Mensen denken dan dat je dit werk doet met behoud van je uitkering". "Je wordt zomers vaak aangeschoten door toeristen die speciaal naar je komen kijken. Je moet vele malen hetzelfde ver tellen, maar dat moet je niet laten mer ken. Bij de honderdste toerist kun je niet zeggen: flikker op, want ik ben het zat" Daarnaast werd Anita veel gevraagd voor spreekbeurten op scholen en voor huisvrouwenverenigingen. Ze kreeg ook bezoek in de schaapskooi van onder meer bejaarden en gehandicapten. "Ik heb een behoorlijke hoeveelheid geld in gezameld voor de instandhouding van de kudde. De dank daarvoor heb ik ge kregen van de schapen en niet van de stichting". Anita heeft ontdekt datje schapen niet als mensen moet behandelen, al hebben ze wel een eigen karakter. "Je raakt aan het ene dier meer gehecht dan aan het andere. De schapen herkennen je aan je stemgeluid en ook aan je kleding. Als je iets anders aan hebt komen ze naar je toe om te kijken. Ik was een keer op een schapenmarkt. Een lammetje kwam naar me toe en legde zijn kop op mijn hand. Hij kwam uit mijn kudde en had mij herkend". De gewezen herderin is nu bezig met typeles. "Dan maar een baantje in de ad ministratieve sector. Dan zit ik lekker warm", zegt ze laconiek. Olaf Hoenson: "Ik vind niet dat ik Haagse Harry mannetje' Anita van Ingen: "De dank heb ik gekregen van de schapen en niet van de stichting' (foto GPD)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 23