Topkapi: herinneringen
aan een groots verleden
Istanboel: brug tussen Europa en Azië
DINSDAG 8 MAART 1988
TOERISME
PAGINA 9
hij de steen voor twee houten le
pels. De sultan die hoorde dat er in
zijn rijk een prachtige steen was
opgedoken, gaf opdracht deze te
kopen en zo verhuisde de steen
voor veel geld naar Istanboel.
Het is maar een legende want ex
perts van nu zijn het erover eens
dat deze diamant dezelfde is als de
Pigot-diamant. Genoemd naar de
Franse officier die dit kleinood in
1774 in India kocht. Napoleons
moeder heeft de diamant gedragen
en ook heeft de steen deel uitge
maakt van de schatten van een Ot
tomaanse gouverneur. Omdat de
steen in 1840 in het bezit van de sul
tan kwam, die de bezittingen van
een opstandige gouverneur confis-
keerde, lijkt dit verhaal het meest
aannemelijk.
Atatürk
Van het Topkapi Paleis ver
plaatste het hofleven zich rond
1856 naar het nieuwe Dolmabahce
Paleis. Het paleis is nog helemaal
intact en je waant je er dan ook in
een andere wereld. Hoewel indruk
wekkend en geheel symetrisch ge
bouwd en ingericht, maakt het
toch niet zo'n geweldige indruk als
Topkapi. Je zou bijna kunnen zeg
gen dat je er de 'verwording' van
het eens zo machtige Ottomaanse
rijk voelt. We bezoeken het dan ook
niet alleen om de bijna protserige
rijkdom te bewonderen. In dit pa
leis, waar alle klokken stilstaan op
9.05 uur, stierf in 1938 op dit tijdstip
de vader des vaderlands van het
moderne Turkije: Mustafa Kemal,
beter bekend als Atatürk (vader
der Turken). Hij voerde na het ein
de van de Eerste Wereldoorlog een
felle onafankelijkheidstrijd, die op
29 oktober 1923 werd beloond met
de stichting van de onafhankelijke
republiek Turkije.
Hij wilde van Turkije een echt
westers land maken. Hij wees de
laatste sultan en zijn familie uit,
schafte het kalifaat, het dragen van
fez en sluier af en voerde het latijn-
se alfabet in. Het lijkt daarom
vreemd dat deze streng kijkende
blauwogige man, wiens beeltenis
je in elk dorp of stadje tegenkomt,
Ankara tot hoofdstad van Turkije
maakte. Wellicht om met een echt
schone lei te beginnen?
Een ding is zeker, het hoofdstad-
af zijn heeft Istanboel geen schade
berokkend. Het is nog altijd een
stad die jaarlijks vele toeristen
trekt van over de hele wereld. Ze
nemen de enorme luchtvervuiling
en het chaotische verkeer, waar
door je om iets van de stad te zien
zeker een dag of vier nodig hebt,
voor lief.
En luchtvervuiling en verkeer
schaos zijn maar twee van de pro
blemen waar de stad Istanboel zich
geplaatst ziet. Door de trek naar de
grote stad en het grote aantal
vluchtelingen uit Iran, kampt de
stad ook met werkgelegenheids- en
huisvestingsprobleem. Turken die
het zich enigzins kunnen overoor-
loven ontvluchten het oude Eu
ropese gedeelte van de stad en ves
tigen zich in het Aziatische gedeel
te. Wat weer tot gevolg heeft dat het
Europese gedeelte verder dreigt te
verpauperen.
Om die verpaupering tegen te
gaan doet men pogingen luxe-ho
tels in dit deel van de stad te bou
wen. Men hoopt zo ook weer de be
tere winkels naar het oude cen
trum te krijgen. In een van die
luxe-hotels zijn wij een nachtje on
dergebracht. Het Ramada Hotel,
van een grote Amerikaanse hotel
keten, met de Nederlander Paul
van Wijk als directeur.
Vriendelijkheid
Het Ramada Hotel behoort tot
een klasse waar je als eenvoudige
toerist niet snel een weekje zult
doorbrengen. De prijzen zijn gepe
perd (108 dollar per nacht voor
twee personen zonder ontbijt).
Maar wat iedereen wel kan doen is
iets gaan drinken in de bar en er
eens even rondwandelen. Dat is ze
ker de moeite waard, het Ramada
Hotel is geen lelijk blok beton dat
totaal niet past in de omgeving van
het Topkapi Paleis, maar bestaat
uit 4 appartementblokken, die fraai
zijn gerestaureerd. Op wat vroeger
de binnenplaatsen waren, zijn nu
de restaurants, de smalle straten
zijn overdekt en er klatert een fon
tein op het kruispunt van de vier
'wegen'.
Wat opvalt is de vriendelijkheid
van het personeel. Op de dames die
je op het vliegveld visiteren na, ont
moet je trouwens in Turkije overal
een schuchtere vriendelijkheid. In
de hotels voel je je echt voor 100%
gast. Toch is het vinden van goed
personeel voor de snelgroeiende
toeristenindustrie een probleem.
Paul van Wijk, die vanaf het begin
betrokken is geweest bij het hotel
in Istanboel, kan erover meepra
ten.
"We zijn nog steeds bezig met de
training van ons personeel," zegt
hij. "Er zijn hier maar weinig men
sen die hun talen goed spreken en
juist dat is voor ons belangrijk. Wij
hebben hij het aannemen van per
soneel dan ook niet gekeken naar
horeca-ervaring maar naar die ta
len".
Elke week staat er voor het hele
personeel een uur Engelse les op
het programma en niet alleen om
aan tafel te kunnen opnemen. Paul
van Wijk: "Je moet de mensen
waarmee je werkt zelfvertrouwen
geven. De Turken zijn wat terug
houdend van aard maar als ze we
ten dat ze een taal redelijk spreken
verloopt het contact veel soepeler".
Wie na een dag of vier slenteren
door paleizen, musea, moskeeën
andere bezienswaardigheden het
stadsgewoel wil ontvluchten heeft
in Turkije tal van mogelijkheden.
Het mooiste is rondtrekken met
openbaar vervoer. Dat vraagt aan
passingsvermogen maar het is de
beste manier om met de bevolking
in conctact te komen. Wie op meer
luxe is gesteld, neemt een binnen
landse vlucht (die zijn goedkoop)
en vliegt bijvoorbeeld voor een
weekje naar Antalya of Izmir en
omgeving. Op het moderne vlieg
veld van Izmir maakt de KLM
vanuit Cairo elke maandag een tus
senstop, zodat de terugreis vanaf
de kust het hele jaar door is ge
waarborgd.
Turkije werkt aan een toeristische toekomst. Een
rooskleurige toekomst want het land heeft veel te bieden.
Alleen al Istanboel met de intrigerende Topkapi Harem, de
Blauwe Moskee, de Hagia Sophia is de trip dik waard. En wie
daarna nog tijd over heeft kan uitblazen in een van de vele
aantrekkelijk kustplaatsen die het land rijk is.
Wie Turkije zegt, zegt in een
adem Istanboel. De stad aan de
Bosphorus die alleen al door
dat er het eindpunt van de be
faamde Oriënt Express was, de
fantasie op volle toeren laat
draaien. Istanboel, met zijn Eu
ropese en Aziatische gedeelte,
vormt de brug tussen de twee
Turkijes: Thracië (Europa) en
Anatolië (Azië).
door
Henriëtte van der Hoeven
Hoewel het Europese gedeelte
maar 3 procent van het 780.000
vierkante kilometer grote land be
slaat, is het moderne Turkije er al
les aan gelegen Europees te zijn.
Het doet heftige pogingen EG-part-
ner te worden en is lid van de Navo.
Aan de andere kant moet het pro
beren buren als Iraq, Iran en Syrië-
te vriend te houden, een zaak van
behoedzame diplomatie en een lan
ge adem.
Maar de Turken hebben in hun
geschiedenis al voor hetere vuren
gestaan en daarvan vind je overal
sporen terug. Er zijn in Turkije res
ten gevonden van Hittitische, Ro
meinse, Byzantijnse, Seldjoekse en
Ottomaanse beschavingen.
De Romeinse, Byzantijnse en Ot
tomaanse heersers kozen onveran
derlijk Istanboel tot hun hoofd
stad. Toch waren zij niet de eersten
die voordelen van een natuurlijk
haven (Gouden Hoorn) zagen, die
eer komt volgens de legende Byzas
toe.
Blinden
Byzas was de leider van een zee
varend volk, dat rond 650 voor
Christus de stad Megara verliet om
een nieuwe woonplaats te vinden.
Zoals gebruikelijk werd eerst de
priester-waarzegger geraadpleegd.
Er kwam een uitspraak waarmee
Byzas vele kanten op kon: hij
moest zich vestigen tegenover het
land der blinden. Na een lange, uit
puttende tocht kwam hij bij het
schiereiland dat nu Istanboel heet.
Byzas zag onmiddellijk de strategi
sche voordelen van dit fraaie ge
bied. Hij zag ook nederzettingen
aan de overkant van het water. Zijn
redenering was eenvoudig: een
volk dat de mogelijkheden van dit
gebied, zo vlak onder hun neus niet
ziet, moet wel blind zijn. En zo toog
hij een het werk.
Hagia Sophia
In 330 na Christus, onder Con-
stantijn de Grote, werd Istanboel
de officiële hoofdstad van het Ro
meinse keizerrijk en kreeg de
naam Byzantium. Een naam die de
stad vele eeuwen bleef dragen, tot
dat de naam Constantinoplis (stad
van Constantijn) in zwang kwam.
Nog duizend jaar na het uiteen
vallen van het Romeinse keizerrijk
in 395, heeft Oostromeinse rijk,
met als centrum Byzantium, be
staan. Het onderging de invloed
van oude Anatolische beschavin
gen, nam gewoonten en gebruiken
over van het Oosten, dit vermengd
met de Romeinse en christelijke in
vloeden geeft Istanboel die bijzon
dere sfeer.
Onder keizer Justianus, in de 6e
eeuw, telde Byzantium meer dan
een half miljoen inwoners. Uit deze
tijd stamt een van de meest be
roemde bouwwerken die Istanboel
rijk is: de Hagia Sophia (of in het
Turks Ayasofya).
Het bouwwerk dat nu zoveel toe
risten trekt, is eigenlijk de derde
Hagia Sophia. De kerk is trouwens
niet gewijd aan de heilige Sophia,
maar aan de Goddelijke Wijsheid.
Op de plaats waar nu de Hagia
Sophia staat, was vroeger een hei
dense tempel, die dezelfde naam
droeg.
Voor het bouwen van de kerk
werden uit het hele land zuilen en
platen van oude opgravingen aan
gevoerd. Aan een van die zuilen is
een legende verbonden.
In het noordelijk deel van de
kerk ziet de bezoeker een zuil met
een brede bronzen ring, waarin een
vingerdiepe holte. Dit deel van de
zuil zou afkomstig zijn uit het huis
van Maria in Efese. De holte zou
onstaan zijn door de tranen die zij
stortte na de dood van haar zoon.
Wie die tranen in de holte voelt kan
er zeker van zijn dat zijn of haar ge
bed wordt verhoord.
De kerk is versierd met prachtig
mozaïkwerk, waarvan dat in het
voorportaal uit de 9e eeuw stamt.
Wie in het immense gebouw staat,
voelt zich heel nietig. Het is dan
ook niet vreemd dat de eenvoudige
bevolking uit de 6e eeuw geloofde
dat hogere machten een handje
hadden geholpen bij de bouw van
de Hagia Sophia.
De Ottomanen
Dieptepunt in de geschiedenis van
Istanboel is ongetwijfeld de ver
overing en bezetting door de kruis
vaarders (1204). Toen daar in 1261
een eind aan kwam, was er niet veel
meer over van de kunstschatten en
andere waardevolle zaken. Die
pronkten elders in Europa, als oor
logsbuit. Istanboel zou nooit meer
de welvarende stad worden, die het
was geweest.
In 1453 veroverde de Ottomaan
se sultan Mehmet II, de veroveraar,
Istanboel, een nieuwe bloeiperiode
lag in het verschiet. Hij was een af
stammeling van een van de Cen-
traal-aziatische nomandenstam-
men, die in de 7e eeuw een een vas
te woonplaats kozen. Tal van klei
ne 'koninkrijkjes' ontstonden en
verdwenen weer. De belangrijkste
dynastie was de Ottomaanse.
Vanuit een kleine nederzetting in
Anatolië breidden de Ottomanen
hun rijk uit tot een wereldmacht
(1299-1922). In de 17e eeuw, onder
Süleyman I was het Ottomaanse
rijk op het toppunt van zijn macht.
Het rijk strekte zich toen uit over
drie werelddelen: Azië, Europa en
Afrika.
Nadat Mehet II van Istanboel de
regeringszetel van het Ottomaanse
rijk had gemaakt, toog hij onmid
dellijk aan het werk om de stad in
oude luister te herstellen. Hij haal
de mensen uit alle delen van het
rijk naar Istanboel om dit doel te
bereiken. In de stad heerste dan
ook volledige vrijheid van gods
dienst. Hierdoor wonen er in Istan
boel nog altijd mééi niet-moslims
dan waar ook in het land en is de
stad nog altijd de zetel van de Patri
arch van de Christelijk Orthodoxe
kerk. Vroeger werd de stad boven
dien, sinds de sultans zich de titel
Kalief (Opvolger van Mohammed)
hadden toegeeigend, beschouwd
als centrum van de islamitische
wereld.
Topkapi
Aan Mehmet II dankt Istanboel
het Topkapi Paleis. Wie in Istan
boel is geweest en Topkapi niet
heeft gezien, is er niet écht ge
weest. In het hoogseizoen is het er
onvoorstelbaar druk maar wie de
late herfst kiest kan er op z'n ge
mak rondwandelen. De Turkse
schoolklassen en Aziatische pel
grims die het heiligdom van Mo
hammed bezoeken, waar onder
meer de mantel, de voetafdruk, een
haar en wapens van de profeet wor
den bewaard, storen veel minder
dan de hordes vakantiesgangers
een dagje op de culturele toer.
Topkapi is een typisch Turks pa
leis met grote binnenplaatsen waar
bomen voor schaduwrijke plekjes
zorgen. Het hele complex heeft een
oppervlakte van 700.000 vierkante
meter en wordt omgeven door een
muur van 5 km lengte.
Zo massaal als het er nu staat was
het in 1479, toen Mehmet II het be
trok, nog niet. Zijn opvolgers heb
ben steeds naar eigen inzicht ver
bouwd en bijgebouwd. Tot 1853
bleef het Topkapi Paleis het cen
trum (regering, godsdienst, onder
wijs, kunst) van het rijk. De sultan
en zijn familie verhuisden toen
naar het Dolmabahce Paleis. Top
kapi raakte in de vergetelheid tot
het in 1924 museum werd.
Het is een vreemde gewaarwor
ding. Zo gauw je onder de Bab-i-
Hümayun (Keizerlijke Poort) door
wandelt, valt al het lawaai van het
20e eeuwse Istanboel weg. Je hoeft
je ogen maar dicht te doen en je
waant je ver terug in de tijd. De
tweede poort waar de bezoeker on
derdoor moet om bij de beziens
waardigheden te komen is de Bab-
i-Selam (Begroetingspoort). Alleen
de sultan mocht te paard onder de
ze poort doorrijden. Verder hadden
slechts burgers met een officiële
missie en een vertegenwoordiger
van de Janissaren toegang.
Harem
Onze Turkse gastvrouw houdt ons
nog even in spanning. Voor we
gaan rondwandelen lunchen we in
het restaurant in een van de gebou
wen die direct over de Bosphorus
uitkijken. De koks hebben plezier
in hun werk, dat merk je overal in
Turkije. Of je met een georgani
seerde toer meegaat of je gast bent
van het Turkse ministerie voor
Toerisme, het eten is altijd met veel
fantasie klaargemaakt. Als je zou
moeten vergelijken kun je zeggen
dat er overeenkomsten zijn tussen
de Turkse en de Griekse keuken
maar de balans doorslaat in het
voordeel van de Turkse.
Maar nu dan toch nog het deel
van het bezoek waarnaar we heb
ben uitgekeken: de harem. Het in
stituut Harem (verboden plaats)
heeft al heel wat fantasieën op hol
laten slaan. Juist omdat er zo wei
nig over bekend kon worden - al
leen de sultan, zijn familie en een
strenggeselecteerde groep bedien
den mocht er binnen en over wat er
zich afspeelde is bijna nooit iets op
papier gezet, deden de wildste ver
halen de ronde.
De harem van het Topkapi Paleis
behoort niet tot de oorspronkelijk
gebouwen. Het meer dan 400 ka
mers tellende gebouw is zeventig
jaar later door Kanuni sultan Sü
leyman op aandringen van zijn
vrouw Roxelane gebouwd.
Hoewel het vandaag de dag wel
enige verbeeldingskracht vraagt je
bij die kleine kamertjes een schit
terend, door intriges beheerst, hof
leven voor te stellen, zijn er nog een
paar appartementen die iets van de
oude luister uitstralen. Een van die
plekjes is de eetkamer van sultan
Ahmed III, de houten wanden zijn
helemaal beschilderd met afbeel
dingen van fruit en bloemen. Het
verhaal gaat dat deze sultan een
slechte eter was en zijn moeder de
ze decoraties bedacht om zijn eet
lust wat op te vijzelen. Ook het ap
partement van de kroonprins is
een juweeltje van 17e eeuwse Turk
se architectuur. Zoals in meer ver
trekken van het paleis zijn de wan
den hier versierd met tegels waar
op steeds weer het tulpmotief voor
komt. Het grootste vertrek in de
harem is de Hünkar Sofasi (keizer
lijke hal). Deze hal vormde de ver
binding tussen de appartementen
van de valide sultan (moeder van
de sultan) en die van de sultan zelf.
Hier vermaakten de sultan en zijn
vrouwen zich gezamenlijk. Omdat
hier veel barok en rococco- ele
menten terug te vinden zijn, gaat
men er van uit dat de hal in de 18e
eeuw een forse opknapbeurt kreeg.
Ook Nederland speelde daarbij een
rol want het tegelwerk is niets
Turks maar Delfts.
Sultan-moeder
De belangrijkste vrouw in de ha
rem was de moeder van de sultan
(valide sultan). Zij had grote in
vloed op de (vaak nog jonge) sultan
en zijn adviseurs. En als de sultan
in regeringszaken zijn mannetje
niet stond, raakte de zaak al snel in
handen van de harem, zijn moeder
en zijn zusters, met alle (kwalijke)
gevolgen van dien. Elke ambitieu
ze concubine droomde natuurlijk
De Kasikci-diamant, die behoort
tot de grootste ter wereld, gevat in
een omlijsting van 49 kleinere dia
manten.
De keizerlijke hal t
een uurwerk op
Sultan Mehmet II, hij veroverde Istanboel in 1453 en maakte van
Turkije een wereldmacht.
van een positie van valide sultan.
De gunst winnen van de sultan-
moeder was dan ook de eerste stap
op weg naar een carrière binnen de
harem. Wie goede maatjes met haar
was, had kans eens in het bed van
de sultan te geraken en hem met
een beetje geluk een zoon te baren.
Slaagde je daarin als eerste, dan
was je kostje gekocht, want de po
sitie van valide sultan was dan bin
nen handbereik.
Een positie die niet alleen maar
benijdenswaardig was. Je moest
als valide sultan verdraaid goed op
passen. Er waren er onder al die
vrouwen in de harem altijd wel een
paar die niet voor moord terug
deinsden. Waar de sultan-moeder
haar nacht zou doorbrengen was
dan ook nooit bekend. Die beslis
sing nam ze pas op het laatste mo
ment, bang als ze was om in haar
slaap te worden vermoord.
Na de moeder kwamen de kadin
efendis (vrouwen van de sultan, de
favorieten, de odalisken (vrouwen
waarmee de sultan een nacht had
doorgebracht), de toezichthoud-
sters (op de overige concubines) en
de concubines. Deze concubines,
werden meestal gekozen uit min
derheidsgroepen of waren een ge
schenk aan de sultan. Vrouwen
van de Kaukasus waren daarbij
huizenhoge favoriet.
De nieuwe concubines kregen
een strenge medische keuring en
daarna een gedegen opleiding. De
echte schoonheden werden toege
voegd aan het dienaressenkorps
van de sultan, de overigen werden
opgeleid voor andere taken in de
harem. Ten tijde van sultan Selim
III had de sultan de keus uit zeker
1200 vrouwen. Ze kregen allemaal
een salaris en konden, als ze nooit
een nacht met de sultan hadden
doorgebracht, na een zekere tijd de
harem verlaten.
Hoewel de sultan over elke
vrouw uit de harem kon beschik
ken zijn er situaties bekend waarin
de 'uitverkorene' weigerde het bed
met haar 'meester' te delen. Of dat
hun carrière in de harem ten goede
kwam, dat vermeldt de geschiede
nis niet.
Hoewel ze dus thuis het neusje
van de zalm hadden, waren er sul
tans die een relatie hadden buiten
het paleis. Een dergelijke affaire
werd met behulp van grootviziers
en zusters voor de overige vrouwen
in de harem geheim gehouden.
Ook waren sultans die absoluut
niets van vrouwen moesten heb
ben. Van Osman III wordt verteld
dat hij grote koperen spijkers on
der zijn schoenen droeg om de
vrouwen uit de beurt te houden.
Als hij in de harem rondwandelde
was dat op grote afstand te horen
en konden de vrouwen maken dat
ze wegkwamen.
Juwelen
Wie een glimp van de rijkdom
waarin de sultans leefden wil op
vangen, mag het gedeelte van het
paleis waar de kunstschatten wor
den bewaard niet overslaan. Ver
deeld over drie zalen zie je hier
werk van kunstenaars uit het hele
Ottomaanse rijk, geschenken van
heersers die goede maatjes met de
sultan wilde blijven en natuurlijk
Een van de zalen in de harem, voorzien van een koperen haard en fraai
tegelwerk.
oorlogsbuit.
Een van de bekenste kunstwer
ken is waarschijnlijk de gouden,
met drie reusachtige smaragden
versierde Topkapi dolk. Het is lou
ter toeval dat deze dolk in Turks
bezit is gebleven. Oorspronkelijk
liet sultan Mahmut I deze dolk ma
ken voor Nadir, sjah van Iran, die
hem een in India gemaakte troon
had geschonken. Toen het bericht
dat Nadir was vermoord Istanboel
bereikt, gaf de sultan opdracht zijn
afgezant met de dolk te laten terug
keren naar Turkije.
Een evenzo beroemd erfstuk van
de sultans is de Kasikci (traan) dia
mant, ook wel de diamant van de
lepelverkoper genoemd. En omdat
de oorsprong van deze 86-karaats
diamant niet bekend is, is er een
prachtige legende omheen gewe-
Een arme man zou de steen op
het strand hebben gevonden. Zich
niet bewust van de waarde ruilde