Lagere drempels: meer bezoekers?
ZATERDAG 5 MAART 1988
EXTRA
PAGINA 31
L. Verheij, secretaris stichting Leiden Museumstad: "Nergens zoveel
musea zo dicht bij elkaar". (f0to wim DUkman»
G. Verwers (Rijksmuseum van Oudheden): Er zijn nog een hoop men
sen met drempelvrees". (foto Loek zuiderduin)
Eerst was het Leiden
Museumstad en nu is het al
Nederland Museumland. De
musea plaatsen zichzelf dit
jaar als toeristische attractie
voor het voetlicht. De
museumdrempels moeten
omlaag. Dat is in een paar
woorden het doel van de
manifestatie. "Want er zijn nog
een hoop mensen die niet
zomaar een museum durven
binnen te stappen". Nederland
Museumland: een poging tot
populariseren.
door Bart Jungmann
Het idee ontstond op zee. In zijn
fraaie werkkamer in het Haags Ge
meentemuseum herinnert Henk
Overduin zich nog hoe de manifesta
tie Nederland Museumland eigen
lijk bij toeval gestalte kreeg.
De plaatsvervangend directeur: "Ik
werd in augustus 1985 uitgenodigd voor
een boottochtje op de Noordzee. Meestal
doe ik dat soort dingen niet, maar nu leek
•het me wel aardig. Aan boord werd ik
aangesproken door een man die toeris
me behandelt op het ministerie van eco
nomische zaken. Hij zei: ik zou wel eens
willen praten met iemand van de muse
umvereniging om te kijken of we niet
eens wat voor de musea kunnen doen. Ik
antwoordde: dan spreek je met de juiste
man, want ik ben voorzitter van de Ne
derlandse Museumvereniging".
Het balletje was snel en doelgericht
aan het rollen gebracht. Overleg volgde
met het Nederlands Bureau voor Toeris
me en binnen een paar minuten lagen
idee en jaar op tafel: 1988 Nederland Mu
seumland. Maar liefst 550 musea schaar
den zich achter het vaandel dat nu een
jaar lang aan de museumgevels wappert.
Overduin over het hoe en het waarom:
"Doel is eerst en vooral de toeristische
promotie. De musea zijn altijd een beetje
op zichzelf gericht geweest. Min of meer
gedwongen door de bezuinigingen is er
nu een neiging naar buiten te treden".
De drempel van de musea moet wor
den verlaagd, daarop komt het betoog
neer van zowel Overduin als alle andere
geraadpleegde museummensen. Ad
junct-directeur G. Verwers van het
Rijksmuseum van Oudheden zegt bij
voorbeeld: "Ik weet niet hoe u erover
denkt, maar volgens mij zijn er nog een
hoop mensen met drempelvrees, die dur
ven niet zomaar een museum binnen te
stappen. Ze denken dat het museum iets
is voor mensen die hebben doorgeleerd.
Heel goed dat voor hen nu op toeristisch
terrein iets gebeurt. De musea hebben
dat nooit gedaan en de touroperators
evenmin. Het museum is nooit als erg at
tractief beoordeeld. Als toeristen naar
een museum werden gestuurd, dan was
het meestal in Amsterdam of Volendam.
Maar nooit eens Rotterdam of Schoon
hoven, waar je toch een prachtig zilver-
museum hebt".
Culturele functie
Overduin vindt het tijd om even op de
rem te trappen. "Bij alle besprekingen
hebben we wel altijd voorop gesteld: de
culturele functie staat primair. Het gaat
er in Nederland Museumland bijvoor
beeld ook om de inhoudelijke samen
werking te. stimuleren. Dat gebeurt al
steeds meer, denk maar aan de gezamen
lijke tentoonstelling Holland in Design
die vorig jaar is gehouden. Maar tot nu
toe ging het daarbij vooral om de grotere
musea en het is juist zo belangrijk dat nu
ook de kleinere musea eens voor het
voetlicht worden gebracht. Juist voor
die musea moet dit een blockbuster, een
groot evenement worden".
Wat denken die kleine musea er zelf
van? Bij het Katwijks Museum luidt het
oordeel gunstig. "Maar of het wat uit
maakt? Ik weet het niet. Als we een aar
dige expositie hebben trekt dat toch wel
mensen", zegt C. Taat van het museum in
Katwijk.
"Is dat niet die actie met die jaarkaart
en een dag gratis naar een museum?",
slaat vertegenwoordiger Bins van de Lif-
tenvereniging in Zeist een paar slagen in
de lucht. De vereniging beheert het Lif-
tenmuseum in Alphen aan den Rijn en
doet niet mee aan Nederland Museum-
land, zoals inmiddels duidelijk zal zijn.
"Daar hebben wij geen belang bij", zegt
Bins. "We hebben niet zoveel behoefte
aan propaganda. Onze collectie is inte
ressant voor mensen die werken in de lif-
tenindustrie of erin gewerkt hebben.
Voor de gemiddelde leek zal het niet zo
geweldig interessant zijn".
Benedict Goes van het Pijpenkabinet
in Leiden: "Ik heb wel het gevoel dat het
een goed effect zal hebben, maar tot nu
toe vind ik het niet denderend. Ik heb het
idee dat er wel wat meer aan kan worden
gedaan. Maar misschien moet het nog
wel groeien".
Opvallend goed
Dat moet het inderdaad. De wortels
liggen in Limburg en de eerste berichten
uit het zuiden stemmen Overduin opti
mistisch. "Elke maand staat er in Neder
land Museumland een provincie cen
traal. In januari was dat Limburg en dat
is heel goed gegaan".
Directeur Finger van het Mijnmuseum
in Kerkrade bevestigt dat in zijn hoeda
nigheid van provinciaal consulent. In die
functie heeft hij het Limburgse aandeel
in de manifestatie gecoördineerd. "Janu
ari is in de regel niet zo'n beste maand
voor ons, maar dit keer was het echt op
vallend goed. Vooral in de musea waar
aan in de media speciale aandacht werd
besteed, is het aantal bezoekers flink ge
stegen. Het Bonnefantenmuseum in
Maastricht had twee keer zoveel bezoe
kers en het Mijnmuseum zelfs acht keer
zoveel. Opvallend is dat juist veel men
sen van buiten de provincie naar de Lim
burgse musea zijn gekomen. Het is ons
dus heel goed bevallen. En dan moet zo'n
initiatief volgens mij er in de loop van het
jaar ook nog een beetje in komen".
Finger rekent daarbij vooral op 'mond-
op-oor-reclame', zoals hij dat noemt. "In
maart of mei kun je er pas echt een goed
beeld van krijgen".
Over een maand moeten de Zuidhol
landse oren bereikt zijn. In april is Zuid-
Holland museumland. Overduin: "De
maand wordt geopend met een grote ma
nifestatie in Den Haag". De meeste Zuid
hollandse musea zullen zich dan van hun
beste kant laten zien. "Een mooi stukje
samengevoegd vuurwerk", vindt M.L.
Wurfbain, directeur van museum De La
kenhal en molen De Valk in Leiden.
"Maar als verwijsfunctie sla ik het niet zo
heel hoog aan".
Die gezamenlijke presentatie is ook ei
genlijk de enige gemeenschappelijke ac
tiviteit, de meeste musea laten het muse
umjaar verder voor wat het is of geven er
op eigen wijze kleur aan. "De musea zijn
ook te divers om echt gezamenlijk iets te
ondernemen", zegt directeur Schneider
van het Rijksmuseum vart Oudheden.
Archeologie
Zijn museum aan het Rapenburg biedt
vanaf 23 april onderdak aan de archeolo
gische tentoonstelling 'Nederland on
dersteboven'. Nederland en archeolgie
was één van de thema's waarmee de or
ganisatie aanvankelijk Nederland Muse
umland wilde inkleuren. Dat bleek ech
ter niet te realiseren. Maar in het kielzog
van het Rijksmuseum van Oudheden be
steedt nog een aantal musea aandacht
aan archeologie.
Zo stelt het Pijpenkabinet in april de
'kleipijp als gidsfossiel' tentoon. Bene
dict Goes legt uit: "De kleipijp geeft in
formatie over grondlagen en is een aan
wijzing voor de sociale status van de be
woners". De expositie 'Nederland On
dersteboven' bestrijkt een breder vlak.
Getoond wordt hoe het zogenaamd bo
demarchief ontstaat en aan de hand van
vijf belangrijke opgravingen wordt uit
gelegd hoe archeologie werkt.
Andere musea in de regio doen het rus
tiger aan. "Wij hebben onze vaste exposi
tie en doen verder niets extra's", zegt
Freek Wachter van het Katwijks Muse
um. "Wij doen wat kleine dingetjes", zegt
Lieke Vervoorn van het Rijksmuseum
voor Volkenkunde. "Voor meer is ook
geen ruimte. Aan de ene kant zitten we
dit jaar in een verbouwing. Aan de ande
re kant hebben we er de mankracht niet
voor. We zijn gewoon puur onderbezet.
Inderdaad, gevolg van de bezuinigin
gen".
Museum De Lakenhal zet zijn aandeel
nog even in de ijskast. In het kader van
Nederland Museumland opent het muse
um aan de Oude Singel in september de
expositie 'Klein Maar Fijn', waarin aan
dacht voor Leidse fijnschilders als Ge
rard Dou en Frans van Mieris. Wurfbain:
"Die tentoonstelling was al een tijdje ge
pland en niet meer te verzetten. Ik vind
het ook niet zo'n ramp dat we die ten
toonstelling niet in april hebben. Anders
zou je toch met een enorme opeenhoping
komen te zitten. Voor molen De Valk
hebben we nog geprobeerd mee te doen
aan het thema Nederland en techniek,
maar dat bleek niet meer haalbaar".
Reclame
"Maar wat natuurlijk de allermooiste
reclame wordt is het openingsprogram
ma van Hilversum 3 met minister Brink
man in de hoofdrol", roept Leo Verheij,
secretaris van de stichting Leiden Muse
umstad vol enthousiasme. Begin april
gaat de derde tv-zender officieel in de
lucht en de bewindsman mag het eerste
programma samenstellen. Hij zet daarbij
zijn eigen woonplaats flink in het zonne
tje met een wandeling door Leiden,
waarbij hij niet zonder meer voorbij gaat
aan de musea. Om het culturele karakter
van Nederland 3 te benadrukken, en als
blikvanger voor Nederland Museum-
land.
Dit toevallig samenvallen van Neder
land Museumland en Leiden Museum
stad stemt Verheij zichtbaar verheugd.
Twee jaar geleden is Verheij bij de stich
ting betrokken geraakt en naar eigen
zeggen heeft hij 'de zaak een beetje opge
krikt'. De stichting Leiden-Museumstad
was een beetje ingedut, zo blijkt uit zijn
verhaal. Het ontwaken is overigens nog
niet tot iedereen doorgedrongen. De af
deling voorlichting van de gemeente Lei
den had bijvoorbeeld nog geen benul
welke personen er tegenwoordig bij de
stichting betrokken zijn.
Maar Verheij is het levende bewijs van
het opgeleefde enthousiasme. Alsof er
een Olympische medaille mee te verdie
nen is. "Nergens zoveel musea zo dicht
bij elkaar", herhaalt hij de slogan van
Leiden Museumstad. De musea (Verheij:
"Dat varieert van Lakenhal tot Volken
kunde") worden met hernieuwde ener
gie nader tot de mensen gebracht, zoals
de doelstelling van de stichting luidt.
Trefwoord daarbij is opnieuw drempel
verlaging.
De werkzaamheden van de stichting
Leiden Museumstad worden over het al
gemeen \yel op prijs gesteld door de mu
seummensen. Al zegt Benedict Goes van
het Pijpenkabinet: "Erg veel merken we
er niet van. Het belangrijkste is het con
tact datje daardoor met de andere musea
hebt. Kun je bijvoorbeeld eens een vitri
ne lenen".
Enquête
Maar Wurfbain vindt dat er, naast de
versterking van de onderlinge banden,
ook 'in de propagandistische sfeer' goed
werk wordt verricht. "Wij hebben daar
over in 1986 een enquête gehouden in on
ze twee musea en dat is toen overduide
lijk gebleken". Verheij: "Het besef om de
publiciteit op te zoeken is niet altijd even
groot geweest. Veel directeuren kwamen
uit de wetenschappelijke hoek en ston
den daar nooit zo bij stil. Gelukkig is
daarin nu een hoop ten goede veran
derd".
Namens de musea is de stichting nu
zelfs een een-tweetje aangegaan met het
Wassenaarse pretpark Duinrell. Wie had
tien jaar geleden kunnen denken dat die
twee werelden elkaar nog eens zouden
treffen? Afgelopen dinsdag werd de sa
menwerking in het Rijksmuseum van
Oudheden wereldkundig gemaakt.
Duinrell stelt het komend seizoen een
van zijn paviljoens beschikbaar. Daarin
worden de gasten opmerkzaam gemaakt
op de aanwezigheid van musea in Lei
den. Voor de levendigheid draait er ook
nog een video-filmpje over de Leidse
musea, waarmee het zelfde doel wordt
beoogd. "Het is goed om het stoffige ka
rakter van musea eens de grond in te
slaan", aldus het gespierde taalgebruik
van een Duinrell-vertegenwoordiger op
de bijeenkomst.
De samenwerking van de Leidse mu
sea en de Wassenaarse camping annex
attractiepark is illustratief voor de opzet
van Nederland Museumland: de musea
worden vooral aangeprezen als mogelijk
heid voor toeristisch uitstapje. Zo op het
eerste gezicht een beetje eenzijdig, want
er wordt ook vaak op gewezen dat men
sen elders wel een museum bezoeken,
maar de musea in eigen woonomgeving
nauwelijks kennen. C. Taat van het Kat
wijks Museum is bijvoorbeeld die me
ning toegedaan: "Als mensen naar een of
ander lullig dorpje in het Zwarte Woud
gaan bekijken ze alles wat er te bekijken
valt. En in het eigen dorp bezoeken ze
niets. Ik zou wel willen dat er meer Kat-
wijkers in ons museum kwamen".
Krant
Bij de Stichting Leiden Museumstad
wordt dat ook onderkend en daarom, zo
vertelt Verheij, wordt er twee keer per
jaar een museumkrant in de Leidse regio
verspreid met daarin de activiteiten van
de verschillende musea. Henk Overduin
denkt dat de typisch toeristische bena
dering geen bezwaar hoeft te zijn. Het is
maar hoe je dat aanpakt. "Het is volgens
mij een kwestie van èn-èn: zowel regio
naal, nationaal als internationaal. En dat
kan per provincie op verschillende ma
nieren worden ingevuld".
Overduin wil Nederland Museumland
vooral zien als een soort vliegwiel. Het
heeft iets in gang gezet dat ook op lange
re termijn zijn vruchten zal afwerpen.
"De publieke infrastructuur van de mu
sea krijgt op deze manier vorm", zegt hij.
Ook intern. Tot de activiteiten die in het
kader van Nederland Museumland wor
den georganiseerd, behoort tevens een
cursus publieksbegeleiding voor muse
ummedewerkers. Allemaal met als oog
merk het aantal bezoekers op te krikken.
Veel te klagen heeft het museumwe
zen daarover trouwens toch niet. In bijna
twintig jaar tijd is het aantal bezoekers
gestegen van zeven miljoen naar zestien
miljoen. Overduin denkt te weten hoe
dat komt: 'De musea hebben heel goed
ingespeeld op hun recreatieve mogelijk
heden. In vergelijking met andere cultu
rele instellingen biedt het museum de
mogelijkheid tot individuele omgang
met cultuur". (Overduin bedoelt: je kunt
zelf bepalen wanneer je naar een muse
um gaat. Met een concert kan dat niet).
"En het museum kan daarbij een heel
breed produkt leveren. Het kan inspelen
op elke trend. In de jaren zestig was er de
hang naar het oosten, daarvoor waren de
musea voor volkenkunde. Toen kreeg je
de oliecrisis en raakten de mensen geïn
teresseerd in natuurlijke energiebron
nen. Daarvoor waren de natuur-histori-
sche musea. Nu is er de hele hausse in
design en daarmee kunnen andere mu
sea weer hun voordeel doen".
Beknibbelen
Hoewel hij blij is met het hoge pu-
bliekscijfer, constateert Overduin ook
dat het al een paar jaar stagneert. Maar
hij denkt dat de manifestatie Nederland
Museumland de curve weer omhoog kan
doen buigen. Met de bezuinigingen op
het museumwezen is dat ook hard nodig,
vindt hij. Er wordt te veel beknibbeld en
daarbij zoekt de overheid volgens Over
duin haar heil te veel in sponsoring. "Dat
wordt zo makkelijk gezegd. Bij een grote
tentoonstelling is het ook niet zo'n pro
bleem om sponsors te vinden. Maar de
culturele vernieuwing komt daardoor
ernstig in het gedrang, die laat zich niet
zo gemakkelijk sponsoren. En hier in het
Haags Gemeentemuseum liggen bij
voorbeeld zo'n drieduizend stukken die
regelamtig bijgehouden of zelfs geres
taureerd moeten worden. Vind daarvoor
maar eens een geldschieter".
Maar hij constateert een kentering ten
goede. "Vorig jaar heeft minister Brink
man acht miljoen gulden uitgetrokken,
juist voor restauratiewerkzaamheden.
We zijn er nog lang niet, als belangenver
eniging kun je natuurlijk nooit zeggen
datje er al bent. Maar er is nu wel sprake
van een goed samenspel tussen politiek
en museumwereld. Ik ben daarom- be
hoorlijk optimistisch voor de toekomst.
Mede dank zij Nederland Museumland
worden er nu belangrijke aanzetten ge
geven voor een betere toekomst van de
Bij al die juichtonen zou de kritiek op
de manifestatie haast,worden vergeten.
En die is er wel. Sommigen vinden Ne
derland Museumland te veel uiterlijk
vertoon. Het aantal toeschouwers is
doorslaggevend geworden en de collec
tie slechts bijzaak. Iets dergelijks zei Ru-
di Fuchs ook in een lezing vorig jaar. De
aanstaande directeur van Haags Ge
meentemuseum (de opvolger dus van
Overduin) vroeg zich af of de musea te
genwoordig vooral geïnteresseerd zijn in
hapklaar lokaas voor publiek.
Uiterlijk
Henk Overduin wil die kritiek voor
een deel wel beamen: "Dat de manifesta
tie vooral op het uiterlijk is gericht, daar
zit wel wat in. Geen kwestie van onwil,
maar gewoon een praktisch probleem.
Toen we destijds het proefballonnetje
van een museumjaar oplieten, konden
we echt niet vermoeden dat zoveel mu
sea (550 dus) positief zouden reageren.
Inhoudelijk kon er toen niet zoveel meer
worden gerealiseerd. Daarvoor is het bu
reau dat Nederland Museumland coördi
neert onvoldoende bezet". Overmacht
dus.
G. Verwers van het Rijksmuseum van
Oudheden neemt heel gedecideerd af
stand van de kritiek. "Het is absoluut
niet zo dat musea alleen maar geïnteres
seerd zijn in leuke dingen en grote pu
bliekstrekkers. Wat zou het museum
daar nu voor belang bij hebben? Geen
enkel toch? Onze enige hoop is dat het
publiek op die manier vertrouwd raakt
met het museum en ook eens een keer
naar onze vaste collectie komt kijken".
Waarna de woorden drempelvrees en
drempelverlaging weer vallen. Onder die
noemer scharen vrijwel alle geraadpleeg
de musea in de Leidse regio zich achter
Nederland Museumland. De relativering
komt van M.L. Wurfbain. "Tja, wat is het
nut van zo'n initiatief', herhaalt hij de
vraag. "Het is nogal in de mode om dit
soort dingen te organiseren: het jaar van
het kind, het jaar van de invalide. Ik weet
niet of dat nut heeft gehad. Als dat zo is,
zal dit zeker ook wel een bepaald nut
hebben".