'Je wordt hier snel in een hokje gestopt' Peter Lenssen weigert het PTT-uniform EN DE JAREN Ambtenarengerecht moet uitspraak doen in 'gewetensconflict' ZATERDAG 27 FEBRUARI 1 iwjuMij .j-i uiam door Herman Joustra Esther Dik is 19 jaar en woont in het gezinsvervangend internaat 'Bouwlust' in Oegstgeest. Haar ouders wonen in Kongo, waar haar vader werkt voor Heineken. Esther zit nu in de eindexamenklas van het atheneum en wil daarna rechten studeren. Als het even kan wil ze na haar studie weer terug naar het buitenland, waar ze het grootste deel van haar jeugd heeft doorgebracht. Want vooral de hokjesgeest in Nederland staat haar niet aan. Het negende deel van onze artikelenserie over jongeren en de jaren tachtig. "Als je er in ons land iets anders bij loopt of je iets anders gedraagt, word je afgekat en in een hokje geduwd". r Esther Dik (19): "De manier waarop mensen hier met elkaar omgaan bevalt me niet. het is helemaal zo'n kliek hè" Veel mensen denken dat er op een in ternaat moeilijk opvoedbare kinde ren zitten. Dat is dus hier niet het geval. Hèt is een gezinsvervangend inter naat. De ouders van alle kinderen hier wonen in het buitenland. Negen van de tien keer blijven de kinderen in Neder land in verband met hun schooloplei ding of hun studie. Op een internaat als dit kunnen ze dan terecht. We zitten hier met ongeveer vijftig kinderen, de helft jongens en de helft meisjes. De eigenaar van dit internaat en zijn vrouw hebben de leiding over het geheel. Die zijn eigen lijk ook een soort tweede vader en moe der voor je, ze zorgen voor je als je -ziek bent, ze staan je bij. En dan is er nog iemand die bij hen in dienst is. Die draait wisselende diensten met ze omdat het anders te zwaar zou worden". "Het is hier beslist geen opvoedings kamp, zoals sommige mensen denken. Natuurlijk zijn er wel regels waaraan je je moet houden, anders wordt het een puin hoop. Zo heb je je te houden aan bedtij den. De allerjongsten gaan om negen uur naar bed, voor de oudsten is dat elf uur doordeweeks en twee uur in het week einde. En je moet altijd melden waar je heen gaat, zodat ze weten waar je zit. Maar zo streng is het allemaal niet, als je een keer laat bent kun je gewoon even opbellen. Vrienden of vriendinnen kun nen ook altijd meeëten of blijven slapen. Daarover wordt niet moeilijk gedaan. Spijt van mijn keuze heb ik dan ook nooit gehad". Gesprek "Het is mijn tweedejaar hier op het in ternaat. Er bestaan geen toelatingseisen, je komt wel van tevoren voor een ge sprek. Je ouders zijn daar ook bij. Aan de hand van dat gesprek bepaalt de leiding of je wordt toegelaten. Ze kijken ook naar je leeftijd. Het moet een beetje ge lijk verdeeld blijven. De kinderen die hier zitten variëren in leeftijd van twaalf tot ongeveer negentien jaar. Maar als ik dit jaar zak betekent dat niet dat ik weg moet. Twintig jaar is geen probleem. Maar als ik volgend jaar eventueel ga stu deren kan ik niet blijven". "Er is een beperkt aantal plaatsen be schikbaar, de wachtlijst is heel groot. Als je in eerste instantie wordt afgewezen hoeft dat niet definitief te zijn. Het kan zijn dat sommige ouders onverwacht te rugkomen naar Nederland en hun kinde ren van het internaat halen. Dan komen er plaatsen vrij. De kinderen die op de wachtlijst staan komen dan opnieuw in aanmerking". Zelfstandig "Ik denk dat het grootste voordeel van een internaat is datje heel vroeg zelfstan dig bent. Je moet hier gewoon voor jezelf opkomen, je moet in een bepaalde mate voor jezelf zorgen. Hier zijn geen ouders om op je te letten, je moet je eigen boon tjes doppen. Als ik bijvoorbeeld ziek ben moet ik dat wel zeggen. Ze lopen hier niet achter me aan van 'je ziet er slecht uit'. Als ik naar de dokter wil moet ik dat zelf zeggen. Wanneer je problemen hebt moet je ze zelf oplossen. Al kun je na tuurlijk bij de leiding terecht. En het rei zen. Wanneer ik naar mijn ouders ga vlieg ik zonder begeleiding, zoals de meesten hier. Ik ga drie keer per jaar naar ze toe, 's zomers ben ik er zelfs twee maanden achter elkaar. Ik kan niet zeg gen dat ik ze echt mis. Natuurlijk heb je af en toe wel een periode datje denkt: ik wou dat ik bij hen was. Maar je bent hier met zo veel mensen om je heen. En die zitten allemaal in hetzelfde schuitje". "Of het hier duur is? Wat vind je duur? De ouders betalen ongeveer vijfentwin tig- a dertigduizend gulden per jaar, pre cies weet ik dat niet. Daarbij komen dan nog zaken als dokters- en telefoonkos ten. De meesten hier gaan jaarlijks ook mee op wintersport, dat moet apart wor den betaald. En als je in de weekeinden uitgaat komt dat er ook nog eens bij. Maar een groot deel van de kosten wordt gefinancierd door de maatschappij waar voor de mensen werken".' "Mijn ouders wonen op dit moment in Afrika, in Kongo. Ik heb er samen met hen ook zes jaar gewoond, maar in ver band met mijn middelbare schooloplei ding zijn we teruggekomen naar Neder land. Sinds een jaar of drie wonen mijn ouders er weer. Mijn vader werkt daar voor Heineken, als coördinator van de nieuwbouw en uitbreiding van bierbrou werijen. Maar hij zit nooit lang op dezelf de plaats, als een project is afgerond gaat hij weer naar een andere plek". "Ik heb in verschillende landen ge woond. Zaïre, Nigeria, Tchad, Grieken land, Israël, Kongo. Maar ik ben in Rot terdam geboren. We gingen naar het bui tenland toen ik drie jaar was, en we kwa men terug toen ik ongeveer elf was. Het grootste deel van mijn jeugd heb ik dus in het buitenland doorgebracht. Wat het voor mijn jeugd betekende om in het bui tenland op te groeien? Je ziet natuurlijk veel meer dan andere kinderen, en je leert ook anders tegen bepaalde dingen aan te kijken. De armoede waarmee je wordt geconfronteerd bijvoorbeeld, je bent dan tevreden met watje hebt. En je groeit op met andere kinderen, in een an dere cultuur". Tropenrooster school. Dat deed ze via een IVO-cursus. De IVO is een stichting die voor je boe ken zorgt en je proefwerken nakijkt. Je stuurt de proefwerken op naar Neder land en ze komen weer nagekeken terug. Op de uitslag hoefde je niet lang te wach ten. Mijn rapporten kreeg ik ook opge stuurd". Hoopvol "Het is gewoon een heel ander leven, zeker in de tropen. Door de hitte lijkt al les langzamer te gaan, het maakt dat je op andere uren leeft. Overdag tussen twee en vier uur zie je niemand, want dan is het te heet. Mijn vader werkte volgens een tropenrooster, van half zeven 's och tends tot een uur 's middags. De meeste mensen leven buiten, je bent daar eigen lijk nooit binnen. Ik speelde in de open lucht met vriendjes en vriendinnetjes, ik was de hele dag in touw. Ik kreeg ook pri- vé-onderwijs van mijn moeder, tot het ni veau van de zesde klas van de lagere "Op mijn elfde kwam ik dus terug naar Nederland. Ik ben toen naar de mavo ge gaan, want daarvoor had ik het advies ge kregen. Daarna heb ik de havo gedaan, en nu zit ik op het atheneum, het Rijn lands Lyceum in Oegstgeest. Ik heb nu twee schoolonderzoeken achter de rug, en zoals ik er nu voor sta is het hoopvol. Ik wil rechten gaan studeren, een baan in het buitenland als jurist trekt me wel. Be drijfsjurist of iets dergelijks, bij een grote maatschappij. Maar eigenlijk weet ik nog niet precies wat ik wil. In elk geval wil ik liever niet in Nederland blijven, het is hier te koud. En de manier waarop de mensen met elkaar omgaan bevalt me niet. Het is allemaal zo'n kliek hè, je wordt snel in een hokje gestopt. Toen ik terugkwam in Nederland had ik daar moeite mee. Ze deden zo koel en stug. Ze noemen me nu soms een 'kakker', dat steekt me. Ze letten alleen maar op je ui terlijk, op je kleding. Als je er in ons land iets anders bij loopt of je iets anders ge draagt word je afgekat en in een hokje geduwd". "In die landen waar ik ben geweest is dat totaal anders, al ben je daar met een kleine groep blanken. Je merkt daar niets van discriminatie, ik ben in Afrika nog nooit uitgescholden. Ja, ze zeiden wel eens 'blanke' tegen me, maar dat was altijd vriendelijk bedoeld. In welk land ik het liefst zou willen wonen weet ik niet. De Afrikaanse lancien trekken me natuurlijk. Maar ik zou ook wel eens in Zuidoost-Azië willen kijken, of in Zuidamerika. Of ik ook in Zuidafrika zou kunnen wonen? Ik weet het niet, daar ligt het wat anders. Ik denk dat het daar gevaarlijk is voor een blanke om er te wo nen. Maar ik denk ook dat de discrimina tie onder de Afrikaanse bevolking groot is. Door de verschillende rassen en stam men. Dat is natuurlijk geen excuus voor apartheid, iedereen is toch mens?". "Ik vind wel dat de multi-nationals daar moeten blijven. Want ze doen heel veel voor de zwarte bevolking. Ze ver schaffen niet alleen werk, maar ook op sociaal gebied zijn ze belangrijk, ze zor gen immers voor huisvesting en onder wijs. Maar het is weer typisch Neder lands om daartegen te ageren. Het is weer de hokjesmentaliteit van 'wie daar zit is verkeerd'. Vaak zijn de mensen er niet eens geweest, maar ze denken het wel precies te weten" "Ik volg de buitenlandse politiek niet echt, behalve als het gaat om de landen waar ik heb gewoond. De interesse is daarvoor natuurlijk veel groter omdat je er meer van af weet. Met de binnenland se politiek hou ik me ook niet echt diep gaand bezig, maar ik vind wel dat de hui dige regering het prima doet. Al hou ik niet precies bij welk beleid er wordt ge voerd". CDA gestemd "Vorig jaar heb ik op het CDA ge stemd, deels uit een christelijke motiva- .tie. Ik ben christelijk opgevoed, ik hoor tot de Vergadering van Gelovigen. Het verschil met de Hervormde Kerk is bij voorbeeld dat we niet als kind worden gedoopt. Dat gebeurt pas als je dat zelf wilt, dus de motivatie komt uit jezelf, niet omdat je ouders vinden dat je ge doopt moet worden. We hebben ook een maal per week een gezamenlijk avond maal. Het geloof is heel belangrijk voor me. Ik heb er heel veel steun aan als ik in moeilijkheden zit of als ik me alleen voel. Voor mij betekent het een enorme rugge steun. Maar ik zal niet zeggen dat ik altijd naar de kerk ga, dat doe ik alleen als ik daaraan behoefte heb. Ik vind niet dat een ander daarover moet beslissen, ik hou niet zo van al die regels. We vormen een wat vrijere stroming binnen de kerk. Misschien dat ik nu tegen wat schenen aanschop, maar wat de Katholieke Kerk doet vind ik echt onzin. De paus verbiedt van alles, maar wie is hij om dat te doen? En als de mensen in God geloven is dat prima, maar ga niet andere mensen ver heerlijken, zoals de paus". "Je kunt zelf vanuitje geloof wel bepa len wat goed is en wat slecht, zonder dat iemand anders dat voor jou doet. Maar het is natuurlijk niet zo dat je maar wat kunt aanrommelen. Op een bepaald mo ment heb je een geweten dat je stuurt. Het geloof beïnvloedt sterk mijn denken. Neem bijvoorbeeld abortus. Dat kan niet. Behalve als de moeder in levensge vaar verkeert, dan is het wat anders. Maar het zomaar weghalen van een kind vind ik niet juist. Euthanasie is ook zo iets, daar ben ik ook niet voor. Als je wer kelijk gelooft in God is er geen tussen weg in dat soort dingen. Je zegt ja of je zegt nee. Je zegt niet 'misschien'. Dat is gewoon zo. Ook met alledaagse dingen ben ik met mijn geloof bezig, zoals mijn school. Vóór een schoolonderzoek doe ik bijvoorbeeld een schietgebedje, dat ik hoop dat het goed gaat, en dat God mij de kracht geeft om het goed te doen. Als het fout gaat, prima, dat kan wel eens gebeu ren. Ik denk niet zo negatief'. Positief "Mijn toekomst zie ik dan ook heel po sitief, al weet ik natuurlijk niet hoe die er zal uitzien. Ik denk ook datje van het po sitieve moet uitgaan. Ik ben piet iemand die zegt: er zijn al zo veel werklozen in Nederland dus ik zal ook wel geen baan krijgen. Als je maar gezond bent en ge lukkig bent met de dingen die je doet. Je moet er gewoon het beste van maken. Kijk, je zult best wel eens een tegenslag hebben in het leven, maar dat hoort erbij Het is vallen en opstaan". Voor de 30-jarige Utrechtse part time postbode Peter Lenssen is elk uniform een symbool van agressie. Dat is dan ook de reden waarom hij in conflict is met zijn werkgever. De PTT vindt dat hij de verplichte dienstkleding moet dragen. Lenssen, afgestudeerd sociaal psycholoog, moet dat accepteren of een andere baan aanvaarden. Voor het ambtenarengerecht vocht Lenssen, die al dertien jaar 'in burger' post bestelt, onlangs de sinds september vorig jaar geldende verplichting om be drijfskleding te dragen aan. Hij ziet zich zelf als een gewetensbezwaarde. De PTT ziet het uniform helemaal niet als symbool van agressie. Het is in de ogen van het bedrijf juist een visitekaart je. De dienstkleding, zoals de PTT het uniform liever noemt, dient om de her kenbaarheid van de postbode te vergro ten. „Ik kan me dat vanuit het standpunt van de PTT wel indenken, maar zelf vind ik deze manier van redeneren het zoveel ste bewijs dat er iets faliekant mis is. Een uniform degradeert een mens tot een pak. Het is niet mogelijk dat grote groe pen mensen elkaar afslachten, oorlog voeren, zonder dat ze daarbij een uni form dragen. Ze zouden elkaèr in de rug schieten, omdat ze niet weten wie bij wie hoort. Ik zie een direct verband tussen het dragen van een uniform en geweld. Daarom kan ik niet voldoen aan de PTT- De PTT verlangt volgens Lenssen dat de postbestellers zich onderscheiden van een concurrend bedrijf als de Stads post. „Bestellers van andere bedrijven zijn blijkbaar geen werknemers zoals wij, maar concurrenten. En die concur renten moeten plaats maken voor ons, wat betekent dat ze uiteindelijk werk loos zullen worden. Momenteel worden de messen geslepen voor de op handen zijnde privatisering van de PTT en wordt er bewust een vijandsbeeld gecreëerd". "De PTT is er alles aan gelegen zoveel mogelijk visitekaartjes te hebben", zei mevrouw mr. M. Blom-Van Oostrum, chef Arbeidsvoorwaarden en Rechtspo sitieregelingen Personeel van het Post- district Utrecht onlangs voor het Ambte narengerecht. Volgens haar betekent Lenssens weigering het uniform te dra gen dat hij niet meer kan voldoen aan 'het visitekaartje zijn van PTT-Post'Hij zou derhalve overplaatsing moeten ac cepteren naar een andere functie waarbij hij niet met het publiek in aanraking komt. Peter Lenssen is echter zeer tevreden met zijn part-time baan als postbode en vindt dat hij zijn werk net zo goed zonder uniform kan doen. Hij doet dat immers al dertien jaar naar ieders tevredenheid. Toen hij als hulp-postbesteller begon was er geen uniformplicht. Een aantal ja ren geleden kregen full-time postbestel lers weer een uniform. Inmiddels dienen ook hulpbestellers in het PTT-blauw ge kleed te gaan. Er is een kleurencatalogus beschikbaar waaruit iedere postbode be drijfskleding kan kiezen. De keus is ruim. Er zijn verschillende modellen broeken (bandplooi of recht). Verder kan de PTT'er onder meer kiezen uit een blouson, trui, colbertjasje en polo-shirts. Een woordvoerder van de Centrale Di rectie van de PTT in Den Haag spreekt van een 'Wehkamp-achtige aanpak'. "Ik werd volkomen onverwacht met de uniformplicht voor hulpbestellers ge confronteerd", vertelt Peter Lenssen. „We hoorden op een vrijdag dat er de vol gende dag iemand van het kledingmaga zijn zou komen om onze maten op te ne men". Hij vroeg daarop onmiddellijk of hij tegen deze beslissing in beroep kon gaan. Dat kon echter niet; de uniforme ring was onherroepelijk. "Het dragen van een uniform staat mijn maatschappijvisie in de weg", legt Lenssen uit. Hij is behalve postbode huisman en zorgt voor zijn twee (en zeer binnenkort drie) kleine kinderen. Hij heeft van collega's nooit negatieve reac ties gekregen, maar hoort wel regelmatig dat men niet begrijpt wat zijn bezwaren zijn. „Toen ik met de uniformplicht werd geconfronteerd was mijn eerste reactie: ik neem onmiddellijk ontslag. Maar mijn vriendin kon me ervan overtuigen dat dat geen goede oplossing was. Er moest ook iets anders mogelijk zijn". De hulpbesteller maakte zijn bezwa ren schriftelijk kenbaar aan de directeur van het Postdistrict Utrecht, maar vond geen gehoor. Hij ontving een brief terug waarin onder meer stond: 'Mocht u blij ven weigeren de bedrijfskleding te dra gen, wat ik overigens niet hoop daar u een goede medewerker bent, dan ben ik genoodzaakt u ontslag uit de dienst te verlenen'. Hierop spande Peter Lenssen een procedure aan bij het Ambtenaren gerecht. Maar omdat de PTT verder geen uitstel meer wilde verlenen werd Peter Lenssen november vorig jaar opgedra gen het uniform direct aan te trekken. Via een ambtenaren kort geding be streed hij deze verplichting, omdat de procedure bij het Ambtenarengerecht nog niet was afgerond. En de voorzitter van het Ambtenarengerecht stelde de postbode voorlopig in het gelijk. Totdat de juridische procedure over de zaak zal zijn afgerond hoeft hij geen uniform aan. De voorzitter stelde in zijn vonnis dat de PTT geen belang heeft bij het onmiddel lijk doorvoeren van de uniformplicht ten aanzien van Peter Lenssen, omdat hij im mers sinds hij als postbode werkt nog nooit een uniform heeft gedragen. Peter Lenssen, ook erkend gewetens bezwaarde militaire dienst, heeft zich in de materie verdiept. Veel Nederlandse juridische uitspraken over gewetensbe zwaren binnen de werkkring zijn er niet. Er is eens een zaak geweest waarin ge toetst werd of een verzekeringsagent het recht had te weigeren verzekeringen af te sluiten voor bontjassen, omdat hij het maken van bontjassen dierenmishande ling vond. De man werd met ontslag ge dreigd, spande een juridische procedure Overigens heeft de PTT Lenssens ge wetensbezwaren erkend. Men vindt ech ter dat hij dan ook de consequenties moet aanvaarden en daarom genoegen moet nemen met ander werk waarbij hij niet met het publiek in aanraking komt. De PTT heeft hem inmiddels twee keer ander werk aangeboden. Dat heeft de postbode afgewezen omdat zijn gezin daardoor in de knel zou komen. Voor de Peter Lenssen: voorlopig in het gelijk gesteld. <roto gpd> ene baan zou hij wekelijks twee nachten moeten werken en voor de andere baan vijf ochtenden per week 2,5 uur van kwart voor zes tot kwart over acht. „Dat is net op de tijd dat de kinderen veel aan dacht vragen en verzorging nodig heb ben". De uitspraak van het Ambtenarenge recht is volgende week. INEKE PETERS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 21