Aan pure flamenco valt nu weinig te verdienen 'Wie is hier nu werkelijk krankzinnig?' PODIUMBUK Trouw aan tradities is er bijna niet meer bij Piano-vioolduo: perfecte balans DINSDAG 2 FEBRUARI 1988 PAGINA 19 Redactie Pieter C. Rosier LEIDEN- Margreet Dolman, Harry Sacksioni, Hamlet, Edward de Tweede, Hendrik de Vijfde en Fiesta Gitana. Zo maar een greep uit het gevari eerde programma-aanbod van de Leidse theaters in deze week. Edward II De theaterwerkplaats InDe- pendance in Arnhem heeft als nieuwe produktie het konings drama 'Edward II'van Christop her Marlowe, een tijdgenoot en rivaal van Shakespeare, uitge bracht. In een regie van Peter Zonneveld spelen zes acteurs achttien personages in 52 elkaar snel opvolgende scènes. De voor stelling is op woensdag- en don derdagavond in het LAK-theater te zien. InDependance biedt theater makers gelegenheid vorm te ge ven aan eigen ideeën, die door het experimentele of onderzoe kende karakter nog niet elders zijn te verwezenlijken. In het ge kozen drama gaat het niet om de ontwikkeling van de karakters van mensen, maar om die van de gebeurtenissen, waarin vorsten tot gewone mensen en mensen tot beesten worden. In de stukken van Marlowe is seksualiteit een gegeven, geen probleem. In 'Edward II' ver zaakt de koning zijn plicht als vorst en geeft hij voorrang aan de liefde voor zijn minnaar. De leden van het hof rekenen af met dit afwijkende gedrag grijpen hun kansen om hun positie te ver beteren. Het stuk toont hoe de me chanismen van de macht door al le intriges worden ontregeld. Paul Clark De van oorsprong Engelse Paid Clark behoort tot de niet zo bij zonder grote groep mime-theater- makers van ons land. Hoewel zijn ideeën uit het werkelijke le ven voortspruiten, zijn zijn asso ciaties dikwijls verrassend. In 'Time and the Man', welke pro duktie vrijdag- en zaterdag avond in het LAK is te zien, speelt hij iemand, die door een histo risch toeval onsterfelijk is gewor den. In 1582 veranderde paus Gre- goriusXUI de kalender. Hij hield tien dagen over die hij in zijn jaartelling niet kwijt kon. Daar om sloeg hij ze over met als gevolg dat de periode van vijf tot en met veertien oktober van genoemd jaar in de prullenbak verdween. Voor mensen die juist in die pe riode zouden sterven een buiten kansje, zij immers gingen niet dood. Maar na ruim vierhonderd jaar leven heeft Paul Clark er wel genoeg van. Al eeuwen cor respondeert hij met de verant woordelijke autoriteiten om zijn sterfdatum terug te krijgen. En om de tijd de doden fungeert hij als sprekende klok. Hoe dit alles afloopt, we verklappen het nog maar even niet. Roodkapjes tante Renée Schouwenberg brengt zondagmiddag als kindervoor stelling 'De tante van Roodkapje' in het LAK-theater.''Het gaat om een vrije bewerking van het klas sieke sprookje. Juffrouw Jansen, zo heet Roodkapjes tante, reist, overbezorgd als ze is, stad en land af om haar nichtje te behoe den voor het kwaad. Roodkapje echter is niet altijd even blij met die overdreven aandacht van haar tante. Een voorstelling met muziek, zang en dans voor kinde ren van zes tot twaalf jaar. Toneel en dans De Leidse Schouwburg biedt deze week, afgezien van een al eerder aangekondigd optreden vanavond van Paul Haenen, een reeks van voorstellingen op het gebied toneel, muziek en dans. Zo is er woensdagavond een re cital door de gitarist Harry Sacksioni, een opvoering van Shakespeares 'Hamlet', ineen be werking van Kavel Kohout, door het Vlaamse Raamtheater op donderdagavond, een voorstel ling van (de laatste) Fiesta Gita na op vrijdagmiddag (in het ka der van de serie Theater Over dag) en op vrijdagavond, een op treden van de juniorengroep van het Nederlands Danstheater met werk van Philip Taylor (Strictly Business), Linda Rabin (Dark si de of the light) en Hans van Ma nen (Wet Desert) op zaterdag avond en een opvoering door de Groep Gertrud-D van Pirandel lo's 'Hendrik IV' met Ramses Shaffy in de titelrol. Artikelen die verband houden met Fiesta Gitana en met 'Hendrik IV' staan hieronder afgedrukt. Midzom erdagdro om 'Midzomerdagdroom' is de titel van de nieuwe produktie van de Leidse toneelgroep Imperium. Er zullen van deze door Marja Kop- pejan geregisseerde produktie voorstellingen worden gegeven in het Microtheater op 5, 6,12, 13, 19, 20, 26, 27 februari en op 4 en 5 maart. De oorspronkelijke titel van het stuk is 'Rocket to the moon', in de jaren dertig geschreven door de Amerikaan Clifford Odetts. Im perium heeft het stuk niet in de oorspronkelijke specifieke perio de geplaatst. Integendeel, tijdens een hete zomer, in de wachtka mer van een tandartsenpraktijk proberen mensen van deze tijd hun dromen te verwezenlijken. Ze maken ruzie, bekennen hun dromen en geheimen en hunkeren naar liefde. Hierin worden ze voortdurend geconfronteerd met hn beperkte mogelijkheden. Ze moeten kiezen zonder een werke lijke keuze te hebben. Paul Haenen, vanavond in de Leidse Schouwburg. Fjesta Gitana vrijdag tweemaal in schouwburg. Prt (foto Carel van Riemsdijk) SEVILL,A/LEIDEN - Dit jaar is het (voorlopig?) voor het laatst dat Fiesta Gitana, het flamencofeest dat gedu rende vele seizoenen door de onlangs overleden Haag se impressario H.J. de Silva werd georganiseerd, op de planken komt. Een treurige ontwikke ling, niet alleen voor de fla menco-minnend Nederland (al was er de laatste jaren onder de 'aficionados' nogal wat kritiek op de kwaliteit), maar zeker ook voor de ar tiesten, die het werken in Nederland altijd als zeer prettig hebben ervaren. In Sevilla lopen vele flamenco artiesten rond, die er prat op gaan voor Da Silva in Ne derland te hebben gewerkt. Ze zijn doorgaans bijzonder te spreken over hun erva ringen en sommigen hopen nog eens in ons land te kun nen werken. door Wendelien Voogd Wat heeft Nederland toch te bie den, dat het bij flamenco-arties ten zo in trek is? Flamenco-ar tiesten zijn niet direkt ipensen die behoefte hebben de wereld rond te reizen om hun kunsten te vertonen. Andalucia is immers de enige juiste voedingsbodem waar flamenco kan gedijen. In Andalucia liggen de wortels, de traditie en alleen Andalucia kent het publiek dat sabe sentir, dat "weet te voelen", dat de teksten begrijpt en weet te reageren op de kwetsbare expressie van de artiest. Dit één zijn met het pu bliek is essentieel voor flamenco. Wat drijft de flamenco-artiest dan in hemelsnaam naar dit kou de kikkerland? Het klimaat, noch de poëtische inslag van de Nederlanders kan deze culturele migratie verklaren; de oorzaak is gelegen in het feit dat Andalucia niet in staat is zijn artiesten een redelijk bestaan te bieden. Met de werkgelegenheid, ar beidsomstandigheden en het cul turele klimaat is het in Andalucia droevig gesteld. Vooral de winter is een moeilijke periode voor veel artiesten. De meeste tablaos, de flamenco-theatertjes, sluiten, en het festivalseizoen, dat van mei tot september loopt, is afgelopen. Wie in deze periode werk vindt'in een gerenommeerde tablao in de grote stad, in Sevilla of in Madrid, mag van geluk spreken. De mees ten moeten zich tevreden stellen met een betrekking in een schreeuwerige sala de fiesta waar avond na avond het publiek moet worden vermaakt met rumbas en sevillanas, voor de flamenco-ar tiest niet direkt de meest interes sante flamenco-stijlen. Overigens is flamenco als pro fessie, als belangrijkste bron van inkomsten, een verschijnsel dat pas deze eeuw is ontstaan. Voor die tijd was flamenco niet meer dan een sporadische bijverdien ste en had men in de eerste-plaats één of meer wisselende baantjes; als dagloner op de grote landgoe deren, als markthandelaar, smid, ketellapper of als paardenhande laar. Maar op feestdagen en jaar markten trok men er op uit om met flamenco de beurs wat te spekken. Daarnaast kon het voorkomen dat men "geroepen" werd-om tegen een vergoeding een senorito, een hereboer, op zijn boerderij te vermaken. Der gelijke juergas, flamenco-fees ten, konden soms wel twee, drie dagen voortduren. Vooral tijdens de regentijd of in het wintersei zoen als er op het land toch niet gewerkt kon worden, maakten artiesten aangenaam van de gele genheid gebruik om wat geld te verdienen. Niet zelden waren ook prostituees bij dit soort feest jes van de partij en daarmee werd de indruk gewekt dat flamenco een zedeloos en immoreel ver maak was, hetgeen later de auto riteiten ertoe deed besluiten het organiseren van flamenco-juer- gas zo goed als onmogelijk te ma ken. Aan het einde van de negen tiende, begin twintigste eeuw verplaatste de flamenco zich naar de stad, naar de café-cantantes, de eerste flamenco-theatertjes, die meestal in de rosse buurten waren gelegen. Er ontstond in eens een enorme vraag naar fla menco-artiesten; niet in de eerste plaats voor op de podia, maar vooral voor in de 'bijkamertjes' van de café's, waar senoritos en romantische intellectuelen onge stoord hun wilde juergas konden houden; alleen hoeren en flamen co-artiesten waren welkom. Overmatig drankgebruik leidde soms tot vechtpartijen. Het zou niet lang duren voordat, onder druk van de autoriteiten, de bij kamertjes gesloten werden en er mededelingen in de café's ver schenen waarin het verboden werd om te zingen. Later, in de jaren dertig en veertig werd een fenomeen po pulair, dat in de rest van Europa reeds enorm was aangeslagen; de Amerikaanse Music-Hall, de Franse Folies-Bergère en de Duitse Kursaal. In de Spaanse versie werd flamenco geserveerd naast de 'can-can', de 'bolero' en de 'claquet'. Het moet in deze tijd zijn geweest dat het flamenco- impressariaat van Pulpon, tegen woordig een machtig familiebe drijf, begon te opereren. Pulpon zat op een goudmijn; het waren de jaren na de burgeroorlog; de mensen leden honger en er was veel werkloosheid; reden genoeg voor zigeuner-artiesten om zich aan een contract te onderwerpen, hoe vernederend zij het werken in een dergelijke onvrije situatie ook vonden, maar in dit geval overtrof de noodzaak de schaam te. Tegelijkertijd steeg de belang stelling voor flamenco, dat wil zeggen de toeristische versie, ge staag. Vanaf de jaren vijftig en zestig tot op de dag van vandaag is de werkloosheid onder de laagste klasse van de bevolking alleen maar toegenomen; de behoefte aan landarbeiders verminderde, omdat machines rendabeler ble ken dan mensen en ketellappers, smeden, ijzerwerker? en paar denhandelaren verdwenen uit het Andalusische straatbeeld. De recente toetreding van Spanje tot de EEG heeft de situatie er niet beter op gemaakt. Steeds meer mensen zoeken hun heil in de fla menco, omdat men denkt dat die nog perspectieven biedt. Inder daad verdienen flamenco-arties ten niet slecht, maar om über haupt iets te verdienen moet men eerst tot het circuit van Pulpon zijn doorgedrongen, want daar buiten is nagenoeg geen werk. Zijn bedrijf heeft de hele flamen co-markt onder controle; alle fla menco-festivals (en dat zijn er nogal wat), alle tablaos, vrijwel alle penas flamencas (flamenco- verenigingen) tot en met theaters in Japan, werken samen met Pulpon. Zonder een contract bij Pulpon kan een flamenco-artiest De flamenco van de jaren tach tig is verworden tot een commer cieel produkt, dat verkocht moet worden. Het moet lekker in het gehoor liggen en niet te moeilijk zijn en daarbij wordt veel reke ning gehouden met de buiten landse markt, die flamenco voor namelijk kent in de persoon van Paco de Lucia; virtuoze gitaarso lo's met een jazzy sausje. Gitaris ten, die tegenwoordig niet min stens een aantal facetas (melodie ën) van Paco de Lucia kennen, zijn commercieel niet interes sant. Zangers proberen zoveel mogelijk de stijl van Camaron de la Isla na te bootsen; zijn zang is razend populair en daarom erg lucratief. Het aantal zangers, gita risten en danseressen is veel te groot vergeleken met de hoeveel heid werk en de concurrentie is daarom moordend. Iedereen pro beert zich op zijn of haar manier in de markt te prijzen en daarbij wordt dankbaar gebruik ge maakt van de mythen, die er over flamenco in omloop zijn: zigeu ners zwaaien met hun identiteits bewijs om aan te tonen dat ze puur zigeunerbloed hebben en daarom als enigen de echte, pure flamenco vertolken. Het zijn ech ter vaak dezelfde zigeuners, die zonder veel gewetensbezwaren de stap maken naar de cancion espanola, het Spaanse lied, dat veel lucratiever blijkt te zijn. Het is moeilijk, zo niet onmogelijk om in deze tijd de tradities trouw te blijven en niet aan de wensen van het publiek toe te geven. Fla menco Puro is een luxe, die de meesten zich niet meer kunnen veroorloven. In tegenstelling tot wat men zou vermoeden, is het juist de fla menco uit de dorpen, met de lo kale tradities, die het meest on der de laatste ontwikkelingen te lijden heeft gehad. Morón de la Frontera is een dorp in de buurt k Eén vande vele café-cantantes in vervallen staat. van Sevilla, met voorheen een be langrijke flamenco-traditie. De artiesten zijn sinds een paar jaar bijna allemaal vertrokken naar Sevilla of naar Madrid, omdat er in Moron geen geld meer te ver dienen is. De senoritos organise ren geen juergas meer; ze kijken naar de televisie en gaan voor hun dosis flamenco naar de plaat selijke pena. De gemeente heeft het te druk met andere dingen en laat de organisatie van het jaar lijkse festival over aan Pulpon, waar de meeste lokale artiesten niet bij aangesloten zijn, omdat hun traditionele stijl commer cieel niet interessant genoeg is. Juana, vroeger een veelbelo vende danseres en winnares van belangrijke concoursen, woont nu in Sevilla en treedt elke avond op in een tablao, waar ze een groep toeristen bezighoudt. Daarnaast geeft ze dansles aan Japanse meisjes. Haar traditione le, rauwe stijl van dansen heeft ze opgegeven, omdat het publiek liever vliegensvlug voetenwerk en ratelende castagnetten ziet. Dieguito, net zoals Juana een telg uit een traditioneel flamencoge zin, probeerde tevergeefs in Se villa een contract te krijgen bij Pulpon. Dieguito's oom echter, eveneens artiest, stond reeds bij Pulpon bekend als een lastig en niet-meegaand persoon en dien tengevolge werd Dieguito een contract geweigerd. Onverrich ter zake keerde Dieguito terug naar Morón. Het afgelopen jaar heeft de gemeente van Morón welgeteld één concert voor Dieg uito georganiseerd. Hij leeft nu van de bijstand en beraamt zich op de toekomst: Ander werk? Dieguito heeft nooit een ander vak geleerd dan gitaar spelen. Hij denkt er nu over om zijn geluk te beproeven in een ander land; Ne derland wellicht Concert R.O. LEIDEN- Het Residentie-Orkest geeft in het kader van de meester- serie van K&O vrijdagavond een concert in de Leidse Stadsgehoor zaal. Het concert zal niet worden geleid door Hans Vonk, maar door de Italiaanse dirigent Gaetano Delogu. Solist in het Pianoconcert KV 503 van Mozart zal zijn de West duitser Christian Zacharias. Het programma vermeldt voorts de Ou verture 'Der Schauspieldirektor', eveneens van Mozart. Na de pauze wordt de befaamde Sheherazade opus 35 van Rimski Korsakov ten gehore gebracht. Regisseuse Trudy Derksen over 'Hendrik IV TERNEUZEN - Na vele jaren bij tal van gezelschappen te hebben gespeeld, vond de actri ce Trudy Derksen het tijd wor den haar eigen ideeën te gaan ontwikkelen. Om dat te kunnen realiseren richtte zij 'Groep Ger- trud-D' op, een groep die per pro duktie spelers aantrekt. door Frans Doeleman Gertrud-D is inmiddels al aan de derde produktie toe. Momen teel trekt men door het land met 'Hendrik IV' van Luigi Pirandel lo. Trudy Derksen tekende voor de regie en en koos Ramses Shaf fy (54) voor de titelrol. "Ramses, van huis uit acteur, is buitengewoon geschikt voor de hoofdrol", oordeelt Trudy, "want ik zocht een doorleefd ie mand met levenservaring. Hij was de eerste aan wie ik dacht. Toen ik hem sprak, bleek hij Hendrik IV een fantastische rol te vinden. Als jongeman van te gen de twintig zag hij de vertol king door Ko van Dijk. Hij ging vier keer naar het stuk kijken, omdat hij zo geweldig onder de indruk was. Natuurlijk is Ram ses wel eerst geweest om zich een idee van mijn voorstellingen te vormen, maar daar was hij zeer over te spreken. Ik heb buitenge woon goed met hem samenge werkt". Uit sommige recensies komt de suggestie naar voren, dat Ramses min of meer zijn eigen gang is gegaan, maar dat wil Trudy krachtig ontzenuwen: "Als ze Ramses goed vinden, staat in de kritieken, dat hij zich dan waarschijnlijk thuis heeft voorbereid. Nou, dat is totaal niet aan de orde. In een interview heeft Ramses duidelijk gesteld: 'Ik heb in mijn leven altijd een hekel gehad aan repeteren, be halve deze keer. Voor het eerst heb ik het heel graag gedaan en dat komt omdat ik een 'absolute' samenwerking heb gehad met Trudy'. Dat zijn zijn eigen woor den. Het idee dat Ramses thuis aan de voorstelling werkte en ik met de rest is natuurlijk onzin". Ramses zet een heel menselij ke Hendrik IV neer. De andere personages zijn meer karikatu ren. "Men denkt dat dat per on geluk is", moppert Trudy Der ksen, "maar het is een heel be wuste keuze. De inhoud van 'Hendrik IV' boeide me zo, dat ik er meteen mee aan de slag wilde. Het gaat over maskers die men sen opzetten, over vanzelfspre kendheden waar ze zelf niet aan twijfelen, maar waar de figuur Hendrik IV vraagtekens bij plaatst. Pirandello wil zeggen dat mensen in een bepaalde waan le ven en een beeld van zichzelf hebben gecreëerd dat vaak te mooi, te opgepoetst is. Dat noemt hij het masker". "Pirandello heeft zijn stuk ooit zelf geregisseerd en toen gaf hij bijvoorbeeld de dokter een enor me puntneus, omdat er associa ties zijn met de commedia del- l'arte. Die mensen zijn allemaal een beetje typematig. Dat gepsy chologiseer, dat men er soms achter wil zoeken, vind ik bij Pi randello niet terug. Hij zet zijn fi guren heel scherp en hard neer. Maar ook komisch, er zit humor in. Ik vind dat je er om kan la chen, hoewel mensen vaak den ken dat dat niet mag of zo. Ik vind die figuren komisch in hun waan en zelfverzekerdheid. Dan is Hendrik IV veel menselijker. Hij zet vraagtekens bij het leven. Maar tegelijkertijd leidt hij daar bij een leven dat al geleefd is door een ander en heeft hij niet de moed om naar buiten te tre den. Hij zegt: jullie leven alle maal je waan uit, onbewust, maar ik ben de enige die weet dat ik speel dat ik Hendrik IV ben". 'Hendrik IV' van Nobelprijs winnaar Pirandello is het verhaal van een man die tijdens een his torische optocht, verkleed als de Duitse keizer Hendrik IV uit de elfde eeuw, van zijn paard wordt geduwd door zijn vriend en ri vaal Belcredi. Beiden zijn harts tochtelijk verliefd op de mooie Mathilda Spina. Door de schok raakt de man in de waan dat hij werkelijk Hendrik IV is. Zijn omgeving speelt het spel jaren lang mee, maar op een dag be sluit men hem door shock-thera pie tot de werkelijkheid terug te brengen. De vraag die in dit to neelstuk gesteld wordt: wie is er nu werkelijk krankzinnig, waar ligt de grens tussen waan en wer kelijkheid? Hoewel Trudy Derksen alles behalve een kuddedier of massa mens wil zijn, legt zij haar oor welwillend te luisteren bij de toe schouwers. "Ik ben niet iemand die denkt, het publiek kan mij niets schelen. Ik ben met bijna alle voorstellingen van 'Deirdre' meegegaan, zat in de zaal en voel de wat het publiek voelt. Ik ben helemaal niet gesteld op experi menten waar mensen geen con tact meer mee hebben". "In 'Hendrik IV' wordt een fi losofische vraag gesteld. Maar ondanks dat moet het stuk er toch heel goed uitzien, want je leest geen pamflet, maar gaat naar iets kijken. Het heet niet voor niets 'schouwtoneel'. Daar om is het beeld voor mij heel es sentieel", zegt Trudy, die zelf het décor en kostuums ontwierp. "Je onderzoekt ook iets met theater als je regisseert, je geeft oefeningen aan acteurs, waar door je een speelstijl hoopt te ontwikkelen. Bovendien is het heel fijn om iets te creëren. Je schept iets. Je geeft vorm aan wat in jezelf leeft". Weinig regels zijn er dit keer in deze krant beschikbaar voor het muzikale nieuws; voor dit viool-piano duo zou ik trou wens kunnen volstaan met één regel: een volmaakte twee-een heid in een perfecte balans met grote affiniteit tot de werken die zij voor dit programma ko zen. Beiden zijn musici die hun sporen in het muziekleven ruimschoots verdiend hebben. Wie op grond daarvan gerouti neerdheid verwachtte, kreeg méér dan dat: muzikale betrok kenheid waaruit een interpreta tie in de breedte en in de diepte kon ontstaan. John Helstone's speLis vitaal en warmbloedig, met een rijk geschakeerde toon van een grote intensiteit. Miep den Herder volgde hem in alle kleurschakeringen. Zo'n inzet van het le deel van de Ravelso- nate of van het derde deel van Brahms' Sonate in d verraadt de geboren kamermuziekspeel- ster. Dit geldt voor alle onder delen van dit buitengewone programma: de boeiende sona te van Ives met zijn volkslied- flarden, de sonate van Ravel met de onvergelijkelijk ge speelde Blues, het beknopte thema met vijf variates van Messiaen, en de bruisende war me intense sonate van Brahms. Elkaar aanvullend, opvangend, afwisselend of voorbereidend wisten zij dat bijzondere muzi kale fenomeen te bewerkstelli gen: waarin één plus één gelijk staat met één, en toch meer dan de som der delen is. MIES ALBARDA PRAATCONCERT- In de aankon diging van het woensdagavond door Henny Ravestein, Bas de Jong en Henk Briër bij K&O te ge ven concert met toelichting is een oryuistheid geslopen. Uitgevoerd zullen worden de Sonate in bes op. 107 van Max Reger, de Sonate in e voor viool en piano van Edward El- gar en de Suite voor viool, klarinet en piano van Darius Milhaud. LUNCHCONCERT- Het wekelijk se lunchconcert bij K&O zal don derdagmiddag worden verzorgd door de klarinettisten Hans Zaal, Eric van Deuren, Gerben Groot Landeweer en Marcel Blom. Dit viertal zal werken van Tristan Keu ris, Sjef Maes, Theo Loevendie en Mozart spelen. Aanvang 12.45 uur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 19