'Niet alles kan schriftelijk, wel veel' Leidse Onderwijs Instellingen haalt vol optimisme de pensioengerechtigde leeftijd ZATERDAG 16 JANUARI 1988 EXTRA PAGINA 27 LOI. Drie letters die in deze volgorde vrijwel evenveel zeggen als PSV of CDA. De Leidse Onderwijs Instellingen viert over twee maanden een feestje: 65 jaar oud. Begonnen met één cursus en een paar cursisten heeft de LOI op deze pensioengerechtigde leeftijd vierhonderd opleidingen en schrijft per jaar zo'n 100.000 cursisten in. "We zijn de grootste omdat we de beste zijn. Je kunt zoveel reclame maken als je wilt, het gaat om wat je kunt". Een gesprek met de directeuren divisie I en III. "Sommige mensen denken dat het hier een stencilcentrale is", zegt drs. Chr. de Vries, directeur divisie I. "Sommige mensen denken dat we in een paar oude pakhuizen zitten", zegt J. van Winden, directeur divisie III. door Bart Jungmann We bevinden ons ergens tussen de twee de en derde etage van het LOI-gebouw aan de Leidsedreef in Leiderdorp. We zweven als het ware tussen de twee se cretariaten, waar het cursistenbestand van de Leidse Onderwijs Instellingen via beeldschermen oproepbaar is. En zijn op weg naar de computer, waarin vraag en aanbod zijn verwerkt. Eenmaal daar aan gekomen zegt J. van Winden, wijzend op de apparatuur: "Het zijn net koelkas ten". De Vries zegt: "Ik vind het net was machines". De LOI jubileert. Al 65 jaar leverancier van kennis. Dat begon met één cursus en een paar cursisten. Met de hoge vlucht die l'éducation permanente (permanent onderwijs dus) heeft genomen is het aan tal vakgebieden thans 33, beloopt het aantal opleidingen nu de 400 en schrij ven er per jaar zo'n 100.000 cursisten in. De LOI is verreweg de grootste van de circa veertig instellingen die schriftelijk onderwijs bieden. Wie over schriftelijk onderwijs spreekt, zegt eigenlijk als van zelf LOI. Burgerlijke stand De Vries van divisie I (beroepsonder wijs) en Van Winden van divisie III (faci litair bedrijf) willen daarover best praten in het kader van het jubileumjaar, maar ze willen het vooral laten zien. Vanwege dat misverstand over stencilcentrale en pakhuizen. Dus volgt om te beginnen een rondleiding langs floppy-disks en gedigitaliseerde teksten. "Dit zou je onze burgerlijke stand kun nen noemen". Directeur De Vries zwaait de deur open van één van de twee secre tariaten. Waar vroeger vooral kaarten bakken het vertrek vulden, volstaat nu de computer. "Als vroeger een cursist belde voor informatie was het altijd: één momentje. Dan moest er in die kaarten bakken worden gezocht. Nu is het een kwestie van drukken op een paar knop pen", wijst De Vries op de zegeningen van het informatica-tijdperk. Ter illustratie laat hij alle cursisten met de naam A. de Vries op een beeldscherm verschijnen (en dat zijn er nogal wat). Met slechts een paar handelingen wordt één A. de Vries eruit gepikt: een méér dan verdienstelijke leerling beveiliging en een trouw betaler van lesgeld. Op dezelfde etage bevindt zich een aantal van de 46 cursusleiders. Op hun beeldschermen wordt het lesmateriaal bewerkt dat door free-lancers in elkaar is gezet. Naast de ruim driehonderd werk nemers in vaste dienst heeft de LOI zo'n 1200 mensen die op incidentele basis meewerken: lessen samenstellen en c#r- rectiewerk verrichten. "Schriftelijk wat kan, mondeling wat moet". Al vroeg in het gesprek weer klinkt één van de LOI-principes uit de mond van de twee directeuren. Op de vijfde verdieping zijn praktijklokalen ge ïnstalleerd. Laboranten doen er ervaring op, en een nagebouwd artsenpraktij kje moet de aanstaande doktersassistente wegwijs maken. Rollenspel De Vries: "Voor cursussen waarvoor een aanvullende praktijkles nodig is hu ren we ook ruimten verspreid over het land. Neem een opleiding tot secretares se. Zo'n les wordt dan gedaan in de vorm van een rollenspel waarin de cursiste on der druk een aantal handelingen moet verrichten. Een vliegreis regelen, lastige klanten afhouden. Dat soort dingen". Op de begane grond zitten de vormge vers die het lesmateriaal illustrerén. Ook hier heeft de computer zijn intrede ge daan. "De mensen zijn tegenwoordig meer visueel ingesteld. Je kunt niet meer met louter tekst volstaan. Vroeger deden we wat dat betreft nog wel eens conces sies, maar dank zij de computer gaat het maken van illustraties een stuk eenvou diger", zegt Van Winden. "Vroeger was je twee* dagen bezig met een probeerseltje en dat moest dan later in overleg met de cursusleider weer wor den aangepast. Nu kun je op de compu ter meteen een aantal dingen uitprobe ren", valt een medewerker hem bij. Hij laat een aantal petjes over het scherm dansen als betreft het een spelcomputer. "Je hebt minder doe-werk en daardoor is het allemaal een stuk leuker geworden". De Vries: "Dat is ook het aardige. Het enthousiasme van het personeel is met de komst van de computer alleen maar toegenomen. Iedereen wil er de moge lijkheden van ontdekken. Daardoor heb ben wij als werkgever een hoop te bie den. De mensen die hier werken leren veel en kunnen daardoor elders heel goed terecht". Het eigen bedrijf als on derwijsinstelling. De Vries: "Als een cursist huiswerk heeft ingeleverd krijgt hij dat in principe binnen twee weken gecorrigeerd terug gestuurd". Het begrip postkamer schiet in alle opzichten tekort voor de verdere werkzaamheden op de beganq grond. "We hebben hier een postverwerking ter grootte van de stad Delft", zegt De Vries, terwijl Van Winden als het ware al is op gelost in het immense magazijn. Snel nagekeken De Vries: "Alle voorbereidende PTT- werkzaamheden worden hier verricht. Alle post wordt verzendklaar gemaakt en dagelijks naar het hoofdkantoor in Den Haag gebracht. Post voor Leider- dorpse cursisten gaat dus langs een om weg. Het is de taak van de cursusleider om er op toe te zien dat het huiswerk snel wordt nagekeken. Bovendien controle ren we steekproefsgewijs nog een keer het nakijken". Directeur Van Winden: "We werken met een dubbel magazijn. In verband met brandgevaar is alles dubbel opgesla gen, gescheiden door een brandvrije muur. Bij sommige cursussen moeten we ook weer oppassen dat we niet te veel materiaal hebben liggen. Een cursus als fiscaal recht, dat kan zo snel veranderen dat het steeds aangepast moet kunnen worden. Dank zij de computer gaat dat heel snel". Weer aangeland bij het verzendgedeel- te van de LOI: "Er gaat hier elke dag heel veel de deur uit. We hebben een postver werking ter grootte van...oh, dat is al ge zegd. Ja, dat is eigenlijk heel raar. We hebben het altijd over Delft, maar je zou ook Leiden kunnen zeggen". "Wij beweren niet dat schriftelijk on derwijs beter is. Voor de één werkt het, voor de ander werkt het niet. Zo simpel is dat". Terug in de directiekamer. Direc teur De Vries geeft antwoord op de vraag wat het schriftelijk onderwijs vóór heeft op mondeling onderwijs (afgezien van het vanzelfsprekende voordeel dat de schriftelijke cursist elk gewenst ogen blik kan beginnen). De Vries: "Ik weet nog wel van vroeger uit mijn studententijd. Had je ellenlange colleges. Dan was altijd de vraag: is daar van geen syllabus te maken? Nou, die syllabus hebben wij dus al, in gedrukte vorm nog wel. Ik zal niet zeggen dat alles schriftelijk kan, maar veel wel. Sommige mensen hebben de stimulans nodig van een groep, of ze kunnen beter luisteren dan lezen. Bij anderen werkt dat precies andersom. Die lezen liever, willen in hun eigen tempo werken. Daarvoor zijn wij". Van Winden: "Voorzover onderwijs een kwestie is van drillen, is schriftelijk onderwijs duidelijk niet geschikt. Maar we hebben het hier toch vooral over vol wassenenonderwijs. Mensen die wel on geveer weten wat ze willen en die gemo tiveerd zijn". Macht Het begrip permanent onderwijs is al gevallen: kennis vergaren als vrijetijds besteding. Maar de meesten die bij de LOI aankloppen doen dat om beroeps matige redenen. Kennis maakt macht. "Hoe beter geschoold, hoe beter de mo gelijkheden", zoals De Vries dat uit drukt. "En de beroepskeuze wordt steeds later gemaakt. Men kiest later of men wil zich laten omscholen", zegt Van V/inden. Hij vervolgt: "Het aantal hobby-cursis ten is niet zo groot. Dan heb ik het bij voorbeeld over mensen die zich inschrij ven voor cursussen als keyboard, teke nen en schilderen. Dat zijn over het alge meen wat oudere mensen. De meeste cursisten bij ons zitten toch vooral in de leeftijdsgroep 20 tot 35 jaar en die zitten veelal in de richting van het beroepson derwijs. Of het middelbaar onderwijs. Zeker met de mogelijkheden van deel certificaten (examen per vak - red.) heeft dat een hoge vlucht genomen". De Vries: "Soms is het ook niet zo dui delijk gescheiden. Een taalcursus kun je voor de lol doen, maar ook omdat het voor je beroep van belang is". Van Win den: "Wij zeggen altijd: als u het leuk vindt noemen wij het een hobbycursus". De computer heeft de LOI niet alleen intern in een stroomversnelling ge bracht, het heeft ook het onderwijspak ket danig verrijkt. De Vries: "Sinds we in 1984 de computer in het informatica-on- derwijs hebben ingepast is dat een stormachtig succes gebleken. Maar dat is nog niet de meest gevraagde opleiding. Dat is nog steeds de administratieve sec tor. Talen doen het ook heel goed, vwo, havo, mavo, het gezondheidsonderwijs en de juridische richting, waartoe je dan ook zoiets als beveiliging moet rekenen". Van Winden: "De LOI reageert op sig nalen uit de markt. Als we merken dat er ergens behoefte aan is proberen we daar op in te springen". Adverteren Iedereen zal weieens een advertentie van de LOI onder ogen hebben gehad ("We moeten wel zoveel adverteren om dat het onze enige mogelijkheid is men sen te bereiken. Er is nergens een filiaal van de LOI", zegt Van Winden) en zich hebben verbaasd over het uiteenlopende pakket. Wat bijvoorbeeld te denken van de cursus hedendaagse actualiteit? Van Winden: "Je moet je dat voorstellen als een tijdschrift waarin actualiteit in een bepaald kader wordt geplaatst. Zoals bij de ondertekening van het INF-akkoord. Dan leggen we uit over het hoe en het waarom ervan, en wat de consequenties zijn". Stel dat de signalen uit de markt wij zen op behoefte aan een nog niet be staande cursus Russisch. De Vries: "Dan moet er allereerst een leerplan komen. Er wordt een team samengesteld met daar in de cursusleider en een aantal deskun digen. Dat zou dan in dit geval een speci alist op het gebied van de Russische lite ratuur moeten zijn, iemancj die iets weet over bedrijfscorrespondentie en een spe cialist in Russische gramrijatica". "Vervolgens moet de leerstof worden ingedeeld. Het mooiste zoii zijn een cur sus van veertig lessen, die is in tien maanden af te ronden. Er wordt een lay out samengesteld, illustraties gezocht. Er moet bijvoorbeeld eerf foto van het Kremlin bij. Daar is wel aan te komen, maar desnoods sturen we zelf een foto graaf naar Moskou. Ten slotte kijken we of er op dat gebied al examens bestaan en zetten de opleiding in die richting op". De LOI leidt op tot officiële diploma's en akten. Voorzover die er niet zijn, stelt de onderwijsinstelling eigen diploma's in het vooruitzicht. De Leidse Onderwijs Instellingen is er veel aan gelegen om zo betrouwbaar mogelijk over te komen. Binnen wettelijk verband is de LOI door het ministerie van onderwijs als zodanig erkend. Uitgezocht Daarnaast hebben de meeste schrifte lijke onderwijsinstellingen zich verza meld in een vereniging wier naam (Viso) als een kwaliteitsgarantie moet gelden. "De consumentenorganisaties wijzen daar ook altijd op", zegt van Winden. Ten slotte houdt de inspectie voor volwasse nenonderwijs nog een oogje in het zeil. "Als je ziet wat hier elke dag de deur uit gaat, dan krijgen we eigenlijk heel weinig klachten binnen", zegt Van Win den. "En als ze binnenkomen nemen we ze heel serieus. Als bijvoorbeeld een cur sist klaagt over denigrerende taal bij de correctie van zijn huiswerk, dan zoeken we dat tot de bodem uit. Dat kan niet". De Vries: "Als particuliere onderwijs instelling zitten we in de gunstige positie dat we de beste mensen kunnen uitkie zen. Ik denk ook dat de kwaliteit van de docenten bij ons een stuk hoger ligt dan in het gesubsidieerde onderwijs. Als ie mand niet bevalt kunnen wij er gemak kelijk van af komen. Ik heb het zelf nog meegemaakt toen ik directeur was van een heao. Leraren die niet capabel wa ren, die het erbij lieten zitten, daar kwam je niet van af. Wij schuwen het toezicht van de overheid daarom niet". Met die laatste uitspraak haakt De Vries in op het zelf opgeworpen verschil tussen particulier onderwijs en gesubsi dieerd onderwijs, waar de inspectie vol gens hem veel minder toezichthouderig is. De Vries: "Eigenlijk heel raar, want we hebben dezelfde belangen: leerlin gen. Het particulier onderwijs heeft toch geen enkele reden om de kwaliteit te 1^- ten zakken". Bij monde van directeur De Vries geef$ de LOI aan het verschil tussen particut lieren gesubsidieerd onderwijs een posr* tieve èn een negatieve uitleg. We voeleri ons wel een beetje achtergesteld", zegt hij bijvoorbeeld. En doet vervolgens schamper over het voortijdig stranden van de plannen voor een informatica- universiteit in Den Haag. "Ze steken een paar miljoen in een haal baarheidsonderzoek om dan na een hele tijd tot de conclusie te komen dat het er niet hoeft te komen. Dat had ik ze van te voren wel kunnen vertellen. En wat die opleiding betreft: die kunnen de mensen ook bij de LOI volgen". Geen subsidie Anderzijds zegt hij: "We hebben nooit een cent subsidie ontvangen, en zo wil len we het houden ook. Als particuliere instelling kun je makkelijker inspringen op marktontwikkelingen. Als je gesubsi dieerd zou worden zou de besluitvor ming veel te lang duren". Op het gebied van gesubsidieerd on derwijs is er de laatste tien, twintig jaar een hoop gebeurd. Moedermavo's, VOS- cursussen en avondscholen (de LOI stond zelf nog aan de wieg van de Boer- haave-scholengemeenschap en het RIO) kwamen in de belangstelling. "Die vorm van onderwijs is weliswaar goedkoper, maar het heeft ons nauwelijks pijn ge daan", zegt De Vries. "Onze mensen zijn het klassikale moe", verwijst Van Win den naar een eerder moment in het ge sprek. De Vries: "Ik denk dat tachtig pro cent van de cursisten vooraf wel weet wat ze willen, schriftelijk of mondeling. De concurrentie wordt dus vooral onder ling gevoerd tussen de schriftelijke on derwijsinstellingen". Waar de LOI wel wat pijn van had, was de wildgroei in computeropleidingen een paar jaar geleden. De Vries: "Je had opeens een hele hoop van die instituutjes die op achterafkamertjes informatica- studies gaven. Gelukkig zijn de mensen inmiddels een stuk wijzer geworden op dit gebied. Tegenwoordig hoefje dat niet meer te proberen". De LOI heeft kortom alle reden de toe komst zonnig tegemoet te zien. De Vries: "We zijn content met de ontwikkelingen, zeker ook op het gebied van de informa tica". Van Winden: "We zijn goed op weg met de investeringen die we met het oog op de toekomst hebben gedaan. We zijn niet bang voor wat er komen gaat, ook al heb je dat nooit in de hand. Een mooi voorbeeld daarvan is de video. We heb ben geprobeerd onderwijs met video- - banden te introduceren. Dat leek een aardig idee, maar dat bleek niet aan te slaan. Mensen zien de video kennelijk toch vooral als een middel tot ontspan ning". Schaatscursus De Vries: "Volgens de laatste ontwik kelingen van de bevolkingsopbouw zul len er in de jaren negentig minder men sen tussen de 20 en 35 jaar zijn. Dat is voor ons nadelig. Aan de andere kant gaan er meer en meer vrouwen studeren en de bereidheid tot 'afstandsonderwijs' neemt nog steeds toe. Het is dus nog maar helemaal de vraag welke kant het uit gaat. Wie weet welke cursus er straks opeens uitspringt". Misschien wel een schaatscursus. De Vries: "Ik heb een verslaggever van Stu dio Sport bij een valpartij van een schaat ser weieens horen zeggen: die heeft het zeker bij de LOI geleerd. We hebben hem niet in ons pakket, maar ik ben ervan overtuigd dat we zo'n cursus zouden kunnen geven". Chr. de Vries (links) en J. van Winden, respectievelijk directeuren divisie I en III: "We zijn de grootste omdat we de beste zijn". Het LOI-gebouw aan de Leidsedreef in Leiderdorp: "Sommige mensen denken dat we in een paar oude pakhuizen zitten'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1988 | | pagina 27