De opstanding van Karpov
Bond Zonder Naam treedt uit anonimiteit
Loopgravengevecht in Sevilla nadert z'n einde
Feest ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan
ZATERDAG 5 DECEMBER 1987
EXTRA
PAGINA 27
Na een voortvarende start is
Gari Kasparov enigszins in de
versukkeling geraakt. Volgens
ingewijden houdt hij zich de
laatste tijd te veel bezig met
zaken die hem danig afleiden
van het grote doel:
wereldkampioen blijven. Onze
schaakmedewerker Rini Kuijf
verbleef enige tijd in Sevilla en
was daar getuige van de
verbazingwekkende
opstanding van Karpov. Wat
de uitslag van de tweekamp
ook zal zijn, de verwachte
simpele zege van Kasparov is
uitgebleven.
door Rini Kuijf
Het is vrijdag 20 november. De die
ven van Sevilla maken overuren. Er
gens in het centrum klimt een klein
mannetje handig via de muur naar
een balkon op de eerste verdieping
van Hotel Simon.
Hij voelt aan de deur - deze blijkt niet
afgesloten - en gaat dan opgelucht zitten
wachten totdat het licht wordt. In het
donker is het immers maar behelpen.
Even later, bij zonsopgang, slaat hij z'n
slag. Een klein kwartier later schrikt de
Engelse schaker Andrew Martin wakker.
Hij ziet nog net het kleine mannetje van
zijn balkon af springen. Martin alarmeert
de hoteldirectie. Al zoekende komt hij er
achter dat zijn paspoort, zijn geld, zijn
vliegticket en zijn dure walkman ver
dwenen zijn. Vooral dit laatste veront
rust hem, want die lag vlak bij zijn oor.
Martin was, net als vele andere scha
kers, naar Sevilla gekomen om het ge
vecht tussen wereldkampioen Kasparov
en zijn uitdager Karpov te volgen. Die
middag beginnen ze aan hun vijftiende
partij, en de met wit spelende Karpov
doet een verwoede poging zijn 3-2 ach
terstand (in winstpartijen) goed te ma
ken.
De speelgelegenheid is het schitteren
de Teatro de Lopez. Vele honderden toe
schouwers kunnen daar de partij direct
in de speelzaal of via de vele monitoren
in de commentaarzaal volgen. Voor erva
ren schakers is het al snel duidelijk dat
het evenement voor de Spanjaarden een
prestige-object is. In tegenstelling tot
Londen twee jaar geleden is men er niet
op uit om winst te maken. Praktisch alle
faciliteiten (entree, bulletins en dergelij
ke) zijn gratis.
Op sommige punten is de organisatie
evenwel gebrekkig. De commentatoren
in de explicatieruimte kunnen nauwe
lijks met het publiek overleggen. Er is
veel lawaai en de mensen lopen overal
door elkaar heen, alsof ze op weg zijn
naar iets belangrijks. De partijbulletins
zijn zoals gezegd gratis verstrekt, en dus
al snel niet meer verkrijgbaar. Na lang
navragen blijken verschillende mensen
de door pers en belangstellenden fel be
geerde bulletins te beheren, die aller
eerst hun eigen connecties voorzien, zo
dat er voor de anderen weinig overblijft.
Het perscentrum is daarentegen uitste
kend verzorgd. Alle moderne apperatuur
is aanwezig en de journalisten kunnen
hun verhaal via de computer direct door
bellen naar de krant.
De Bond Zonder Naam is geen club
die erg aan de weg timmert. Ze doet
haar werk voor de zwakkeren in de
samenleving in stilte. Ze organiseert
onder meer activiteiten voor
bejaarden en invaliden, en reizen
voor mensen die er anders nooit
eens uit komen. Maar volgend jaar
treedt de bond naar buiten. Niet
alleen met twee open dagen in het
pand in Voorschoten, maar ook met
geld. Ter gelegenheid van het
vijftigjarig bestaan krijgt iedere
provincie vijftigduizend gulden te
besteden. Ook zijn er twee
feestdagen gepland.
door Louis Engelman
Meestal hadden ze een vast plekje in
de huiskamer. Boven de radiodistri
butie, aan de hangende krantenbak
of achter het wij waterbakje. Een pu
naise was voldoende om ze op te
prikken. Maar in sommige gezinnen
had vader een spijker in de muur ge
slagen, waaraan elke maand een
nieuwe kaart kon worden gehangen.
Deze spreukenkaarten van de Bond
Zonder Naam bestaan nog steeds. In
april 1988 alweer vijftig jaar. Ruim
zestigduizend stuks per maand - met
aan weerszijden opwekkende op
schriften - worden er verstuurd aan
even zovele leden.
Maar de spreuken en de grafische
vormgeving ademen toch een sfeer van
nostalgie. Teksten als 'Geld wordt wel
geteld, 'n mens vaak niet' of'Mens, ken u
zelf en u begrijpt veel van 'n ander' herin
neren aan zaterdagavonden uit vervlo
gen tijden. Wassen in de teil, in pyjama
met natgekamde haren naast de haard,
luisteren naar de KRO-radio waarop om
kwart over acht het praatje is te horen
van de voormalige jezuït Henri de Gree-
Tussen 1935 en 1950 genoot deze pries
ter grote bekendheid met zijn rubriek
'Lichtbaken' waarin hij allerlei onder
werpen van religieus-sociale strekking
aansneed. Op de avond van 2 april 1938
verraste hij zijn trouwe luisteraars met
de uitnodiging om samen met hem een
bond op te richten. Een bond zonder ze
tel, zonder officiële goedkeuring, zonder
bestuur en zonder naam.
In dat praatje waarschuwde De Greeve
voor het naderend onheil in Europa. „Wij
zijn ons bewust dat de maatschappij
door en door ziek is", stelde hij somber
vast. Maar de naam van het programma
zou geen 'Lichtbaken' hebben geheten
als de pater niet ook meteen lichtpunten
zag. Vol vuur sprak hij zijn luisteraars
toe: „Het ontbreekt ons niet aan een hef
tig en heet verlangen om verbetering te
Kasparov slaagt er in de vijftiende par
tij in de strijd binnen de remisegrenzen
te houden. Het gevecht op het bord be
paalt de sfeer in het theater. Bij spannen
de partijen volgt iedereen ademloos het
gebeuren, en de conversatie blijft steken
bij de verschillende mogelijkheden van
degene die aan zet is.
Spannend
De vijftiende partij was zeker span
nend, en kreeg bovendien nog een merk
waardig vervolg. De partij werd afgebro
ken in een vrij eenvoudige remisestel
ling, ook al had Karpov een pion méér. In
het kamp van Karpov werd dit al snel in
gezien en men poogde Kasparov te berei
ken om hem remise aan te bieden. Deze
was telkens net weg of niet bereikbaar,
en had merkwaardig genoeg ook geen
opdracht gegeven eventueel een remise
aanbod te accepteren. Karpovs woord
voerder had het remise-aanbod ook be-
krijgen in de toestand, de aarde weer be
woonbaar gemaakt te zien, macht weer
te zien wijken voor recht, een sfeer van
geluk, vrede en naastenliefde te krijgen
onder de mensen".
Nieuwe mentaliteit
Volgens De Greeve moest er ergens
een aanzet worden gegeven om dat ide
aal te kunnen bereiken. Zijn Bond Zon
der Naam zou dat begin kunnen zijn. Zij
moest een campagne van naastenliefde
op gang brengen met het doel de wereld
te veranderen. Zou het niet mooi zijn als
deze nieuwe mentaliteit miljoenen men
sen zou aansteken?
Een week later bleek De Greeve in Ne
derland een geestdrift te hebben opge
roepen die niet meer was in te dammen.
Honderden brieven werden naar de
KRO gestuurd. En reeds in zijn volgende
radiopraatje meldde de pater dat zich
spontaan tientallen leden bij de nog niet
eens bestaande bond hadden aange
meld.
„Mensen die mij op straat ontmoetten
spraken mij er over aan en betuigden
hun instemming. En wat mij het meest
frappeerde was dat enige grote figuren
uit de zakenwereld mij persoonlijk ver
zekerden: 'Ja, dat hebben we nodig. Die
richting moeten het uit. Wij doen mee".
Ook daarna bleven bij De Greeve de
brieven binnenstromen. De beweging
begon gestalte te krijgen met als hoofd-
leuze: 'verbeter de wereld, begin bij je
zelf. Zo'n ruim enthousiasme moest wel
in banen worden geleid. Zonder bestuur
kon dat niet langer, dus werd dat geïn
stalleerd. Maar andere uitgangspunten
bleven wel overeind: geen officiële zetel,
geen politieke stellingname en uitdruk
kelijk een Bond Zonder Naam.
De Bond werd een begrip. Honderd
duizenden gaven zich op en betaalden
jaarlijks een kleine contributie. Ook in
Frankrijk, Spanje, Venezuela en zelfs
Taiwan kreeg de bond voet aan de grond.
De gedreven pater Phil Bosmans zorgde
in Vlaanderen voor een bloeiende afde
ling.
Acties
Met de in Nederland ingezamelde gel
den werden allerlei acties op touw gezet.'
Zoals: actie ruitentroef voor nieuw glas
in de tijdens de oorlog vernielde wonin
gen, de eerste hier gehouden anti-hon-
gercampagne, sterritten voor zieken en
bejaarden, en kalenders voor gevange
nen waarvan de opbrengst ging (en nog
gaat) naar slachtoffers van criminaliteit.
Mevrouw J.G. van der Voort-Verheul
uit Groenekan, nu lid van de adviesraad,
bewaart goede herinneringen aan die be
kendgemaakt bij de hoofdarbiter, Geurt
Ghijssen zoals dat officieel hoort.
Kasparov nam het aanbod via de
hoofdarbiter aan, maar Karpov was in
tussen zo geïriteerd door de gang van za
ken dat hij zijn remise-aanbod wilde te
rugtrekken. Aangezien dat reglementair
niet kan kwam hij met de bewering dat
zijn woordvoerder niet in zijn opdracht
had gehandeld. Dat is in Russische krin
gen vrijwel ondenkbaar, en aangezien
Karpov nu nog dezelfde woordvoerder
heeft zal hij zich wel vergist hebben. De
zaak werd later door bemiddeling van de
hoofdarbiter opgelost.
Voor het eerst in de geschiedenis van
de wereldkampioenschappen is er een
Nederlander hoofdarbiter bij de match.
Ghijssen geniet al vele jaren een goede
reputatie als wedstrijdleider bij belang
rijke toernooien. Arbiter zijn bij zo'n
tweekamp is overigens wel iets anders.
Hij moet vrijwel constant bereikbaar zijn
om een aanvraag tot uitstel (tot vijf uur
vóór de aanvang) of een remise-aanbod
te ontvangen. Alles gaat heel officieel. In
dien een van beiden uitstel aanvraagt
belt Ghijssen meteen het geheime num
mer van het desbetreffende kamp om te
controleren of het juist is.
Geheim
Beide schakers hebben allebei een ge
heime verblijfplaats met dito telefoon
nummer. In de speelzaal beschikken ze
over uitgebreide rustvertrekken met
douche, tv, en monitoren waarop het po
dium, de tegenstanders en het schaabord
zijn te zien. Om het probleem van even
tuele bevoordeling te voorkomen zijn er
twee identieke rustvertrekken gemaakt.
Het ene is voor de witspeler en het ande
re voor de zwartspeler, zodat ze daarover
niet kunnen klagen. Tijdens hun vorige
match hadden ze vaste rustverblijven en
toen kwamen er verdachtmakingen over
eventuele boodschappen die onderweg
ernaartoe werden doorgegeven.
Karpov maakt veel gebruik van de mo
gelijkheid zich tijdens de partij te ont
spannen. Zodra zijn tegenstander aan zet
is verlaat hij het podium. Er is natuurlijk
de mogelijkheid dat er stiekem schaak-
materiaal naar binnen wordt gesmok
keld. Ghijssen heeft echter de bevoegd
heid te allen tijde de rustvertrekken te in
specteren. Hij maakte één keer van die
bevoegdheid gebruik toen Karpov vijf
minuten na aanvang nog niet achter het
bord was verschenen. Op zich moet iede
re speler dat natuurlijk zelf weten, maar
Kasparov betracht in deze match de hof
felijkheid om geen beginzet te doen zo
lang zijn tegenstander er niet is. Kaspa
rovs klok bleef dus lopen terwijl Karpov
niet aanwezig was. Ghijssen besloot
daarom Karpov te verzoeken aan het
bord te verschijnen.
Uit het bovenstaande mag vooral niet
gintijd van de bond en aan De Greeve als
drijvende kracht. „Wij moesten van onze
ouders altijd naar het radiopraatje luiste
ren", zegt ze. „Maar dat vond ik geen
straf. De pater deed het heel improvise
rend, tien minuten vanaf een kladje. Dat
impulsieve sprak mij wel aan. Boven
dien was zijn grootvader appelgrossier
en omdat mijn vader groenteboer was
voelde je een zekere verwantschap".
De milde spreuken van de bond noemt
mevrouw Van der Voort-Verheul 'vita
minen voor het hart'. Lachend: „Bij ons
hingen ze altijd in de WC. Onder elkaar.
Als het rijtje vol was begonnen we weer
bovenaan". Ze vindt dat je met de kaar
ten nog overal terecht kunt. „De spreu
ken zijn niet irritant belerend, daarom
zijn ook voor de jeugd van nu nog wel
leuk".
Hoewel de bond door een katholiek
werd opgericht, is zij niet strikt rooms
gebleven. Vanuit alle gezindten meldden
zich leden aan. Al jaren zit er een domi
nee in het bestuur. „We baseren ons niet
op een bepaalde religie. Het propageren
van de daadwerkelijke naastenliefde is
de hoofddoelstelling", vertelt mevrouw
Van der Voort-Verheul.
Geldzorgen
Toch bleek deze slogan in de jaren zes
tig en zeventig niet meer aansprekend
genoeg om nieuwe leden aan zich te bin
den. De toegenomen welvaart, de dalen
de belangstelling voor kerkelijke zaken
en de grotere betrokkenheid van de staat
'bij het welzijn van zijn burgers ging niet
aan de bond voorbij. Het aantal opzeg
gingen, vaak door overlijden, overtrof
dat van de aanmeldingen.
Tot overmaat van ramp raakte de tot
dan toe financieel zeer draagkrachtige
bond in 1980 in grote geldzorgen. De aan
koop van een verouderd hotel in Zand-
voort, bedoeld om bejaarden en invali
den die er nooit eens uit konden een va
kantie-adres te bieden, liep op een fiasco
uit. Plannen om het hotel op te knappen
bleken niet haalbaar en de voor de bouw
van een nieuw hotel ingehuurde projekt-
ontwikkelaar ontpopte zich als een onbe
trouwbare partner. Dit avontuur kostte
de bond méér dan twee miljoen gulden.
„Iedere geschiedenis kent zijn eigen
zwarte bladzijde", stelt mevrouw Van
der Voort-Verheul nuchter vast. Om er
dan blijmoedig op te laten volgen: „Daar
hebben we ook een spreuk voor: waar
mensen zijn, worden fouten gemaakt".
Die fouten hadden echter wel tot ge
volg dat het kleine eigen hotel in Haar
lem en de appartementen in het Spaanse
Cubellas moesten worden verkocht.
worden geconcludeerd dat beide scha
kers op goede voet met elkaar staan. De
zeventiende partij uitgezonderd, hebben
de twee geen schaaktechnisch woord
met elkaar gewisseld. Beiden maken ge
bruik van minder bekende secondanten.
Karpov heeft vaak een jong talent bij
zich, en dat is deze keer Azmaiparaschvi-
li. Karpovs naaste medewerker is Pisjen-
ko, een jeugdvriend.
Lijfwacht
Pisjenko is geen schaker, maar een lijf
wacht. Een vriendelijke man die altijd in
de buurt van Karpov in een hoekje zit toe
te kijken. Op de vraag of hij wel eens in
actie moest komen vertelde hij ooit dat
Karpov in 1978 in de lift van een hotel in
Buenos Aires door twee kerels in elkaar
werd geslagen. Ze hadden Pisjenko
blijkbaar voor een onschuldige toe
schouwer gehouden, en Karpov voor een
makkelijk slachtoffer. Dat bleek tegen te
vallen, want Pisjenko schoot de dichtst
bijzijnde overvaller door zijn been, waar
na de andere meteen eieren voor zijn
geld koos en zich overgaf.
Een opmerkelijk trekje van Karpov is
zijn bijgelovigheid. Een voorbeeld hier
van is zijn te lange vette haar dat hij tij
dens een match niet wast. Een oud pro
bleem voor de schaker is hoe hij zijn
spanningen moet afreageren. Karpov
speelt het liefst onbenullige kaartspelle
tjes. Soms neemt hij daarvoor speciaal
iemand mee.
Voorzover bekend heeft Kasparov
geen lijfwacht, al zullen er ongetwijfeld
militair geschoolde mensen in zijn dele
gatie aanwezig zijn, wat immers bij Sov
jet-schaakdelegaties gebruikelijk is. Zijn
belangrijkste medewerker is de Engels
man Page. Deze Page is de zaakwaarne
mer van het bedrijf Kasparov. Hij zorgde
onder meer voor een reclamespot waar
aan naar men zegt een bedrag van een
half miljoen dollar vast zat.
Hiermee zijn we bij het zwakke punt
van Kasparov beland. Hij beschikt over
een enorme dosis energie, maar deze
wordt de laatste tijd niet uitsluitend
meer aan schaken besteed. Spasski, zelf
ex-wereldkampioen, zei al vóór de match
dat Kasparov zich te veel bezig hield met
dingen buiten het schaken en dat zou
hem wel eens kunnen opbreken.
Het verloop van de match tot nu toe
geeft hem gelijk. Het is niet meer de flit
sende Kasparov van vroeger, maar een
moeizaam voor zijn behoud vechtende
wereldkampioen die we nu aan het werk
zien. Zijn openingsvoorbereiding is nog
steeds superieur, maar hij gaat soms in
de fout zodra de stelling erg gecompli
ceerd wordt, en dat overkwam vroeger
meestal zijn tegenstander.
Supervorm
De buitengewoon boeiende zestiende
partij van 23 november bracht Karpov op
gelijke hoogte. Het was waarschijnlijk de
beste partij tot nu toe. Het publiek bleef
met vele onopgeloste vragen achter. Eén
ervan werd door Karpov zelf opgelost in
een interview de volgende dag. Het gaat
om de stelling na de twaalfde zet van
zwart 12Dxd5.
Alle experts dachten dat 13. tdl nu een
sterke mogelijkheid was. Na lang den
ken deed Kasparov echter 13 e3. De re
den was: 13. tdl lf5, 14. f3 pf2ll 15. e4
pxdl! 16. Dxdl Dc5,17. exf5 Dxc3,18. pc2
tad8 en wit wordt vernietigd. Op de ne
genentwintigste zet beging Kasparov
een onbegrijpelijke fout in een overigens
al mindere stelling en verloor vrij kans
loos. Karpov bleek in deze partij m su
pervorm, en de partijen daarna tonen het
respect van Kasparov voor genoemde
supervorm. Er is nu een loopgravenge
vecht ontstaan waarbij de eerste roekelo
ze uitval dodelijk zal zijn.
Daarmee konden net de schulden wor
den weggewerkt. De Bond Zonder Naam
was een bond zonder geld geworden.
Maar zestigduizend leden lieten de be
stuursleden niet in de kou staan. Zij ble
ven hun jaarfijkse tientje storten, zodat
er spoedig weer voldoende in kas was om
het 'goede werk' voort te zetten.
Veroudering
Ook nu gaat de spreuk nog maande
lijkse de deur uit, zes keer per jaar wordt
de 'krant zonder naam' uitgebracht, de
kerstkaarsen vinden veel aftrek en 'er
kan weer uit het fonds worden geput
voor de aktie 'mensen in nood' en voor
vakantiereizen van bejaarden en invali
den.
Ook de nieuwe 'anker-actie' past in dat
patroon. Wie de speciale bondsspeld met
anker zichtbaar draagt zegt daarmee
'aanspreekbaar' te zijn, open te staan
voor mensen. En natuurlijk hoort daar
de onvermijdelijke spreuk bij: 'gooi 't an
ker van de hoop toch uit naar 't jaar 2000'.
Welke jongere zou door dit soort acties
worden geprikkeld lid te worden?
Veroudering is de grootste bedreiging
van de Bond Zonder Naam, erkent me
vrouw Van der Voort-Verheid. „De bond
vergrijst. Het merendeel van de leden be
staat uit oudere mensen. En die gaan op
een gegeven moment dood".
Zfj vertelt dat er wel pogingen in het
werk worden gesteld om die ontwikke
ling een halt toe te roepen en ook nieuwe
jonge leden aan zich te binden. Daarom
is de bond langzaam aan het 'modernise
ren'. Er komen meer eigentijdse aktivi-
teiten, zoals de steun aan het Bureau
Slachtofferhulp in Utrecht en hulpverle
ning aan dakloze kinderen in de derde
wereld.
Ter gelegenheid van het vijftigjarig be
staan wordt voorts geld ingezameld om
elk van de twaalf provincies een bedrag
van vijftigduizend gulden uit te keren,
dat naar eigen inzicht aan welzijnspro-
jekten kan worden besteed.
Mevrouw Van der Voort-Verheul
maakt deel uit van de feestcommissie.
„We houden in ieder geval twee open da
gen in ons pand in Voorschoten", zegt ze.
„Dat zal niet in het begin van april kun
nen zijn, want dan is het Pasen, maar op
14 en 15 mei. Verder staat het feestpro
gramma nog niet vast. Maar we hebben
er stille hoop op dat we voor die gelegen
heid de Band Zonder Naam kunnen con
tracteren".
De'bond heeft voor het zover is nog en
kele maanden de tijd. En niets is onmo
gelijk, zij schrijft immers zelf op één van
haar folders: Tegen alles in moed hou
den'.
Mevrouw Van der Voort-Verheul, lid van de adviesraad van de Bond Zon
der Naam en lid van de feestcommissie, met de poster van de kaarsenactie.
"Veroudering van het ledenbestand is de grootste bedreiging". (foto gpd>