De handel in schijnheiligen 'Als de Sint binnenkomt gelooft iedereen weer in hem' "ZAItHUAb 21 NUUtlVlbtH 19b/ ^^^^^^BIJLAG^MHIE^EIDSCH/ALPHEN^AGBWD HAUINA 23 Met 5 december in zicht neemt de handel in Sinterklazen hand over hand toe. Sommige hebben op de Grote Dag zelfs geen tijd om te eten, met een druk schema van zo'n tien bezoekjes in het vooruitzicht. Voorde aangeboden drankjes moet dan ook worden opgepast "want in dat warme pak ben je veel sneller dronken". Wat er allemaal komt kijken bij de omzwervingen van de goedheiligman, voordat hij weer naar Spanje rijdt. door Paul de Tombe "Ik ben Piet en ik speel voor Sint". De jonge Leidse student die het pand zojuist betrad, heeft de schroom die hem ervan weer hield zijn komst aan te kondigen met het bonzen op de deur ("ik was bang dat ik verkeerd zat") wel heel snel van zich af gewor pen. In tegenstelling tot zijn uit Maas tricht afkomstige vriend ("dat is Mi ke, hij is Piet") is hij het luidruchtige type. Samen hebben ze gereageerd op een advertentie van de Leidse Stu denten Sinterklazen Centrale die in het univerteitsblad Mare heeft ge vraagd om paren die in de dagen vóór en vooral op 5 december als Sint èn Piet op huisbezoek willen gaan. Acht van de personen die voor het eerst hebben gereageerd krijgen die avond een uurtje les hoe zij zich tijdens die bezoeken dienen te gedragen. De dochter De toekomstige Sinterklazen en Zwarte Pieten worden thuis bij Frans van Capelle geïnstrueerd. Hij is op richter en coördinator van de centra le. De bedoeling is dat hij ongestoord zijn tips. ventileert, maar hij wordt voortdurend onderbroken door die ene student. Anders dan de anderen, van wie er een paar uitgerekend op 5 december niet beschikbaar blijken te zijn ("dan vieren we zelf Sin terklaas"), zit hij zich al uitvoerig in te leven in de rol die hij moet gaan spe len. Hij ziet frivole mogelijkheden, getuige een van zijn vragen. Mag hij als Sint niet gezellig naast de dochter van zestien gaan zitten tijdens die be zoekjes? "Nee, dat mag niet", helpt Van Cap- pelle hem uit de droom. "Zodra je de drempel overstapt ben je Sint, dus zoiets van 1600 jaar oud. Dan praatje rustiger en bedachtzamer, maar dat gaat vanzelf door het elastiek van de pruik en de baard. En dan loopje niet meer zo kwiek, maar dan schrijd je. Niet naar de stoel naast de dochter van zestien, maar rechtstreeks naar de versierde zetel. Want het is geen lolletje, het is echt serieus. Je bent geen toeschouwer, jij bent de Sint. Je speelt de hoofdrol en je moet het be zoek dragen. Niet te luidruchtig, niet te stil, en vooral serieus". De handel in Sinterklazen blijkt dus een doodernstige zaak te zijn. De oude bisschop van Myra wordt niet alleen als verschijnsel met succes geëxploiteerd door de middenstand, maar blijkt ook als persoon in trek. De vraag naaf Sinterklazen neemt nog steeds toe, zeggen alle betrokke nen, en het aantal instanties dat zich met zijn 'verhuur' bezighoudt is in Leiden hetzelfde gebleven. Het bete kent dus dat er meer werk aan de winkel is voor de Paulus-zeeverken- nersgroep van het Bonaventura-col- lege en voor de studenten van de Sin terklaascentrale. Een Sinterklaas is weliswaar ook te huren bij organisa tiebureaus als Bemer-produkties (dat vandaag de intocht in Leiden regelt) en Hoenson Projekt Promotors, maar zij werken voornamelijk voor winke liersverenigingen en grote bedrijven. Serieus Wie overigens zelf voor Sint of Piet wil spelen kan terecht in de zaak van Wim Hoppezak die "pakken zonder bemanning" verhuurt. De zeeverken ners en de studentencentrale verhu ren weliswaar ook kostuums, maar richten zich meer op de markt van het huisbezoek, die ze samen voor een groot deel in handen hebben. Allen zijn het erover eens dat het spelen voor goedheiligman een zeer serieus gebeuren is. Niks voor de doe-het-zelver in elk geval. "Ik vind het af en toe heel triest als ik zie hoe sommige Sinterklazen over straat gaan", zegt Jan Bemer. "Met een la ken en een pak watten. Dat kan ei genlijk niet, want het is een ernstige zaak waarmee je niet mag spotten". Die mening wordt uiteraard ge deeld door Wim Hoppezak, van het gelijknamige bedrijf in toneelrekwi sieten. Zelfheeft hij vanaf 150 gulden zo'n honderd kostuums in de verhuur voor 'eerste en tweede klas' Sin terklazen. Hij grimeert ook, en merkt dat de klazen van de jaren tachtig er steeds beter willen uitzien. "Dat slon zige zie je tegenwoordig niet meer", zegt hij. „Mensen doen er steeds meer moeite voor om echt goed voor de dag te komen als Sint. Onder invloed van de tv waarschijnlijk. Zo'n Sint Nicolaas-intocht wordt heel mooi in beeld gebracht, ep dan kun je zelf na tuurlijk niet als een sloddervos op be zoek komen. Vroeger gebeurde dat wel. Een zwartepiet werd toen ge schminkt met allerlei middelen. Schoensmeer, kachelglans, verbran de kurk of wat al niet meer. Tegen woordig is de schminkfabricage zo perfect datje iemand heel mooi zwart kunt maken". De markt blijkt zo groot dat er voor ieder een eigen klantenkring is. De betrokkenen zien elkaar dan ook niet als concurrenten, maar eerder als col lega's in de lucratieve handel in Sin terklazen. Ze hebben het in deze pe riode razend druk en verwijzen als dat zo uitkomt klanten naar elkaar door of doen een beroep op elkaar. Dat geldt alleen niet voor de zeever kenners en de studentencentrale, al vliegen die elkaar ook niet bepaald in de pruik. Presentje Het verschil tussen de laatste twee zit 'm in de prijs en de organisatie. De zeeverkenners vragen 35 gulden voor een bezoek van een kwartier op 5 de cember en 5 gulden minder op de da gen ervoor en erna. Ouders van de groepsleden en leraren van het Bona spelen voor Sinterklaas, de zwarte pieten worden gerecruteerd uit de groepsleden. Zij verdienen er zelf niets mee en krijgen achteraf een pre sentje. De opbrengst van de bezoe ken is geheel bestemd voor de Pau- lusgroep, die zelf pakken heeft en het schminken geheel in eigen hand houdt. De zeeverkenners varen er wel bij. "We krijgen jaarlijks meer verzoe ken", zegt coördinatrice Annelies Frambach, staflid van de groep, die zich al 26 jaar op de Leidse Sin- terklaasmarkt beweegt en elke Sint en Piet laat rijden door een chauffeur. "Tot nu toe worden we al verwacht op 87 adressen, en daar zullen er nog wel een paar bij komen. Dat kunnen we net behappen met de 20 Sinterkla zen en de 36 zwartepieten waarover we kunnen beschikken. Die hoeven niet echt aan bepaalde maatstaven te voldoen, maar als we een verkeerde reactie krijgen uit een gezin, dan vra gen we zo'n figuur natuurlijk niet meer. Dat komt overigens maar zel den voor. Onze Sinterklazen vinden het leuk om te doen en de meeste mensen die wij daarvoor hebben be schikken wel over de nodige creativi teit. Want creatief moet je natuurlijk wel zijn". Kindervriend Iedere Sinterklaas van de zeever kenners krijgt het advies niet te drin ken tijdens zijn bezoekjes. Niet uit angst dat hij dronken zal worden, "maar daar worden de baard en de snor zo vies van". Hij moet ook beant woorden aan het beeld van de kinder vriend. "Wij zijn lieve Sinten. Er komt geen roe aan te pas. We vragen ook om briefjes met alleen leuke ge gevens van de kinderen", zegt Anne lies Frambach. Ook bij de studentencentrale staat die aanpak voorop. "Speel de rol van kindervriend", drukt Van Cappelle de Sinterklazen in spe op het hart. Van Cappelle zag elf jaar geleden het gat in de Sinterklaasmarkt voor studenten. Als student fiscaal recht dook hij erin en riep hij de centrale in het leven. Inmiddels is hij afgestu deerd en werkt hij in een Haarlems restaurant, maar in deze weken stort hij zich volledig op de verhuur van Sinterklazen. "Uit hobby en om de verdienste". Samen met Frouke Meindersma (studente psychologie) heeft hij vanaf 1 november een dagtaak aan de coör dinatie. Hij noteert de aanvragen, werft en selecteert de Sinterklazen en de zwartepieten, instrueert ze, stelt de route samen die elke Sint moet rij den en zit doorlopend achter de tele foon om in te springen bij pech of langdurig oponthoud. Het is ieder jaar opnieuw een hei dens karwei om de Sinten op weg te krijgen. Hoewel het bezoek van een studentenpaar f 51,50 per twintig mi nuten kost, stijgt het aantal aanvra gen gestaag. Tot de 650, verwacht hij dit jaar. Niet alleen uit Leiden, maar uit de hele regio. Uiteraard verdient het duo dat in het pak gaat daar ook aan, wat de be langstelling voor zo'n Sinterklaas- avontuur stevig stimuleert. Het komt goed uit, omdat Van Cappelle zestig paren nodig heeft die op 5 december gemiddeld zo'n tien bezoekjes moe ten afleggen. In een pak van de cen trale. Niet op de schimmel, maar in de eigen auto en op een heel strak schema. Dat schema is heilig ver klaard binnen de centrale. "Hou je er aan, want als je overal vijf minuten Wim Hoppezak: "Een goede Sint moet volume hebben". blijft plakken kom je bij het laatste kind vijftig minuten te laat en ligt het te slapen", drukt Van Cappelle de aanwezigen op het hart. Kwaliteit staat ook bij hem hoog in de mijter. Vandaar dat niet iedereen in aanmerking komt voor de rol van Sinterklaas. "Hij moet minimaal 1.76 meter lang zijn, hij moet gediscipli neerd zijn, niet verlegen, en betrouw baar'", somt Van Cappelle op. "Dat laatste is het kenmerk van de centra le. Er mag misschien weieens een Sint te laat komen, er is nog nooit een bezoek overgeslagen", meldt hij trots. Het horloge staat dan ook als eerste op het lijstje van zaken waarvoor het paar zelf moet zorgen. Een volle ben zinetank is goede tweede, "zodat je niet op 5 december in de Merenwijk zonder brandstof staat, zoals weieens is gebeurd". Vervolgens worden ge noemd: de lantaarn om de platte grond te lezen in de auto, en de para plu om de schmink tegen regen te be schermen. "Een zwartepiet kan na tuurlijk niet ergens als wittepiet bin nenkomen". "Verder geef ik alle Sinterklazen de raad om uit te kijken met alcohol", zegt Van Cappelle. Heel wat mensen die bellen zijn daar bang voor omdat het om studenten gaat. Het verhaal over de dronken Sinterklaas doet hardnekkig de ronde, maar bij ons komt het niet voor. Ik verbied ze niet om te drinken, maar ik druk ze wel op het hart er voorzichtig mee te zijn. Je bent vijf, zes uur in touw, je eet, alleen een paar pepernoten en je hebt- het warm in dat pak. Dus ben je sneller dronken dan normaal. Drank kun je dus maar beter afslaan en dat doen ze ook. Je hebt trouwens niet eens de tijd om te drinken want er zitten altijd een paar gezinnen bij elkaar, en als je tien kin deren moet afwerken in twintig mi nuten heb je echt je handen vol". De echte In de weken voorafgaand aan 5 de cember geldt het ook voor hemzelf. "Afgelopen zondag begon het al met een bezoekje en dat blijft zo doorgaan tot de dag zelf. Negentig procent van de mensen vraagt ons voor 5 decem ber", zegt hij. Op die dag is het dan ook een komen en gaan van Sin terklazen bij Van Capelle thuis. Wel wat lastig voor de buren. "Maar hun kinderen geloven dat Sinterklaas hier woont", zegt Van Cappelle, hetgeen tijdens de fotosessie wordt bevestigd door de overbuurvrouw. "Toen ze nog klein waren zagen ze al die Sin terklazen hier wel steeds naar binnen gaan, maar ze hielden toch vol dat de echte hier ook woonde". De echte Sint is door de eeuwen heen trouwens altijd een omstreden figuur geweest. Het beeld van de onsterfelij ke bisschop van Myra (hij leefde in de vierde eeuw) is onder invloed van de tijd steeds aangepast. De legenden dat hij bedreigde zeeheden te hulp placht te schieten en zich vooral be kommerde om het lot van kinderen, werden snel vergeten als dat zo uit kwam. Velen spanden hem in de loop der tijden voor zijn karretje en niet omdat hij zo'n mooie schimmel be reed. De calvinisten schilderden hem af als een leugenaar en het geloof in hem was zot en godslasterlijk. In de zeven de eeuw was het in sommige steden zelfs verboden om de schoen te zetten en de bisschopskoek (speculaas) te bakken. De Goedheiligman raakte la ter nog betrokken bij de klassenstrijd en werd een wapen in de hand van pe dagogen. Eerst als de goede Sint, later als de wreker. Tot ver in de twintigste eeuw werd hij gebruikt om kinderen gehoorzaam te maken onder dreiging van de roe, de zak en het vervoer naar Spanje waar de vermaling tot pepernoot zou wachten. Nu is hij alleen de goede ge ver, de heilige van de middenstand die wordt bestuurd door de commer cie. En zwartepiet, aanvankelijk de volksbenaming van de duivel, is al leen nog maar een vrolijke, gekke fratsenmaker. Gek "Zwartepiet kan iedereen spelen. Die hoeft alleen maar gek te doen", is de algemene opinie die precies aan sluit bij de knechtenrol van de desbe treffende figuur. Voor een goede Sin terklaas worden andere maatstaven aangelegd. "Een goede Sint moet vo lume hebben. Hij moet niet te lang en niet te mager zijn, maar mooi vol", zegt Wim Hoppezak die in deze tijd talloze Sinten (ook studenten) schminkt. "Zijn stem is ook heel belangrijk. Mooi en vlot moet die zijn. Hij moet rust en waardigheid uitstralen en hij moet niet lopen maar schrijden. Dat gaat meestal vanzelf. Ik zie het al als ze hier zitten. Dat mensen verande ren als ze dat kostuum aanhebben. Op het moment dat ze in de spiegel kijken, hebben ze het ineens. Dan zijn ze iemand anders, dan zijn ze Sin terklaas". Martin Wiersma beaamt het. Hij is een van de beste 'vaste' Sinterklazen van de studentencentrale en wordt ingezet bij speciale projecten. De stu dent massacommunicatie zegt het zo: "Als je dat pak aanhebt word je van zelf Sinterklaas. Dat is zo'n gedefi nieerde rol dat het niet moeilijk is die te spelen. Jé weet precies wat er van je wordt verwacht en dat patroon ligt zo vast dat je er bijna als vanzelf aan voldoet". "Als Sint kun je je ook van alles permitteren", heeft hij gemerkt. "Je gaat niet gauw te ver in een gezin, maar ook daarbuiten wordt opval lend veel van je geaccepteerd. Als ik als Sint een broodje pak in een win kel en ik zeg: stuur de rekening maar naar Spanje, dan wordt dat glimla chend aanvaard. Dat zie je ook bij ou ders. Die behandelen de Sint met égards. Daar zit ook het grote geheim van Sint. Hij is aardig en kan tegelij kertijd een verlengstuk van de ou ders zijn. Hij begint met een beris ping, maar op het eind komt altijd al les goed en zijn er de cadeaus". Met al die gegevens wordt rekening gehouden bij de studentencentrale, waar zo min mogelijk aan het toeval wordt overgelaten. Altijd wordt ge vraagd om een briefje met opmerkin gen over de kinderen. "Marietje zit op zwemles en op ballet, ze helpt met de afwas, maar ze is moeilijk met het naar bed gaan. In die trant", zegt Van Cappelle. "Laat het kind zelf praten", geeft hij als raad. "Zeg niet: je zit op zwem les, want dan kan ze alleen ja zeggen. Laat haar zelf het verhaal doen. Dat is leuker voor de ouders. Je komt voor het praatje en het plaatje. Heb je tijd over, dan is het leuk om een van de ouders bij je te roepen. De mensen bestellen ook studenten omdat ze hu mor hebben. Wij laten ze in die Dat laatste geldt ook voor de kinde ren. "Op het moment dat de Sint binnenkomt gelooft iedereen weer in hem", antwoordt Van Cappelle. "Kin deren zijn altijd een beetje bang en onder de indruk. Zelfs de jongen van elf die besloten heeft lastig te zijn. Hem knijp je wat steviger in de hand en dan is ie verder ook wel rustig". "Dat zijn trouwens niet eens de moeilijkste bezoeken", merkt hij op. "Daar waar oma, vader en moeder, ooms en tantes pontificaal met hun kinderen zitten te wachten, daar lukt het allemaal best. Anders wordt het als je voor één kind van veertien maanden bent gecharterd en je die twintig minuten toch moet zien door te komen. Of als ma je in haar eentje heeft besteld en pa met een paar vrienden pils zit te drinken voor de tv, die niet uit mag. Dan is er echt im provisatietalent nodig om de aan dacht te vangen". Sexclubs "Wees ook voorzichtig met de ge zinsrelatie", geeft hij zijn Sinterkla zen mee. "Het wil tegenwoordig wel eens moeilijk liggen met al die schei dingen. Pappie kan pappie wel eens niet zijn, en dat hoort een Sint snel te weten, want Sint weet alles". Of nou ja, alles. De verrassingen zijn soms groot. De Sint die ooit op bezoek ging bij dat ene echtpaar kon moeilijk bevroeden dat hij was ge vraagd om op te treden voor drie hondjes met kindernamen. Toch is het gebeurd, zoals het ook gebeurd is dat studenten in de Sint en Piet-ver momming werden uitgenodigd in sexclubs. "Vijf, zes jaar geleden was dat een goede handel", lacht Van Cappelle. "dan werden we besteld voor een laat bezoek en moesten we de meisjes vermanend toespreken. Dat ze wat meer aandacht moesten hebben voor de klanten. Het was dus een soort personeelsfeest, want naar de klanten toe was het natuurlijk een verkeerde actie. Dat is nu dan ook helemaal af gelopen. Niet omdat we het slecht de den, want de Sinterklazen die daar waren geweest doken de volgende ochtend om vfjf uur pas weer op en gaven dus waar voor hun geld, maar er is kennelijk geen behoefte meer aan". Bij particulieren groeit die behoefte des te meer. "In alle milieus, behalve het hoogste", heeft Van Cappelle ge merkt. "Daar wordt het gevierd met surprises en rijmpjes. Maar verder ko men we overal. En overal maak je wat anders mee. Dat houdt het heel boei end". "Het is vermoeiend, maar heel erg leuk", beamen Annelies Frambach, Wim Hoppezak en Jan Bemer. De laatste laat een Sint veertien dagen lang door de streek trekken in een als woonkamer ingerichte touringcar. Voor een winkeliersvereniging. "Die Sint moeten we echt af en toe aflos sen, anders wordt hij gek. Het is een hele zware belasting met dat pak, die baard en die mijter. Hij moet altijd aardig blijven, statig lopen en een aparte stem opzetten. Dat is niet te doen, veertien dagen lang". Hele kunst "Als je het een paar uur hebt ge speeld ben je heel wat energie kwijt", weet Wim Hoppezak. "Je bent ten slotte serieus met een stukje theater bezig, en het bewaren van je waardig heid is ook een hele kunst". En Anne lies Frambach: "Daar staat tegenover dat kinderen heel leuk reageren. On ze hele clubruimte hangt vol met te keningen die de Sint heeft meegekre gen. Daarom is de animo om voor Sint te spelen altijd groot". Martin Wiersma doet het graag. "Voor de bijverdienste, maar ook voor de lol. Nogmaals, je kunt je veel permitteren als Sint, maar aan de an dere kant moet je ook geen dag te lang in dat pak rondlopen. Na 5 de cember krijg je allerlei opmerkingen naar je hoofd. Boot gemist? Moet je broer hier niet zijn? Dan bedoelen ze de kerstman. Die speel ik ook, maar dat is toch anders. Als je dan ergens komt kennen ze geen liedjes, je bent in je eentje en je hebt geen aanspraak. Nee, geef mij de Sint maar". De studentencentrale levert desge wenst wel kerstmannen, maar adver teert er niet mee. De zeeverkenners willen er helemaal niet aan. Annelies Frambach drukt uit waarom niet: 'Kerstmannen leveren we niet Daar geloven we niet in". Vijf Sinterklazen waren door Leiden. Broederlijk bijeen, want elkaar zwart maken doen ze niet. Zuyderdi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 23