Beroering in Stevenshof
over premies koophuizen
Niets unieks meer aan 'stalen' huizen
DE TIJD/ 'kroniek over
VAN TOEN/ÊÊMki
DE OUDE SCHATTEN VAN DE
UNIVERSITEITSBIBLIOTHEEK
Leden PCW in principe
ook akkoord met fusie
VRIJDAG 30 OKTOBER 1987
LEIDEN
Premie-B-huizen nu in premie-A-sector
Project in Stevenshof gepresenteerd als revolutionair
LEIDEN - Onder de ko
pers van een aantal 'stalen'
nieuwbouwwoningen in de
Stevenshof is beroering
ontstaan nu die huizen door
toedoen van het rijk niet in
de beloofde premie-B-,
maar in de premie-A-rege-
ling worden gebouwd. De
wijziging werd doorgevoerd
nadat het voorlopig koop
contract al was getekend.
De meeste toekomstige bewoners
kunnen hierdoor rekenen op een
onverwacht financieel voordeel
van maximaal 20.000 gulden. Maar
een aantal anderen voelt zich ech
ter bekocht omdat de nieuwe pre
mieregeling voor hen slechter uit
valt. Eén van de gedupeerden, de
voorzitter van de vereniging van ei
genaren, heeft aangekondigd af te
zien van de aankoop van een 'sta
len' woning en heeft zijn voorzitter
schap neergelegd.
door
Gert Visser
De kritiek geldt vooral de ge
meente. Die wordt verweten dat de
kopers te laat over de wijzigingen
zijn ingelicht en dat de financiering
nog niet volledig duidelijk is. Het
bestuur van de vereniging van ei
genaren heeft zich echter gedistan
tieerd van negatieve acties van zijn
ex-voorzitter wat betreft het
nieuwbouwcomplex. Volgens een
woordvoerder van het bestuur had
de gemeente wel 'iets meer aan
dacht kunnen besteden aan het
doorspelen van informatie'.
Het standpunt van de gemeente
is dat het geen zin had de kopers
van de onderhandelingen met het
rijk op de hoogte te houden omdat
zij daar toch geen invloed op kon
den uitoefenen. "Daags nadat er
overeenstemming was, hebben wij
hen op de hoogte gesteld", aldus
ambtenaar Verkoren van de ge
meente. Volgens Verkoren is 90
procent van de toekomstige bewo
ners tevreden met de gang van za-
I ken. Ex-voorzitter Van Donzel
weet echter dat 'niemand gelukkig
is met de manier waarop de zaak is
geregeld'.
Betaalbaar
Oorspronkelijk was het de be
doeling het als revolutionair aange
kondigde nieuwbouwproject in de
premie-C-sector te bouwen, een re
geling waarvoor de overheid een
minimale subsidie beschikbaar
stelt. Om de woningen financieel
aantrekkelijk te maken, werd er
Morgen, 31 oktober, is het pre
cies 400 jaar geleden dat de ope
ning van de bibliotheek van de
Leidse universiteit plaatshad.
Het gezelschap dat de plechtig
heid bijwoonde, is aanzienlijk
kleiner geweest dan dat wat van
daag de herdenking van dat heu
gelijke feit meevierde. Waren er
nu zo'n negenhonderd mensen
bijeen in de Pieterskerk, toen
zullen er misschien 40 of 50 aan
wezig zijn geweest in de Gewelf-
kamer van het Academiegebouw
aan het Rapenburg.
Natuurlijk was het bestuur van
de universiteit er, bestaande uit
de drie curatoren, onder wie Ja
nus Dousa (die we nog later in dit
verhaal zullen tegenkomen) en
de vier Leidse burgemeesters,
vergezeld van hun secretaris Jan
van Hout; de 15 toen in functie
zijnde professoren, vier uit de ju
ridische, twee uit de medische,
drie uit de theologische en zes uit
de 'literaire' faculteit; overige
functionarissen van de universi
teit zoals de rentmeester en de
twee pedellen; en enkele gasten.
In feite is het verbazingwek
kend dat de universiteit, die in
1575 was gesticht, 12 jaar op haar
bibliotheek heeft moeten wach
ten, want in die periode had zij
toch wel enige boeken verwor
ven. Allereerst was daar de Bi-
blia Regia, de koninklijke bijbel,
zo geheten omdat Fhilips II de
kosten ervoor grotendeels be
taald had. En die kosten waren
aanzienlijk, want het ging om
acht dikke folio-delen met de
tekst van de bijbel in het He
breeuws, Chaldeeuws Ara
mees), Grieks en Latijn. Dit-
fraaie geschenk bereikte, welis
waar in ongebonden toestand, de
universiteit in april 1575.
Pas vier jaar later ging men er
toe over de delen aan de binder
Jan Paets Jacobszoon mee te ge
ven. Deze had het karwei ge
klaard in 1581 en diende bij de af
levering zijn rekening ten bedra
ge van 28 gulden in. Hij kreeg er
nog in dezelfde maand 20 voor
betaald, de resterende acht volg
de pas in 1590.
Ook moeten er in Leiden al de
drie delen zijn geweest die de
Antwerpse drukker/uitgever
Christoffel Plantijn in 1581 aan
de universiteit heeft geschon
ken, al waren die in 1595 nergens
meer te vinden. En ten slotte wa
ren er de 60 banden die de hoog
leraar in de theologie Johannes
Holmannus Secundus bij zijn
uiteindelijk voor gekozen om 67
huizen in de premie-B te verwezen
lijken, een middenklasse categorie
waarvoor maximaal 20.000 gulden
subsidie per woning kan worden
verkregen. Op de verkoopadver
tentie in de krant kwamen meer ge
gadigden af dan er woningen be
schikbaar waren. Een deel van de
geïnteresseerden haakte af (er
staan nog drie woningen te koop),
met de overigen werd in juli een
voorlopig koopcontract gesloten.
Vervolgens werden op aandrang
van het rijk de huizen naar de pre-
mie-A-regeling overgeheveld. De
ze regeling biedt de mogelijkheid
om 40.000 gulden rijkssubsidie te
verkrijgen en maakt het mogelijk
dat ook mensen met een laag inko
men een huis kopen. Niet uitgeslo
ten wordt dat een aantal mensen
dat op de advertentie reageerde,
niet afgehaakt had wanneer toen
bekend was geweest dat er zoveel
rijkssubsidie beschikbaar was.
De premie-A-regeling is bedoeld
voor mensen met een inkomen tot
51.000 gulden. Deze groep kopers
van een 'stalen' woning gaat er
door de laatste ontwikkelingen
flink op vooruit. De toekomstige
bewoners die meer verdienen, heb
ben recht op de premie van de B-re
geling, maximaal 20.000 gulden.
Voor hen verandert er financieel
niet veel.
Ogenschijnlijk wordt daarmee
niemand minder van de wijziging
in de premieregeling, ware het niet
dat in de A-regeling een beding is
opgenomen dat wie zijn huis bin
nen 10 jaar verkoopt, een deel van
de premie moet terugbetalen. Dit
anti-specualtiebeding maakt geen
deel uit van de beloofde B-rege-
ling. "De aanwezigheid van zo'n re
gel in het contract maakt je huis al
gauw 10.000 gulden minder waard.
Voor wie van plan is slechts enkele
jaren in zijn nieuwe woning te blij
ven wonen, is dit beding een fikse
strop", aldus Van Donzel.
Een andere tegenvaller is dat de
A-regelirTg minder ruimte biedt
voor het verrichten van meerwerk
in de woning zoals het aanbrengen
van een duurdere keuken of mooi
ere tegels. De eigenaar die had ge
dacht zijn toekomstige woning
naar eigen wens aan te passen,
loopt al snel het risico de totale
subsidie te verspelen. De gemeente
erkent dit. "De marge voor meer
werk is iets kleiner geworden",
zegt Verkoren.
Het heeft Van Donzel vooral ge
kwetst dat hij door de gemeente
voor een voldongen feit is ge
plaatst. "Er is totaal geen overleg
geweest, geen briefje, geen in
spraak, niets. Ik geloof echt wel dat
de gemeente iedereen zal geven
waar hij nu recht op heeft. Maar het
overlijden eind 1586 aan de uni
versiteit had nagelaten. Dit le
gaat schijnt de directe aanleiding
te zijn geweest om de zaak van
een bibliotheek nu eens serieus
ter hand te nemen.
In een vergadering van 26 april
1587 besloot het universiteitsbe
stuur dat er een bibliotheek zou
komen in de Gewelfkamer van
het Academiegebouw, een zaal
tje met een grondoppervlak van
nog geen 90 vierkante meter, di
rect links van de ingang en nu in
gebruik als tentoonstellings
ruimte bij het Academisch Histo
risch Museum.
Er werden wat kasten getim
merd en het in aantal schamele
boekenbezit werd daarin ge
plaatst. Tot bibliothecaris werd
de curator Janus Dousa be
noemd, met terugwerkende
kracht tot 1 maart 1585 (dat zal
wel in de financiële beloning ge
scheeld hebben). Hij vervulde
het ambt tot 1593. (Het werkelij
ke werk zou door anderen als Pe
trus Bertius, sinds 1593 in Lei
den, gedaan gaan worden). Maar,
de zaken werden voortvarend
aangepakt. Gelijk ging men ertoe
over geld ter beschikking te stel
len waarvoor bij de Leidse boek
handelaren Franciscus Raphel-
engius (die ook hoogleraar Oos
terse talen was) en later bij Louis
Elsevier (die ook pedel was), als
mede bij particulieren uit de stad
en hoogleraren flink gekocht
werd.
Er werd redelijk systematisch
aangeschaft; elk vakgebied werd
met een zekere regelmaat aange
vuld. De boekhandelaren kregen
de opdracht de Parijse boeken
markt, maar vooral de twee keer
per jaar gehouden Frankfurter
Messe in de gaten te houden en
daar te kopen wat voor de biblio
theek van belang kon zijn. Een
aantal van hun rekeningen is be
waard en daaruit kunnen we op
maken dat tot en met 1595 ruim
3200 gulden aan boeken en het
binden ervan is besteed, een
voor die tijd zeer fors bedrag.
Maar dat was nog niet alles: er
kwamen nog andere kosten bij,
die van de huisvestine.
komt er uiteindelijk op neer dat mij
een andere woning wordt geleverd
dan was beloofd. Een aantal andere
kopers denkt er precies zo over".
De gemeente wijst iedere kritiek
dat het bouwproject onvoldoende
en slecht zou zijn voorbereid van
de hand. "Wat er is gebeurd, was
niet te voorzien. Voor niemand
niet", aldus Verkoren.
De heer Beemer die het nieuw
bouwproject vanuit de Stichting
Welzijn begeleidt, kiest voor de
gulden middenweg in het conflict.
"Er zijn kopers die er geen proble
men mee hebben en er zijn kopers
die er grote problemen mee heb
ben. Dat is vooral afhankelijk van
hun inkomen. De gemeente is ook
maar met het probleem opgeza
deld. Hoewel je achteraf kan zeg
gen dat de gemeente sneller op de
vereniging van eigenaren had moe
ten afstappen toen duidelijk was
dat er een probleem was".
LEIDEN - De 'stalen woningen' die
momenteel worden neergezet in de
nieuwe woonwijk Stevenshof wor
den toch niet zo revolutionair als
aanvankelijk in de bedoeling lag.
Het niet in de pas lopen van de in
dustriële produktie met de aan de
dag gelegde vernieuwingsdrang
heeft het project vanaf het begin
parten gespeeld. Uiteindelijk
wordt nu niet volledig bereikt wat
de bedoeling was, namelijk: een
woningtype voor een redelijke
prijs en dat bovendien als een tech
nische hoogstandje aangemerkt
kan worden.
door
Jan Rijsdam
Volgens het ontwerpplan dat de
Voorhoutse architect Verheijen vo
rig jaar presenteerde, zouden de
115 zogeheten stalen woningen een
ommekeer in de bouw teweegbren
gen. Op papier was dat ook zeker
het geval. Daarvoor bevatte het
plan drie essentiële onderdelen die
als 'revolutionair' werden aange
merkt. In de eerste plaats was dat
de zogeheten prefab-kern van de
woning, een uit twee verdiepingen
bestaande unit waarin alle noodza
kelijke voorzieningen, zoals trap
pen. toilet, badkamer, keuken, cv-
installatie en nagenoeg alle leidin
gen voor gas, water en licht zijn op
genomen. Deze kern zou kant-en-
In 1589 namelijk, nog geen
twee jaar na de opening, werd de
Gewelfkamer opgeëist als colle
geruimte voor de theologen. Te
vens bleek het zaaltje nogal
vochtig en dus minder geschikt
als opslagruimte voor boeken.
Daarom werd in 1591 besloten
een nieuwe ruimte voor de bi
bliotheek te maken en wel in de
Faliede Begijnenkerk, schuin
aan de overkant van het Rapen
burg. Deze kerk werd in drieën
verdeeld. Het achterstuk werd
ingenomen door het Anatomisch
theater en het voorstuk werd ho
rizontaal gesplitst, waarbij het
bovenste gedeelte tot biblio-
klaar uit de fabriek komen en op de
bouwplaats worden gemonteerd
zodra de fundering en de begane
grondvloer waren aangebracht.
Hoogstandje
Grote voordeel van de industri
eel vervaardigde kern is, volgens
de architect, dat het de kosten
drukt en de kwaliteit verhoogt. Im
mers: het maken van een keuken,
toilet enz. in een beschermde om
geving (de fabriek) en volgens een
efficient produktieproces kan niet
anders dan een kwalitatief veel
hoogstaander produkt opleveren
dan wanneer dat produkt wordt ge
maakt op een koude, natte bouw
plaats waar de tegelzetter, cv-mon-
teur, schilder enz. elkaar op een
paar vierkante meter in de weg zit
ten.
De produktie van de prefab-kern
in de fabriek bleek evenwel nog
niet te zijn begonnen. Een aantal
gemeenten in den lande heeft be
langstelling voor deze nieuwig
heid, maar feitelijk was de gemeen
te Leiden de eerste die haar schre
den op dit pad zetten. Zolang de fa
bricage van woningkernen nog
geen lopende-band-werk is, blijkt
ook de kostenbesparing niet wat
men ervan gehoopt had. Uiteinde
lijk verklaarde de aannemer de wo
ningkern ruim 1500 gulden goed
koper te kunnen maken dan de fa
briek. Architect Verheijen: "Daar
mee was ik mijn belangrijkste ar-
theek werd ingericht. Deze ver
bouwing heeft tot 1595 geduurd
en de opening zal ook wel ge
vierd zijn.
Het meubilair bestond uit zo
genaamde pulpita, die een capsa
(ruimte voor boeken) omvatten,
met daaraan vastgemaakt een
pluteus (plank waarop de boeken
voordat men erin kon lezen ge
legd moesten worden). In de cap
sa stonden de folio-delen, door
middel van een ketting en een
ring vastgemaakt aan een staaf,
en op hun kop, zodat ze, wanneer
ze op de pluteus gelegd werden,
eerst verticaal een halve slag ge
draaid moesten worden. Onder
de capsa bevond zich een ruimte
die later met boeken van kleiner
formaat opgevuld werd. (Hele
kostbare boeken zoals die uit het
legaat van Josephus Justus Sca-
liger, dat in 1609 in de biblio
theek kwam, kregen een plaats
in een afsluitbare kast).
gument, namelijk dat een industri
eel vervaardigde kern goedkoper
is, kwijt. Natuurlijk zou het ook
een technisch hoogstandje zijn ge
weest. Maar, ik ga mensen geen
duurdere woning aansmeren om
wille van een technisch hoogstand
je. Op een gegeven moment heb
ben we besloten, hoe jammer het
ook is, er van af te zien", aldus de
architect. De kern van de woning
bestaat nog steeds uit een soort
unit met alle nodige voorzieningen,
maar nu op de traditionele manier,
op de bouwplaats zelf, vervaar
digd.
Skelet
Een tweede 'revolutionair' on
derdeel van het project was dat de
woningen zouden worden opge
trokken met een volledig leiding
loos skelet. Ook dit zou weer een
flinke kostenbesparing betekenen.
Het leidingloze casco bleek even
wel alleen haalbaar als de woning
met een prefab-kern zou worden
uitgevoerd. Een concentratie van
leidingen in de muren van de tradi
tioneel gemaakte kern zou name
lijk zo duur worden dat de kosten
besparing van een leidingloos ske
let weer teniet werd gedaan.
Een derde belangrijk onderdeel,
dat wel overeind is gebleven, is dat
gevels en wanden van de woningen
voor een groot deel bestaan uit sta
len panelen. De gevelbeplating be
paalt straks voor een belangrijk
Tegen de rugzijde van de pul
pita was een bank bevestigd,
waarop zij, die de boeken uit de
daaraan grenzende kast wilden
raadplegen, konden gaan zitten.
Ook zal er wel een klein vertrekje
voor het personeel zijn geweest,
dat de bezoekers tijdens de enke
le openingsuren per week aan
hun boeken kon helpen. De
hoogleraren beschikten ieder
over een sleutel, waarmee ze de
bibliotheek op elk gewenst mo
ment konden binnen gaan. Over
die sleutels was echter doorlo
pend gezeur, omdat ze ook aan
studenten werden uitgeleend.
Dit leidde ertoe dat het slot regel
matig vervangen moest worden.
Hoe kwamen de bezoekers aan
hun boeken? In de Gewelfkamer
zullen wel nauwelijks bezoekers
zijn geweest, maar in het nieuwe
gebouw stond hun een noviteit
ter beschikking: een gedrukte
catalogus van het gehele biblio
theekbezit. de Nomenclator au-
torum omnium quorum libri vel
manuscripti, vel typis expressi
exstant in Bibliotheca Academi-
ae Lugduno-Batavae (Naam
lijst van alle schrijvers wier boe
ken, of in handschrift, of ge
drukt, aanwezig zijn in de biblio
theek van de Leidse universi
teit).
Deze catalogus, de eerste in
zijn soort, was samengesteld
door Petrus Bertius. De samen
stelling en verschijning ervan in
1595 hangen ongetwijfeld samen
met de ingebruikname van de
nieuwe bibliotheekruimte. Het
boekje is door Franciscus Rap-
helengius, die toen ook nog uni-
versiteitsdrukker was, in een op
lage van 625 exemplaren gedrukt
voor in totaal 62 gulden en 15
stuivers, wat neerkomt op een
kostprijs van 2 .stuivers per
exemplaar. Tot 1603 werden er
losse velletjes bijgedrukt waar
mee de catalogus up to date ge
houden werd.
Zo, in een nieuwe behuizing en
met een adequate catalogus, kon
de bibliotheek haar dienende
functie, niet alleen voor de Leid
se universiteit, maar ook voor
wetenschappers ver daarbuiten,
gaan vervullen. En deze functie
vervult ze nog steeds, ook al is ze
na 391 jaar vanuit de Faliede Be
gijnenkerk verhuisd naar de Wit
te Singel.
Wat de bibliotheek in de loop
van 400 jaar aan schatten bijeen
heeft weten te brengen is vanaf
morgen tot 17 januari 1988 te zien
in het Rijksmuseum van Oudhe
den aan het Rapenburg, de ver
trouwde gracht, waarheen dus
nu weer, zij het tijdelijk, ruim
honderdtwintig kostbaarheden
zijn teruggekeerd.
R. BREUGELMANS
deel het uiterlijk van de woningen
die er daardoor wel anders zullen
uitzien dan gebruikelijk is in de
nieuwbouw.
Over de oorzaken van het gedeel
telijk mislukken van het project lo
pen de meningen uiteen. Gemeen
te-ambtenaar en bouwcoördinator
J.M.E. Verkoren houdt er op dat ie
dereen van goede wil was, maar dat
de ontwikkeling van de prefab
kern achter liep bij andere onder
delen. Architect Verheijen meent
dat het project ook te lijden heeft
gehad onder het conservatisme dat
de aannemerij kenmerkt. "Men wil
er eigenlijk niet aan dat iets op een
andere manier beter en goedkoper
kan. Zolang het bewijs daarvoor
niet is geleverd, doet men het liever
op de conventionele manier. Ik wil
de dat bewijs nu juist met dit pro
ject leveren. Het is een beetje de
vraag van het kip en het ei. Wie be
gint er".
Concurrerend
Een woordvoerder van de bouw
maatschappij die de woningen
neerzet, Vermeulen bv uit Breda,
meent dat de architect van alles te
veel wilde: "Een industrieel pro
dukt, een grotere woning en een la
gere prijs. Dat was niet allemaal
haalbaar".
De vraag of de bouwer de prijs
van het traditioneel gemaakte pro
dukt niet kunstmatig laag wil hou
den omdat hij bang is een deel van
zijn produktie voorgoed kwijt te ra
ken, beantwoordt de aannemer
ontkennend. "Helemaal niet. De
bouw moet geïndustrialiseerd wor
den. Daar zijn we helemaal voor.
We moeten wel omdat het in ons ei
gen belang is een produkt te ma
ken dat verkoopt en concurrerend
is. Maar dan moeten wel de prijzen
omlaag. Kennelijk is de industrie
nog niet zover dat ze de concurren
tie met het traditioneel vervaardig
de produkt aan kan".
Volgens gemeente-woordvoer
der Verkoren zijn de kopers van de
woningen er in elk geval niet min
der van geworden omdat ze nog
steeds een woning krijgen voor een
redelijke prijs die een stuk groter is
dan woningen van een vergelijkba
re prijs in de Stevenshof. Boven
dien krijgen ze als extra een fraai
dakterras. "Maar we hebben ons
doel niet helemaal bereikt", geeft
Verkoren toe. "Dat is heel jammer
en misschien proberen we het
daarom nog weieens".
Van Putten
officier
LEIDEN - Prof. dr. L.M. van Put
ten uit Leiden is benoemd tot offi
cier in de Orde van Oranje Nassau.
Burgemeester Goekoop overhan
digde hem gisteren in het Radio
biologisch Instituut TNO in Rijs
wijk de bijbehorende versierselen.
Van Putten is vanaf 1956 aan het
Radiobiologisch Instituut verbon
den. In 1960 werd hij benoemd tot
onderdirecteur, maar deze functie
moest hij om gezondheidsredenen
eind 1984 neerleggen.
LEIDEN - De leden van de Protes
tants Christelijke Woningbouw
vereniging (PCW) zijn gisteren in
principe akkoord gegaan met de
fusie tussen hun vereniging en
Tuinstadwijk en Ons Belang. Een
definitief besluit konden de leden
nog niet nemen. De statuten van de
nieuw te vormen vereniging zijn
namelijk nog niet gereed.
Die statuten hadden eigenlyk al
lang klaar moeten zijn. Tot twee
keer toe zijn ze echter door de be
sturen van de drie woningbouw
verenigingen teruggetrokken. De
eerste keer omdat het ministerie
van volkshuisvesting erop wees
dat de statuten niet aan de jongste
richtlijnen voldoen, de tweede keer
omdat de besturen zelf en een aan
tal leden van de drie verenigingen
'Meer centra
in Nederland
voor gewrichts-
en spierziekten'
LEIDEN - In Nederland moeten
grotere centra komen voor onder
zoek naar betere behandelingsme
thoden voor bot-, spier- en ge
wrichtsziekten. Bovendien moet er
meer geld en aandacht worden be
steed aan de behandeling van der
gelijke ziekten, omdat deze de
maatschappij naar verhouding
veel geld kosten.
Dat betoogde prof. dr. P.M. Ro-
zing vanmiddag tijdens zijn aan
vaardingsrede in het Academiege
bouw van de Leidse universiteit.
Prof. Rozing is benoemd gewoon
hoogleraar in de orthopaedie (de
leer van bot en spierziekten).
Hij toonde zich in zijn aanvaar
dingsrede een groot voorstander
van de oprichting van enkele grote
orthopaedische centra waar in eer
ste instantie onderzoek wordt ge
daan naar de verbetering van pa
tiëntenzorg. De orthopaedische af
delingen van ziekenhuizen kun
nen, zo bleek uit zijn woorden, de
huidige vraag naar dergelijke inge-
repen nauwelijks aan.
De overheid maar ook de direc
ties van ziekenhuizen ondernemen
niet of nauwelijks stappen om iets
te doen aan dit probleem. Doordat
orthopaedische klachten een be
langrijke oorzaak van ziektever
zuim en arbeidsongeschiktheid,
kost dit de maatschappij veel geld.
Ongeveer 35 procent van de
mensen met aandoeningen aan
botten en spieren blijft langer dan
drie maanden van het werk thuis
terwijl uiteindelijk een kwart van
alle wao-uitkeringen naar mensen
gaat met dit soort klachten. Ook
door de toenemende vergrijzing
zullen steeds meer mensen een be
roep doen op orthopaedische hulp.
Volgens Rozing is er ook grote
behoefte aan meer orthopaedisch
onderwijs, vooral onder huisart
sen. Hij vindt het een slechte zaak
dat het aantal opleidingen hiervoor
juist wordt verminderd.
'Pedologische
instituten met
rijk samen
financieren'
LEIDEN - Wethouder Van Don
gen van onderwijs heeft staatsse
cretaris Ginjaar-Maas gevraagd te
overleggen met gemeenten en uni
versiteiten over een manier om pe
dologische instituten gezamenlijk
te financieren. Zij deed deze op
roep vandaag tijdens een symposi
um over speciaal onderwijs dat ter
gelegenheid van het 25-jarig be
staan van het Leidse Pedologisch
Instituut in de Stadsgehoorzaal
wordt gehouden.
Pedologische instituten zijn in
stellingen waar onder meer wordt
onderzocht hoe het onderwijs aan
kinderen met leer- en gedrags
moeilijkheden kan worden verbe
terd. De deskundigen die aan een
dergelijk instituut zijn verbonden,
zijn voornamelijk in dienst van de
universiteit. Voor het overige zijn
deze instellingen een zaak van de
gemeente. Die is dan ook de eerst
aangewezene om bepaalde kosten
te betalen.
De manier waarop de instituten
nu worden gefinancierd kan tot
problemen leiden, zo is in Leiden
gebleken. Het Pedologisch Insti
tuut barst door een enorme toena
me van leerlingen bijna uit zijn
voegen. Het rijk heeft Leiden in
middels toestemming gegeven
voor nieuwbouw. Hoewel de uni
versiteit het instituut belangrijk
vindt, kan en wil zij geen bijdrage
leveren. De gemeente Leiden is
daardoor gedwongen een bedrag
van 700.000 gulden uit te trekken
om de nieuwbouw mogelijk te ma
ken.
Overigens erkende wethouder
Van Dongen dat de nog steeds
groeiende toeloop van kinderen
naar het speciaal onderwijs enigs
zins moet worden ingedamd. Dat
moet volgens haar echter wel op
een verantwoorde wijze gebeuren.
Ze kondigde aan dat de gemeente
maatregelen in de maak heeft
waarmee kinderen met leer- en ge
dragsmoeilijkheden op de 'norma
le' basisscholen zelf kunnen wor
den opgevangen. Het is namelijk
de bedoeling dat dat scholen, wan
neer zij dit willen, extra mensen in
dienst krijgen die deze leerlingen
kunnen helpen en begeleiden.
er wijzigingen in wilden aanbren
gen.
Eerder deze maand verklaarden
de leden van Tuinstadwijk en Ons
Belang zich in principe al akkoord
met de fusie, die per 1 januari 1988
moet ingaan. Of die datum wordt
gehaald nu de statuten nog niet ge
reed zijn, is nog niet helemaal ze
ker. Maar voorzitter De Geus van
PCW verklaarde gisteravond dat
de besturen er alles aan zullen doen
om die datum te halen.
Een werkgroep van bewoners,
die naar aanleiding van de fusie is
opgericht, heeft de besturen uitge
nodigd om begin volgende maand
te praten over de notulen. Volgens
De Geus is het nog niet zeker of de
besturen op deze uitnodiging zul
len ingaan. Daarover besluiten ze
begin volgende week.
NOMENCLATOR
AVTORVM OMNIVM,
quorum libri
Vel manufcriptivel typis exprtfi cxïlanL>
in Bibliotheca Academie
Lvg dv no-Batav^.
cum Epiftola
Ue ordme ciuj atqut ifu,
A d
NOBILES ET MAGNIFICOS
Academiae Cvratores
et consvles.
Lvgdvni Batavorvm,
Apud Franafcum Raphelengium.
clo. Ia. xcv.
De titelpagina van de uit 1595 stammende Nomenclator de eerste
naamlijst van in de Leidse universiteitsbibliotheek aanwezige boeken
en geschriften.