'Nog vijf jaar en we waren in Leiden klaar geweest'
DE TIJD
VAN TOEN
Chris van der Weijden neemt afscheid als hoofd stadsvernieuwing
Symposium
Jaar cel voor
Leidenaar
actie) in vrije tijd
chromosoomonderzoek
VRIJDAG 13 OKTOBER 1987
LEIDEN
Chris van der Weijden groeide op binnen de roomse traditie. Zo'n afkomst verloochent zich natuurlijk nooit. Met
grote toewijding, verantwoordelijkheid en vriendelijkheid heeft hij wethouders van verschillende politieke sig
natuur gediend. Hij zegt daarbij nooit enige hinder te hebben ondervonden van zijn politieke kleur. "Als ambte
naar heb je wethouders gewoon te volgen, tenzij er een anti-democratisch bewind aan de macht zou komen", ver
telt hij.
Deze week nam Van der Weijden, na 40 jaar overheidsdienst, afscheid als hoofd van de directie stadsvernieu
wing van de gemeente Leiden. Een periode die, zoals hij zelf schetst in een interview met het maandblad Plan,
voor het leeuwedeel werd gekenmerkt door verpaupering van de oude binnenstad, politieke beleidsmakers die
klakkeloos de verhalen van de directeur gemeentewerken voorlazen en waarin hij zelf plannen maakte 'puur
voor de kat z'n viool' omdat het hoofdstuk 'wie zal dat betalen' bijna altijd ontbrak. "Al met al een verdrietige
tijd".
In 1974 veranderde alles. Een rechts college verdween. "Die linkse jongens" namen de macht in Leiden over.
De PvdA-wethouders begonnen zich intensief met de beleidsvoorbereiding te bemoeien en er was plotseling
geld 'in overvloed' om alle mooie plannen uit te voeren. Van der Weijden: "Het was een verademing voor me dat
ik aan voorstellen kon werken die uitgevoerd werden".
Geld en geen geld. Rechts en links. Verdriet en verademing, ofwel: de 'omkeerjaren' van Chris van der Weij
den...
Chris van der Weijden op een tuinbank in het Van Brouckhovenhof aan de Papengracht. Hij is niet van plan
als VUT-ganger dagelijks enkele uren zittend op een bankje door te brengen maar blijft actief voor de Stichting
tot Exploitatie van Bejaardencentra (foto wim Dijkman)
LEIDEN - "Het boek is dicht.
Mijn taken zijn verdeeld", zegt hij
zelf. Wie daarin een dramatische
ondertoon meent te bespeuren
heeft het mis. Chris van der Weij
den is er allerminst rouwig om dat
hij na een 40-jarige loopbaan met
de VUT gaat. "Je kunt na 40 jaar
niet volhouden om te zeggen: Het
boeit mij nog elke dag en wat een
uitdaging is het telkens weer".
Toch waren de laatste jaren voor
Van der Weijden geen 'verplicht
nummer'. Integendeel. Hij spreekt
door
Jan Rijsdam
in gloedvolle bewoordingen over
de periode van 1974 tot heden. Van
der Weijden noemt ze zelf 'de om
keerjaren'.
"Het begint natuurlijk met de
portemonnee. Vóór '74 had Leiden
geen cent. Wat de toenmalige wet
houder Kret (ARP) ook deed, hij
liep overal met zijn kop tegen de
muur. Na '74 was er ineens de inte
rim-saldo-regeling en Leiden viel
samen met 11 andere gemeenten
de eer te beurt om uit die ruif te mo
gen eten. Het is de grote verdienste
geweest van het toenmalige linkse
college om in die voorkeurspositie
te komen".
"Wethouder Waal heeft goed
door gehad dat die periode maar
een bepaalde tijd zou duren en te
gen alle kritiek in (waarom alles te
gelijk moest) zijn slag geslagen.
Het ene verbeteringsplan na het
andere rolde eruit. Dat is een goede
zaak geweest voor Leiden. Nu is al
les weer mondjesmaat. Neem de
monumentenzorg: we kregen 19
miljoen per jaar. Nu krijgen we 2,5
miljoen en daar moeten we het
maar mee doen".
Jammer
In Plan (maandblad voor ont
werp en omgeving dat deze en vol
gende maand geheel aan Leiden is
gewijd) spreekt Van der Weijden
zijn droefenis uit over de nieuwe
Wet op de dorps- en stadsvernieu
wing. Immers: alle gemeenten krij
gen nu een naar verhouding gelijke
hoeveelheid geld toegeschoven.
"Of ze hun best doen voor de stad
of niet maakt daarbij geen verschil.
We waren in Leiden zo geslepen
om te bereiken dat we niet 55 maar
100 woonhuismonumenten per
jaar mochten restaureren. Nu kun
je op je kop gaan staan, maar al het
geld is verdeeld tot 1991 en je krijgt
er geen vinger tussen. Ik vind dat
als je de beste bent, dat gehono
reerd moet worden. Een kok die
lekkerder kookt krijgt toch ook
meer klanten. Leiden had de men
taliteit om de beste kok te willen
zijn. Langzamerhand wordt die in
stelling doodgemaakt".
Is die nieuwe regeling nu echt zo
slecht of is Van der Weijden alleen
maar bedroefd omdat Leiden haar
voorrangspositie kwijt is?
Hij moet er om lachen. "Ik ben
het in mijn hart wel eens met die
Wet op de dorps- en stadsvernieu
wing. Het is een goede zaak dat de
gemeenten hun eigen broek moe
ten ophalen en het is ook een eerlij
ker regeling. Maar ik vind het zo
verdomd jammer. Ik had zo graag
nog een paar jaar die oude regeling
willen houden. Als we nog vijfjaar
hadden gehad waren we in Leiden
helemaal klaar geweest. Dat is wat
me eigenlijk niet lekker zit".
Grimmig
Toen in 1974 de PvdA in het col
lege kwam brak ook in ander op
zichten een nieuwe tijd aan. "Ik zie
wethouder Leyten (KVP) nog zo
zitten: Chris, hoe moet dat nou
straks als je al die rooien over je
heen krijgt? Ik heb toen gezegd dat
als ik mezelf zou blijven, het wel
zou lukken".
"In de periode van 1970-1974
voerden PvdA, D66 en PSP, vere
nigd in het Progressief Akkoord
(PAK) een keiharde oppositie",
weet Van der Weijden. "Het was
een destructieve tijd. Alles wat het
college deed werd afgekraakt. Ik
heb zoveel meegemaakt dat toen
de PAK-partijen zelf in het college
kwamen het eigenlijk allemaal wel
meeviel. Toen bleken het toch niet
zulke grimmige mensen te zijn".
Een petitie van toenmalige amb
tenaren, waarin de politiek werd
gevraagd een afspiegelingscollege
te vormen, heeft Van der Weijden
nooit ondertekend. "Ik vond dat
principeel onjuist. Ik zou bijna zeg
gen... nee, anti-democratisch mag
ik niet zeggen, maar het zat er dicht
tegen aan. Je kunt er als ambtenaar
niet de opvatting op nahouden
van: Ik wil alleen maar voor een
CDA- of een WD-wethouder wer
ken".
Non-valeurs'
"Toen Waal kwam werd ik tijde
lijk aangesteld als een soort mentor
om hem wegwijs te maken in het
ambtenarenapparaat en om te ver
tellen waar hij zijn paraaf moest
zetten. De felle oppositieman bleek
toen een heel ander mens dan ik
dacht. En toen begon hij ook nog
dingen te doen voor de stad die mij
zo na aan het hart liggen, dus bin
nen de kortste keren was het dikke
mik. Daar komt bij dat ik ook snel
door had dat ze ook dondersgoed
konden besturen".
In de loop der jaren hebben de
PvdA-bestuurders heel wat
PvdA'ers op belangrijke posten
binnen het ambtenarenapparaat
gezet. Voelde Van der Weijden (die
ook wordt opgevolgd door een
PvdA-man) zich niet in het nauw
gedreven door zoveel sociaal-de
mocraten om hem heen?
"Het is «en beetje het verhaal van
de pot verwijt de ketel", meent Van
der Weijden. "De PvdA verwijt het
CDA dat ze zoveel burgemeesters
posten inneemt maar als ze zelf aan
het roer komen doen ze precies het
zelfde. Ik begrijp eigenlijk niet
waarom politici elkaar dat soort
verwijten maken. Aan dat spelletje
doe ik niet mee. Het is waar dat er
in de loop der jaren heel wat
PvdA'ers in het ambtenarenappa
raat zijn aangesteld maar het zijn
stuk voor stuk mensen die hun vak
goed verstaan. Dat is ook iets dat
hoort bij de cultuur van de sociaal
democraten. Er wordt je geen posi
tie aangeboden als je een slechte
ambtenaar bent. Men heeft geen
non-valeurs op belangrijke posten
gezet".
In het Plan-artikel betitelt Van
der Weijden de oppositie van het
Progressief Akkoord als 'keihard'
en 'onaangenaam' maar noemt hij
het ook opmerkelijk dat de opposi
tie het in veel opzichten veel beter
wist dan het college. "Er zaten
knappe bolletjes bij waar bruisen
de gedachten uitkwamen. Het
grootste verdriet had ik om het feit
dat die kwaliteit niet ten goede
kwam aan de stad".
Over de huidige oppositie van
het CDA oordeelt Van der Weijden
daarentegen heel wat minder posi
tief. "Er zitten klassen verschil tus
sen de oppositie van het PAK en
het CDA nu. De oppositie moet
aangeven hoe het anders en beter
kan en dat gebeurt nauwelijks".
Komt Van der Weijden, op dezelf
de wijze doorredenerend als in de
tijd van het PAK, tot de conclusie
dat het thans niet te betreuren valt
dat het CDA veroordeeld is tot de
oppositiebanken?
"Wat een rotvraag", reageert hij.
"Ik zal toch proberen hem te beant
woorden. Kijk, ik denk dat Kret
ook een heel bekwaam bestuurder
was maar hij had tegen dat er geen
geld was. Vanaf 1974 heb ik echter
klasse-bestuurders om mij heen
gezien en de resultaten daarvan.
Och, misschien word ik wel een
beetje conservatief als ik dan zeg:
laten we het maar zo houden want
ik ken wel de kwaliteiten van Jit
Peters (Peters) maar niet de kwali
teiten van Joop Walenkamp
(CDA)".
Is Van der Weijden in al die jaren
soms zelf een PvdA'er geworden?
"Ik kom uit een rooms nest, en ik
ben nog altijd rooms-katholiek. Ik
kom ook in de kerk. Laat ik het zo
zeggen: ik ben wel van de club van
Lubbers, maar niet van de club van
Walenkamp. Ik vind de oppositie
in de Leidse raad niet goed. Maar
het is ook veel moeilijker dan vroe
ger omdat we een uitstekend ge-
meentebstuur hebben. De opposi
tie krijgt nagenoeg geen kans".
"Toen Waal kwam heb ik voor
het eerst PvdA gestemd", geeft
Van der Weijden toe. "Dat was voor
LEIDEN - Over postnataal chro-
mosoomonderzoek en prenatale
diagnostiek (het onderzoek naar
erfelijke afwijkingen bij niet-gebo-
renen) gaat ccn symposium dat
maandagavond 19 oktober op het
Leidse Plein in gebouw 1 van het
Academisch Ziekenhuis wordt ge
houden. De stichting Panacee, op
gericht ter nagedachtenis van prof.
Jan Veltkamp, hoogleraar inwen
dige geneeskunde te Leiden, heeft
dit naar hem genoemde sympo
sium georganiseerd.
Het onderzoek om aangeboren
afwijkingen te voorkomen, is nog
zeer omstreden. Naast ethische be
zwaren tegen zwangerschapson
derbreking rijst de vraag wat men
moet doen met informatie over
erfelijke ziekten die zich op latere
leeftijd voordoen. Het is de bedoe
ling om tijdens het forum verschil
lende visies aan de orde te laten ko
men. In de forumdiscussie krijgt
ook het publiek de gelegenheid
hierop te reageren.
Dr. H.H. Kanhai, gynaecoloog
aan het Academisch Ziekenhuis
Leiden, zal als eerste een toelich
ting geven over de technische as
pecten van verschillende testen
voor onderzoek van ongeborenen.
Vervolgens zal prof.dr. P.L. Pear
son, hoogleraar genetica aan de
Leidse universiteit, spreken over
de mogelijkheden die de moderne
genetica de mens biedt om zijn ei
gen leven beter te plannen. Vooral
het erfelijkheidsonderzoek op dna-
niveau zal door hem worden be
handeld.
Dr. H. Jochemsen, verbonden
aan het prof.dr. G.A. Lindeboom
mij persoonlijk het resultaat van de
omkeerjaren, maar feitelijk was dat
al veel eerder begonnen. In de ja
ren vijftig toen bisschop Beckers
zei dat mijn eigen geweten mijn
maatstaf is. Toen heb ik die omme
keer eigenlijk al gemaakt".
"Er zijn een heleboel linkse za
ken die mij hebben aangesproken.
Het opknappen en autovrij maken
van de binnenstad bijvoorbeeld. Al
dat gelul over niet kunnen parke
ren", laat van der Weijden zich ont
vallen. "Als ik met de auto naar de
stad kom kan ik altijd parkeren, al
leen moet ik vijf minuten lopen.
Dat is toch niet zo erg".
Hofjes
Het gesprek met Van der Weij
den vindt plaats in de regentenka
mer van het Van Broeckhovenhof-
je aan de Papengracht. Als voorzit
ter van de Stichting tot Exploitatie
van Bejaardencentra (Rijn en Vliet,
De Parelvissers, Robijnzicht) heeft
Van der Weijden zich de afgelopen
jaren intensief beziggehouden met
de restauratie van enkele Leidse
hofjes. Daarin is ook de belangrijk
ste reden gelegen waarom hij op
zijn 55-ste jaar met de VUT gaat.
"De combinatie van hoofd van de
directie stadsvernieuwing en voor
zitter van de bejaardenstichting
werd me te zwaar. Ik moest een
keuze maken. En ik heb gekozen
Instituut, een centrum voor medi
sche ethiek dat de bijbel als richts
noer nanteert, zal voorts kritische
kanttekeningen plaatsen bij de
moderne erfelijkheidsadviezen.
Hij gaat er hierbij vanuit dat het
wetenschappelijke wereld- en
mensbeeld materialistisch en me
chanisch is en daardoor te weinig
ruimte biedt voor de onmeetbare
waarde van elk mensenleven.
Prof.dr. H.M. Dupuis, hoogleraar
medische ethiek aan de Leidse uni
versiteit, belicht vervolgens de
menselijke motieven die ten
grondslag liggen aan erfelijkheids-
voorlichting en de eventuele abor-
LEIDEN - De Haagse rechtbank
heeft een 18-jarige Leidenaar van
morgen veroordeeld tot twaalf
maanden gevangenisstraf, waar
van drie voorwaardelijk, voor zijn
aandeel in drie vorig jaar gepleeg
de inbraken op verschillende
plaatsen in Leiden. Voorts moet hij
zich onder toezicht van de reclasse
ring laten stellen. Het verzoek van
de advocaat om de jongen een al
ternatieve straf op te leggen, is af
gewezen.
Officier van justitie mevrouw
Klopper-Gerritsen had een onvoor
waardelijke gevangenisstraf van
twaalf maanden geëist. Volgens
haar moest de straf zo hoog zijn
omdat de jongeman al vaker met
justitie in aanraking is geweest.
voor de bejaardenstichting. Het is
toch zo dat langzamerhand mijn
hart steeds meer bij de stichting
kwam te liggen".
Is met de restauratie van tal van
hofjes (gedwongen verhuizing en
hoge huren) de sociale doelstelling
niet erg op de achtergrond ge
raakt?
"Tot dusver ben ik vooral be
stuurlijk bezig geweest. Nu ik wat
meer tijd krijg, wil ik graag meer
aandacht besteden aan contacten
en relaties met mensen. Het mag
niet voorkomen dat mensen een
week lang geen bezoek krijgen als
je weet dat ze daar best prijs op
zouden stellen".
"Het is misschien wel waar dat
de afgelopen jaren die sociale doel
stelling wat naar de achtergrond is
verdwenen. Het hoofddoel was om
de hofjes te restaureren. Ik heb mij
ook wel eens afgevraagd hoe ik het
zou vinden als ik 80 ben en er staat
een vent voor de deur die zegt:
Wegwezen, we gaan uw woning re
noveren. Dan zou ik ook denken:
laat het alstublieft aan mij voorbij
gaan. Dat is waar. Maar we konden
niet anders", verklaart Van der
Weijden vriendelijk doch beslist.
"In het St. Janshofje en het Ste
venshofje heersten middeleeuwse
toestanden. Als we daar niets aan
hadden gedaan waren ze in elkaar
gestort. Gelukkig hebben we als
stichting een maatschappelijk
werkster in dienst kunnen nemen
om mensen de nodige zorg en aan
dacht te geven en de huren die er
uit gekomen zijn, mogen best ge
zien worden".
Toekomst
Van der Weijden toont zich be
zorgd over de toekomst van de
stadsvernieuwing. "Het is veel
spectaculairder om met een restau
ratie te beginnen en om een ver
krotte buurt op te knappen dan een
opgeknapte buurt goed te beheren
en te voorkomen dat de stad weer
verkommert. Dat laatste is nu de
zorg van het gemeentebestuur.
Zorgen dat de schilder op tijd komt
en reparaties op tijd worden ver
richt. Dat vergt ook veel doorzet
tingsvermogen maar het is niet
spectaculair. Wethouder Peters
heeft daar goede ideeën over. Ik
hoop dat dat een goede voedings
bodem krijgt. Het baart mij wel
grote zorgen dat die aandacht voor
de binnenstad toch weer zal ver
slappen".
Van der Weijden weet zeker dat
hij straks niet eens per vier weken
bij zijn vroegere collega's op de
stoep zal staan om hen op de vin
gers te kijken. "Mensen die nog
eens langs komen, doen dat toch al
tijd op het verkeerde moment. Ik
weet uit ervaring hoe dat gaat. Ik
zal de deur dus niet plat lopen. Be
halve als er nog eens een hofje in de
schoot van de stichting valt. Dan
natuurlijk wel".
tus die op grond hiervan kan wor
den verkozen. Ook gaat zij in op
enkele veel gehoorde argumenten
tegen deze mogelijkheden.
De forumdiscussie zal worden
geleid door prof.dr. J. Bennebroek
Gravenhorst, hoogleraar verlos
kunde aan de Leidse universiteit.
Het symposium duurt van half
acht tot elf uur. Voor nadere infor
matie: Onno R. Guicherit, telefoon
071-262475/125945, of Annette J.
Maas Geesteranus, telefoon 071-
143309.
Klaverjassen
Wijkvereniging Aktief houdt
vanavond de maandelijkse gro
te klaverjas- en sjoelavond in
de grote zaal van het gebouw
aan de Berlagestraat. De zaal
gaat om 19.30 uur open. Ook
niet-leden zijn welkom.
Bijeenkomst
Het Instituut voor Volksont
wikkeling en Natuurvrienden
houdt zondag een bijeenkomst
in de Petruszaal aan de Lam-
menschansweg. Enkele leden
zullen over hun vakantie-erva
ringen in Amerika en Portugal
komen vertellen, waarbij als
toelichting dia's worden ge
bruikt. Aanvang 14.30 uur.
LEIDSE
KRONIEK OVER
/MENSEN EN
GEDANE ZAKEN
Het Leids Universiteits-Fonds,
aan de universiteit liefelijk afge
kort tot LUF. is een prachtige in
stelling. De leden ervan zijn
meestal oud-studenten of stu
denten en medewerkers van de
Leidse universiteit. Het geld dat
zij bijeenbrengen wordt aange
wend 'tot meerdere bloei van de
universiteit', zoals dat heet. Al
lerlei aktiviteiten van studenten
worden gesubsidieerd, maar
vooral het wetenschappelijk on
derwijs en onderzoek wordt door
het fonds gesteund. Zo betaalt
het een groot aantal professoren
om hier voor langere of korte tijd
te doceren.
Een andere bron van inkom
sten voor het LUE vormen de na
latenschappen. Een rijke voor
malige student wilde het fonds
nogal eens in zijn testament ge
denken. Het kwam ook vaak
voor dat professoren hun huis
aan het fonds nalieten. Zo kwam
het LUF aan zijn kapitaal en kan
het nu al bijna honderd jaar zijn
goede werk doen.
Het eerste grote legaat dat het
fonds aangeboden kreeg, op 16
december 1898, was echter met
een een groot probleem. Het le
gaat was afkomstig van Jacobus
Scheltema en wel 40.000 gulden
groot, een enorm bedrag. Er was
echter een wat vreemde bepaling
aan verbonden.
De erflater drukt den wensch
uitdat het Universiteitsfonds
bevordere dat gedurende vier of
vijfjarenvolgende op zijn over
lijden aan de Leidsche universi
teit eens of twee malen in de
week, buiten de Vacantiendoor
een erkend socialist, zoo mogelijk
den heer F. van der Goes aan stu
denten colleges worden gegeven
of lezingen worden gehouden
over sociologie...
Het is een raadsel wat Jacobus
Scheltema, zoon van een rijke
Leidse textielfabrikant, ertoe
bracht om een dergelijke bepa
ling in zijn testament op te ne
men. Hij was op 15 juli 1851 ge
boren en ging in 1870 aan de uni
versiteit rechten studeren. Hij
had allerlei functies in het stu
dentencorps en hij was als Wil
lem III een van de hoofdfiguren
uit de studentenmaskerade van
1875. Maar hij moet wat zwakjes
geweest zijn. Hij komt vaak niet
op vergaderingen, vervult zijn
rol van Willem III slapjes en hij
studeert ook niet af. Óp een be
paald moment veètigt hij zich -
of wordt hij gevestigd? - op het
ouderlijk bezit 'De Zandhorst'
waar hij van 1891 tot aan zijn
dood acht jaar later als ambte
loos burger woont. Van contac-
Het LUF stond echter voor een
groot probleem. Want sociologie
stond in die dagen bijna gelijk
met socialisme en socialisme
hield de al dan niet gewelddadi
ge omverwerping van de be
staande machten in. Revolutie!
En dat aan die altijd zo liberale
Leidse universiteit. Nee, er zat
het bestuur weinig anders op
dan het legaat te weigeren. Want
Van der Goes, die sociaaldemo
craat en medeoprichter van de
SDAP. aan de Leidse universi
teit? Dat nooit.
Toen kwam een van de be
stuursleden van het LUF, de pro
fessor M.J. de Goeie, een conser
vatieve liberaal, op een idee. In
een brief aan zijn medebestuur
ders wees hij erop dat de erflater
zijns inziens de nadruk had ge
legd op de wetenschappelijke
bestudering van het sociale
vraagstuk. Daarom was hij bij
het LUF gekomen.
Wil het Bestuur aan zijn
wensch gevolg geven, dan kan
het die taak alleen aan een Aka-
demiscli leraar opdragen. Het
ligt in den aard der zaak dat de
ze titularis geen partijman kan
wezen.
Hij drong wel aan op geheim
houding van een dergelijke op
lossing. Men kan zich dat voor
stellen.
Het LUF vroeg nu aan profes
sor W. van der Vlugt wie het bes
te voor die colleges gevraagd kon
worden. Nu was Van der Vlugt
een vriendje geweest van Schel
tema. Ze hadden beiden in het
zelfde studentenblaadje gezeten,
beide hadden ze aan de maskera
de van 1875 meegedaan. Deze
Van der Vlugt was ook wel een
liberaal, maar eentje van het
vooruitstrevende type, iemand
J. Scheltema verkleed als koning en stadhouder Willem III (1659)
tijdens een zogenaamde studentenmaskerade, (foto archief LSV Mi
nerva)
hoogste lof gepromoveerd en gaf
op dat moment als privaat-do
cent lessen in de sociologie aan
de Utrechtse universiteit. Boven
dien was ook hij een van de voor
trekkers van het Leidse Toyn-
bee-werk geweest. Hij had met
arbeiders leesclubjes gevormd,
had studenten opgepord een bi
bliotheek voor arbeiders op te
die zich verdienstelijk had ge
maakt in het Toynbee-werk, dus
bij de oprichting van het Leidse
Volkshuis en de 'verheffing' van
de Leidse arbeider. En hij kwam
met een schitterend voorstel. Hij
beval een student van hem aan,
een zekere Sebald Rudolph
Steinmetz. Die Steinmetz was
een briljante man, hij was met de
zetten. Maar van de socialisten
moest Steinmetz niets hebben.
Beter plaatsvervanger voor die
enge Van der Goes kon het LUF
zich niet wensen.
Nu waren die twee elkaar al
een paar keer in de haren gevlo
gen. Toen Steinmetz in Utrecht
zijn eerste rede had gehouden
noemde Van der Goes hem een
echte bourgeois, die van elke
echt sociologisch inzicht versto
ken zou blijven. En toen Van der
Goes in 1899 privaat-docent in
Amsterdam in de 'socialistische
economie' werd, stuurde Stein
metz een ingezonden brief naar
de krant waarin hij uitlegde dat
Van der Goes 'een fanatisch pro
pagandist' was, totaal ongeschikt
voor het wetenschappelijk 'vor-
schen'.
Een jaar later werd Steinmetz
aangesteld om voor vier jaar col
lege in de sociologie te Leiden te
geven. Het is jammer dat Van der
Goes er nooit achter gekomen is
hoe die vork in de steel zat. Dat
had een prachtig schandaal gege
ven. Het grappige tenslotte is,
dat Steinmetz in 1907 tot profes
sor in de sociologie benoemd
werd, niet te Leiden, maar te
Amsterdam. Hij kon er met te
vredenheid constateren hoe het
privaat-docentschap van Van der
Goes op niets uitliep bij gebrek
aan belangstelling van de stu
denten.
WILLEM OTTERSPEER
Van der Weijden onderscheiden
LEIDEN - Burgemeester Goe-
koop heeft vanmiddag een ko
ninklijke onderscheiding uitge
reikt aan Chr. van der Weijden.
Van der Weijden nam vandaag,
bij zijn 40-jarig ambtsjubileum,
officieel afscheid als hoofd van
de directie stadsvernieuwing van
de gemeente Leiden. Hij werd bij
die gelegenheid benoemd tot Of
ficier in de Orde van Oranje Na-
Van der Weijden begon zijn
carrière bij de gemeente Noord-
wijk in 1947. Op 1 maart 1955
trad hij in dienst van de gemeen
te Leiden waar hij nauw betrok
ken was bij de totstandkoming
van het structuurplan voor de
binnenstad, het verkeerscircula
tieplan en vele stadsvernieu
wingsplannen. Mede door zijn
inzet kon veel rijkssubsidie wor
den verworven voor het herstel
van bruggen, rioleringen, wal-
muren aanleg van groenvoorzie
ningen en de bouw van bruggen.
Naast zijn werk voor de ge
meente Leiden heeft Van der
Weijden zich ook ingezet voor
onder meer de toenmalige amb-
tenarenorganisatie ARKA, de
Stichting Boerhaave (universi
taire woonwijk) en tot op heden
voor de Stichting tot Exploitatie
van Bejaardencentra waar hij
zich bijzonder heeft ingespannen
voor de bouw van het verzor
gingshuis Robijnzicht en het
complex zelfstandige bejaarden-
woningen Rob'ijnhof. Een aantal
hofjes werd mede door zijn toe
doen door de stichting verwor
ven, gerestaureerd en geschikt
gemaakt voor bewoning.