'Mijn mooiste verjaardagscadeau'
Vidioten
Denkwijzer
Vietnamese bootvluchteling na acht jaar met zijn gezin herenigd
Onze taal
EXTRA
PAGINA 23
Bijna tien jaar geleden vestigden de eerste Vietnamese
bootvluchtelingen zich in Nederland, Destijds gevlucht om te
ontkomen aan het communistische regime, leven ze nu in een
vrij land. Maar met heimwee in het hart naar het thuisland. Naar
de vele familieleden die er achterbleven. Nguyen van Dao is
zo'n Vietnamese bootvluchteling. Acht jaar geleden nam hij
afscheid van zijn vrouw en zijn drie kinderen. Na een scheiding
van meer dan drieduizend dagen volgde onlangs de hereniging
met zijn gezin. Een bijna onvoorstelbaar weerzien.
Na
Nog altijd breekt Nguyen van Dao
zijn tong over de Nederlandse taal.
Als hij praat is hij moeilijk te ver-" Melden
staan. Soms, als de herinneringen
hem te veel worden, zwijgt hij een
hele poos. Daarna glimlacht Dao
verontschuldigend, terwijl de blik
in zijn ogen de geleden ontberingen
verraden.
ven mijnen ruimen. Eén van mijn mede
gevangenen is daarbij omgekomen".
door Rob Hirdes
De wonden zijn na acht jaar nog steeds
niet geheeld. Maar de komst van zijn ge
zin hebben die in elk geval verzacht. Na
een paar keer slikken vertelt hij met hor
ten en stoten over zijn leven in Hong
Ngu aan de Mekong, over zijn mensont
erend verblijf in de gevangenis en over
zijn heimelijke vlucht in een wankel
bootje met achterlating van iedereen die
hem dierbaar was. Zijn levensverhaal
hangt van onsamenhangende flarden
aan elkaar.
„Toen ik in de gevangenis zat, kwam
mijn vrouw mij een keer samen met de
kinderen opzoeken. Om een matje te
brengen om op te slapen. Achter een
prikkeldraad-omheining stond ik op ze
te wachten. Toen mijn zoontje van vier
mij zo zag staan, rukte hij zich los en ren
de op me af. Terwijl soldaten hun ge
weer doorlaadden en op hem richtten
riep ik nog stop! Maar hij hoorde het
niet. Hij is namelijk doofstom".
Bang
Dao, die de mentaliteit van de solda
ten in de loop der maanden wel had le
ren kennen: „Ik was zo bang op dat mo
ment. Want ik vreesde een ogenblik dat
ze mijn kind zouden doodschieten". De
kleuter klampte zich vast aan de benen
van zijn vader. Maar de soldaten trokken
hem ruw los en joegen hem terug naar
zijn moeder, zijn broertje en zusje. „Het
kind huilde zo hartverscheurend...". Dao
houdt zijn handen tegen z'n oren. Alsof
het gebeurde hem nog dagelijks achter
volgt.
Vóór 1975 was de Vietnamees, die
sinds zijn komst naar Nederland op een
eenzaam kamertje in Ermelo woont, le
raar geschiedenis in Hong Ngu. Hij ge
noot daar alom aanzien en leefde er ge
lukkig met zijn gezin. Ondanks de bar
baarse oorlog om hem heen. Toen de
Amerikaanse strijdkrachten zich in 1972
uit Zuid-Vietnam terugtrokken en de ge
sel van het communistische regime
steeds voelbaarder werd, wist Dao dat
het nooit meer zo zou worden als het was
geweest. Steeds meer burgers werden
gevangen gezet. En uiteindelijk over
kwam hem datzelfde.
Hij weet zich de datum nog exact te
herinneren. Die staat, evenals tal van an
dere brute ervaringen, voor eeuwig in
zijn geheugen gegrift. „Het was 6 mei
1975. De radio zond een officieel bericht
uit van de regering waarin oud-leger-of-
ficieren en ambtenaren zoals ik werden
verplicht zich te melden om politieke
lessen te ontvangen".
Niets vermoedend en plichtsgetrouw
gehoor gevend aan die oproep meldde
Dao zich bij het 'bureau inschrijving' in
zijn woonplaats. „In een grote zaal zaten
zestig mensen te wacht.en. Toen kwam
er ineens een groep soldaten met gewe
ren aangemarcheerd. Op dat moment
wist ik dat ons een nare gebeurtenis
stond te wachten".
Arrestatie
Die nare gebeurtenis, zoals hij het
noemt, betekende in werkelijkheid de
arrestatie van al die wachtenden. „We
moesten onszelf onder dwang van wa
pens beschuldigen van zonden, begaan
tegen het Vietnamese volk. Daarna wer
den we gearresteerd. Zogenaamd als be
scherming tegen de bevolking, die boos
op ons zou zijn".
Met z'n allen werden ze naar een ge
vangenis overgebracht, zo'n 35 kilome
ter verderop. „We werden een ruimte
binnengebracht en daar werd gezegd:
hier slapen jullie. Maar er was niets.
Geen bed, geen matras, geen matje. Al
leen maar aarde. Er kwam een grote pan
rijst en een kom zout, het eten voor zes
tig man. Ik nam een handvol rijst met
het nodige zout en moest bijna overge
ven. Maar tegelijk dacht ik: je moet hier
gezond blijven wil je tenminste je vrouw
en kinderen ooit terugzien. Phong-Vu
was toen zes, Phong-Van vier en mijn
dochtertje Thi Thu Diem twee".
Met de dag werd de verstrekte hoe
veelheid eten minder. Eerst 600 gram
graan, later 400 en wéér later 250 gram.
„Ik had altijd honger en moest hard
werken. Bomen hakken. Dan verzamel
de ik meteen voor mij onbekende blade
ren die ik later in water kookte en opat.
Toen ik daar niet ziek van werd, begon
ik planten te eten".
Om wat variatie in zijn voedselpakket
aan te brengen verorberde Dao bij tijd
en wijle ook gevangen en gebakken of
op een vuurtje geroosterde slangen,
sprinkhanen, muizen en kikkers. „Naar
omstandigheden waren dat echte lek
kernijen".
Na het omhakken van de bomen op
het gevangenisterrein, een oude militai
re post, moesten hij en'zijn lotgenoten
de grond egaliseren zodat er groente zou
kunnen worden verbouwd. „Dat terrein
was een oud mijnenveld, waar al een he
leboel van die explosieven waren weg
gehaald. Wij moesten onder voortduren
de dreiging van geweren de achtergeble-
maanden kwam er voor Dao
een einde aarl de beklemmende nacht
merrie. Hij herkreeg zijn - beperkte -
vrijheid nadat hij in de ogen van de com
munistische leiders voldoende lessen in
boetedoening had gevolgd. „Maar echt
vrij was ik niet. Ik mocht niet terug naar
mijn school, had geen rechten meer als
burger en moest in mijn dorp blijven,
waar ik me iedere maandag bij de offi
ciële instanties moest melden".
Zijn vrouw Nguyen Thi Ha, die vóór
haar huwelijk als verpleegster had ge
werkt, had tijdens zijn verblijf in de ge
vangenis alle huisraad moeten verkopen
om het uiteengevallen gezin van eten te
kunnen voorzien. Toen Dao eenmaal
was teruggekeerd restte hem niets an
ders dan boer te worden om zijn vrouw
en kinderen te kunnen onderhouden.
Met een gevoel van schaamte en verne
dering toog hij dagelijks naar een rijst
veld dat hij van zijn schoonvader had ge
kregen.
Dao en zijn gezin leefden in bittere ar
moede. Geld voor koffie was er niet.
Laat staan voor sigaretten. Soms - en
dan was het echt feest - kon er wat thee
worden gekocht. Maar meestal dronken
ze water uit de Mekong. Wat de autoritei
ten de Dao's niet konden afnemen was
de liefde voor elkaar. „Ondanks de dage
lijkse armoede hielden we nog meer van
elkaar dan voorheen".
Dat nam evenwel niet weg dat lang
zaam maar zeker bij Dao het plan begon
te rijpen om zijn land te ontvluchten.
Met achterlating van zijn dierbaren. „El
ke nacht droomde ik de afgrijselijkste
dromen over gevangenissen en de daar
doorstane ellende". Die nachtmerries
werden nog eens extra gevoed door
hardnekkige geruchten dat er opnieuw
massale arrestaties in de lucht zouden
hangen. „Regelmatig werd ik gillend
wakker, sloeg dan op de vlucht en rende
zo vanuit mijn huis het bos in. Omdat
mijn dromen zo levensecht waren".
Zijn vrouw steunde hem in zijn
vluchtplannen. „Je moet weg uit Viet
nam", raadde ze hem telkens aan. „Ook
al ben je straks ver weg, dan ben ik in elk
geval gerustgesteld dat je nog leeft".
Bootje
En zo begon Dao zijn vlucht voor te
bereiden. Met kennissen, die hij onvoor
waardelijk vertrouwde, smeedde hij zijn
plannen. Uiteindelijk wist hij een bootje
te bemachtigen en verliet samen met 31
anderen om drie uur 's nachts zijn ge
boorteland. Het was 6 april 1979.
„Ik kuste mijn vrouw en mijn drie kin
deren. Mijn vrouw zei tegen hen: jullie
moeten papa een extra kus geven. Ze
wisten niet waarom, maar ze deden het
uit liefde. Uit angst te worden verraden
hadden mijn vrouw en ik ze nooit over
mijn plannen verteld".
Na het afscheid verliet hij zijn woning,
zijn kinderen in onwetendheid achterla
tend. Achterom kijken durfde hij niet.
„Omdat ik anders moest huilen om mijn
vrouw en kinderen. En dat wilde ik
niet".
Dao liet zijn gezin in de steek omdat
hij via het radiostation 'Voice of Ameri
ca' dikwijls berichten had opgevangen
over de gevaren op zee en over scheepjes
vol bootvluchtelingen die nooit waren
aangekomen. „Zelf vreesde ik niet voor
mijn leven. Maar ik had geen minuut ver
der kunnen leven als mijn kinderen of
mijn vrouw tijdens de reis waren, ver
dronken".
Nguyen i
Dao: "Ik dacht: ik heb op zee kunnen leven, dan kan ik ook in Nederland leven".
(fotomontage Henk Holland/GPD)
Het bootje, dat eigenlijk alleen ge
schikt was om ermee op de rivier te va
ren, was met het oog op de vlucht ver
breed en 'verstevigd' met een bamboe
stok en een binnenband van een auto. Na
twee dagen en twee nachten bij storm
achtig weer op volle zee te hebben rond
gedobberd, werden Dao en zijn mede-
opvarenden ontdekt door een Thais vis
sersschip. De bemanning gaf hun water
en rijst mee en bracht het wankele
bootje weer op koers. De dag erop kwa
men de vluchtelingen dezelfde vissers
boot tegen. De bemanning van het wrak
besloot toen maar aan boord van het
schip te gaan.
„We lieten ons bootje zinken. Dat was
heel triest, want het was ons inmiddels
heel dierbaar geworden. Maar de Thaise
vissers zeiden ons alleen te mogen hel
pen als er sprake was van schipbreuk".
Ander beeld
In Thailand werd Dao in een vluchte
lingenkamp ondergebracht in afwach
ting van een opvangland. Hij wilde het
liefst naar de Verenigde Staten, Austra
lië of naar Frankrijk („omdat ik de En
gelse en Franse taal redelijk beheers").
Maar het werd Nederland, dat hem toe
liet op humanitaire gronden. „Bij mijn
afscheid had ik mijn vrouw beloofd hard
te zullen werken om haar regelmatig
geld te kunnen sturen. Ik dacht: ik heb
in de gevangenis kunnen leven, ik heb
als boer kunnen leven en ik heb op zee
kunnen leven. Dan kan ik ook in Neder
land leven. Maar het beeld dat ik in Viet
nam van het buitenland had was heel an
ders dan de werkelijkheid".
„Het was en is in Nederland niet zo als
ik had gedacht. De werkloosheid is voor
de Nederlanders al een groot probleem,
laat staan voor buitenlanders. In mijn
opvangperiode heb ik in totaal vierhon
derd uur taalles gehad. Dus in het begin
kon ik niet met anderen te communice
ren. Ook de Nederlandse cultuur is na
tuurlijk heel anders. De mensen zijn te
individualistisch en te rationeel inge
steld. Zo van: ik heb voor vijf mensen
gekookt, dus jij kunt als zesde nu niet
meeëten. Bij ons in Vietnam kon ieder
een aanschuiven. Daar deel je gewoon
wat je hebt met je gasten".
Dao aardde slecht. En werd depres
sief. Hij miste zijn vrouw en zijn kinde
ren die nu 18,16 en 14 jaar zijn. „Maar ik
dacht: ik woon nu in een vrij land en nou
mag ik niet gek worden. Ik moet mezelf
genezen. Daarom ben ik aan een middel
bare beroepsopleiding begonnen. Maat
schappelijk werk. Als een soort vlucht
gedrag. Daarna heb ik mijn HBO ge
daan. En inmiddels werk ik vanuit de
christelijke organisatie voor internatio
nale vluchtelingenhulp ZOA in Apel
doorn als maatschappelijk werker voor
de Vietnamezen in Nederland".
De contacten tussen hem en zijn ach
tergebleven gezin zijn al die jaren be
perkt gebleven tot een bescheiden brief
wisseling. „Er is censuur in Vietnam.
Dus je moet heel goed uitkijken wat je
schrijft en hoe je dat formuleert. Uit één
van de brieven begreep ik dat mijn gezin
graag wilde overkomen naar Nederland.
Mijn vrouw schreef namelijk dat ze naar
een 'nieuwe economische zomer' wil
de.".
Papierwinkel
Via de Vietnamese ambassade in Pa
rijs begon Dao aan de papierwinkel die
uiteindelijk tot de gezinshereniging
moest leiden. In 1985 resulteerde dat in
een uitreisvisum voor haar en de drie
kinderen. Maar tot overmaat van ramp
werd Dao's vrouw in Saigon beroofd van
haar tas met daarin het uitreisvisum
waarnaar zo lang was uitgekeken, even
als andere papieren en het nodige geld.
Ten einde raad klopte de van haar tas en
toekomst beroofde Thi Ha aan bij bui
tenlandse zaken in Saigon voor afschrif
ten van het uitreisvisum. Daar werd ze
doorverwezen naar het provinciaal be
stuur, vervolgens naar het dorpsbestuur
en uiteindelijk naar het wijkbestuur.
Daar stuurden ze haar door naar Hanoi.
Dao: „Dat betekende met andere
woorden, dat de procedure opnieuw in
werking moest worden gezet. Totaal ont
redderd stuurde mijn vrouw mij een
brief waarin ze die noodlotstijding mee
deelde. Onze beide werelden stonden op
instorten. Maar met behulp van de ZOA
en de minister van justitie is mijn gezin
op 7 oktober op Schiphol gearriveerd.
Twee dagen daarvoor was ik jarig. Dit
was het mooiste verjaardagscadeau dat
ik ooit kreeg".
Hij lacht eventjes. Voor het eerst sinds
lange tijd.
DOOR JOOP VAN DER HORST
Vanmorgen is er een spin op mijn bal
kon komen wonen. Haar web strekt zich
uit van bijna links naar rechts, zodat ik
amper de deur kan opendoen. Het web
is te mooi om zomaar kapot te maken.
Vroeger thuis heette een spin een
spinnekop Een spinnekop was het sig
naal dat er weer eens duchtig schoon
gemaakt moest worden. Wonderlijk
woord eigenlijk: spinnekop. Het is niet
overal in Nederland bekend. Elders zegt
men gewoon spin. of kop en kobbe, of
ook wel koppespin.
Spinnekop is samengesteld uit twee
stukken die op zichzelf allebei ook spin
betekenen: een kop of kobbe is het ge
wone woord voor spin in grote delen
van West- en Oost-Vlaanderen. Hierin
lijkt de spinnekop dus op de muilezel,
de tortelduif en de hazewindhond, die
ook allemaal zo'n dubbele naam heb
ben.
De spinnekop treffen we aan in Zuid-
Holland, Oost-Vlaanderen. het noorde
lijk deel van de Veluwe, Overijssel en de
Achterhoek. In Noord-Holland spreekt
men van een spin. evenals in Utrecht,
oostelijk Brabant. Limburg, Groningen
en Friesland. In Zeeland spreekt men
meestal van een koppespin
Spin komt van spinnen, wat verwant
is met spannen. De herkomst van kop is
minder duidelijk. Mogelijk komt het van
het Latijnse cuppa, wat drinkbeker of
nap betekende. Dat vinden we ook te
rug in ons woord kuip. Door de beteke
nis drinkbeker of nap kon kop ook ge
zegd worden van hersenpan, schedel
Later kon kop ook hoofd gaat beteke
nen. En ook wel spin, omdat die bees
ten er nu eenmaal uitzien alsof het en
kel een kop met pootjes is. Spinnekop
en koppespin zijn het resultaat van dia
lectvermenging. Als de ene streek spin
zegt en de andere kop, dan kan in het
tussenliggende gebied spinnekop ont
staan.
Volgens het bijgeloof zijn spinnen een
slecht voorleken als je ze 's morgens
tegenkomt. Een spin in de morgen geeft
kommer en zorgen, 's Avonds is het
daarentegen juist goed om een spin te
gen te komen: avondspin brengt geluk
en zegen in. Of in een ander rijmpje:
spinnen in den a vend, breng vreugde
dat 't davert. Sterk is dit rijm niet, maar
- de bedoeling is duidelijk. Hoe zou het
komen dat ochtendspinnen als onge
luksbodes beschouwd werden? Zijn het
dezelfde spinnen van 's avonds? Wat
moet je denken van een spin die dagen
achtereen op dezelfde plaats zit en die
je zowel 's morgens als 's avonds te
genkomt?
Misschien kan iemand anders er een
verklaring voor bedenken, maar ik hecht
voorlopig het meeste geloof aan wat te
lezen staat in het Folkloristisch Woor
denboek van K. ter Laan. Daar wordt
gezegd dat er een misverstand in het
geding is. Het gaat niet om spinnekop-
pen maar om het werkwoord spinnen.
Wol spinnen is iets wat in een fatsoenlij
ke boerenbedoening 's avonds gebeurt,
als al het buitenwerk gedaan is. Als er 's
morgens gesponnen wordt is dat een
teken dat er iets mis is. Er is dan ofwel
geen werk buiten te doen, of men pakt
de zaken totaal verkeerd aan. Vandaar
dat spinnen 's morgens een slecht te
ken is. Het half begrepen rijmpje zou de
mensen dan op het idee hebben ge
bracht dat spinnen - die toch al enge
beesten - ongeluksbodes zijn.
Veel mensen zijn bang voor spinnen
en het is een oud bijgeloof dat spinnen
giftig zouden zijn. In elk geval springen
spinnen niet zachtzinnig met elkaar om.
Sommige spinnevrouwtjes hebben de
slechte gewoonte hun mannetje leeg te
zuigen en op te eten. Misschien moet ik
straks toch maar de deur van mijn bal
kon wijd open doen en die vieze draden
wegruimen.
Om even voor acht uur, als zijn kinderen
hun portie kijken hebben gehad, schuift
de heer T. te V. als gewoonlijk zelf voor
het beeldscherm. Reclame, journaal
weerbericht (natuurlijk!), wéér reclame
en voor de rest van de avond afwisselend
wat van het ene of het andere net. Als hij
uitgezeten om half twaalf zijn bed in
duikt heeft hij toch mooi minstens drie
uur kijken achter de kiezen. Afgezien
van clubavonden, een enkele verjaardag
en vakantie, verloopt zijn avondleven
zo'n 300 maal per jaar op deze wijze. Al
les bij elkaar 900 kijkuren, dat is meer
dan 110 werkdagen van acht uur.
In zijn gezin staat de televisie per week
gemiddeld 30 uur aan. Ruim vier kijk-
werkdagen per week, een gemiddelde
dat in veel Westeuropese gezinnen wordt
gehaald. De Verenigde Staten maken het
zoals altijd nog bonter. Daar staat de tv
gemiddeld 50 tot 55 uur per week aan.
Op zijn zestiende heeft een jongere in de
VS bijna 5000 uren langer voor de tv
doorgebracht dan in de schoolbanken. In
totaal heeft hij er dan tussen de 16.000 tot
18.000 kijkuren op zitten. Gaan we uit
van 16 uren 'wakker' zijn per dag, dan
komt dat neer op een kleine drie jaar of
ruim 1/5 van zijn leven. In die tijd zijn er
600.000 tot 700.000 reclamespots op hem
afgekomen, waaronder een heleboel die
de meest ongezonde gewoonten proberen
erin te pompen.
Wonderlijk genoeg maken zijn ouders
daar meestal geen enkel punt van. Inte
gendeel. Vaak gebruiken ze de televisie
als babysit voor hun kinderen ("ze zijn
zo lekker rustig als ze tv kijken") en als
manier om hen te beloven of te straffen
("als je lief bent mag je vanavond
Soms krijgt de tv zelfs de taak van
plaatsvervangende ouder, die dingen
uitlegt waar de eigenlijke ouders niet
goed over durven of kunnen spreken
("straks is er een goed programma voor
jongeren overmisschien leuk voor je
om te zien").
Kortom, het is glashelder dat de tv een
uiterst populair en invloedrijk medium
is. Er is zelfs in de hele geschiedenis van
de mensheid geen ander medium dat ooit
zo'n centrale plaats heeft ingenomen. Je
moet al monnik zijn, en dan nog een
goeie ook, om evenveel tijd aan je gods
dienst te besteden als een modem mens
aan de tv. Radio, kranten en tijdschrif
ten halen het op geen stukken na. Ook
sport of de liefde krijgen nog geen fractie
van de tijd waarop de tv mag rekenen.
Het is zelfs zo dat veel mensen tegen
woordig videorecorders hebben om uit
zendingen voor later op te nemendie ze
op het moment zelf niet kunnen zien.
We zijn in een periode van amper 30
jaar kijkvee geworden. Een beschaving
van vidioten. Maar waarom? Zoveel is
wel zeker, dat tv voor veel mensen een
heleboel behoeften en wensen tegelijker
tijd vervult. Ik kom tot een lijst van ten
minste 30 behoeften waarin de tv voor
ziet of kan voorzien. Naast voor de hand
liggende als: de behoefte om vermaakt te
worden, de behoefte om afgeleid te wor
den van de werkelijkheid van alledag,
de behoefte aan 'gezelschap' als je alleen
bent en de behoefte om geïnformeerd te
worden, komen op de lijst ook veel min
der bewuste' behoeften voor. Bijvoor
beeld de behoefte om op een veilige ma
nier verschrikkelijke, ontzettende dingen
te kunnen zien (en meebeleven). Zoals
oorlog, misdaden, slachtingen, hongers
nood, overstromingen, tornado's en kin-
door René Diekstra
hoogleraar psychologie te Leiden
dermishandeling. Of de behoefte om
schurken in actie te zien, zoals in politie
series, opsporingsacties en parlementai
re enquêtes. De behoefte om te zien hoe
het kwaad wordt gestraft en het goede
wordt beloond. De behoefte om anderen
fouten te zien maken of te zien afgaan
de behoefte om met autoriteiten de spot te
kunnen drijven of juist om met ze te kun
nen dwepen. Verder de behoefte om (op
een indirecte manier) de levensstijl van
de rijken en de machtigen op aarde te
kunnen ervaren.
Belangrijk is ook de behoefte om zon
der schuldgevoelens of schaamte een uit
laatklep te hebben voor agressieve, ro
mantische en seksuele gevoelens. Dat
laatste brengt me op een behoefte waar
voor de tv tegenwoordig wel heel vaak
gebruikt wordt, namelijk de behoefte om
straffeloos allerlei taboe-onderwerpen te
kunnen 'verkennen'. Zoals verkrachting,
incest, en seksueel misbruik door werkge
vers, dokters en therapeuten. Of seksuele
en andere intieme emotionele problemen
uit de slaapkamer. En ook onderwerpen
als prostitutie, alcohol- en drugsmis
bruik, en natuurlijk zelfdoding.
Het is overigens nog maar zeer de
vraag of de tv aan al deze behoeften op
een positieve of menselijke manier tege
moetkomt. Ik denk dat veel mensen veel
televisie kijken omdat ze *n een vicieuze
cirkel gevangen zitten. De televisie ver
oorzaakt juist die afhankelijkheid en die
problemen die ze proberen kwijt te raken
door ernaar te kijken. Laat me proberen
dat uit te leggen.
Veel kinderen en jongeren zijn op
grond van hun ervaringen bang om vol
wassen te worden en de problemen en
verantwoordelijkheden van de volwasse
ne op zich te nemen. Vandaar het relatief
grote aantal jongeren dat vlucht in een
jeugdcultuur, punk wordt, overmatig al
cohol of andere drugs gebruikt, geweld
dadig de volwassen wereld probeert te
vernietigen (vandalisme), anorexia ner
vosa ontwikkelt of een zelfmoordpoging
doet. Die angst voor de volwassenheid
wordt door de tv versterkt. Want de tv
confronteert kinderen al heel jong met
problemen die te moeilijk voor hen zijn.
Daardoor raken ze emotioneel afge
stompt. Ze staan nergens meer van te Jeu
ken, respect of ontzag wordt zeldzaam en
vertrouwelijkheid en intimiteit evenzo.
Het gevolg daarvan is, dat jongeren als
ze eenmaal de volwassen leeftijd hebben
bereikt, niet goed in staat zijn duurza
me, intieme relaties met anderen te heb
ben. Dit onvermogen tot emotionele be
trokkenheid uit zich in wisselende rela
ties, echtscheidingen, seksuele promis
cuïteit, angst voor het huwelijk, angst
voor kinderen, en een extreem sterke ge
richtheid op zichzelf en het comfortabel
hebben.
Een zeer onbevredigende levensstijl,
die uitlaatkleppen nodig heeft als alco
hol, nicotine of andere drugs en aflei
dingsapparaten als tv en video. En juist
omdat de tv onmiddellijk en overal be
schikbaar en sociaal geaccepteerd is,
wordt dat het middel bij uitstek om, zij
het heel povertjes, bepaalde behoeften
(zoals die aan intimiteit en kennis van
wat er in anderen omgaat) ten minste
enigszins te kunnen bevredigen.
Televisie is dus voor veel mensen een
manier om zich (even) te bevrijden uit
hun innerlijke gevangenis. Het levert, in
direct, ervaringen om verschillende be
hoeften te bevredigen. Maar tegelijk
roept de tv precies die behoeften op (door
de beelden die ze laat zien en door het feit
dat we nog altijd niet met andere men
sen bezig zijn als we kijken) die ons er
juist toe brengen om tv te kijken. Wie
naar een seks- of een geweldfilm kijkt
heeft aan de ene kant een uitlaatklep
voor zijn lust of agressiviteit, maar aan
de andere kant wordt die lust of agressi
viteit juist door de beelden geprikkeld.
Daarom kunnen de meeste mensen er
letterlijk niet genoeg van krijgen. De op
merking dat 'we dat ding kunnen uitzet
ten wanneer we willen' is dus een door
zichtige smoes van mensen die eigenlijk
heel goed beseffen dat ze vidioten zijn.