mm Vrouwen dreigen boot te missen Nieuwe generatie oorlogsschepen Informatica-branche is een mannenbolwerk Grote weerstand tegen doorstralen van voedsel DINSDAG 6 OKTOBER 1987 PAGINA 9 Door automatisering verdwijnen allerlei functies. Nu al zijn kassa-terminals in gebruik, waarbij een scanner de artikelen herkent en de prijs noteert. Het afrekenen gebeurt nu nog door een cassière. In de toekomst zal ze ook daarvoor niet meer nodig zijn. Het betalen gaat dan door middel van een pasje. (foto gpd) AMSTERDAM - Er ligt een gouden toekomst voor vrouwen. De opkomst van de informatiemaatschappij brengt allerlei nieuwe be roepen met zich mee, die juist vrouwen kansen bie den. De nieuwe technologie maakt het bovendien moge lijk dat steeds meer werk thuis gebeurt. Bij uitstek dus een mogelijkheid voor vrouwen om betaald werk en de zorg voor kinderen te combineren. Of: de invoering van nieuwe tech nologieën is rampzalig voor de werkgelegenheid van vrouwen. Immers juist allerlei administratief werk wordt 'weggeautomatiseerd', wat betekent dat vooral vrouwen op straat komen te staan. door Nicole Lucas Tussen deze twee uitersten be weegt zich de discussie over de ge volgen van automatisering voor de positie van vrouwen op de arbeids markt. "Veel daarvan is natuurlijk alleen nog maar speculatie", relati veert Annemarie Roggeveen, be leidsmedewerkster bij het Lande lijk Centrum Vrouwen en Informa tica in Amsterdam. "Maar dat auto matisering belangrijke gevolgen heeft voor het werk van vrouwen staat buiten kijf'. Dat er banen op de tocht staan is duidelijk. Volgens een in 1984 in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegen heid opgesteld rapport 'Micro- elektronica en vrouwenarbeid' zal vooral uitvoerend en laag gekwali ficeerd werk verdwijnen. De Raad voor de Arbeidsmarkt schat dat jaarlijks door automatisering 12.000 arbeidsplaatsen vervallen bij de (semi-)overheid en in de commerciële dienstverlening (ban ken, verzekeringen etc.). Omdat vrouwen zowel in deze sectoren als in 'lagere' functies over-vertegen- woordigd zijn, treft automatisering vooral hen. Roggeveen: "Allerlei functies verdwijnen. Er zijn bijvoorbeeld experimenten gaande met spraak herkenning, zodat je alleen nog maar tegen een computer hoeft te praten om je tekst op papier te krij gen. Er zijn daarbij nog wel een he leboel problemen. Je moet zo'n ap- paraat bijvoorbeeld proberen dui delijk te maken wat het verschil is tussen lijden en leiden. Maar als dat eenmaal is gelukt, betekent het dat een heleboel secretaresses en typistes overbodig worden". "Je ziet nu trouwens al dat aan mensen in hogere functies de eis wordt gesteld dat ze met een tekst verwerker kunnen omgaan. Je kunt daarmee immers zo makke lijk wijzigingen aanbrengen, dat voor het typen van allerlei brieven en rapporten geen typiste meer no dig wordt gevonden". Plezier Automatisering kan, hoe tegen strijdig dat misschien klinkt, ook betekenen dat het werk zwaarder wordt. Een goed voorbeeld daar van vormen de ontwikkelingen bij '008'. Het opzoeken van het tele foonnummer van heer A. te B. ge beurt niet langer door middel van het bladeren in een telefoonboek, maar door het oproepen van de ge vraagde informatie via een beeld scherm. De telefonistes kunnen en moeten nu veel meer klanten af handelen dan daarvoor. Tijd en ge legenheid om even met elkaar te praten is er nauwelijks meer. "Een werkgever kan natuurlijk zeggen: je zit hier niet voor de sociale con tacten. Maar die maken wèl deel uit van het plezier dat mensen in hun werk hebben. En als dat vermin dert, merkt de werkgever dat ook", aldus Roggeveen. Ze maakt daarbij wel de kantte kening dat mensen de effecten van automatisering heel verschillend kunnen ervaren. "Het sorteren van de post bijvoorbeeld gebeurde tot voor kort met de hand, voorname lijk door vrouwen. Nu gaat dat ook via een beeldscherm aan de hand van de postcode. Sommige vrou wen vinden dat heel erg leuk, ter wijl anderen zich opgejaagd voelen en het idee hebben dat ze nauwe lijks meer tijd hebben om even iets anders te doen". Snappen Ondanks die negatieve effecten heeft het volgens Roggeveen wei nig zin automatisering kost wat kost tegen te houden. "Het gebeurt nu eenmaal; daar doe je weinig aan. Maar het is van groot belang dat er voorwaarden worden gesteld aan de manier waarop nieuwe technie ken worden ingevoerd. Werkne mers moeten bijvoorbeeld de tijd krijgen om er aan te wennen en zeggenschap krijgen over wat er met hun werk gaat gebeuren". Juist vrouwen ontbreekt het ech ter vaak aan invloed in het bedrijf. Ze werken meestal parttime en zijn daardoor slecht op de hoogte van wat er speelt. Bovendien werken ze meestal in de lagere functies, wat de werkgever een makkelijk ex cuus geeft om vrouwen buiten de discussie te laten. Ze snappen er immers toch niets van. Roggeveen: "De grap is natuur lijk dat de werkgever er vaak net zo min iets van weet. Die neemt een adviesbureau in de arm om alles even te regelen. Dat vergeet dan vaak aan vrouwen te vragen wat ze precies doen en welke veranderin gen ze zouden willen. Maar aan wat ogenschijnlijk eenvoudig werk is, blijkt in de praktijk vaak veel meer te pas te komen dan op het eerste gezicht lijkt. Gevolg: heel veel prachtige systemen blijven onge bruikt". Kansen Als door automatisering geest dodend werk verdwijnt, kan Rog geveen daar niet zo rouwig om zijn. "Voorwaarde is natuurlijk wel dat er ander, beter werk voor in de plaats komt". Dat gebeurt ook, als we sommige economen en 'toekomstdeskun- dingen' mogen geloven. Volgens bijvoorbeeld de Amerikaanse futu roloog Alvin Toffler, bekend van het boek De Derde Golf, biedt de nieuwe technologie juist vrouwen heel veel kansen. Er komen allerlei nieuwe banen bij. Werk waarvoor het bovendien, door de combinatie van computer- en communicatie technologie, steeds minder nood zakelijk is dat mensen er dagelijks voor naar fabriek of kantoor reizen. De journalist kan zijn verhaal thuis intikken op de computer en het met behulp van een modem en de telefoon doorgeven naar de krant. En de secretaresse kan de brief die haar baas via de telefoon heeft in gesproken thuis uitwerken en 'doorseinen' naar kantoor. In de ogen van Toffler is deze ontwikkeling voor vrouwen ideaal. Op dit moment immers worden hun mogelijkheden om betaald werk te verrichten beperkt, omdat ze daarvoor bijna altijd het huis uit moeten.. En dat betekent een heel geregel als ook de kinderen en het huishouden moeten worden ver zorgd. In de toekomst is dat echter niet meer nodig. Vrouwen doen hun werk gewoon thuis. Postorderbedrijf Dit zogenaamde telethuiswerk komt in Nederland, in tegenstel ling tot bijvoorbeeld de VS, nog niet zo veel voor. Een van de weini ge (bekende) voorbeelden is dat van het postorderbedrijf Otto in het zuiden van het land. Wie telefo nisch een bestelling door geeft, krijgt een dame aan de lijn die thuis zit te werken. Zij geeft het gevraag de dan via een terminal door aan het centrale magazijn. In een vorig jaar door TNO ver richt onderzoek naar telethuiswerk worden echter de nodige vraagte kens gezet bij deze ontwikkeling. Het verplaatsen van werk van kan toor naar huis blijkt namelijk nogal eens gepaard te gaan met een ver andering in de arbeidsverhoudin gen. In plaats van een vaste baan krijgen de 'nieuwe thuiswerksters' een soort los-vast contract, dat wei nig zekerheid biedt wat betreft werktijden en inkomen. De over eenkomsten met de traditionele thuisnaaisters en thuispellers zijn groter dan op het eerste gezicht lijkt. Roggeveen ziet nog een ander nadeel: "Je blijft er dan toch vanuit gaan dat vrouwen thuisblijven en mannen buitenshuis werken. Aan de opvatting dat vrouwen als eer ste verantwoordelijk zijn voor het huishouden en de kinderen, veran dert het niets". Mannenbolwerk Die opvatting, een chronisch ge brek aan kinderopvang en de onwil van bedrijven ook parttime werk toe te staan, hebben tot gevolg dat vrouwen de kansën die er door de nieuwe technologie wel degelijk ontstaan, nog maar nauwelijks hebben kunnen grijpen. De infor matica-branche, die op elke zestien werknemers slechts ëen vrouw telt, is een mannenbolwerk. Cijfers wijzen uit dat dit de laatste jaren zelfs sterker is geworden. Van de automatiseringsspecialisten was in 1976 nog 9,4 procent vrouw, vorig jaar was dat aandeel gezakt tot 6,1 procent. Meisjes en vrouwen zijn boven dien sterk ondervertegenwoordigd in opleidingen voor de informatica. Roggeveen: "Automatisering is een relatief jong vak, maar het is toch al heel srtel in de hoek van de techniek terecht gekomen. Het is ingelijfd bij wiskunde en bij de HTS, en het is moeilijk voor vrou wen om daar binnen te komen". Dat meer meisjes wiskunde moe ten kiezen en dat ook kunnen, staat wat haar betreft niet ter discussie. Aan de andere kant vindt ze dat ook wel eens vraagtekens kunnen worden gezet bij de vanzelfspre kendheid waarmee wiskunde als eis wordt gesteld voor automatise ringsfuncties en -opleidingen. "In de informatica moet je analytisch kunnen denken. Bij wiskunde ge beurt dat inderdaad, maar het is een misverstand dat je analytisch denken alleen op die manier kunt leren. Het kan ook door bijvoor beeld een taal te bestuderen". Wiskunde Aan de zogenaamde Vrouwen vakscholen, waarvan er inmiddels zes verspreid over het hele land zijn, wordt wiskunde niet als voor waarde gesteld om de opleiding tot programmeur of informatica-advi- seur te kunnen volgen. Voor het succesvol doorlopen van de cursus blijkt dat geen probleem. De oplei dingen van de Vrouwenvakscho len blijken in een behoefte te voor zien. De belangstelling van vrou wen is groot en het grootste deel komt daarna snel aan een baan. Philips is een geregeld 'afnemer', terwijl ook van de zijde van de NMB veel belangstelling bestaat. Ook de vrouwen die in het kader van het zogenaamde PION-project, waarbij werkloze academici en HBO-ers worden omgeschoold voor functies in de automatisering, een opleiding hebben gevolgd, ko men snel aan de bak. Aan de kant van de bedrijven begint langzamer hand ook het besef door te dringen dat ze wel vrouwen in dienst zullen moeten nemen om in de nog steeds ■groeiende behoefte aan automati- seringsperoneel te kunnen voor- Kansen zijn er dus wel: er is ech ter enige haast geboden willen vrouwen de boot ook hier niet mis sen. "Vrouwen moeten laten weten dat ze er zijn en dat ze het kunnen", aldus Roggeveen. "Als ze zich wat beter zouden weten te verkopen, zou dat al een hele stap vooruit zijn". EDE - Het doorstralen van voed- selprodukten om ze vrij te ma ken van ziektekiemen wordt in Nederland op beperkte schaal nu al een aantal jaren toegepast. Kruiden, kikkerbilletjes, garna len, kip, vis, aardappels en uien; meer dan 100 ton voedsel pas seert wekelijks de kobaltbron van het enige bedrijf in Neder land dat daarvoor is toegerust: Gammaster in Ede. De behandel de ingrediënten belanden, veelal verwerkt in andere produkten, op de schappen in de supermarkt of verdwijnen naar het buiten land. door Kees Klaasse Al lijkt de methode schoon, doeltreffend en kleeft er een on miskenbare air van high-tech aan. toch ziet het er niet naar uit dat deze nieuwe wijze van con serveren van bederfelijke pro dukten spoedig op grote schaal zijn toepassing zal vinden. Daar voor is de angst bij het publiek voor alles wat met straling en ra dio-activiteit te maken heeft, te groot - het 'Hirosjima-syn- droom'. De ramp met de Russische kerncentrale heeft daar nog eens een kakelvers Tsjernobyl-syn- droom naast gezet. De voorstan ders van voedseldoorstraling zullen voorlopig roependen in de woestijn blijven. Daar helpt ook het argument dat het gebruik van gammastraling een machtig wapen vormt tegen de vele geval len van voedselvergifting in ons land, geen zier aan. Schandalen Een tegenstander van formaat is ook het ministerie van Land bouw, dat met het oog op de ex port met erg gelukkig is met voedseldoorstraling. Enkele schandalen hebben de exportpo sitie van Nederland dan ook da nig ondermijnd. Zo bleek vorig jaar een partij in Southampton afgekeurde garnalen in Ede be straald ('opgepoetst') en weer te ruggestuurd. In Denemarken werd eerder dit jaar een afge keurde partij mosselen in beslag genomen die in Nederland was bestraald en weer op de markt gebracht. Begin juli vroeg het Land bouwschap de regering het be stralen van voedsel met gamma- stralen maar helemaal te verbie den. Het verzoek was deels inge geven door de weerstand die be staat bij de consument tegen de ze methode om de houdbaarheid van voedsel te vergroten. Daar naast voerde het schap aan dat producenten in andere landen voedselbestraling als argument gebruiken om Nederlandse col lega's van de markt te weren. In sommige landen, waaron der West-Duitsland en Groot- Brittannië, is het conserveren van voedsel met gammastralen wettelijk verboden. In Brussel wordt gewerkt aan een gemeen schappelijke regeling, maar of die er gezien de verschillende meningen van de lidstaten van de EG, spoedig komt, valt te be twijfelen. In Nederland mag be straald voedsel, zij het in beperk te mate, op de markt worden ge bracht. Schimmels Het procédé van voedseldoor straling is vrij eenvoudig. Bij Gammaster in Ede wordt het te bestralen voedsel achter beton nen muren langs de stralings bron geleid, een ringvormige verzameling buisjes met kobalt- 60. Omdat de bron niet kan wor den uitgeschakeld of geregeld (zoals bij een röntgenapparaat) wordt de dosis die het voedsel ontvangt, bepaald door de snel heid waarmee de container de bron passeert. Er wordt gebruik gemaakt van het feit dat gamma- straling moleculen in organis men kan beschadigen of andere verbindingen kan doen vormen. Levensprocessen als groei, ver menigvuldiging en celdeling kunnen daarmee tot staan wor den gebracht. De straling doodt in feite elke vorm van leven die in de buurt van de bron wordt ge bracht. Bestraling van voedsel (de voorstanders spreken om voor de hand liggende redenen liever van dóórstraling) zou daarom een goede mogelijkheid kunnen zijn om micro-organismen als bacteriën en schimmels in voe ding onschadelijk te maken. In wetenschappelijke kringen wijst men graag op de 200.000 gevallen van voedselvergiftiging per jaar. Er bestaan echter wel degelijk onduidelijkheden over de effec ten van bestraling. Smaakverandering De biochemicus dr. Lucas Reijnders van de stichting Na tuur en Milieu heeft er al eens op gewezen dat de bewerking nade len zou kunnen hebben. Onder invloed van de straling zouden in het voedsel schadelijke omzet- tingsprodukten ontstaan (radio- lyseprodukten, zoals het kanker verwekkende benzeen). Er tre den bovendien, vooral bij vetrij ke produkten, smaakveranderin- gen op en vitaminen krijgen een behoorlijke knauw. Reijnders vermeldt ook de mo gelijkheid dat de consument met voedseldoorstraling gemakke lijk om de tuin te leiden is. Onhy giënische werkwijzen bij de pro- duktie kunnen worden gecorri geerd door bestraling. "Daarmee worden aanwezige micro-orga nismen uitgeschakeld, maar niet de toxinen (gifstoffen) die zij in middels gevormd hebben". De vereniging Milieudefensie: "Voor de consument is behande ling tegen bederf eigenlijk niet nodig. Bij de meeste produkten proef je wel of ze bedorven zijn. Extra conservering is alleen gun stig voor producenten en hande laren, die hun spullen langere tijd kunnen slijten. Wij hebben liever gewoon vers in plaats van straalvers voedsel". Etiket De Consumentenbond in Den Haag, met meer dan een half mil joen leden de grootste consu mentenorganisatie van ons land, vindt gammadoorstraling een aanvaardbare methode om voed- selbederf tegen te gaan. Twintig jaar onderzoek heeft geen nadeli ge gevolgen aangetoond, zegt de bond, die doorstraling ook van groot belang noemt voor de Der de Wereld, waar men bijvoor beeld niet beschikt over koelin stallaties. De organisatie vindt wel dat het etiket dient te ver melden of voedsel is bestraald En de consumenten zelf, die volgens het Landbouwschap ten onrechte geloven dat door de be straling op de een of andere ma nier radioactiviteit in het voedsel achterblijft, weten in feite van niets. Zij zijn er niet van op de hoogte of een produkt bestraald is: het staat er meestal niet op. Het ministerie van WVC zag graag een verplichte aanduiding dat een voedingsmiddel is be straald. Economische Zaken ziet de bui al hangen en wil liefst met een soort bloemetjesvignet vol staan, de consument zal de be straalde produkten anders waar schijnlijk niet kopen. En dus blijft de patstelling voorlopig staan. VLISSINGEN - In april volgend jaar verricht koningin Beatrix de doop van de Karei Doorman, het eerste Multi-purposefregat van een reeks van acht die bij de KMS ge bouwd wordt. Acht oorlogssche pen, volgepropt met de vernuftig ste electronica. Als straks, in de tweede helft van de jaren negentig, alle fregatten zijn opgeleverd, be schikt de Koninklijke Marine over een van de modernste fregattenvlo- ten ter wereld. Het is het resultaat van een hechte samenwerking tus sen industrie en marine. Kapitein ter zee C. J. Scheijgrond, projectlei der M-fregatten, zegt het met nau- door Willem J. van Dam welijks verholen trots: in de sche pen wordt een aantal nieuwighe den verwerkt, die nog nooit eerder voor fregatten van deze soort zijn toegepast. Het scheepsontwerp is in eigen beheer bij de Directie Materieel van de Koninklijke Marine tot standgekomen. Dat is gebeurd in nauwe samenwerking met De Schelde-Vlissingen, de NVSB (Ne derlandse Verenigde Scheepvaart Bureaus) en Holland Signaal. We tenschappelijke instituten als het Fysisch en Elektronisch Laborato rium, het Maritiem Instituut, het Instituut voor Zintuigfysiologie, de Technische Physische Dienst, het Instituut voor Werktuigkundi ge Constructie en het Nationaal Lucht- en Ruimtevaart Laboratori um hebben belangrijke bijdragen geleverd. De M-fregatten moeten de Wolf- en Van Speijkfregatten gaan ver vangen. De schepen zullen voor meerdere taken (vandaar: multi purpose) geschikt zijn. Ze moeten zowel op de oceaan als in het Ka naal en op de Noordzee kunnen opereren. De gekozen rompvorm stelt de fregatten in staat bij ruw weer en hoge zee toch snelheid te behouden. De schepen zijn zo sta biel, dat helicopters ook bij slecht weer op het dek kunnen landen. Er worden veel maatregelen genomen om de kans op ontdekking door vij andelijke schepen te verkleinen. Speciale geluidswerende technie ken maken het M-fregat tot een 'stil schip'. Dekhuis De M-fregatten zullen ook op ra darschermen niet gemakkelijk te ontdekken zijn; de vorm van het dekhuis en de scheepshuid is zo ge construeerd, dat radarenergie nooit op een groot vlak kaatst. De nieuwe fregatten worden uitgerust met wapensystemen, die specifiek bedoeld zijn voor de bestrijding van onderzeeboten en oppervlak teschepen. De luchtverdedigings bewapening wordt zodanig inge richt, dat op verschillende afstan den meerdere luchtdoelen tegelijk bestreden kunnen worden. De Koninklijke Marine be schouwt de M-fregatten als een nieuwe generatie schepen. Er wordt, zegt Scheijgrond, 'een ge weldige stap vooruit gemaakt'. "Maar het is niet zo, dat we een heel ander spoor zijn opgegaan". Waar mogelijk, is voortgeborduurd op de gunstige ervaringen die zijn op gedaan met de Standaardfregatten en de Luchtverdedigingsfregatten. Hij schudt ze moeiteloos uit de mouw; voorbeelden waaruit moet blijken, dat de M-fregatten op vele fronten uniek genoemd mogen worden. "Op het gebied van radar denken wij aan een drie-dimensio- nele radar die door Holland Signaal wordt ontwikkeld. Zo'n radar biedt het voordeel, dat je niet alleen af stand en richting kunt ontdekken van bijvoorbeeld een vliegtuig, maar ook de hoogte. De Nederland se marine is de eerste marine die met deze systemen gaat rondva- Onbemand Nog zo'n voorbeeld: de vorm van de scheepsromp. "De scheeps- vorm is helemaal onderzocht en aangepast aan de laatste inzichten. Het is een gemeenschappelijk on derzoek geweest van de Ameri kaanse en de Nederlandse marine. Nederland is het eerste land dat de resultaten van dat onderzoek zal toepassen. Wij verwachten dat de manoeuvreerbaarheid en zeewaar digheid daardoor aanzienlijk beter is dan bij voorgaande scheepsty- pes". En daarmee is de lijst nog lang niet compleet. Scheijgrond vindt het zelf een van de meest in het oog springende vernieuwin gen: de bewaking en bediening van het gehele platformsysteem is vol ledig geautomatiseerd. Het M-fre gat vaart met onbemande machine kamers. Er zijn, in juli 1985, bij de onder tekening van het M-fregattencon- tract heel duidelijke afspraken ge maakt over de prijs van de nieuwe oorlogsschepen: 360 miljoen gul den per stuk. Het moet een voort durend gevecht zijn. Aan de ene kant de zuinig kijkende bewaarder van 's lands financiën, aan de ande re kant de voortdurende drang naar geldverslindende vernieuwin gen. Toch niet, zegt Scheijgrond. "De innovatiedrang is nu voorbij. Die was uitgewoed op het moment, dat het contract werd gesloten". Belangstelling Hoewel het eerste schip pas in de eerste helft van 1990 aan een proef vaart toe is, bestaat nu al grote in ternationale belangstelling voor de M-fregatten. Landen als Nieuw- Zeeland, Australië, Griekenland, hebben serieuze interesse getoond. Evenals Fakistan. Ondanks eerde re berichten dat De Schelde een omvangrijke export-order voor de levering van twee M-fregatten aan dat land is misgelopen (de op dracht zou naar de Britse werf Yar rows gaan), is Pakistan nog niet ge heel uit beeld verdwenen. Kapitein ter zee Scheijgrond: "Yarrows maakt een goede kans omdat de fi nanciering die de Engelsen aan te bieden hebben veel beter is. Dat is bij ons het grote struikelblok. Maar Pakistan heeft nog steeds belang stelling. Als het aan de Pakistanen ligt gaat de voorkeur - even los van de financiering - uit naar het M-fre gat". De internationale concurrentie is groot. De Nederlandse marinewer ven ontlenen hun kracht voor een groot deel aan de opgebouwde know-how. Er is echter sprake van een ontwikkeling dat steeds meer buitenlandse opdrachtgevers de schepen in eigen land laten bou wen. Hoe groot is de kans dat daar door de zo gekoesterde know-how naar die landen verdwijnt, met als gevolg dat door die export van ken nis de positie van de Nederlandse marinewerven ondermijnd wordt? Scheijgrond: "Ik maak me daar niet zo veel zorgen over. Ik denk dat know-how so-wie-so verdwijnt. Er zijn nu landen die uitstekend weten hoe ze grote tankers kunnen bouwen met de kennis die wij vijf tien jaar geleden al hadden. Be staande know-how is vroeg of laat toch gedoemd om elders bekend te worden. Het is voor ons zaak door te blijven bouwen aan die know how en te zorgen dat we de voor sprong behouden."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 9