Naar een dierwaardiger
bestaan
De aftocht van de 'zeven dwergen'
Betere wetgeving moet excessen zo veel mogelijk gaan uitsluiten
Ene Democratische kandidaat na de andere sneuvelt voortijdig in de VS
ZATERDAG 3 OKTOBER 1987
EXTRA
PAGINA 25
"Eigenlijk zou er helemaal
geen werelddierendag moeten
zijn", meent drs. Ton Dekker,
hoofdbestuurslid van de
Nederlandse vereniging tot
bescherming van dieren. Maar
helaas liggen dierenliefde en
dierenleed soms niet ver van
elkaar. Vandaar dat de
Dierenbescherming met
behulp van een
handtekeningenactie wil gaan
ijveren voor een betere
wetgeving die excessen op
den duur zoveel mogelijk moet
uitsluiten.
door Gerard van Putten
In hun omgang met dieren kunnen
mensen zich bewust of onbewust
beestachtig gedragen. De Dierenbe
scherming is druk doende om voor
dieren die uit economische overwe
gingen worden geëxploiteerd bete
re waarborgen te verkrijgen voor
een dierwaardiger bestaan.
Gesteund door een aanbevelingscomi
té van 'gewichtige' signatuur prijkte on
langs in diverse dagbladen het portret
van een hond met daaronder de pakken
de tekst: 'Nou graag üw poot'. In ge
noemde advertentie werd de hond neer
gezet als 'woordvoerder' en 'progandan-
dist' van een handtekeningenactie: "Het
is eigenlijk te dol datje als dier moet be
delen om een betere dierenwet. De over
heid heeft weliswaar een wetsvoorstel
ontworpen, maar daar schieten wij als
dieren niets mee op. De dierenbescher
ming daarentegen heeft een wetsvoor
stel klaar liggen waarvan je staart wel
gaat kwispelen. Een mooier dierendag-
kado dan uw handtekening kunnen we
ons niet wensen".
De Dierenbescherming hoopt met de
ze actie zoveel mogelijk handtekeningen
te verzamelen voor het tegenvoorstel dat
de vereniging heeft gelanceerd als reac
tie op het twee jaar geleden wetsont
werp Gezondheids- en Welzijnswet voor
Dieren. Met de handtekeningenactie wil
de Dierenbescherming op het gevoel
van de Kamerleden werken, hetgeen uit
eindelijk moet leiden tot een kamerbre"
de meerderheid voor een wetsvoorstel
dat het gesol met dieren niet langer toe
laat.
Spelletjes
Het plan van de Dierenbescherming is
gefundeerd op'drie hoofdpunten: 1. De
huisvesting van beesten moet afhanke
lijk van het te houden diersoort worden
gebonden aan voorschriften. 2. Zo een
verbod op spelletjes met dieren onmoge
lijk is, zal toch telkens vooraf moeten
worden bekeken of die spelletjes geen
dierenleed teweeg brengen. 3. Van tevo
ren moet steeds de wetenschappelijke
afweging worden gemaakt in hoeverre
het algemeen belang wordt gediend met
het gebruik van een dier als proefkonijn.
In aansluiting op het laatste punt meent
de Dierenbescherming dat dierproeven
ter wille van de cosmetica-industrie die
nen te worden gestaakt.
"Het wetsontwerp dat nog onder de
verantwoordelijkheid van de toenmalige
staatssecretaris Ploeg is ingediend,
deugt niet", zegt drs. Ton Dekker,
hoofdbestuurslid van de Nederlandse
vereniging tot bescherming van dieren.
"Er wordt in dat stuk wel aandacht be
steed aan het welzijn van het dier, maar
naar ons idee niet op de goede manier.
Het bewuste wetsontwerp verraadt geen
enkele visie over de aanpak van de die-
renproblematiek. Nog altijd wordt de
mens in relatie tot het dier het voordeel
van de twijfel gegeven. Ook dit wets
voorstel staat mensen zonder meer toe
geiten of honden te fokken zonder dat er
scherpe eisen worden gesteld aan de on
derkomens van de dieren. Welke mate
rialen er moeten worden gebruikt voor
hokken, of er wel of geen schuifdeuren
in die hokken mogen, worden aange
bracht, daarover bestaat geen enkel
voorschrift. Wie uit economische over
wegingen aan de slag wil gaan met die
ren, moet alleen oppassen dat-ie op ver
denking van mishandeling of verwaarlo
zing niet in aanraking komt met de straf
rechter. Niet meer, niet minder. Het ge
volg daarvan is dat er naar eigen inzicht
ontwerpen van kooien of stallen worden
gemaakt".
Varkensrennen
"Van dit wetsvoorstel gaat geen enke
le preventieve werking uit", pakt Dek
ker verder uit over het ontwerp Gezond
heids- en Welzijnswet voor Dieren. "Het
De hond als propagandist van een grootschalige handtekeningenactie: "Nu g^aag üw poot".
verandert in wezen niets aan de situatie
die honderd jaar geleden al bestond.
Aan de vraag of het wel noodzakelijk is
om dieren leed aan te doen in het kader
van een bepaald doel gaat de overheid
volledig voorbij. Wie een kamelenrace
wil organiseren mag dat doen. In het
oosten van hef land worden trouwens
weer varkensrennen gehouden, terwijl
we dachten dat we daarvan af waren.
Dan kan allemaal omdat je alleen met
beesten die tot de beschermde diersoor
ten behoren geen spelletjes mag doen
Het blijft kortom bij constateren achter
af. Tegen een exces wordt pas opgetre
den als er massaal over is geklaagd. Dan
ontstaat er golf van publiciteit. In reactie
daarop pakken de politici dat exces op
als politiek item. In het gunstigste geval
wordt er vervolgens een algemene maat
regel van bestuur afgekondigd"
Tot zijn genoegen heeft Dekker vast
gesteld dat de meerderheid van de
Tweede Kamer beduidend meer gechar
meerd is van het tegenwetje van de Die
renbescherming dan van het wetscon-
cept dat op het ministerie van landbouw
is geconstrueerd. "De meerderheid van
de Kamerleden, inclusief de WD, heeft
in maart nog laten uitkomen dat het
voorstel zoals wij dat hebben geformu
leerd veel beter van inhoud is. Alleen het
CDA ligt dwars. Natuurlijk is het be
moedigend dat wij in de Kamer zoveel
gehoor vinden, maar dat betekent niet
dat de Dierenbescherming al heeft ge
wonnen. Het gevaar dat er straks politie
ke salto mortales worden gemaakt is nog
wel degelijk aanwezig. Je zou je kunnen
voorstellen dat er in he't belang van de
coalitie toch weer zekere politici om
gaan. Wij willen met deze campagne de
politici aan hun eerder ingenomen
standpunten herinneren door hen te
confronteren met de handtekeningen
van naar wij hopen vele Nederlanders.
Voor het dier moet er een wet komen
waarvan wél een preventieve werking
uitgaat".
Te gortig
Het grieft Dekker in hoge mate dat mi
nister Braks het zich tot dusver niet
heeft verwaardigd te luisteren naar de
adviserende stem van een afgevaardigde
van de Nederlandse vereniging tot be
scherming van dieren. "Wat er volgens
ons in die nieuwe wet zou moeten staan,
daarover heeft de minister ons nooit ge
hoord. Kennelijk wordt er meer waarde
gehecht aan het oordeel van bijvoor
beeld het Landbouwschap".
Dekker vertelt dat de beleidsambtena
ren op het departement onderhand al ze
ventien jaar doende zijn om een wet te
maken die een afdoende bescherming
garandeert voor dieren die dienen als ex
ploitatie-artikel. "In 1974 is op verzoek
van de Kamer de nota Intensieve Vee
houderij ingebracht. Vervolgens diende
minister Braks in 1980 het ontwerp Ge
zondheidswet voor Dieren in. Daarmee
haalde hij zich de kritiek op de hals van
vele leden van de Tweede Kamer. Be
houdens het CDA vonden de Kamerle
den dat wetsvoorstel waardeloos. Voor
99,9 procent ging de aandacht uit naar
de gezondheid van het dier, het woord
welzijn kwam in het hele stuk maar één
keer voor. Dat was de meerderheid van
de Kamer te gortig, de minister moest
zijn huiswerk maar overdoen".
Met enig cynisme stelt Dekker vast
dat de bewindslieden Braks en Ploeg
daarmee tol 1985 bezig zijn geweest, ter
wijl ondertussen de kippen in de legbat
terijen nauwelijks hun kont konden ke
ren. Terwijl mestkalveren en varkens in
boxen stonden die in het geheel niet op
de groei waren gemaakt. "Het is gebeurd
dat er kalveren in boxen van 55 bij 66
centimeter stonden, zoals het in het
verleden ook is voorgekomen dat er ze
ven kippen in een kooi werden gepropt.
Dergelijke misstanden komen nu niet
meer voor. Onze mensen van de inspec
tiedienst hebben met themacontroles
bepaalde bedrijfstakken grootschalig
geïnventariseerd. Vooropgesteld dat wij
eigenlijk tegen box-systemen zijn en het
groepshuisvestingssysteem propageren,
hebben die controles er in elk geval toe
geleid dat in de kalfmesterij de boxen nu
gerelateerd moeten zijn aan het gewicht
van de kalveren. Met betrekking tot de
legbatterijen geldt er nu een minimale
ruimte van 400 centimeter per kip. Maar
die maatregelen zijn wel genomen na de
constatering van excessen".
Fatsoenlijk
In een brief aan minister Braks heeft
de Dierenbescherming haar standpunt
uiteengezet over het wetsontwerp Ge
zondsheids- en Welzijnswet voor Dieren.
Daarin werd met betrekking tot de huis
vesting van dieren niet alleen gepleit
voor de vaststelling van toetsingscrite
ria, de Dierenbescherming solliciteerde
in die brief ook naar de functie van pleit
bezorger voor dieren bij de burgerrech
ter.
Dekker: "Dieren kunnen nu eenmaal
niet voor hun belangen opkomen. Alles
wat met dieren te maken heeft wordt nu
door de strafrechter behandeld. Ieder
een is het er over eens dat dit functio
neert. Er worden veel klachten gesepo
neerd omdat het bewijs voor strafbare
feiten niet in voldoende mate kan wor
den geleverd. De burgerrechter laat an
dere argumenten meewegen: bijvoor
beeld de algemene maatschappelijk ge
dachte over wat wel en wat niet als fat
soenlijk gedrag ten opzichte van dieren
kan worden aangeduid".
De Dierenbescherming voelde zich
met het antwoord dat in maart van rege
ringszijde kwam 'honds' behandeld.
"Gezegd werd dat de Vereniging tot be
scherming van dieren blijkbaar de taak
van het ministerie wil overnemen. Een
vreemde en schunnige reactie. Boven
dien werd er gesteld dat er voor de huis
vesting van dieren geen toetsingscriteria
bestaan. Daarmee heeft de regering zich
bijna schuldig gemaakt aan het geven
van valse voorlichting. Die toetsingscri
teria zijn er wel degelijk, in Zweden en
Zwitserland wordt bijvoorbeeld wel ge
keken naar of de huisvesting voldoende
ruimte laat voor het welzijn van dieren.
Of ze zich in de stallen en hokken rede
lijk kunnen bewegen. Afgezien daarvan
kun je op basis van bestaande literatuur
de toetsingcriteria voor huisvesting van
willekeurig welk dier dan ook opstel
len".
Onjuist
"Wat dat betreft wil ik er ten overvloe
de op wijzen dat er vreemd genoeg wel
toetsingscriteria zijn opgesteld voor het
houden van zogenaamde nieuwe dier
soorten. De argumenten die de minister
tegen ons voorstel aanvoert zijn krom en
Scharrelei
"Zodra het dier in de knel komt leve
ren wij kritiek. Maar daarmee volstaan
wij niet. Vreemd genoeg hebben niet de
produktschappen maar wij voor boeren
en pluimveehouders een alternatieve
markt opgezet. In 1984 zijn wij actie
gaan voeren voor het scharrelei. Toen
legden tweehonderd bedrijven zich op
dat produkt toe, nu zijn dat er zeshon
derd. En zo wordt er door de consument
ook meer en meer om scharrelvarkens
vlees gevraagd. Onze actie wekte zeker
in het begin de woede op van de Neder
landse vereniging van Pluimveehouders
en de bio-industrie, maar er wordt nu
meer en meer ingespeeld op de veran
derde voorkeur van de consument. Al-
bert Heijn luistert in elk geval naar ko
ning klant, per week importeert dat be
drijf 10.000 kilo scharrelvarkens
De Dierenbescherming schuwt harde
acties. Die kunnen kan zich alleen maar
tegen je keren, redeneert Dekker. "Het
is onze ervaring dat mensen zich dier
vriendelijker gaan gedragen als je ze
goede voorlichting geeft. Kijk maar naar
de verkoop van bontjassen. Door de ac
tie van het anti-bontcomité waarvan be
halve 'Lekker Dier' en 'Kritisch Fauna
beheer' ook de Dierenbescherming deel
uitmaakte, is in vijfjaar tijd het bont als
verkoopprodukt gelukkig een onbedui
dend artikel geworden".
"Het besef dat dieren niet alleen eco
nomische, maar ook intrinsieke waarde
hebben is de laatste jaren zeker ge
groeid", stelt Dekker. Dat neemt niet
weg dat mensen bewust of onbewust
een verregaande nonchalance aan de
dag kunnen leggen in hun omgang met
dieren. Dierenliefde en dierenleed lig
gen niet ver van elkaar.
Dubbel
"Mensen kunnen heel dubbel denken
Nog altijd zie je hondenbezitters in dure
bontjassen hun huisdier uitlaten. Er be
staan ook hondenbezitters die hun dier
de hele dag alleen in huis laten zitten.
Wie aan een huisdier wil beginnen moet
zich realiseren dat dieren hun natuurlij
ke behoeften hebben. Dieren opsluiten
in kooien druist tegen elk natuurlijk ge
drag in. Ik zal niet zeggen: haal het kana
riepietje bij die oude mevrouw weg. Wel
zeg ik: begin niet aan dat kanariepietje.
Zoals ik ook restauranthouders zou wil
len vragen: kan die kreeft niet eerst wor
den verdoofd voordat die in dat kokend
hete water wordt gegooid?"
"Eigenlijk zou er helemaal geen we
relddierendag moeten zijn", meent Dek
ker. "Maar aangezien de mens zich ten
opzichte van het dier niet altijd even
goed gedraagt, ben ik blij er zo'n dag be
staat waarop speciale aandacht uitgaat
naar het welzijn van dieren. Van mij mag
de hond dan wat extra vertroeteld wor
den. Als die verwennerij dan maar niet
neerkomt op het voorhouden van een
worst uit de bio-industrie".
onjuist. Hij beweert ook dat de invoe
ring van onze tegenwet overregulering
in de hand werkt. Een verkeerde ge
dachte. vinden wij. Alleen als je veel ont
heffingen op een ingesteld verbod ver
leent. ontstaat er overregulering".
Drs. Dekker kan zich niet aan de in
druk onttrekken dat met name de CDA-
bewindsleden en de Tweede Kamerfrac
tie van het CDA het liefst alles bij het
oude wil laten. "Ik heb het sterke ver
moeden dat in die partij het politieke
denken over landbouwaangelegenhe-
den wordt gedomineerd door de land-
bouw-lobby, door het groene front. De
landbouwspecialisten van het CDA zijn
allen voortgekomen uit de landbouwor
ganisaties".
Het is Dekker meer dan eens opgeval
len dat het CDA, de landbouworganisa
ties. de boeren, pluimveehouderijen en
de bio-industrie allergisch blijken te zijn
voor huisvestingsvoorschriften die on
herroepelijk financiële offers vragen.
"Naarmate er meer financiële en econo
mische belangen op het spel staan floe
pen er minder stoplichten op rood. Waar
wetenschappers wel achter ons idee
staan om dierenproeven te onderwerpen
aan toetsingscriteria, heeft men bij de
landbouworganisaties en het bedrijfsle
ven last van koudwatervrees. Blijkbaar
wil men de handen zoveel mogelijk vrij
hebben bij de exploitatie van dieren,
zich niet gebonden voelen door regels en
voorschriften. Maar er zijn natuurlijk
grenzen. Op de vraag hoe ver je met die
ren kunt gaan mag je je naar onze me
ning niet altijd beroepen op argumenten
als werkgelegenheid en arbeidsplaat-
Amerikanen spreken al gekscherend
van 'Sneeuwwitje en de Zeven
Dwergen'. Daarmee bedoelen ze de
acht Democratische kandidaat-presi
denten die zich na de smadelijke te
rugtocht van Gary Hart aandienden,
en die thans één voor één blijken af te
vallen nadat de nodige leugentjes
aan het licht zijn gekomen. Het zit de
Democraten niet mee.
door
Henk Dam
Nog niet zo erg lang geleden ging iedere
Democraat met het hart op de juiste
plaats fluitend door het leven. Het was
toen wel zeker dat zijn partij de komende
presidentsverkiezingen zou winnen. Im
mers: de Iran-affaire had de grote popu
lariteit van president Reagan dodelijk
aangetast. En afgezien daarvan waren er
duidelijke tekenen dat het Amerikaanse
volk na zeven jaar Reagan niet nog meer
van hetzelfde wilde.
De opiniepeilingen bevestigden het
beeld van een natie die na zeven jaar Re
publikeins bewind rijp \yas voor een ver
andering. Reagans conservatieve revolu
tie had z'n tijd gehad; de mensen waren
weer toe aan het meer sociale gezicht van
de Democraten. Met Gary Hart had de
Democratische partij een kandidaat-pre
sident met grote naamsbekendheid. Het
ging bovendien om een uitermate intelli
gent man die overliep van de ideeën.
En als Hart het, om wat voor reden dan
ook, niet zou halen, dan was er nog een
heel legertje potentiële Democratische
presidentskandidaten die misschien wat
minder bekend waren, maar die verder
alles mee hadden.
Niet brandschoon
Zo was de situatie tot enkele maanden
geleden. Nu, nog ruim een jaar voordat
de Amerikanen een nieuwe president
moeten aanwijzen, is dit beeld al funda
menteel veranderd. Dat is voor een klein
deel aan Reagan zelf te danken.
De huidige president kwam zeker niet
brandschoon uit de Iran-affaire, maar de
schade van de Congres-hearings had gro
ter kunnen zijn. Bovendien zal Reagan,
en dus ook zijn Republikeinse partij, in
november ongetwijfeld scoren als de
Russische partijleider Gorbatsjov op be
zoek komt om het eerste akkoord te teke
nen dat een daadwerkelijke verminde
ring van het aantal kernwapens in de we
reld betekent.
Maar die schade voor de electorale
kansen van de Democraten is een schaaf-
wondje vergeleken met de diepe sneden
die de Democratische presidentskandi
daten zichzelf en hun partij hebben toe
gebracht. Daar is allereerst de affaire-
Hart. Hij had altijd al de reputatie het
met de huwelijkstrouw niet zo nauw te
nemen. Die reputatie bevestigde hij eer
der dit jaar, toen uitlekte dat hij een
nachtje had doorgebracht met het part
time fotomodel Donna Rice. Exit Hart.
Dat was ongetwijfeld aan klap voor de
Democraten, maar toch ook weer niet
zo'n erg harde klap. Integendeel, met de
zware slagschaduw van Hart uit de weg
zagen enkele Democratische politici die
tot dusver op de wip hadden gezeten hun
kans schoon.
In snel tempo verklaarden zeven van
hen dat ze wel de nieuwe bewoner van
het Witte Huis zouden willen worden.
Het ging om Bruce Babbitt, Michael Du-
kakis, Albert Gore, Joseph Biden, Jesse
Jackson, Richard Gephardt en Paul Si-
Afgezien van Jackson (wiens kansen
niemand erg hoog aanslaat, al was het al
leen maar omdat hij voor nogal veel
Amerikanen zijn huidskleur niet mee
heeft) had geen van de aspirant-presi
denten grote landelijke bekendheid.
Zeven dwergen
Al gauw kreeg het groepje politici
daarom de bijnaam ,de zeven dwergen'.
Voor wie aan dat beeld wil vasthouden:
er was ook nog een Sneeuwwitje, de
blonde politica Pat Schroeder die liet
doorschemeren ook te denken aan deel
name aan de race.
Sindsdien is een soort aftel-versje be
gonnen. Joseph Biden viel het eerst af
toen een videobandje in omloop kwam
waarop te zien was hoe hij, zonder bron
vermelding, letterlijk teksten uit speech
es van de Britse socialistische leider Neil
Kinnock had gepikt. Van het een kwam
het ander. De kranten gingen Biden ver
der onder de loep nemen en ontdekten
dat hij op de universiteit wel eens een
overgeschreven scriptie had ingeleverd.
Toen bovendien werd ontdekt dat Bid
en in het openbaar gelogen had over zijn
academische prestaties, was het met de
kandidaat gedaan. Daarmee verloren de
Democraten zonder twijfel een van hun
allerbeste sprekers, het soort man dat
volksmenigten kan opzwepen.
De volgende was Pat Schroeder. Na
lang wikken en wegen verklaarde zij
maandag toch maar niet te zullen mee
doen, onder meer omdat ze niet tegen de
vervreemding van de gewone mensen
kon, die ze als presidentskandidaat zou
doormaken. Ze had bovendien - die re
den noemde ze niet - te weinig geld we
ten los te krijgen om de peperdure cam
pagne te kunnen financieren.
Schroeder, de hoop van feministisch
Amerika, maakte bij haar bekendma
king één fout: ze huilde. De ongeschre
ven regels van de Amerikaanse politiek
stellen dat er best gehuild mag worden,
maar nooit uit zelfmedelijden. En dus is
voor Pat Schroeder de weg naar het Wit
te Huis niet alleen nu, maar ook voor
goed afgesloten.
Dukakis
Twee dagen later was het de beurt aan
Dukakis. Deze gouverneur van de staat
Massachusetts stond er volgens de opi
niepeilingen goed voor. Hij had een hoop
geld, een geoliede organisatie en een goe
de reputatie. Maar woensdag werd be
kend dat het zijn campagneleider John
Sasso was geweest die, buiten medewe
ten van Dukakis om, het dodelijke video
bandje over Biden en Kinnock stiekem
aan journalisten had gegeven.
Sasso nam weliswaar ontslag, maar
Dukakis zit nu met de brokken. Zijn hele
reputatie was gebaseerd op integriteit en
competentie, en juist achter die twee
kwaliteiten zijn door de jongste affaire
vraagtekens gezet.
Veel politieke commentatoren in en
buiten de Democratische partij menen
daarom dat het met Dukakis nu ook ge
daan is. De kandidaten die overblijven
hebben (met uitzondering van Jackson)
in de peilingen nooit meer dan een pro
cent of zes weten te scoren.
De reeks schandaaltjes heeft de Demo
cratische partij natuurlijk weinig goed
gedaan. De race ligt dan ook weer hele
maal open. De jongste peiling houdt het
er op dat voor Democraten en Republi
keinen de kansen weer precies gelijk lig
gen.
Pas in februari, als de eerste voorver
kiezingen worden gehouden, zal er wat
meer tekening in de strijd komen.