Flaneren langs de Maas of het IJ
Vijfenzeventig jaar NOC
5;
Plannenmakers dromen over inrichting oude haventerreinen
ZATERDAG 12SEPTEMBER1987
}j
Op de kade spelen kinderen. Op de
[y] woonboot hangt hun moeder de
was op. Gras wurmt zich tussen de
klinkers uit. Roest heeft de wissels
van de spoorrails voor altijd vastge
zet. Kranen rijzen op als roerloze
herinneringen aan een bedrijvig
verleden, toen schepen uit alle lan
den de haven aandeden en duizen
den mannen er hun brood verdien
den met laad- en loswerk. Nu ligt de
oude haven er verlaten bij. j,
door Runa Hellinga
I Ooit werden Amsterdam en Rotter-
|i dam groot rond de havens die ze koes-
|l terden. Toen werden de havens te groot
i voor de stad. De bedrijven zochten uit-
breiding, buiten de stadsgrenzen, dich-
ter bij zee. Langs de oude kaden is het
stil geworden, slechts een enkel schip
vaart nog door naar de kleine kranen en
de pakhuizen met koloniale namen in
1 het hart van de stad, waar gras en bloe
men terrein veroveren en sloopbedrijf-
jes de kaden overnemen.
Niet alleen Amsterdam en Rotterdam,
ook andere havensteden kampen met
het verval van hun oude pieren. En net
als in Amsterdam en Rotterdam zijn el
ders plannenmakers aan de slag gegaan
om de economisch en sociaal uitgeblus
te gebieden nieuw leven in te blazen.
In Londen worden de oude docklands
omgetoverd in gebieden waar chique
kantoren en fraaie woningen elke herin
nering aan schepen en havenarbeiders
uitbannen. In Baltimore zijn stadsbe
stuur en projectontwikkelaars erin ge
slaagd van de verpauperde haven één
van de grootste toeristencentra van
Amerika te maken. In Kopenhagen zijn
plannen voor een wandelgebied op de
bijna een kilometer Lange-Linieprome-
nade. In Barcelona gaat men het sociale
verval van de oude havenwijk La Barce-
lonetta en het havengebied Paseo de Co
lon met nieuwbouwplannen te lijf. En
ook in Toronto, Boston en Liverpool
gonst het van de nieuwe bedrijvigheid.
Elementen van al deze ideeën zijn ook
terug te vinden in de plannen die zowel
in Amsterdam als in Rotterdam gemaakt
worden om de vervallen gebieden te la
ten herleven. De oude kaden, loodsen en
treinsporen midden in de stad bieden
een prachtige gelegenheid tot fraaie
plannenmakerij. Woningen met uitzicht
over de Maas en het IJ, moderne kan
toorfaciliteiten in het hart van de stad,
toerisme, wandelpromenades en hotels:
al met al gaat het om miljoeneninveste
ringen.
Paalwoningen
„Het is natuurlijk fantastisch als je in
het hart van je stad nog zulke groeimo
gelijkheden en zulke fantastische loka-
ties hebt", aldus Riek Bakker, hoofd van
de dienst stadsontwikkeling in Rotter
dam, „Voor de stad is dat een aanwinst.
Je krijgt de rivier weer terug".
In feite is de Maasstad al langer bezig
met de herinrichting van de oude haven
gebieden. Rondom het oudste deel, toe
passelijk de Oude Haven geheten, is in
de afgelopen jaren nijver gebouwd. De
combinatie van Piet Bloms paalwonin
gen, café's en terassen zijn in ieder geval
vanuit toeristisch en recreatief oogpunt
een geslaagd deel van de stad. Elders
zijn haventerreinen inmiddels al volge
bouwd met woningen.
Maar Riek Bakker kijkt nu verder dan
alleen de noordoever van de rivier. Waar
haar aandacht zich nu op concentreert,
is de zogenaamde Kop van Zuid, een ha
vengebied tussen de wijken Feyenoord
en Katendrecht. Een gebied van histori
sche betekenis, want hier staat het fraaie
vertrekgebouw van de Holland-Amerika
Lijn, waar ooit duizenden emigranten op
weg naar de nieuwe wereld afscheid na
men van hun familie en van Europa.
In het gebied zijn kantoren, bedrijfs
ruimten en recreatieve voorzieningen
gepland. Daarnaast wil de gemeente er
zo'n vierduizend nieuwbouwwoningen
neerzetten. Voor Rotterdam komt de
Kop van Zuid als geroepen, want aan de
stadsgrenzen begint de bebouwing lang
zamerhand uit haar voegen te groeien en
de behoefte aan nieuwbouw is groot.
Bakker: „Mensen zonder kinderen en
ouderen van wie de kinderen de deur uit
zijn, voelen niet voor zo'n nieuwbouw
wijk buiten de stad. Ze hebben vaak wat
meer geld en willen graag op een derge
lijke fraaie lokatie wonen, maar dat soort
woningen hebben we nu gewoon niet".
Dat betekent overigens niet dat op de
Kop van Zuid alleen dure appartemen
ten komen. Er is een mengeling van
duurdere woningen en woningwetwo
ningen gepland.
Net als andere havensteden
kampen ook Amsterdam en
Rotterdam met het verval
van hun oude pieren langs
de Maas en het IJ. De oude
havens waar ooit duizenden
mannen hun brood
verdienden met laad- en
loswerk liggen er nu verlaten
bij. Maar dat gaat
veranderen. Zowel in
Amsterdam als in Rotterdam
worden plannen gemaakt en
uitgevoerd om de vervallen
gebieden te laten herleven.
Met moderne kantoren,
wandelpromenades, hotels
en woningen met uitzicht
over de Maas en het IJ.
Over de bestemming van het ooste
lijk havengebied van Amsterdam
wordt al sinds 1978 nagedacht. Op
dit moment leven er vooral woon-
bootwoners. (foto rechts). In Rot
terdam is in de oude havengebieden
de afgelopen jaren nijver gebouwd.
Op sommige terreinen zijn duizen
den nieuwe woningen verrezen.
(Foto's GPD).
Woningen zijn nadrukkelijk alleen
maar een onderdeel van het hele plan.
Op andere oude haventerreinen in de
stad is eigenlijk alleen maar nieuwbouw
neergezet, maar op de Kop van Zuid
moeten ook kantoren en recreatieve
voorzieningen komen zoals een prome
nade langs de Maas en horecavoorzie-
ningen langs de oude Rijnhaven. Die
zijn volgens Riek Bakker noodzakelijk
om het gebied tot leven te brengen.
Promenade
Maar daarmee is men er beslist nog
niet. De plannen zijn afhankelijk van
een cruciaal punt: een nieuwe brug die
de Kop van Zuid een directe verbinding
met de Coolsingel moet geven. Riek
Bakker hecht daar sterk aan. Noord en
zuid zijn op dit moment slechts door
twee smalle verkeersaders met elkaar
verbonden: de fraaie, maar niet erg cen
traal gelegen Willemsbrug en de oude
tunnel onder de Maas.
De nieuwe Coolsingelbrug moet in het
verlengde van de centrale boulevard
naar de Kop van Zuid gaan en daarmee
de feitelijke, maar vooral ook psycholo
gische afstand naar de zuidelijke Maas
oever een stuk verkleinen. Want tussen
de stadsdelen ligt een rivier, maar vooral
een geestelijke kloof. Noord en zuid zijn
in Rotterdam twee gescheiden werel
den. Noordelingen komen nooit 'op
zuid', behalve wanneer ze op doorreis
zijn, en heel wat mensen van zuid gaan
alleen naar de andere kant van de rivier
wanneer ze op het centraal station moe
ten zijn.
Zuid heeft niets te bieden, vindt men
in het noorden, en het zal beslist niet
makkelijk zijn om mensen ervan te over
tuigen dat op de kop van Zuid wel wat te
beleven is. Bakker maakt zich daarover
echter niet bezorgd: „Die tegenstelling
is er. Maar om die reden kun je dit soort
plannen toch niet laten. Misschien ben
je die vooroordelen niet in een keer
kwijt, maar het redelijk naïef om daarom
te zeggen: we doen het niet".
Overstromingen
Die scheiding tussen noord en zuid
wordt veroorzaakt door de wijze waarop
de stad is ontstaan. Rotterdam is van
oudsher nooit een stad aan het water ge
weest. Het oudste deel van de stad lag op
de noordoever van de Maas achter de
dijken en de dam die de inwoners moes
ten beschermen tegen overstromingen.
Toen de haven een belangrijke rol ging
spelen, werden aan beide oevers kaden
en havenbekkens aangelegd. Pas rond
de eeuwwisseling ontstonden op de
zuidoever nieuwe woonwijken voor de
arbeiders die in groten getale uit Zee
land en Brabant kwamen om in de ha
ven hun fortuin te bieden.
De beide stadsdelen zijn dus niet al
leen door een rivier, maar ook nog door
dijken en een haven gescheiden. Op zuid
ontwikkelde zich een eigen gemeen
schap, die een stuk dorpser bleef dan het
noordelijk deel van de stad waar het be
stuursapparaat en alle voorzieningen als
theaters, bioscopen en restaurants zich
concentreren.
Met de plannen voor de Kop van Zuid
ziet Riek Bakker mogelijkheden om aan
dit isolement een einde te maken: „De
rivier in het midden van de stad heeft
een enorm potentieel. Het centrum van
Rotterdam is vrij klein en er zijn bijna
geen woningen. De uitbouwmogelijkhe
den zijn beperkt door de stadsvernieu
wingsgebieden die direct om het cen
trum heenliggen. En dan is het heel lo
gisch datje de andere kant opkijkt en de
stap naar de overkant van de rivier
maakt. Je mag zo'n kans in het hart van
tie stad niet laten liggen".
De plannen zullen een investering van
ruim twee miljard vergen. Daarvan moet
de gemeente zo'n 400 tot 500 miljoen op
hoesten voor de aanleg van de brug, het
bouwrijp maken van de gronden en het
aanleggen van wegen, parken en andere
openbare voorzieningen. Voor de overi
ge investeringen wordt vertrouwd op de
belangstelling van woningbouwcorpora
ties, beleggers en particuliere investeer
ders.
Dat die investeerders belangstelling
hebben voor dergelijke projecten, blijkt
ook in Amsterdam, waar de plannen
voor de IJ-oevers, het Oosterdok en het
oostelijk havengebied al verder zijn
gevorderd dan in de Maasstad. Over de
bestemming van het oostelijk havenge
bied wordt al sinds 1978 nagedacht. Het
bedrijfsterrein, ingeklemd tussen de
spoorlijn Amsterdam Centraal-Amster-
dam Muiderpoortstation en het IJ, is
voor de stad een van de weinige moge
lijkheden om te voldoen aan de grote be
hoefte aan nieuwbouw.
Naast een aantal handelaren in twee
dehandsautobanden en een enkel klein
havenbedrijf, leven er op dit moment
vooral woonbootbewoners die de oude
kaden in beslag hebben genomen en
krakers die wat voormalige kantoorge
bouwen en wisselwachtershuisjes bewo
nen. Verder ligt er nog een oud rangeer
terrein van de NS, maar die is wel bereid
dat van de hand te doen.
Amsterdam heeft in dit gebied tien
duizend woningen gepland, waarvan 70
procent in de woningwetsfeer en 30 pro
cent in de marktsector. Over deze ver
houding is overigens nog geen zeker
heid, want zo'n hoog aantal woningwet
woningen wordt voor de gemeente
waarschijnlijk te duur. Verder is er be
drijfsruimte gepland, zodat een levendig
(wonen en werken) stadsdeel ontstaat.
De plannen voor het oostelijke havenge
bied zijn in een vergevorderd stadium
en binnenkort gaat de eerste paal voor
het eerste complex woningen de grond
IJ-oevers
Maar er ligt nog steeds een fors pro
bleem, en dat is het genoemde rangeer
terrein. De NS wil weliswaar verkopen,
maar tegen een prijs die de gemeente
Amsterdam zich niet kan veroorloven.
De onderhandelingen daarover zijn nog
steeds gaande. Ook de spoorlijn Amster
dam-Utrecht geeft problemen, omdat
het traject ëen groot deel van het ooste
lijk havengebied van de rest van de stad
afsluit. Er zullen dus toegangswegen
moeten komen om de bewoners van die
tienduizend woningen en de werkne
mers van de toekomstige bedrijven niet
iedere dag in oneindige files te laten
staan.
Daarom is een doorgaande route ge
pland die aan de ene kant aansluiting
moet krijgen op de ringweg die rondom
Amsterdam wordt aangelegd. Die route
kan dan meteen doorlopen naar het Oos
terdok en het IJ-oevergebied achter het
Centraal Station, waar Amsterdam nog
meer, en veel chiquere plannen heeft.
De IJ-oevers zijn een verwaarloosd
stukje stad. Net als Rotterdam heeft Am
sterdam eigenlijk niets gedaan met het
prachtig wijdse water dat midden in de
stad lagt. Waar de dijken in Rotterdam
de stad van de oevers van de Maas van
daan hebben gehouden, zorgen in Am
sterdam de spoorlijn en het Centraal
Station voor een onneembare barrière
tussen het centrum en het IJ. Aan de
achterkant van het station vertrekken de
pontjes naar Amsterdam-noord en sym
bolisch is misschien wel dat het gebied
volgens de zone-indeling van het open
baar vervoer ook bij noord hoort.
Toch liggen de IJ-oevers heel centraal,
vlak bij het station en. op loopafstand
van het centrum. Maar centraal is nog
niet bereikbaar: de enige verbindingen
vanaf de stad worden gevormd door het
station en twee zeer duistere tunnels on
der het spoor door.
Twee jaar geleden organiseerde de ge
meente een prijsvraag voor projectont
wikkelaars. Dat leverde een stapel plan
nen op. De gemeente wil het gebied qua
structuur laten aansluiten bij de binnen
stad. Dat betekent dat er woningen moe
ten komen, kantoren en andere onderne
mingen en publieksfuncties. Uitgangs
punt van de gemeente is een financieel
sluitend plan, waarbij de gemeente voor
namelijk voor infrastructurele werken
als straten en parkeergelegenheid moet
zorgen.
Parkeerpro bleem
Die parkeergelegenheid blijkt trou
wens een van de voornaamste knelpun
ten voor particuliere investeerders te
zijn. De gemeente had oorspronkelijk
400 parkeerplaatsen gepland, terwijl de
projectontwikkelaars er 2400 wilden
hebben. In de huidige plannen zijn 1200
parkeerplaatsen opgenomen, maar Cla
ry Idzinga, secretaris van de project
groep IJ oevers Oosterdok, betwijfelt
dat de problemen daarmee opgelost zijn.
De projectgroep is namens de gemeente
belast met de planontwikkeling van het
gebied. Het parkeerprobleem zal vol
gens Clary Idzinga een belangrijke rol
gaan spelen in de onderhandelingen die
de gemeente met een aantal projectont
wikkelaars gaat voeren.
Die onderhandelingen zullen binnen
kort beginnen. De inzendingen op de
prijsvraag hebben een aantal zinnige
plannen opgeleverd, waarvan de ge
meente er een aantal verder uitgewerkt
wil zien. Gedacht wordt onder meer aan
een hotel met kantoren achter het sta
tion, een promenade langs het IJ en lu
xe-appartementen langs het Oosterdok.
Een voorstel voor een Indonesia-house
van de Indonesische luchtvaartmaat
schappij Garuda staat voorlopig even in
de ijskast.
Een belangrijk onderdeel van de plan
nen is de verbinding met het centrum.
Er moet een oplossing komen voor de
duistere tunnels waar geen mens prettig
door loopt. Gedacht wordt onder meer
aan een winkelcentrum dat over het
spoor heen wordt gebouwd-of een on
dergrondse passage met winkels
Het voor het station gelegen Ooster
dok krijgt een belangrijke rol als over
gangsgebied tussen centrum en IJ-oe
vers. Dat Oosterdok moet vooral een toe
ristische functie krijgen. Nu ligt er al een
chinees restaurant in een drijvende pa
godeboot. In het zogenaamde nautische
kwartier is in september de natte Hiswa,
een openluchtbeurs voor vaartuigen.
Het wordt een museumgebied waar on
dermeer een kopie van een VOC-zeil-
schip komt te liggen en een museum-
werf, waar oude schepen worden opge
knapt. Bovendien bestaan er plannen tot
de vestiging van een sciencecentre, een
soort wetenschappelijk pretpark.
„In Parijs flaneer je langs de Seine, in
London langs de Theems. In Amster
dam zal niemand langs het IJ gaan flane
ren, het is geen aantrekkelijk gebied.
Maar we zullen de mensen naar het IJ
halen. Binnenkort is er gewoon heel veel
te zien en te beleven".
Vervolg van pagina 21
In het jaarverslag dat secretaris-pen
ningmeester Van Rossem in 1945 samen
stelde, werd de opstelling van het NOC
ten tijde van de Tweede Wereldoorlog
toegelicht: "Het NOC heeft zich veel af
zijdig gehouden. Het NOC zich heeft la
ten leiden door wat het beschouwde als
het vaderlandsch belang(...) Thans is dit
lichaam ongeschonden uit den oorlog
gekomen. Het is nimmer ernstig lastig
gevallen, ofschoon onder andere het niet
onbelangrijk financieel bezit den bezet
ter toch zeker niet ontgaan zal zijn".
Politieke stellingen betrekken deed
het NOC wel, nadat Russische legereen-
heden in de nacht van 3 op 4 november
van het jaar 1956 de Hongaarse opstand
bloedig hadden neergeslagen. Veertien
dagen voordat de Spelen een aanvang
namen, besloot het NOC-bestuur in over
leg met de sportbonden niet deel te ne
men aan de wedstrijdenreeks in Mel
bourne. De atleten en officials die al in de
Australische stad verbleven, werden te
ruggeroepen.
r "Wenscht ge zoo uw moeder... uw zuster... uw bruid?"
Het telegram dat het NOC naar de
reeds in Melbourne verblijvende direc
teur Van Zijll verstuurde, bevatte onder
meer de volgende tekst: Verlaat allen
Olympisch Dorp. Zoek elders onderdak
stop. Draag burgerkleding. Indien on
mogelijk verwijder badge stop
Spanje en Nederland waren de enige
landen die de Olympische Spelen van
Melbourne vanwege de aanwezigheid
van de Sovjetunie boycotten. Ook de
ploeg van Hongarije liep mee in het ope-
ningsdefilé.
Fout
Het vorig jaar overleden IOC-lid Kees
Kerdel was door het NOC aangewezen
als chef de mission van de Melbourne-
ploeg. Kort voor zijn dood betuigde hij
zijn spijt over de boycot in een interview.
"Ik was het toen volledig eens met het
besluit om niet te gaan. Ten onrechte.
Het is de grootste fout op het sportieve
vlak, die ik ooit heb gemaakt".
Vermoedelijk heeft de kater van Mel
bourne ertoe bijgedragen dat het NOC
naderhand nooit meer heeft overwogen
opnieuw scherp in te spelen op politieke
conflicten, die de latere Spelen beïn
vloedden. "The Games must go on", riep
IOC- president Avery Brundage in Mün-
chen, nadat terroristen van de Palestijn
se Zwarte Septemberbeweging het
Olympische Dorp hadden overvallen en
een bloedbad hadden aangericht onder
de Israëlische ploeg. Het NOC liet het
aan de sportlieden over om te blijven dan
wel te vertrekken.
En al stemden zes van de drieentwin
tig Nederlandse sportbonden acht jaar
later op voorspraak van de Amerikaanse
president Jimmy Carter voor een boycot
van Moskou, tegen de zin ook van de
toenmalige voorzitter Idenburg besloot
het NOC toch maar een afvaardiging te
sturen naar de hoofdstad van het land
dat zojuist Afghanistan was binnenge
vallen. Minister-president Dries van Agt
gewaagde van een "nederlaag voor de
mensenrechten", terwijl het NOC-be-
sluit voor dr. J. Linthorst Homan de aan
leiding vormde te bedanken voor zijn
erelidmaatschap.
Doorbraak
Tot 1981 waren de bestuurszaken van
het NOC uitsluitend mannenzaken. Maar
na de Olympische Spelen van Moskou
werd Anneke le Coultre, burgemeester
van Blaricum, als bestuurslid gepolst.
,,Je kunt het wel als een doorbraak beti
telen dat mevrouw Herben en ik voor een
bestuursfunctie werden gevraagd. Ik
heb overigens niet het idee dat we des
tijds zijn benaderd omdat we vrouw zijn,
maar domweg op grond van onze kennis.
Ik bijvoorbeeld beschik over 30 jaar er
varing met de sport. Beleidsmatig als
wethouder in Wassenaar en als burge
meester, maar ook als roeister en als
coach".
Le Coultre was degene die het initia
tief nam Nederland te laten deelnemen
aan de strijd om de organisatie van de
Olympische Spelen van 1992 in Neder
land. De afloop van het avontuur mag be
kend worden verondersteld. Le Coultre:
"Ik blijf erbij dat Amsterdam hele hoge
ogen had kunnen gooien, als Saar Boer
lage niet met haar goed getimede actie
was gekomen. Mensen die moesten
stemmen werden door het Komité Olym-
IV
De nog zo simpele beveiliging bij de wegwedstrijd van de Olympische
Spelen in Amsterdam. Een agent te paardmet zwaard in de schede.
pische Spelen Neen bestookt met con
dooms en hasj. Ze werden in Lausanne
heel onheus bejegend. Wat Boerlage en
haar trawanten deden, getuigde van een
infame houding, niet te geloven. Je kunt
wel zeggen dat er ten nadele van -Neder
land een heel slecht visitekaartje is afge
geven. Een hele nare zaak, heel teleur
stellend. Voor de sport, voor het NOC en
voor al die medewerkers die dag en
nacht aan Amsterdam 1992 hebben ge
werkt. Ik zie één voordeel aan deze mis
lukte actie voor Amsterdam, bij vele
mensen zijn de ogen eindelijk geopend.
Die zien nu eindelijk in dat als je alles to
lereert de werkgelegenheid op de tocht
komt te staan en dat het maatschappelijk
klimaat en het maatschappelijk welzijn
op de lange duur verpest raken".
Bron: Kroniek Olympische Spelen. Uitge
verij: Elsevier. Prijs f 69,50. Redactie: Poul
Annema, Jan de Deugd, Frans Ensink, Joop
Holthausen, Lex Muller, Ruud Paauw, Liset-
te Sevens en Matty Verkamman.