Even geen kopzorg
over 'de hoofdrol'
Schrijven op een spoorbrug
Mies Bouwman gaat een jaartje uithijgen
Het debuut van de Turkse Nederlander Sadik Yemni
Mies Bouwman (58) krijgt
voor de tweede keer in
haar carrière de
Televizierring. De lezers
van de Avro-bladen kozen
het televisieprogramma 'In
de hoofdrol' tot het beste
van het afgelopen
seizoen. Relativerend zegt
ze: „Ik ben gewoon een
hard werkend mens met
een heel leuk leven. Ik heb
de balans gevonden
tussen de gekte in
Hilversum en de rust in
Blaricum". Het toekennen
van de Televizierring
noemt Mies Bouwman
enig. „De kijkers zijn van
dit programma een beetje
gaan houden".
'In de hoofdrol' heeft waarschijn
lijk zijn langste tijd gehad. Mies
Bouwman zal in elk geval het ko
mende seizoen één van dé best be
keken televisieprogramma's niet
presenteren. En 'In de hoofdrol"
zonder Mies is nu eenmaal ondenk
baar.
door Renate van Iperen
en Bert Mol
„Ik vind het een goede zaak om eens te
bekijken waarmee je bezig bent, of dat
zo moet doorgaan. Want als jij niets zegt
en het is allemaal succesvol, dan gaat het
jaar-in jaar-uit maar door. Ik vind het
vreselijk om plannen te maken. Zo zit ik
niet in elkaar. Vandaag weet ik wat er
gebeurt, en morgen ook nog wel, maar
de rest laat ik op me af komen. Weet ik
veel hoe het over een jaar is... We zien
wel".
Drie seizoenen en 37 afleveringen lang
trok 'In de hoofdrol' gemiddeld zes mil
joen kijkers. Een schot in de roos. Het
programma was net zo succesvol als de
Engelse uitgave 'This is your life', waar
van Mies dankbaar gebruik heeft ge
maakt. In Engeland wordt het program
ma er in 25 minuten „doorheen gejast",
zoals Mies Bouwman dat noemt. In Ne
derland bleek al snel veertig minuten
zendtijd te kort.
Zeventig minuten zijn nu nodig om de
kijker een blik te gunnen in het leven
van vele bekende Nederlanders die in 't
Spant werden uitgenodigd. „Het was
dringen geblazen op dat kleine po
dium", herinnert Mies zich.
Ze bezweert dat de hoofdrolspelers
vooraf nimmer hebben geweten dat zij
centraal stonden in het programma. „Ze
weten het absoluut niet. Ted de Braak
belde mij eens op en zei: Mies, ik schijn
in 'In de hoofdrol' te zitten, want ik word
continu gebeld door mensen die jullie
hebben benaderd. Die komen bij mij om
inlichtingen vragen. Toen heb ik gezegd:
laat maar zitten Ted. Dan is het niet leuk
Carry Tefsen
Het redactieteam besteedt veel aan
dacht aan de selectie van de hoofdrol
spelers. „Dat moet wel, anders kun je
nog wel honderd jaar doorgaan. De eer
ste gaste was Carry Tefsen. Een harte
lijk, extrovert en veelzijdig mens. We ko
zen juist haar, omdat we met deze nieu
we serie op zeker wilden spelen. Dan be
nader je eerst haar man, want die moet
in elk geval zijn medewerking toezeg
gen.
„Pas als iedereen - familie, beste
vrienden, collega's en voor mijn part bu
ren - denkt dat de hoofdrolspeler het
leuk zou vinden, ga je snuffelen in dat
leven. Je leest knipsels en dan blijkt dat
het er van alle kanten in zit. Dit resul
teert in zoveel stof dat je bij wijze van
spreken een programma kunt maken
van wel twaalf uur. Dus ga je schiften,
naar wat zo'n persoon heerlijk vindt.
Daar komt het op neer. Je kunt zeggen:
die kant hoort er ook bij, al is die niet zo
leuk. Dan zeg ik: nee, want we hebben
van tevoren bepaald dat we de mensen
niet in verlegenheid zullen brengen. Een
feestje, dat is het uitgangspunt. Een
feestje van herkenning. En door de
spontaniteit, doordat het niet gerepe
teerd is, krijgt zo'n zwart-wit foto wat
meer kleur".
Eén categorie mensen leent zich in elk
geval niet voor deze programmaformule.
Mensen die het niet aandurven, omdat
ze een zekere status hebben verworven.
Bij menige politicus stootte Mies haar
neus. „Hoe je de partners van die men
sen ook benaderde, het stuitte toch altijd
af op een 'beter maar van niet'. Politici
zijn er niet zo happig op. Nou, dan maar
niet. Als het er niet in zit, zit het er niet
Emoties zijn een belangrijk onderdeel
van het succes van 'In de hoofdrol'. Niet
te voorspellen, weet Mies Bouwman na
37 afleveringen. „Het gebeurt gewoon,
of het gebeurt soms helemaal niet. Soms
verwacht je dat iets heel emotioneel
wordt en dan blijkt dat reuze mee te val
len. Het wordt juist lachen. En het vol
gende ogenblik komt Saartje binnen en
barst Joop Doderer in tranen uit. Dat is
niet in te schatten. Dat gebeurt. Klaar".
Begrafenis
Angst dat het één van de hoofdrolspe
lers allemaal te veel zou worden, heeft
de presentatrice niet gehad. „We hebben
natuurlijk nooit de eerste de beste ge
vraagd. Bekijk de rij. Ze hebben wel
voor hetere vuren gestaan. M'n over
buurvrouw zou niet weten wat haar
©verkomt. Maar deze mensen zijn alle
maal door de wol geverfd".
Zelf zou ze er niet aan moeten denken
om 'In de hoofdrol' te staan. „Blijf in
godsnaam van mijn privé-leven af. En
die paar vrienden doe je er ook geen ple
zier mee. Die vriendschap is iets tussen
hen en mij. We hebben er helemaal geen
behoefte aan om dat aan het volk te laten
zien".
De vrienden en collega's van Alexan
der Pola, ooit één van de gasten, betwij
felden of hij in 'In de hoofdrol" zou wil
len staan. „Ze zeiden: hij zal zeggen dat
hij het vreselijk vindt, maar hij doet het
wel. Klaar ben je". Mies Bouwman zette
Als KRO-omroepster in 1951:
"Duik er maar in. Meteen in het
diepe". <fotoGPD»
door en nodigde Pola uit. „Na afloop zei
hij: het lijkt alsof je bij je eigen begrafe
nis bent. Toen zei ik: wat een voorrecht,
want dat is nog niemand overkomen".
Het programma bünkt niet uit in diep
gang. Maar in tegenstelling tot de veel
gehoorde klacht dat het met de kwaliteit
van de Nederlandse televisie slecht is
gesteld, meent Mies Bouwman dat dat
allemaal wel meevalt. „Ik vind onze tv
niet slecht. We krijgen uit het buitenland
toch de mooiste dingen, de beste series.
De leukste spelletjes komen hier en de
rommel blijft daar".
Mies Bouwman is nu 58 jaar. Voor ve
len een leeftijd om zo langzamerhand te
denken aan het einde van een carrière.
Zet zij een punt achter haar loopbaan,
dan betekent dat in elk geval dat er
enorm veel ervaring wegvalt. Ervaring
die heel goed gebruikt zou kunnen wor
den bij de begeleiding van jongere colle
ga's. „Ze zien me al aankomen. Een hele
boel mensen in Hilversum vinden dat ze
geweldig zijn. Advies wordt niet in dank
afgenomen".
"Ik weet ook niet of dat ik dat wel wil.
Mijn twijfel over wat ik zelf doe is al
groot. Ik ben niet iemand die zegt: dat
hadden ze zus of zo moeten doen. Er is
namelijk geen prototype van de tv-pre-
sentator. Je zult van mij nooit horen dat
opleidingen noodzakelijk zijn. Duik er
maar in. Meteen in het diepe. En dan
kun je het of je kunt het niet. Zo simpel
is het. En ga me nu niet vragen wat voor
briljants dat dan moet zijn. Want dat is
de ene keer gewoon jezelf blijven, de an
dere keer beschikken over een grote eru
ditie, of over beminnelijkheid of juist
over een beetje agressie".
Uiteraard heeft zij zelf haar voorkeur.
Zo is ze gecharmeerd van Jos Brink en
Ron Brandsteder, die zijn onhandigheid
niet onder stoelen of banken steekt. En
van Boudewijn Büch, die ze iets 'fris'
toekent. „Op dat gebied, de culturele
hoek waarin bijna niets gebeurt, zit hij
niet overdreven sjiek, intelligent en eli
tair te doen. Want daar word ik soms niet
goed van. De kijkers missen een hoop,
omdat de programmamakers enorm eli
tair aan de gang gaan. Dat vind ik een
groot gemis hoor. Je maakt geen televi
sie voor je eigen achterban, maar voor de
kijkers".
„Ik weet niet wat mijn kracht is in de
presentatie. Ik heb helemaal geen zin
om me erin te verdiepen. Ik schijn iets te
hebben. Nou, prima. Waar ik zelf meest
al op val is of een presentator iets van
charisma, een uitstraling heeft. Dat is al
heel veel, er zijn er maar weinig die dat
hebben. Je moet met de presentator
kunnen lachen en huilen. Niet letterlijk
natuurlijk. Je hoeft niet onder je stoel te
liggen van het lachen en de tranen hoe
ven niet over je wangen te lopen. Maar er
moet wel iets met je gebeuren, vind ik".
Mies Bouwman heeft haar naam in de
televisiewereld vooral te danken aan
Met Hans Wiegel in de hoofdrol: "h
podium".
programma's als 'Zo is het toevallig ook
nog 'ns een keer' en Mies-en-scène'.
Programma's waarvan ze zelf ook vindt
dat daarin meer journalistieke diepgang
zat dan in haar laatste produktie. Maar
dat is een kwestie van appels en peren
vergelijken, vindt ze. „Vooral journalis
was dringen geblazen op dat kleine
(foto GPD)
ten hebben het daarmee moeilijk. Want
de kijker heeft er geen moeite mee datje
veelzijdig bent. Ik ben van meer mark
ten thuis. Je kunt mij niet alleen in het
hokje 'amusement' zetten, want de jour
nalistieke kant is er ook nog. Die trekt
me aan. Op een gegeven moment helt
mijn interesse weer over naar de andere
kant. Er zijn nog meer kanten, neem ik
aan. Ik heb ze nog niet allemaal gepro
beerd".
Reclame
Eén van die onontgonnen terreinen is
voor Mies Bouwman de STER-reclame.
Nimmer heeft zij meegewerkt aan het
propageren van een artikel. Maar wat
niet is kan nog komen, zégt ze. „Want
het hoort er allemaal bij. Maar ik wil het
alleen doen voor iets waar ik achter sta.
Dat is me op dit moment nog niet aange
boden".
„Ik ben wel eens benaderd door de
producent van het eerste fosfaatvrije
waspoeder. Nou, dat vond ik wel wat.
Dan doe je toch nog wat voor het milieu.
Ik zei tegen hem: prima, stuur me even
een monster, dan laat ik dat bij TNO op
mijn kosten onderzoeken. Want ik vind
het vervelend als er toch nog fosfaten in
zitten. Hij zei: er zit wel een héél klein
beetje in (lacht uitbundig). Ik neem het
de producent niet kwalijk, maar dan doe
ik het niet. Ik ga de boel niet zitten ver
lakken".
„Ik hoop altijd op iets algemeens. De
KLM, of de Nederlandse Spoorwegen.
Maar dat is er tot nu toe niet van geko
men. Het lijkt me enig, want dat moetje
toch ook een keer gedaan hebben". Alle
heisa om Koos Postema en de Postbank
begrijpt ze niet. „Ik zou niet weten waar
om het niet zou kunnen. Dat vind ik be
lachelijk. In het buitenland maken de al
lergrootsten van de televisie reclames
pots. Niets aan de hand".
Als er iets is waar Mies Bouwman een
hekel aan heeft, dan is het aan sluikre
clame. En het daarmee gepaard gaande
gemopper van de omroepen dat er geen
geld is om programma's te maken. „We
hebben het toch jaren met dat geld ge
daan? En toen zijn zeker niet de slecht
ste programma's gemaakt, Dat eeuwige
gejammer van de omroepen dat goede
programma's veel geld moeten kosten,
begrijp ik niet. Natuurlijk. Nederlands
drama is duur. Maar we hebben vroeger
toch ook Bartje gehad? Dan stond op de
aftiteling toch ook niet 'met dank aan...'
en vervolgens een rits namen van een
half uur?"
De vlucht van omroepen naar produk-
tiebureaus voor amusements- en infor
matieprogramma's kan ze evenmin
waarderen. „Ik neem het producenten
niet kwalijk, maar ik vind dat sommige
omroepen zich er nogal gemakkelijk van
af maken door het steeds maar uit te be
steden. Dan verdwijnt toch de kleur van
de omroep? De Vara begint ook al die
kant op te gaan. De Konsumentenbus is
één en al reclame voor de ANWB en
weet ik veel wat. Dan ben je toch gebon
den als programmamaker".
Uithijgen
Mies Bouwman prijst zich gelukkig
dat ze alles heeft kunnen aanpakken in
het leven. „Vanaf 1951 heb ik alles kun
nen doen en alle terreinen kunnen ver
kennen. En steeds maar in het diepe mo
gen springen om op die manier het
zwemmen te kunnen leren. En nou
zwem ik als de beste', dat is waar. Maar
zo nu en dan word ik moe en moet ik
even op de kant kunnen uithijgen".
Mies Bouwman: "Zo nu en dan moet ik even kunnen uithijgen"
"Nederlanders zijn net zo goed als
Turken een produkt van hun eigen
opvoeding. Daarmee zijn ze niet
beter of slechter. Er zijn ook goede
en slechte Turken. Domme en in
telligente. Ik had geen zin in een
nieuwe klaagzang. Ik heb verhalen
willen schrijven over mensen in
hun beroep, in hun dagelijkse
doen. Soms wat verzonnen omdat
het tenslotte verhalen moesten
worden".
door Huub Klompenhouwer
Sadik Yemni (36), een tot Nederlander
genaturaliseerde Turk, debuteerde on
langs met een verhalenbundel die hij in
het Turks schreef en voor uitgeverij De
Balie in het Nederlands vertaald werd.
"Ik had eigenlijk een soort thriller willen
schrijven. Maar al schrijvende merk je
dat er toch hogere machten bezig zijn en
zo werden het toch min of meer zelf be
leefde verhalen, waarin je niet kunt ont
komen aan het beeld van de buitenlan
der in Nederland. De nadruk ligt echter
toch op thema's als de belevingen en
waarnemingen van een papierprikker of
een assistent-perronopzichter. En dat
zijn onderwerpen die je niet zo snel in
een verhalenvorm aan zult treffen".
In het dagelijks leven is Yemni
brugwachter bij de Nederlandse Spoor
wegen. Zijn vaste brug is die bij Nieu-
wersluis tussen Breukelen en Abcoude.
Een baan in een volstrekt isolement.
Acht uur per dag dienst doen. 's Zomers
over twee diensten gerekend misschien
twintig keer de brug bedienend voor de
passerende pleziervaart. 's Winters we
ken dat de brug helemaal niet open
hoeft. Maar wel aanwezig zijn.
Twaalf jaar geleden kwam hij van Iz
mir naar Amsterdam. De eerste jaren
waren moeilijk. "Ik kwam uit een stad.
En in Turkije horen stadsmensen tot de
eerste klasse. Er is nu eenmaal een
enorm standenverschil. In Izmir was ik
iemand. Het klinkt onbescheiden, maar
zo is het niet bedoeld. Ik studeerde
scheikunde, gaf ook les en deed niet on
verdienstelijk aan body building. Ik had
daar een status. Een makkelijk leven".
Rechtsomkeert
"Maar de politieke verwikkelingen in
Turkije maakten dat er aan de vrijheid
van leven en denken toch wel geknab
beld werd. Toen de flat, waarin ik een
royaal appartement had, in brand vloog,
wilde ik ineens weg. Mijn oom had een
naai-atelier in Amsterdam. Hem heb ik
aangeschreven. Niet dat ik er wilde
werken, wel dat ik hem wilde spreken.
Ik ben gebleven".
"Van de ene dag op de andere dag stap
je uit een vliegtuig en kom je in een we
reld waar niemand weet wie Sadik Yem
ni is en hoe aardig die man wel is. Ik heb
daar heel erg aan moeten wennen. En er
zijn wel veel momenten geweest waarop
ik het liefst meteen rechtsomkeert zou
willen maken. Niet eens door de behan
deling van de Nederlanders. Want die
was en is echt niet zo slecht".
"Waarom ik naar Nederland wilde? Ik
weet het niet, als ik heel eerlijk ben. Een
complex van factoren. En iedere keer
ben je geneigd een ander argument aan
te voeren, net hoe het uitkomt. Ik wist
dat Nederlanders een andere taal zou
den spreken. Zelf sprak ik toen al goed
Engels en ik dacht simpelweg dat ik wel
mensen zou kunnen vinden om over
Pink Floyd te praten. Begrijp je. Maar
pas in Nederland leerde je pas het echte
gezicht van West-Europa kennen. En
werd je dus in een positie geplaatst
waarin niet naar je capaciteiten gekeken
werd, maar naar het land van her
komst".
In zijn boek heeft hij een heel milde
Sadik Yemni: "Al schrijvende
merk je dat je niet kunt ontkomen
aan het beeld van de buitenlander
in Nederland". (foto gpdj
visie op de Nederlanders en klinkt er
ook enig cynisme door in de beschou
wing van zijn oorspronkelijke landgeno
ten. Maar het is een onderhuidse kritiek.
Zijn kijk op mensen en gewoonten is
eerder humoristisch dan venijnig.
"Ik hoefde niet zo nodig een zoveelste
klaagmuur op te richten over de behan
deling van buitenlanders in Nederland.
Maar ik besef ook wel dat ik een beetje
een uitzondering ben, omdat ik uit de
stad kom. Turken van het platteland, die
in eigen land al als derderangs worden
beschouwd, hebben het veel moeilijker
dan ik. In vijf uur tijd worden ze drie
eeuwen vooruit in de tijd geplaatst. Zo'n
eerste reis per vliegtuig is als het plaats
nemen in een soort tijdmachine".
Orthodox
Vanuit die enorme culturele verande
ring verklaart hij ook de hang van veel
Turkse landgenoten in Nederland naar
een orthodoxe beleving van het Turk
zijn hier. "In hun ogen is Nederland dan
plots het land van Sodom en Gomorra.
Hel en verdoemenis. Veelal wordt de
toevlucht dan gezocht in een strenge be
leving van het moslim-zijn. Daar komt
nog bij dat als ze zich als Turk identifice
ren, ze behoren tot één van de 5 miljoen
Turken. Maar als moslim zijn ze zelfs één
van de miljard moslims. Met die identifi
catie voelen ze zich gesterkt. De hoofd
doekjes van de vrouwen en de kleur jas
sen van de mannen worden een soort
uniform. Ze willen vooral niet bij de
westerse cultuur horen en vergeten dat
dit leven hier ook onvermijdelijk hun
toekomst wordt".
Waarom wilde hij eigenlijk na een paar
jaar schoonmaker te zijn geweest nu
brugwachter worden? Sadik Yemni
grijnst. Vertroetelt even één van zijn
twee poezen en legt dan omstandig uit
dat hij de tijd wilde hebben om zijn ei
gen wortels te leren kennen. Als genatu
raliseerd Nederlander, maar Turk van
geboorte, wilde hij zijn eigen drijfveren
leren kennen. Vertelt hoe zijn vader ei
genlijk een Albanese Tunesiër is en zijn
moeder van Kreta kwam. Omdat ze mos
lim waren, werden ze gedwongen te ver
huizen naar Izmir.
"De Turkse cultuur was niet mijn
sterkste punt. Als brugwachter plaats je
jezelf vrijwillig in een enorm isolement.
Een isolement dat ik veel schrijvers kan
aanraden. Ik weet hoe moeilijk de
Spoorwegen het hebben om aan brug
wachters te komen. Het is een aardig be
taalde baan en het schept alle mogelijk
heden om je een aantal uren per dag vol
ledig te concentreren op je studie en het
schrijven".
('De IJzeren Snavel', verhalen van Sa
dik Yemni, uitgegeven bij De Balie,
f 19,50)