Let's dance,
luidt het
wachtwoord
Markant Leids gebouwtje
gonst van de activiteiten
Het voormalige kazernegebouwtje onder hoogspanningLet's dance!
Het Wachtgebouw werd in 1823 ge
bouwd als onderdeel van de in 1981
afgebroken Morspoortkazerne. Sol
daten hielden er de wacht en woon
den er ook. Daarnaast werd het ge
bruikt voor de opleiding van leger-
koks.
door Rik van Boeckel
Sinds 1982 heeft het een sociaal-cultu
rele bestemming gekregen. De eerste
groep die voor een lage prijs een ruimte
kon huren was de Leidse theatergroep
Gruppo Trutto Dramatico. Die is inmid
dels verhuisd naar de voor theatergroe
pen geschiktere Kaasmarktschool.
Sindsdien worden de zaaltjes voorname
lijk gebruikt voor danscursussen. En dat
zijn er nogal wat: volksdansen (bij Acha-
lay), jazzdans, moderne dans, flamenco,
Afrikaanse dans, klassiek ballet, break
dance. Daarnaast zijn er speciale cursus
sen voor kinderen.
Plezier
Als ik op een woensdagavond langs
het Wachtgebouw loop hoor ik bekende
muziek: Let's dance van David Bowie.
Bij de deur hou ik even stil en bestudeer
de dansaffiches. Op één ervan lees ik:
Maria Movement, jazzdans en conditie
training. Ik ga naar binnen en tref in een
van de drie danszalen de jazzdansgroep
van Maria Kerk aan. Ze zijn al volop in
de weer met rek- en strekoefeningen.
"Dansen moet je doen en er niet over
discussiëren", zegt Maria tegen één van
haar cursisten. Later zal ze zeggen: "Ik
vind het heel belangrijk dat mensen le
ren hoe ze met hun lichaam moeten om
gaan en dat ze daar plezier aan beleven.
Er wordt op het ogenblik veel gesproken
over met je lichaam bezig Zijn. En dat
geldt niet alleen voor joggen of fitness,
maar ook voor dans".
Maria leert de basistechniek van jazz
dans (in de volksmond meestal jazzbal-
let genoemd) zowel aan kinderen als vol
wassenen. "Kinderen laat ik heel veel
bewegingen zelf zoeken, dat vinden ze
het leukst. De basistechniek is daar on
dergeschikt aan. Ze zijn nog niet toe aan
moeilijke bewegingen".
In de groep van Maria tref ik zowel ou
deren als jongeren aan. "Mijn cursus
staat open voor iedereen. Mijn cursisten
komen uit alle lagen van de bevolking",
zegt ze. "En het zijn niet alleen vrouwen
die belangstelling hebben, ook mannen
raken meer geïnteresseerd in lichaams
beweging en dus ook in jazzdans".
Maria benadrukt dat ze het belangrijk
vindt dat het Leidse publiek gestimu
leerd wordt om te dansen. Het Wachtge
bouw vindt ze een geschikte plek voor
het aanleren van verschillende dans-
technieken. Ze hoopt ook dat de dans
groepen in de toekomst wat meer con
tact met elkaar zullen krijgen. Wellicht
kunnen ze elkaar eens laten zien hoe er
in het Wachtgebouw gedanst wordt.
Maria anticipeert daar al op. Met een
aantal gevorderden werkt ze aan een
programma met de bedoeling te gaan
optreden. Zelfs op de vroege zondagoch
tend wordt daarvoor hard gerepeteerd.
Meedoen
Voor Tilly Huibers die moderne dans
geeft in het Wachtgebouw, is optreden
wellicht minder belangrijk. Dat heeft al
les te maken met het karakter van mo
derne dans. "Bij jazzdans is het show
element belangrijker. Je krijgt er meer
een dansgevoel bij dan bij moderne
dans", legt ze uit. "Moderne dans is een
vrij ingewikkelde techniek die pas pret
tig voelt na pakweg 10 lessen. De tech
niek werkt heel erg met het buik-bekken
gedeelte. De beweging moet vandaaruit
ontstaan. En je danst daarbij -op blote
voeten zodat je goed aardt. Moderne
dans ligt ergens tussen yoga en jazzdans
in. Het gebeurt veel meer van binnen
dan bij jazzdans".
De cursisten van Tilly zijn over het al
gemeen dertigers. Ze werkt zowel met
beginners als gevorderden. Net als bij
Maria Kerk kunnen mensen zo binnen
lopen en meedoen.
Naast, moderne dans geeft Tilly ook
nog dansexpressie, een dansvorm waar
bij de techniek minder van belang is.
"Iedere danser of danseres kan een op-
Als een bijna vergeten
stukje Leiden ligt het
tussen het Galgewater en
deMorspoort in: het
Wachtgebouw. Ooit was
dat onlosmakelijk
verbonden met de
Morspoortkazerne, maar
sinds het verdwijnen van
de legerplaats is het
Wachtgebouw het domein
van dansers en
danseressen geworden.
Rik van Boeckel ontdekte
een wereld van
bedrijvigheid achter de
muren van dit 164 jaar
oude gebouwtje.
dracht die ik geef op een eigen manier
omzetten in dans. Het is veel vrijer, ik
vul minder in wat ze moeten doen".
In 1982 begon Tilly als eerste les te ge
ven in het Wachtgebouw. Bijna had het
nog een woonbestemming gekregen.
Dat ging niet door omdat de Stichting
Alleenstaande Vrouwen voor een andere
plek koos om woningen neer te zetten.
Uiteindelijk werd het door de gemeente
verhuurd aan de buurtvereniging van de
Morspoort.
Tilly huurt de ruimte weer van de
buurtvereniging. Zij bepaalt gedeeltelijk
welke groepen van de ruimten gebruik
kunnen maken. Alleen volksdansgroep
Achalay en balletschool Pavlova huren
het ook rechtstreeks van de buurtvereni
ging.
"Eigenlijk weten heel weinig mensen
wat hier gebeurt", vertelt ze. "Het is een
uniek gebouwtje. In eerste instantie wil
de ik in 1982 de verantwoordelijkheid
voor de zalen niet op me nemen. Maar ik
vond het zonde als het Wachtgebouw
voor beweging verloren zou gaan".
Vast
Wat is er dan zo uniek aan het ge
bouw? Aan de buitenkant zie je het er
niet aan af, maar binnen zijn er drie gro
te zalen met een goede dansvloer en
spiegelwanden. Hierin kunnen de cur
sisten, allen amateurs, hun eigen bewe
gingen volgen en zich meer bewust wor
den van hoe ze nou eigenlijk bewegen.
En het zal geen verbazing wekken dat
een hoop cursisten die voor het eerst ko
men aardig vast zitten in hun lichaam.
"Bij dans smeer je de gewrichten lekker
door", zegt Tilly. "Je krijgt er nieuwe
energie van. In deze maatschappij komt
het ontzettend veel op presteren aan.
Door spanningen gaat alles vast zitten.
Dans is een goede manier om de spieren
weer los te maken. Je zal de eerste niet
zijn die zegt: Til, mijn rug zit vast".
Met inderdaad een stijve rug loop ik
op donderdagavond wederom richting
Wachtgebouw. Op die avond geeft Joke
Broeke een cursus bewegingstechniek,
gerelateerd aan Afrikaanse cultuuruitin
gen. Bij Joke is net als bij Tilly en Maria
het losmaken van verschillende li
chaamsdelen erg belangrijk. "Ik richt
me in deze cursus vooral op het losma
ken van bekken, borstkas en schouders.
Ik vind het belangrijk dat Nederlanders
zich de Afrikaanse manier van bewegen
eigen maken". En met Afrika bedoelt, ze
dan de westkust, landen als Ghana en
Nigeria.
Op het ritme van live slagwerk laat Jo
ke Broeke de cursisten ritmische bewe
gingen maken, waarbij de voeten plat op
de grond moeten blijven staan. Aarden
of grounden, noemt ze dat.
In Nederland wordt Afrikaanse dans
vaak als kunstvorm gepresenteerd. In
Afrika zelf is het een onderdeel van het
dagelijks leven. Het soepel ronddraaien
van het bekken, de trotse houding en het
elegante scharnieren van de schouders
vind je vaak terug bij Afrikaanse dans
groepen. Voor ons, stijve Hollanders, is
het niet gemakkelijk aan te leren. "Maar
je ziet aan de cursisten dat ze er plezier
aan beleven en dat ze na verloop van tijd
losser worden. Ze kunnen door deze be
wegingstechniek zowel mentaal als fy
siek hun eigen kracht ontdekken", ver
telt Joke. "En ik laat ze er ook mee spe
len zodat ze op een prettige wijze de
techniek aanleren".
Flamenco
Op de zaterdagavond is het Wachtge
bouw het domein van de flamenco-dan
seressen van Wil Lambregts. Voor hem
is dans meer dan het losmaken van de
spieren of het aanleren van technieken
en mooi ogende bewegingen. Flamenco
is meer dan alleen een dans. Het is een
filosofie, een levenswijze. Ze is geba
seerd op emoties en een primair gevoel.
Oorspronkelijk is de flamenco door de
zigeuners in de 15de eeuw naar Spanje
gebracht. Doordat de zigeuners overal
hebben rondgetrokken, is de flamenco
door veel andere folklores beïnvloed.
Veel hand- en armbewegingen vinden
hun oorsprong in de Indiase cultuur;
ook de joodse cultuur is van invloed ge
weest op de flamenco.
Ook nu nog is flamenco aan verande
ring onderhevig. "Het gebeurt nooit dat
een dans op dezelfde manier wordt uit
gevoerd", vertelt Wil Lambregts. Hij is
zowel danser als gitarist, een combinatie
die bij flamenco weinig voorkomt. "Dat
biedt het voordeel dat ik precies weet
hoe er gedanst moet worden. Ik tel exact
in de juiste maat, zo moetje het leren en
niet anders".
Vijfjaar geleden begon hij les te geven
in het Wachtgebouw aan mensen van de
Spaanse faculteit die helemaal gek wa
ren van Andalusië (Zuid-Spanje) waar
de flamenco vandaan komt. Inmiddels is
hij met de groep een aantal keren naar
Andalusië geweest waar ze met open ar
men werden ontvangen door de autoch
tone bevolking.
Enthousiast vertelt hij: "Ze vinden het
natuurlijk prachtig, mensen uit Neder
land die bij hen flamenco komen dan
sen. Het is ook belangrijk dat de mensen
uit Nederland vanwege hun studie de
teksten kunnen verstaan. Ze kunnen
zich daardoor meer inleven en zich beter
uiten in de dans".
Wil Lambregts benadrukt dat in zijn
benadering van de flamenco het impro
viseren en gevoelsmatig dansen op de
eerste plaats komt. Het gaat hem er niet
om technische perfectie te bereiken. Hij
zegt hierover: "De uitstraling van de
danser of danseres is belangrijk, zo ook
de manier waarop zij zich uiten in het
ritme van de muziek. In de flamenco
draait het in feite om de zanger die
wordt geïnspireerd door de gitarist en de
sfeer van het moment. De zanger wordt
opgezweept door het ritmische klappen
en door aanmoedigende kreten. Van
daaruit krijgt de danser of danseres de
behoefte zich te uiten in dans. Dat gaat
vrij spontaan".
Show
Al staat de dans niet op de eerste
plaats bij flamenco, de meeste mensen
vinden dat toch het mooist om te zien.
Danseressen in mooie jurken en trotse
mannen in zwarte pakken waarvan de
hakken ritmisch neerkomen op de dans
vloer. Dat is het showelement van fla
menco, wat men ook terugziet in films
als Carmen.
Maar als de zanger zingt, blijft het voe
tenwerk rustig. Het wordt pas uitbundig
als de zanger zwijgt. In Ajidalusië gaat
het nog steeds op die manier terwijl in
Madrid het showelement, de theater
kant, de nadruk krijgt. Ook in de Neder
landse flamenco-wereld ligt de nadruk
vaak meer op het showelement.
Voor Wil Lambregts blijft het culture
le aspect evenwel het belangrijkst. "Die
reizen naar Spanje waren heel leuk",
zegt hij. "Dat vind ik belangrijker dan
optreden met een bepaalde choreografie
en het behalen van technische hoog
standjes. Ik sta daar niet helemaal meer
achter. Het is te strak, te weinig spon
taan".
Zijn lessen worden ondersteund door
live gitaarmuziek, wat de levendigheid
en spontaniteit ten goede komt. Naast
de dans is de gitaarmuziek een van de
elementen die flamenco populairder
heeft gemaakt in West-Europa. Wie kent
niet de namen van beroemde gitaristen
als Paco Pena en Paco de Lucia.
In elk geval heeft Wil Lambregts de
flamenco naar het Wachtgebouw ge
bracht. Hij werkt er met drie groepen
van in totaal dertig mensen. Sporadisch
komen er nieuwe mensen bij. Het hoe
ven er van hem ook niet te veel te wor
den.
De ruimte bevalt hem goed. "Er be
staat door de toenemende belangstelling
voor dans een grote behoefte aan dit
soort ruimten", zegt hij. "Wat mij betreft
zouden er nog meer mogen komen. Men
sen hebben altijd een sterke behoefte ge
had om te dansen. Want als je danst ver
geet je al je sores".
Maria, Tilly en Joke zullen dat zeker
beamen.
Moderne dans bij Tilly Huibers: "Het is een uniek gebouwtje".
Flamenco-dans bij Wil Lambregts. Foto boven: het Wachtgebouw (op de
achtergrond het Galgewater). (foto's wim Lamboo)
Maria Movement: "Dansen moetje doen en er niet over discussiëren".