'Circuit Le Mans
levensgevaarlijk'
Rugby in VS neemt grote vlucht
'Bijzondere tulp ontluikt aan Bloemenrivièra'
Leerzame trip Nederlands studententeam
Kritiek van Jan Lammers
Schaakderby onbeslist
'Met doorbraak van Eric Breukink gaat de zon weer schijnen voor wielersport'
PAGINA 16
SPORT
ZATERDAG 13 JUNI 4087
Het nationale studenten rug-
byteam toerde op uitnodiging
in mei en juni een drietal we
ken door de Verenigde Staten.
De ploeg, bestaande uit 23 stu
denten van vijf universiteiten
onder wie de Leidenaars Yves
Kummer, Huub de Veld, Fred
Gerretzen, Marcel Krau en
Jack van Zijp, speelde zes
wedstrijden aan de oostkust
van Amerika. Dat ze aan de
overkant van de grote plas in
middels naast het American
Football ook op rugbygebied
van wanten weten moesten de
Nederlandse studenten aan
den lijve ondervinden. Onze
rugbymedewerker Eric Jan
Berendsen, chef d'equipe van
de nationale ploeg, tekende
voor het navolgende verslag.
LEIDEN - De eerste kennisma
king met het Amerikaanse rugby
dateert van twee jaar geleden, toen
de Junior Eagles (Amerika onder
25 jaar) twee wedstrijden in Neder
land speelde, één tegen het natio
naal studententeam en één tegen
het Nederlands team. Beide wed
strijden werden door de Amerika
nen gewonnen. Uit de hieruit ont
stane contacten vloeide de Ameri-
ka-trip van het Nederlands studen
tenteam voort.
Wat stelt een amateursport als
rugby nu eigenlijk voor in een land
dat wordt gedomineerd door pro
fessionele sporten als Amerikaans
voetbal, basketbal en ijshockey?
Amerika telt momenteel een mil
joen rugbyspelers, verspreid over
8000 clubs en universiteiten. De
universiteiten zijn gestart met rug-
byprogramma's en goede rugby
spelers krijgen een beurs die ne
gentig procent van de studiekosten
dekt. Een school als Life College
heeft een rugbybudget van 500.000
gulden per jaar, ongeveer één mil
joen gulden.
Geflatteerd
Onwetend van dit alles speelden
de Nederlandse studenten de eer
ste wedstrijd op het Noordameri-
kaanse continent tegen de Combi
ned Services, een team bestaande
uit spelers van leger, luchtmacht,
marine en kustwacht. De wedstrijd
vond plaats op de Naval Academy
in Annapolis (Maryland) en bete
kende een goede kennismaking
met het Amerikaanse rugby. In een
temperatuur van 30 graden kwa
men de studenten via een drop-
goal met 3-0 voor, maar daarna do
mineerden de Amerikanen. Op ba
sis van een ongelooflijke conditie
en hardheid werden de studenten
naar een enigszins geflatteerde 50-
3 nederlaag gespeeld.
Niet in het minst ontmoeidgd
door de nederlaag trad Oranje twee
dagen later in het 600 kilometer
noordelijker gelegen Albany (NY)
aan tegen New England Colleges,
een studentenselectie uit Boston
en omgeving. Het grote verschil
met de eerste wedstrijd was, dat de
Amerikaanse studenten veel oner-
en dan de militairen uit
de eerste wedstrijd. Door drie sco
res van Delftenaar Peter Spaans en
een penalty-try kwamen de Neder
landers met 24-0 voor en deze voor
sprong gaven ze niet meer weg.
Een dag later waren de studen
ten in Washington, waar twee wed
strijden op het programma ston
den. Beide wedstrijden werden
midden in het centrum van de
hoofdstad gespeeld, tussen Lin
coln Memorial en Washington Mo
nument naast de Reflecting Pool,
schuin tegenover het Witte Huis.
De eerste wedstrijd was tegen Po
tomac District, een selectieteam
uit Washington en omgeving. On
danks uitstekend spel voor de rust
(10-12) dolven de studenten ruim
het onderspit door een tekort aan
De tweede wedstrijd in Washing
ton was tegen de Eastern Rugby
Union Junior Eagles. Een jong
team met de beste spelers van de
Oostkust. In deze wedstrijd waren
de weergoden de studenten gun
stig gezind, want vlak voor de wed
strijd kwamen regen en wind in de
plaats van zon en benauwdheid.
De studenten wisten de 'Holland
se' omstandigheden goed uit te
buiten en wonnnen verdiend met
14-6.
Hitte
Bij de laatste halte in Amerika,
Atlanta (GA), werden de studenten
opgevangen door Frans van Leeu
wen, een Zuidafrikaan die Athletic
Director (hoofd sport) van Life
Chiropractic College is. Life Colle
ge is rugbykampioen van de Oost
kust en derde van Amerika en was
de eerste tegenstander van de stu
denten in Atlanta.
Ondanks de hitte (32 graden) en
vochtigheidsgraad (80%) speelden
de Nederlandse studenten mis
schien wel de beste wedstrijd van
de hele trip. Life College, met eni
ge Zuidafrikanen, Australiërs en
Nieuwzeelanders wist zich aanvan
kelijk geen raad met de keihard
tackelende en goed verdedigende
Nederlanders en kon pas ver in de
tweede'helft uitlopen naar een ver
diende 29-7 overwinning.
De laatste wedstrijd die op het
programma stond was tegen het
nationale Amerikaanse studenten
team, de All American Collegians.
Een unieke wedstrijd, omdat het
de eerste keer in de geschiedenis
van het Amerikaanse rugby was
dat een nationaal studententeam
werd geselecteerd.
Helaas voor de Nederlanders
werd het de slechtste wedstrijd
van de trip. Vermoeid door de vori
ge wedstrijden en gesloopt door
het klimaat werd het een eenzijdig
duel waarin de Amerikaanse stu
denten van begin tot eind domi
neerden. Nederland slaagde er
zelfs niet in om op het scorebord te j
komen en werd naar een 38-0 ne
derlaag gespeeld. Tijdens het aan-
sluitende diner echter niets dan lof
voor de 'Dutchies' vanwege hun
open en sportieve spel.
Duidelijk werd dat de Verenigde
Staten niet langer meer geldt als
ontwikkelingsland op het gebied
van rugby. Terwijl het A-team in
Australië bij de wedstrijden om de
World Cup een prima indruk bij de
kenners achterliet, bleek ook dat
de 'onderbouw' met sprongen
vooruit gaat. Met budgetten zoals
in de States wordt gewerkt is het
slechts een kwestie van tijd (vijf a
tien jaar) en erkende grootheden
als Engeland, Wales en Frankrijk i
kunnen rekenen op geduchte con
currentie. De stijl van spelen van
de Yanks doet vooral denken aan
de wijze waarop de absolute groot
machten als Australië en Nieuw-
Zeeland het spel beoefenen. Kei
hard, snel en op basis van een fan
tastische conditie.
LE MANS (GPD) - Jan Lammers heeft aan de vooravond van de 55e editie van de even
beroemde als beruchte '24 uur van Le Mans' uitgehaald naar de organisatoren van de
race. De 31-jarige Zandvoortse coureur, die tot de favorieten wordt gerekend voor de
overwinning, leverde onder meer in een interview voor de Franse radio felle kritiek op
het circuit, dat in zijn ogen erg onveilig is.
Lammers: „Het is een belachelijke
zaak. De organisatie doet het mini
male om de rijders tevreden te stel
len, terwyl ze ons maximale veilig
heid moet garanderen. Men maakt
hier misbruik van het enthousias-
- me van de teams en de coureurs".
Lammers heeft met name kritiek
op de drukte in de smalle pits-
straat, die de vergelijking met de
Amsterdamse Kalverstraat op een
zaterdagmiddag moeiteloos kan
doorstaan. Binnenkomende en/of
vertrekkende bolides hebben de
grootste moeite om belangstellen
den niet voor de sokken te rijden.
Lammers' grootste zorg betreft
echter het lange rechte stuk. „De
vangrails zijn daar van ondeugde
lijke kwaliteit. Het zijn slappe din
gen, waar je zo doorheen knalt met
je auto, als je van de baan raakt. Ze
moeten de vangrails verhogen en
tevens met beton verankeren in de
grond. Achter de vangrails zouden
ze bovendien hekken moeten neer
zetten. De situatie is erg gevaarlijk.
Ik zal al met al blij zijn als het zon
dagmiddag vier uur is. Ik heb leren
leven met angst en kruip zonder
probleem achter het stuur, maar op
Le Mans gaat het allemaal wel erg
ver", aldus Lammers. De ex-for-
mule-1-coureur heeft niet overwo
gen om zich af te melden voor de
start. „Dat doe je niet zo gemakke
lijk. Racen is nu eenmaal mijn vak.
Bovendien telt de wedstrijd mee
vopr het wereldkampioenschap".
Het zes kilometer lange rechte
eind is een berucht stukje asfalt op
het circuit van Le Mans. Er hebben
in het verleden al vele dodelijke
ongelukken plaatsgevonden. De
Oostenrijker Jo Gartner liet er vo
rig jaar als laatste het leven. De
wrakstukken van zijn wagen lagen
over een afstand van zeshonderd
meter verspreid.
Op het laatste stuk bij Mulsanne
bereiken de wagens, die circa 750
pk onder de motorkap meevoeren,
schrikbarend hoge snelheden. De
turbo aangedreven Peugeot van
Roger Dorchy was de afgelopen
dagen in de trainingen onbetwiste
koploper met 393 kilometer per
uur. De Jaguar van Lammers bleef
daar 40 kilometer bij achter.
Lammers staat niet alleen in zijn
kritiek. Zijn teamgenoot John Wat-
.son denkt niet veel anders over het
hachelijke avontuur op Le Mans.
„Eigenlijk moet deze baan net zo
streng gekeurd worden als de
Grand Prix-circuits. Onze wagens
zijn even snel als formule-1-boli-
des. Le Mans voldoet volstrekt niet
aan de veiligheidseisen. Gevaarlijk
is ook, dat de topsnelheden onder
ling ver uit elkaar liggen. Op het
rechte eind ga ik 80 kilometer har
der dan sommige anderen".
John Watson (41), die vijf formu
le-1-overwinningen op zijn
heeft staan, vormt dit seizoe
succesvol koppel met Jan Lam
mers. De Noordierse-Nederlandse
combinatie gaat na overwinningen
in Jarama en Monza en een tweede
plaats in Silverstone aan de leiding
in het wereldkampioenschap voor
Prototypes. Lammers en Watson
besturen de tweede Jaguar. Eddy
Cheever en Raoel Bousel vormen
het andere, vaste paar in het Britse
team. Speciaal voor Le Mans is een
derde auto ingezet met Martin
Brundle en John Nielsen.
Jaguar is er alles aan gelegen om
na dertig jaar weer te winnen op Le
Mans. Het team, dat werkt met een
jaar-budget van 17 miljoen gulden,
heeft speciale wagens laten bou
wen voor deze race. In het land van
Thatcher is men kennelijk com
pleet overstuur geraakt door de
vooruitzichten op een Britse zege
John Watson bestuurt in gezelschap van Jan Lammers de Porsche in Le Mans.
De uitslag van de 21e etappe van de Ron
de van Italië is: 1. Robert Millar (GBr) 248
km in 7.22.01 (gem. 34,206 km/u, 20 sec. bo
nificatie), 2. Stephen Roche (Ier) op 3 sec. j
(15 sec.), 3. Marino Lejarreta (Spa) op 7 sec.
(10 sec.), 4. Flavio Giupponi (Ita) op 2 min.
3 sqp. (5 sec.), 5. Eric Breukink (Ned) op
2.09, 6. Eddy Schepers (Bel) op 2.21, 7.
Claudio Savini (Ita) op 2.59, 8. Maurizio
6.23, 41. Jean Habets op 11.52, 45. Hennie
Kuiper op 14.21,58. Theo de Rooy op 17.38,
63. Henk Lubberding op 21.44, 92. Rob
Kleinsman op 37.52,106. Martin Schalkers,
John Talen zelfde tijd, 134. en laatste Dan te
Morandi (Ita) op 44.13.
Niet gestart: Marco Zen en Giuseppe Ma-
Roche (Ier) 104 iL_ VU
2. Robert Millar (GBr) op 1 min. 27 sec., 3.
Eric Breukink (Ned) op 2.54, 4. Marino Le
jarreta (Spa) op 2.55, 5. Flavio Giupponi
(Ita) op 5.13, 6. Marco Giovanetti (Ita) op
8.00., 7. Peter Winnen (Ned) op 9.40, 8. Ro
berto Visentini (Ita) op 9.59, 9. Phil Ander
son (Aus) op 10.11,10. Johan van der Velde
(Ned) op 10.30, 47. Kuiper op 1 uur 17 mi
nuten en 39 seconden, 62. Habets op
1.39.40, 70. Lubberding op 1.52.33, 94.
Kleinsman op 2.31.56, 102. Schalkers op
2.48.50,108. De Rooy op 3.01.48,112. Talen
op 3.06.17, 121. Lammerts op 3.22.41, 129.
Lammertink op 3.38.06,134. en laatste Dan
te Morandi (Ita) op 4.16.29.
op het Europese continent, want
op zijn minst 30.000 Engelsen heb
ben dezer dagen van Le Mans een
nieuwe kroonkolonie gemaakt.
De concurrentie voor de Britten
komt hoofdzakeljk van de fa-
brieks-Porsches, die de afgelopen
vijf jaar de lange-afstandsracerij
hebben beheerst. Bob Wollek was
de snelste in de training. „Maar dat
verwondert me niks. De Porsches
zijn dit seizoen in de trainingen
steeds het snelst geweest, omdat ze
'gebruik maken van speciale kwali
ficatie-motoren. In de races zijn we
hen echter steeds de baas gebleven
en daar gaat het uiteindelijk om",
aldus Jan Lammers, die vandaag
voor de derde keer deelneemt aan
de '24 uur'. In 1983 werd hij achtste
Danaïden op drempel overgangsklasse
LEIDEN - De Danaïden staat op de drempel van de
overgangsklasse. Donderdag won de Leidse korf
balvereniging met 11-9 van Sportlust uit Eindho
ven, waardoor een overwinning op Rohda uit West-
zaan, morgenmiddag op het veld van JUKO in
Nieuwegein, voldoende is voor promotie uit de eer
ste klasse.
Het begon niet best voor de Leidse ploeg. Bijna
te laat op het veld van PKC in Papendrecht aange
komen maakte Heiko Lochen weliswaar het eerste
punt van de wedstrijd, maar daarna keek De Danaï
den lange tijd tegen een achterstand aan. Dankzij
twee treffers van Eric Kromhout en Enrico Mud
bleven de Leidenaren wel in de wedstrijd. Vlak
voor rust bracht Frans Brand De Danaïden zelfs op
voorsprong: 6-5.
Daarna nam ook Monique Slingerland twee pun
ten voor haar rekening, afgewisseld door treffers
van Mud en Eric Peters. Sportlust stelde daar te
weinig tegenover om De Danaïden te verontrusten.
Toen Lochen het laatste Leidse punt had gespoord
zetten de Eindhovenaren nog een eindsprint in,
maar meer dan een 11-9 nederlaag leverde dat hen
niet op.
en in 1984 kon hij al na één minuut
naar de kant na een botsing met
Jacky Ickx. Deze keer heeft de
Zandvoorter heel wat betere kan-
De grootste concurrentie komt
uit zijn eigen stal. Cheever en
Brundle waren in de training een
fractie van een seconde sneller.
„Daar baalde ik wel van. Ik heb de
hele week het tempo aangegeven,
maar in de laatste vijf minuten wa
ren zij net iets sneller. Dat dankten
Cheever en Brundle aan het ge
bruik van kwalifïcaTiebanden. Die
had ik er ook even op zitten, maar
juist toen ik een snelle ronde wilde
draaien, werd ik door een langza
mere auto opgehouden. Een trai-
ningstijd zegt natuurlijk niet zo
veel voor een race over 24 uur,
maar het was toch aardig voor me
geweest als ik van de drie Jaguars
het meest vooraan had gestaan".
Mocht Lammers winnen, dan is
hij niet de eerste Nederlander die
na 24 uur hardrijden op het hoog
ste podium plaatsneemt. Gijs van
Lennep (in 1971 met Helmut Mar-
ko en in 1976 met Jacky Ickx) ging
zijn Zandvoortse opvolger al twee
maal eerder voor. Van Lennep is
zelfs nog steeds houder van een re
cord op Le Mans. Zestien jaar gele
den legde hij in 24 uur 5300 kilome
ter af en dat aantal is j
troffen.
HILVERSUM (ANP) - Na vier ron
den m de strijd om de nationale
schaaktitel is alleen Liafbern Rie-
mersma een vreemdeling aan de
top tussen de vier grootmeesters.
De negentien-jarige Blaricummer
won gedecideerd van de onderaan-
staande Helmut Cardon en deelt
daardoor de tweede plaats met
Genna Sosonko, die vlot remiseer
de met Paul van der Sterren. Bei
den hebben drie punten, een half
punt minder dan Jan Timman, die
van Jeroen Vanheste won en zijn
afgebroken partij uit de tweede
ronde tegen Rini Kuijf zonder ver
der spelen remise gaf. Riemersma
staat morgen in de vijfde ronde -
zaterdag kunnen de deelnemers
een dagje bijkomen - voor een
krachtproef. Hij moet dan met
zwart tegen Timman optornen.
Hoewel Riemersma dan zijn twin
tigste veijaardag viert, mag hij niet
op een goedgeefse bui van Tim
man hopen.
Hans Ree en Paul Boersma won
nen voor de eerste keer in dit toer
nooi. Ree, tot nog toe onopvallend
met drie rustige remises, rekende
genadeloos af met de zwak tegen
spel biedende Gert PieterSe.
Boersma trof collega-schaakjour
nalist en stadgenoot (beiden wo
nen in Groningen) Gert Ligterink
in een vrijgevige bui in het aange
nomen Slavisch. Een vroegtijdig
pionoffer van Ligterink was meer
een weggevertje. Ook in het ver
volg speelde Ligterink beneden
zijn kunnen. Juist voor de tijdcon-
trole liep hij in een matnet. John
van der Wiel kondigde een dag te
voren, nog een wraakactie aan te
gen Rini Kuijf. Hij leed immers on
langs tijdens het zonetoemooi in
Budel een nederlaag tegen de man
uit Boskoop. In een Siciliaan was
er echter weinig van bloeddorstig
spel bij Van der Wiel te bespeuren.
Na 23 zetten was het ook hier remi-
vierde ronde:
Jeroen Vanheste - Jan. Timman 0-1, Liaf
bern Riemersma - Helmut Cardon 1-0,
John van der Wiel - Rini Kuijf 1/2-1/2, Gen-
na Sosonko - Paul van der Sterren 1/2-1/2,
Gert Ligterink - Paul Boersma 0-1, Hans
Ree - Gert Pièterse 1-0.
Van der Wiel en Ree 2 1/2, 6.
Vanheste en Kuijf 2, 8. Ligterink, Van der
MADESIMO (GPD) - Anderhalf jaar lang wist Peter Post
niet precies wat hij aan moest met Eric Breukink. Het was
bekend dat hij kon tijdrijden en vorig jaar in Zwitserland
bleek hij ook bergop redelijk zijn mannetje te kunnen
staan, maar pas tijdens de Ronde van Italië kreeg de lange
Amstelvener het antwoord. „We zijn nu pas tot ontdekking
gekomen dat hij een ronderenner is", meldt hij trots. Op
enige meters afstand zit de 23-jarige Breukink op een roze
bankstel. „In stijl", glundert public relations-man Fred de
Bruyne.
Nieuwe talenten worden als kas- „Breukink heeft uitstekend stand
plantjes behandeld: zeer voorzich- gehouden, maar Talen is misschien
tig. Zeker als het klassementsren
ners zijn, want die behoren in wie-
lerland tot het zeldzaamste soort.
„Een bijzondere tulp ontluikt aan
de Bloemenrivièra", bezong een
Italiaanse sportkrant Breukink
toen hij tussen San Remo en San
Romolo, waar een kleurrijk mo-
zaiek van snijbloemen de kust
strook van de Middellandse Zee
versierde, een korte etappe won en
de roze trui veroverde. Post besefte
echter gaandeweg dat de waarde
van de Gelderlander niet zo ver
gankelijk zal zijn als een bloem.
Zijn schitterende optreden in de
Giro is een eerste aanzet tot een
grootse carriere. En omdat in de
schaduw van Breukink ook John
Talen (John Beton voor zijn ploeg
maats) tot ontplooiing kwam,
wel de grootste openbaring a
ze Giro. Iedereen zegt dat hij een
van de beteren is die de laatste ja
ren van de amateurs is overgeko
men. Ook van andere ploegleiders
hoor ik dat. Z'n werk valt niet op
voor de buitenstaanders, maar hij
doet het zo overtuigend en zelfver
zekerd, dat wie er met zijn neus bo
venop zit er bewondering voor
heeft. Het heeft er voor de Neder
landse wielersport lang somber
uitgezien, maar het zonnetje breekt
weer door met Taten en Breu
kink", beweert Post en zelfgenoeg
zaam zakt de grootmeester onder
de ploegleiders terug in zijn witle
deren zetel.
Dergelijke complimenten maakt
de twee beloften van de Neder
landse wielersport bijna verlegen.
Vincent laaiend enthousiast, ger, i
wordt nooit uitbundig.
De Italiaanse jubel, die drie weken
over hem is uitgestort, heeft dat
niet kunnen veranderen. Hij blijft
wie hij is. Een beschaafde jongen
van goede kom-af. Hij spreekt keu
rig Nederlands, altijd zeer bedacht-
Vader Wim Breukink was direc
teur van de fietsenfabriek Gazelle
in Dieren en was in een grijs verle
den de sponsor van een grootse
wielerploeg met onder anderen Pe
ter Post. Actief als wielrenner was
Wim Breukink niet. Wel als tennis
ser. Hij bracht het tot de nationale
top tien en was non-playing cap
tain van het Nederlands Daviscup-
team met de Vliegende Hollander
Tom Okker. Maar tennis lag Eric,
de jongste van vier kinderen niet.
Hij zag meer in ruwere sporten.
Eerst voetbal; verdediger bij Die-
rense Boys. Tot hij op zijn zeven
tiende via een vriend in aanraking
kwam met de wielersport. „Het
ging spelenderwijs", weet hij. Dat
hij niet met wielrennen is begon
nen, omdat hij fietsen moest testen
die uit de fabriek van zijn vader
kwamen, heeft ie al honderd keer
aan buitenlandse journalisten
moeten vertellen. Hij doet het nog
altijd met een glimlach.
Kruiwagen
Maar dat zijn afkomst wel dege
lijk een rol heeft gespeeld in de
ontwikkeling van zijn carriere
staat als een paal boven water. Ga
zelle is een kruiwagen geweest, die
hem moeiteloos binnenreed bij de
grootste ploegen. Bij de amateurs
was de keus helemaal niet moei
lijk. De formatie die het bedrijf van
zijn vader er op na hield kon niet
om hem heen, toen bij de junioren
was gebleken dat hij echt aanleg
had. Hij was gewoonweg veroor
deeld tot die formatie. Toen later
de ploegleider van de amateurfor
matie, Ben van Erp, zichzelf over
schatte en met veel tam tam een
profploeg op de been bracht, wist
Eric Breukink ook dat zijn entree
in het peloton van de beroepsren
ners in elk geval via de Skala-Ga-
zelle ploeg zou lopen. In september
1985 was dat. Het contract werd
een maand later ontbonden, toen
de jonge Nederlandse ploeg
strandde, vervolgens fuseerde en
ineens uit 25 renners bestond.
„Toen zag ik de bui al hangen",
vertelt de 23-jarige Breukink. „Er
waren veel te veel renners en ze
zouden een klein programma
doen. Het betekende dat ik weinig
wedstrijden zou kunnen rijden. En
dat is juist ongunstig vóór een eer
stejaars beroepsrenner. Je moet zo
veel mogelijk ervaring zien op te
doen". En een ding stond toen al
vast voor Eric Breukink: hij wilde
alles opzij zetten om te ontdekken
of hij kans van slagen had een goe
de beroepsrenner te worden.
„Ik heb het atheneum gedaan en
daarna nog anderhalf jaar heao.
Niet afgemaakt, dus. Tegen de zin
van mijn vader, die vond dat ik dat
risico niet moest nemen om mijn
opleiding er aan te geven". Toen
Wim Breukink echter merkte dat
de beslissing van zijn benjamin-
niet te keren viel, sprong hij voor
hem in de bres. Hij belde zijn goe
de vriend Peter Post, legde de si
tuatie uit en bracht hem zo onder
dak.
Het was een vriendendienst van
Post, een relatiegeschenk. Want
grote resultaten kon Eric Breukink
niet overleggen. Behalye dan dat
hij als amateur geen tijdrit verloor,
en van tijdrijders is Post altijd ge
charmeerd geweest. Maar dat zich
een klassementsrenner aandiende,
was toen nog niet te voorzien. De
Vredeskoers met de nationale
ploeg was in 1985 geen succes ge
weest. „Ik ben er ziek geworden",
herinnert hij zich. Zijn eerste meer
daagse wedstrijd bij de profs, de
Tour de l'Avenir, was al evenmin
een hoogstandje. „Ik had nog nooit
een berg gezien", meldt hij veront
schuldigend. Al met al geen basis
om een renner aan te trekken, ze
ker niet als de ploeg al compleet is
zoals bij Post het geval was.
Rampjaar
Onder de vingers van de Panaso-
nic-baas kwam er bij Breukink
toch meer uit dan menigeen van
hem verwachtte. Uitgerekend het
rampjaar van de wereldploeg
speelde hem in de kaart. Peter
Post, die altijd zegt met jonge ren
ners zeer voorzichtig om te sprin
gen, moest dat principe wat laten
varen toen de equipe door ziekte
en blessures uitgedund werd.
Breukink moest de Ronde van Ita
lië en aansluitend de Ronde van
Zwitserland rijden. Vijf koerswe-
ken achtereen. Zwaar, te zwaar zou
vooraf de opvatting zijn geweest.
Het tegendeel bleek, want in plaats
van slechter ging hij met de dag be
ter fietsen. Post: „Eigenlijk herken
je daar dë echte klassementsrenner
aan. Die groeien in een wedstrijd".
Breukink: „In Italië ging het
toen niet goed. Dat viel zwaar te
gen. Ik dacht dat ik redelijk bergop
ging, maar ik kon net in de mid
denmoot naar boven rijden. In
Zwitserland ging het ineens een
stuk beter. Het is voor een groot
stuk zelfvertrouwen, dat moet een
beetje groeien. Een echte klimmer
ben ik niet en zal ik ook nooit wor
den. Alles moet op de macht ge
beuren. Tempoversnellingen kan
ik niet volgen, hoewel het me in de
rit naar Madesimo is meegevallen.
Alleen de pure klimmers als Millar
en Lejaretta kunnen zo hard de
marreren dat ze meteen een gat
hebben en dan stand houden. Dat
zal mij niet gemakkelijk lukken.
Een tempo rijden wel. Daarom
gaat het in de tijdritten vaak goed.
Ik voel goed aan waar mijn plafond
ligt en daar kan ik constant tegen
aan rijden".