De Cajuns verliezen hun schaamtegevoel Frans bewustzijn breekt langzaam maar zeker door in arm Louisiana ZATERDAG 6 JUNI 1987 EXTRA PAGINA 33 Twee eeuwen geleden kwamen de Cajuns na een lange en barre tocht aan in Louisiana. Als Franse immigranten door de Engelsen verdreven uit het noorden van Amerika bouwden ze een nieuw bestaan op aan de andere kant van de Verenigde Staten. Van hun geheel eigen cultuur is in de loop der decennia weinig meer overgebleven, ondanks pogingen van hogerhand om die Franstalige cultuur nieuw leven in te blazen. Alleen de Cajun-muziek weerklinkt nog veelvuldig en mag zich zelfs met de belangstelling van een aantal popmusici in een grotere populariteit verheugen. Het café-restaurant Mulate's: de bakermat van de Cajun-muziek. Naar verluidt komen toeristen naar New Orleans alleen maar met het vliegtuig, omdat er in de wijde om trek verder niets te beleven valt. Louisiana, een arme staat met het hoogste werkloosheidscijfer van de Verenigde Staten, heeft inderdaad geen toeristische eer op te houden. Toch- wagen vooral Frans spreken de toeristen zich weieens buiten de stadsgrenzen van New Orleans. door Bart Jungmann De Interstate 10, een verkeersader van oost naar west, is bij dit uitstapje door onmetelijk vlak land al een belevenis op zich. Deze drassige streek - de Mississip pi en Golf van Mexico winnen langzaam stukjes van Louisiana terug - noodzaak te tot een soort Deltaplan. Een vier- baansweg op betonnen palen met fraai uitzicht op de moerassen voert via Baton Rouge naar Lafayette. Plaatsnamen die het enthousiasme van de Franse toerist waarschijnlijk alleen maar zullen aan wakkeren. De naam van markies Marie Joseph de la Fayette kom je veel tegen in Amerika. Niet voor niets, want als luitenant hielp hij de Amerikanen twee eeuwen geleden de Britse overheerser het land uit te werken. Zijn achternaam werd vervol gens in veel Amerikaanse staten ge bruikt om woongemeenschappen te be noemen, maar nergens klinkt het zo fVans als in Louisiana. On est fier de parler francais, zo luidt het parool. Acadiana, de streek waarvan Lafayette de hoofdstad is, houdt vast aan haar wortels. Men zegt er trots op te zijn Frans te spreken. Waar New Orleans met zijn beroemde French Quarter (het centrum waar in praktisch ieder café jazz en dixieland weerklinkt) oppervlak kig lonkt naar de toeristische industrie, daar klinkt het in Acadiana veel oprech ter. Alleen wordt die trots door een steeds kleiner deel van de bewoners gekoes terd. De geheel eigen cultuur die de Franse immigranten sinds het begin van de achttiende eeuw opbouwden, is lang zamerhand verloren gegaan in de smelt kroes van de Amerikaanse samenleving. De taal, een anglicistische verbastering van het Frans, dreigt te verdwijnen. De Cajun-muziek handhaaft zich als enige, groeit zelfs in populariteit. Onvrijwillig aan gevolg geven zou tevens het opge ven van hun rooms-katholieke geloof betekenen. Nadat Frankrijk en Enge land elkaar het nieuwe land opnieuw hadden betwist, leidde dat tot verban ning van de Cajuns. Met boten trokken ze zuidwaarts langs de kust en stuitten onderweg vrijwel overal op Engelse weerstand tegen even tuele vestiging. Families werden daarbij uiteen gerukt. De meesten konden hun reis pas beëindigen in het nog nauwe lijks bevolkte Louisiana. Gescheiden Deze tragedie werd door Henry Wads- worth Longfellow verwoord in zijn ge dicht Evangeline. Daarin wordt het ver haal verteld van Emmeline en Gabriel, twee ernstig geliefden. Vanwege haar engelachtige inborst kreeg Emmeline la Biche van Longfellow de naam Evange line opgeprikt (een standbeeld van haar is te vinden in het plaatsje St. Martinsvil le). Door de overhaaste vlucht uit Nova Scotia werd het liefdespaar gescheiden. Evangeline wachtte in het zuiden van Amerika tevergeefs op haar Gabriel. Ze zag hem pas weer terug toen ze als ver pleegster bij de Amerikaanse onafhan kelijkheidsoorlog betrokkey raakte en hij als soldaat in haar handen stierf. Een waar gebeurd verhaal dat volgens Grace Broussard van Longfellow echter een dichterlijke wending kreeg: "Ik heb van mijn tante een andere versie ge hoord. Daarin reist Emmeline naar Mas- sachussets en Gabriel naar Louisiana. Als vrijgezel wacht hij jaren op haar komst, trouwt uiteindelijk met een an der en juist dan duikt Emmeline plotse ling op". De meeste vluchtelingen belandden dus net als Gabriel aan de zuidelijke oe ver van de Mississippi. Ze vestigden zich bij de vele bayous (het Indiaanse woord voor stilstaand water), stichtten gemeen schappen en leefden van visserij en landbouw in een vrijwillig gekozen iso lement. In de loop der jaren kregen ze gezelschap van nieuwe Franse emigran ten en van franstalige Creolen die uit de Caraïben kwamen. De Indianen in dit gebied waren geen partij voor de Fransen en voorzover ze niet werden gedood, kon er wel handel mee worden gedreven. Anderstaligen (Duitsers en Engelsen) vormden aparte gemeenschappen. Er was ruimte genoeg en de vestigingen waren zo verspreid dat r tot botsingen hoefde te ko- Jacques Henry: "Er is beslist iets ten goede veranderd". Olie Dat veranderde met de vondst van olie en aardgas in Louisiana en de daarmee gepaard gaande industrialisatie. Ameri kaanse maatschappijen deden hun intre de. Het saamhorigheidsgevoel onder Ca juns was zo slecht ontwikkeld dat ze zich totaal niet verzetten tegen de onver mijdelijke invloeden van buitenaf. Geen vergelijking met Quebec, de Canadese provincie waar de Franse taal tot de dag van vandaag fier wordt uitgesproken. In Acadiana lag dat totaal anders. De Cajuns schaamden zich voor hun eigen cultuur, wilden niets liever dan zo snel mogelijk amerikaniseren. Ouders deden geen enkele moeite om hun kinderen iets van hun eigen waarden mee te ge ven. Wie zich als een Cajun gedroeg, brandmerkte zichzelf als iemand van een lagere orde. "Het werd je vroeger als kind verbo den Frans te spreken", herinnert Mary Thibaudeau zich. Dat werd nog ver sterkt door de buitenwereld die smalend van Cajuns sprak, een scheldwoord dat later tot geuzenaam werd verheven. Alleen hun muziek lieten de Cajuns zich niet afpakken, al onderging het ook onmiskenbaar invloeden van buitenaf. Maar die gastvrijheid typeert de Cajuns. Althans, dat vinden ze zelf. Oorspronke lijk begeleidden de Fransen hun balla des op viool en gitaar. In 1880 voegden Duitsers daar de accordeon aan toe. Het tijdperk van de big band ging evenmin ongemerkt voorbij en de laatste jaren blijkt de Cajun-muziek ook goed te com bineren met pop. Tot de jaren zestig leek deze muziekvorm op weg een souvenir te worden van een afstervende cultuur.' De provinciale politicus James Do- mengeaux mag persoonlijk verantwoor delijk worden gesteld voor een kente ring daarin. Door adequate wetgeving slaagde hij er in weer plaats te maken voor de franstalige cultuur. Domen- geaux gaf de aanzet tot de oprichting van Codofil, een orgaan van de provincie dat al bijna twintig jaar bewoners van Louisiana oproept trots te zijn op de ei gen taal. Jonge mensen Jacques Henry vertegenwoordigt de Conseil pour le Développement du Fran cais en Louisiane. Aanvankelijk in en thousiaste bewoordingen, later in het ge sprek wordt zijn geestdrift aanzienlijk getemperd. "Vanuit de gedachte dat Frans thuis nauwelijks meer wordt ge sproken, is vanaf het begin ons eerste Het standbeeld van Evangeline, symbool voor de tragische geschiedenis Van de CajunS. (foto's Bart Junpnannl i geweest de taal op school te onderwijzen. Wat we nodig hebben zijn jonge mensen die op elementair niveau Frans onderwijzen. We hebben daarvoor steun gevraagd van Quebec, Frankrijk en België en ook gekregen. Onderwij zers zijn overgekomen om hier les te ge- Twee problemen dienden zich daarbij eigenlijk al op voorhand aan. Het Frans van de Cajuns wijkt af van zowel de oor spronkelijke taal als van het Frans in Quebec. Henry geeft een paar voorbeel den: "De Cajuns zeggen fxn-semaine, ter wijl de Fransen spreken over weekend. Heel gek eigenlijk, want dat betekent dus dat ze in het moederland minder consequent zijn. Een ander voorbeeld: een inwoner van Lafayette zegt Je reste a Lafayette, terwijl een Fransman J'habite a Lafayette zou zeggen". Tweede probleem: het Cajun-Frans is vrijwel niet in regels te vangen omdat het het een gesproken taal is en geen ge schreven ,taal. Niettemin beweert de Fransman Jacques Henry: "Na twintig jaar Codofil is er beslist iets ten goede veranderd. Ik heb dat zelf heel sterk ge merkt toen ik hier in de jaren zeventig als toerist voor het eerst was. Ik werd onmiddellijk als Fransman herkend en niemand wilde ook maar een poging doen in het Frans met me praten. Vijf jaar later keerde ik terug om me bij Co dofil aan te sluiten en die houding was compleet veranderd. Dat schaamtege voel was grotendeels verdwenen en had plaats gemaakt voor een gevoel van ei genwaarde. Dat is voor een deel te dan ken aan Codofil. Het idee dat je het ook als Cajun kan maken is sterk gegroeid". Niet tweetalig Met die uitspraak heeft Henry's positi visme een hoogtepunt bereikt, daarna krijgt zijn verhaal een toon in mineur. "We zqn niet zo succesvol geweest als ons twintig jaar geleden voor ogen stond. We hebben bijvoorbeeld niet be reikt dat Louisiana een tweetalige staat is geworden. Volgens my is dat de schuld van het onderwijssysteem in Louisiana dat door en door verrot is. Het heeft in heel Amerika een slechte naam en dat is niet ten onrechte". "Dat slechte onderwijs is een belang rijke reden voor ons geringe succes. De ouders zien niets in school. Door de plot selinge opkomst van de oliebusiness een paar decennia geleden is er zo'n houding van: we hebben de school niet nodig, die is van ondergeschikt belang". "Een andere oorzaak is dat de genera tie die dan wel Frans spreekt aan het uit sterven is. Juist deze mensen proberen we te bereiken. Maar dat is lastig, want het was ook juist die generatie die ge wend was haar eigen cultuur te verber gen". "Kortom, we zitten in een moeilijk parket en dat geldt beslist niet alleen voor Codofil. De Cajuns moeten besef fen dat ze zelf de cultuur moeten doorge ven. Codofil wordt beschouwd als een soort schatbewaarder. Leuk voor Mardi Gras (het carnaval in Louisiana) en de viering van Bastille Day. Maar alleen daarmee houd je een cultuur natuurlijk niet levend. Een cultuur moet van de mensen zelf zijn. Maar er bestaat een merkwaardig soort vertrouwen dat het allemaal wel losloopt. Dat de cultuur zich wel handhaaft, zoals de cultuur zich altijd tegen de stroom in heeft gehand haafd. Maar ik ben niet zo optimistisch. Ik bedoel: Mulate's zal altijd blijven be staan, maar voor de rest is een cultuur natuurlijk niet voor musea bedoeld". Bakermat Met Mulate's doelt Jacques Henry op de bakermat van de Cajun-muziek. Een in heel Amerika bekend restaurant waar zeewolf en rivierkreeft de lokale lokker tjes op de menukaart zijn en waar elke avond wordt gemusiceerd. Cajun-mu ziek uiteraard. Het ligt even buiten Lafayette en wekt de indruk vooral door de toeristische in dustrie in leven te worden gehouden. De romantische wandschilderingen die ver tellen over het leven als Cajun in vroeger dagen bevestigen die indruk. Maar Jac ques Henry ontkent het met grote stel ligheid en Abigail Kerne doet dat nog stelliger. Logisch, want als publiciteitsmede- werkster behartigt zij de belangen van Mulate's. "Natuurlijk komen hier toeris ten", zegt ze, "maar er komen net zoveel mensen uit deze omgeving. Cajuns zijn niet zo moeilyk. Ze zijn gastvrij van aard". Dat laatste hebben we eerder ge hoord. Traditie Mulate's (spreek uit: Mjulatsheeft een traditie van vijftig jaar latsse les bons temps rouler, zoals het Amerikaanse let the good times roll hier heet. Het café restaurant houdt daarmee bovendien een andere traditie in-ere: Cajun-families kwamen vroeger in het weekeinde bij "Er was hier laatst een Fransman", be gint Grace Broussard over haar ervarin gen met één van de vele toeristen uit het moederland, "die sprak geen woord En gels en dacht in Acadiana wel met zijn Frans uit de voeten te kunnen. Geen mens die hem kon verstaan". Ook Grace Broussard niet, hoewel zelf een rasechte Cajun zoals de bewoners van Acadiana worden genoemd. Wie het telefoonboek van Lafayette doorbladert komt haar achternaam even vaak tegen als Ouwe hand in Katwijk. - In New Iberia, veertig kilometer van Lafayette, is zelfs een Broussard-huis te vinden. Twee eeuwen geleden gebouwd door Armand Broussard met behulp van cyprushout, modder en mos en naar het- voorbeeld van zijn vroegere huis in het Canadese New Foundland. Het huis kan model staan voor de ont staansgeschiedenis van de Cajun-cul tuur in de Verenigde Staten. De eerste bewoners kwamen namelijk allerminst vrijwillig naar Louisiana. Oorspronke lijk afkomstig uit Noord-Frankrijk, ves tigden ze zich aan het begin van de ze ventiende eeuw in het noorden van Amerika en het zuiden van Canada. Toen het koloniale bewind een eeuw later in Engelse handen overging, kwa men hun gemeenschappen aan de Atlan tische kust ernstig in gevaar. Zeker na hun weigering om een eed van trouw aan de Britse kroon af te leggen. Daar Het huis van Armand Broussard, opgetrokken uit modder, mos en cyprus hout. De sompige moerasgebieden van Louisiana. een om op z'n Cajuns te musiceren en te dansen. Dat gebeurde meestal gewoon bij een gezin thuis en heette fais do do. De kinderen werden namelijk altijd meegenomen en in een belendende ka mer te slapen (fait dormir) gelegd. Mula te's is nu het vaste trefpunt geworden. Dat de muziek vooral voor de lol wordt gemaakt, zoals Kerne beweert, wordt bewezen bij het optreden van Hector Duhon en Octa Clarke, twee vas te klanten van Mulate's. Al een halve eeuw samen musicerend en behorend tot de bekendste muzikanten in dit gen re. Bij de eerste klanken stroomt de dansvloer spontaan vol. Duhon zingt met scherpe stem een voor het buiten lands oor vrijwel onnavolgbaar Frans. Uniek De muziek is even moeilijk te om schrijven. De county western-in vloed is heel duidelijk, maar ook een verwantschap met oorspronkelijke volksmuziek uit bijvoorbeeld" Bretagne is hoorbaar. Kerne: "Het is een stukje Franse cultuur uit de zestiende eeuw dat in eigen land bijna verloren is gegaan. Dat maakt het zo bijzonder en uniek". Overigens zijn niet alle liedjes in het Frans gezongen. "De liedjes met een En gelse tekst zijn gemaakt toen de eigen taal in het verdomhoekje zat", aldus Kerne. Daarom ook is het voor mensen als Clarke en Duhon een verwarrend tijdperk. Abigail Kerne bevestigt in dat verband het verhaal dat Jacques Henry eerder had afgestoken. "De daarop vol gende generatie, waartoe ik zelf ook be hoor, heeft zich heel lang geschaamd. We schaamden ons voor onze ouders en hun muziek. Zij hebben min of meer van ons geleerd hun eigen afkomst te verloo chenen. En nu zijn we opeens heel erg geïnteresseerd, willen we dat ze in het openbaar optreden en dat onze kinderen iets oppikken van hun cultuur". Kerne is dus behoorlijk optimistisch over de toekomst, maar Jacques Henry zit nog altijd in de put. "Het is geen kwestie van optimisme of pessimisme", relativeert hij zelf die indruk. "Het is een vaststelling van het feit dat de belang stelling er niet is". Wel voor de muziek, niet voor de rest. "Van de driehonderd duizend Cajuns die Frans kunnen spre ken zijn er misschien dertigduizend die het daadwerkelijk doen. Het besef van het eigene datje bijvoorbeeld heel sterk bij negers aantreft, ontbreekt ten enen male". En wat er niet is, moetje volgens hem ook niet kunstmatig opwekken. "We moeten er niet een soort Cajun-land van maken", trekt hij de vergelijking met de wereldberoemde pretparken van Walt Disney. Cajuns kijken Het gebeurt volgens hem toch al te vaak dat toeristen zich by Codofil mel den met de vraag: waar kunnen we Ca juns kyken? Het beeld van een franstali ge zonderling die zich heeft verstopt in de moerasgebieden van Louisiana is nog wijd verbreid. Henry voegt eF lachend aan toe: "We hebben een speciaal lijstje van Cajuns die een beetje aan dat beeld beantwoorden. Als zich hier journalisten melden nemen we ze ook altijd daar mee naartoe. Let maar op: je ziet altyd dezelf de gezichten". Toch wil hij, terugkomend op een eer der moment in het gesprek, ook weer niet al te pessimistisch overkomen. "Ik heb zelf gemerkt hoe het in vijfjaar kan veranderen. Wie weet dus hoe het in 1992 zal zyn" Jacques Henry zelf denkt daarvan in elk geval getuige te kunnen zyn en niet inmiddels de wyk te hebben genomen naar Frankrijk. "Je hebt hier van alles", complimenteert hy zyn nieuwe vader land. "En wat heb ik nou in Frankryk te zoeken? Er zyn al veel te veel Fransen in Frankryk".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1987 | | pagina 33