Multatuli en
Hermans
hebben zee
veel gemeen
DE
KEER
Vederlichte vogelcolums van Van Zomeren
'De verdwijning': getuigenis van Aad van den Heuvel
Hermine de
Graaf: een
groot talent
De ene grote Nederlandse schrijver over de andere
HNSDAG 14 APRIL 1987
W.F. Hermans is een groot schrij
ver. Maar door de polemische in
slag van zijn schrijverschap en zijn
sarcasme heeft hij zich veel vijand
schap op de hals gehaald. Hij is
niet bang om hoge normen te stel
len. aan zichzelf en aan anderen.
Daarom staan er steeds bekrom
pen en afgunstige mensen langs de
kant van de weg klaar om met
modder te gooien en "in alle rede
lijkheid" te lasteren als de man ook
maar één steekje laat vallen. Het is
geen wonder dat deze grote, tegen
draadse en veelomstreden auteur
zich zó aangetrokken voelt tot lot
genoot Multatuli, Nederlands
grootste en levendigste auteur van
de negentiende eeuw, dat hij een
prachtige biografie over hem
schreef.
Multatuli en Hermans hebben
veel gemeen. Zowel Multatuli als
Hermans hebben ontslag genomen
uit een goed betaalde baan en ge
kozen voor een onzeker bestaan.
Uit onvrede met het gebrek aan za
kelijke en morele kwaliteiten van
de instituties waarin ze werkzaam
waren. Uit woede dat men zich on
voldoende hield aan het doel waar
voor deze instituties waren opge
richt. Als koloniaal ambtenaar in
Nederlandsch-Indië kon Multatuli
zich niet verenigen met de halfhar
tige slapheid waarmee het kolo
niaal bewind opkwam voor de be
langen van de bevolking. Hermans
hield de universiteit voor gezien
toen wetenschappelijke normen
tengevolge van democratisering en
bureaucratisering van de universi
teit niet meer de eerste prioriteit
kregen. Multatuli en Hermans heb
ben een hekel aan Nederland ge
kregen, aan dit moerasland van op
pervlakkigheid, gemakzucht en
handjeklap. Ze gingen in het bui
tenland wonen; Multatuli bij
Mainz, Hermans in Parijs. Op af
stand functioneren zij in de Neder
landse cultuur, die op een parado
xale manier hun voedingsbodem is
én hun bron van irritatie.
Polemisten
Beide schrijvers zijn eersterangs
polemisten. Niemand kan wat dit
betreft in hun schaduw staan. Hun
woede en hun ontevredenheid zijn
bijna steeds gerechtvaardigd. Alle
twee wijzen ze de gevestigde
machten af, maar ze verwachten
ook niets van de zogenaamde pro
gressieve oppositie met haar zo ge
heel eigen hypocrisie. Hun afkeer
van onbenul, geleuter met on
nauwkeurigheid, van bedrog en
machtswellust hebben ze gemeen.
De actuele politiek heeft beiden
verleid tot schitterende satirische
stukken. Ze zijn uitgesproken anti
christelijk en anti-marxistisch
(Multatuli adverteerde zelfs dat hij
geen socialist was). Alletwee zijn ze
wars van elk waansysteem. Het
zoeken naar waarheid in de chaos
ts voor hen een belangrijk thema.
Ze zijn perfectionistisch. Pre
ciesheid van stijl en nauwkeurig
heid van denken behoren tot hun
hoofddeugden. Dat ze hun al gepu
bliceerd werk geregeld herzien,
soms grondig, soms alleen op on
derdelen of onderdeeltjes is een ei
genaardigheid van zowel Multatuli
als Hermans.
Er zijn natuurlijk ook verschil
len. Om er een paar te noemen,
geld en gezin buiten beschouwing
latend: Hermans staat positiever
tegenover zijn schrijverschap en
tegenover fictie dan Multatuli. Her
mans maakt zijn romans dan ook
af, Multatuli niet. Multatuli ver
wachtte aan de andere kant meer
maatschappelijk effect van zijn ge
schrijf dan Hermans doet, hij pro
beerde een actieve rol te spelen in
de politiek, iets wat bij Hermans
ondenkbaar is. Hermans is minder
ADVERTENTIE
argeloos dan Multatuli, cynischer.
Dat kan ook moeilijk anders: hij is
immers honderd jaar, verscheide
ne oorlogen en honderden concen
tratiekampen ouder.
Personage Hermans
Er is nog een belangrijke reden
waarom Hermans zich aangetrok
ken voelt tot Multatuli. Multatuli -
of liever gezegd Eduard .Douwes
Dekker die zich achter deze naam
verschool - zou een favoriet roman
personage van Hermans kunnen
zijn. De hoofdpersonen van Her
mans zijn figuren die mislukken in
hun streven door moedwil en mis
verstand. Ze interpreteren de we
reld naïef en dus verkeerd en heb
ben weinig begrip voor andere in
terpretaties (misverstand). En ze
worden voortdurend, per ongeluk
of expres, door hun medemens be
drogen (moedwil). "In deze wereld,
waarin tenslotte de natuurkrach
ten (machtsdrift, agressiviteit) het
winnen, is geen plaats voor begrip
pen als vrijheid en verantwoorde
lijkheid, noch voor etisch idealis
me: in de jungle van het menselijk
bestaan is een offer voor de goede
zaak zinloos." (Hermans-kenner
Frank A. Janssen). Op die manier
zou men het leven van Douwes
Dekker heel goed kunnen interpre
teren. Hermans denkt in elk geval
in die richting. Tal van zinnen in
De raadselachtige Multatuli on
dersteunen deze zienswijze.
Het begint al met Multatuli's
schrijverschap, geen vrije keuze
van Douwes Dekker. Hermans:
"Het is de loop der gebeurtenissen
die zijn schrijven tot het hoofdfe
nomeen maakte, doordat er van al
zijn andere plannen niets terecht
kwam". Ook Multatuli zelf be
schouwde zich als een schrijver te
gen wil en dank. Hermans ziet het
scherp: "Hij had zich in een schrij
verschap begeven dat alleen aan
een overwinning kon worden ge
holpen door de maatschappelijke
ondergang van de schrijver zelf'.
Multatuli wilde echter graag rijk
worden en aangezien hij geen inko
men en zelfs geen uitkering had
probeerde hij het heel naïef met
gokken. "Maar de roulette is, wat
onbarmhartigheid en ongevoelig
heid voor goede bedoelingen be
treft, een getrouwe afspiegeling
van het hele leven - en zij (Multatu
li en zijn vriendin) verloren." Bij
het huwelijk van Multatuli's doch
ter Nonnie met een Italiaan merkt
Hermans op: hoe groot zou
zijn geluk hebben kunnen zijn, als
Nonnie zich nu eens verloofd had
met een jongeman die hem vurig
bewonderde, zoals er zo veel wa
ren. Een minder kwaadaardig
noodlot zou dat toch ook voor hem
hebben kunnen bewerkstelligen,
nietwaar? Maar nee: een schoon
zoon die geen woord Nederlands
kent, is zijn deel." Nog één voor
beeld, naar aanleiding van Multa
tuli's liefhebberij om te vliegeren
met zijn pleegzoontje: "Zijn ge
heimste ambitie schijnt te zijn ge
weest eens een vlieger te maken
die in de lucht zou blijven zonder
aan een touwtje vast te zitten. Van
dit soort waren al zijn ambities min
of meer, maar de tijd was nog niet
rijp: voor zulke vliegers." En zo
mislukken - typisch Hermans - bij
na al Multatuli's ambities. Ook ty
pisch Hermans is zijn aandacht
voor de onbetrouwbaarheid van de
herinnering van ooggetuigen, ook
van die van Multatuli zelf. Her
mans geeft daarvan overtuigende
bewijzen.
Meesterwerk
Ik beschouw De raadselachtige
Multatuli als een meesterwerk,
een hoogtepunt in Hermans' oeu
vre. Dat was het ook al in 1976,
toen het boek voor het eerst ver
scheen, al is dat toen door weinig
critici onderkend, voornamelijk
omdat ze nogal zwaar onder de in
druk waren van hun eigen spits
heid en hun eigen gelijk op onder
geschikte punten. Het boek is su
bliem geschreven, Multatuli waar
dig. Het is ook genuanceerd en ver
mijdt zowel verering als vergui
zing, de twee kwalen waaronder
zoveel Multatulistudie te lijden
heeft. Men kan voelen dat Her
mans zich met Multatuli identifi
ceert, maar hij blijft kritisch. Het
boek is soms tragisch van toon.
soms zelfs ontroerend. Op andere
plaatsen geestig. De vele foto's ma
ken van De raadselachtige Multa
tuli tevens een fraai schrijvers
prentenboek. Als, dit keer losse,
bijlage bevat ook deze druk een re
censie van Max Havelaar door
Herman des Amorie van der Hoe
ven uit het Bataviaasch Handels
blad van 1860. Een uitstekende
keus van Hermans: het is één van
de belangrijkste recensies die er
überhaupt over Max Havelaar ge
publiceerd zijn.
Deze tweede druk is op verschei
dene punten herzien. Op grond van
de delen 11 t/m 16 van Multatuli's
Volledig Werk, alle verschenen na
1976, zijn sommige passages toege
voegd. Enkele nieuwe feiten zijn
de vrucht van eigen onderzoek (de
relatie met Duymaer van Twist en
De Waal). Kleine foutjes zijn verbe
terd ('Houwink' in plaats van 'Hou
wing'). Er is meer bronvermelding
(Annelies Dirkse, J. Kortenhorst).
Maar invloed op de grote lijnen van
Hermans' visie heeft dat allemaal
niet gehad. De belangrijkste veran
dering is de toevoeging van vijftig
dichtbedrukte pagina's, naar
schatting een vijfde deel van het
boek en bestaande uit artikelen die
Hermans tussen 1975 en 1984 over
Multatuli heeft geschreven (over de
adatkwestie, over editietechniek,
over Multatuli's portretten en an
dere specialiteiten).
Door Hermans' stijl - helder en
vaak onweerstaanbaar geestig -
zijn deze artikelen nog heel goed te
genieten. Voor de geïnteresseerde
geven ze op onderdelen nuttige
achtergrondinformatie.
Biografie
de stukken critiseert
Hermans de degelijke, leesbare en
nog steeds verkrijgbare biografie
van de te vroeg overleden Paul van
't Veer. Deze dikke biografie (473
dicht bedrukte pagina's) heet ten
onrechte Het leven van Multatuli.
Ze behandelt nl. slechts Multatuli's
eerste levenshelft en gaat niet ver
der dan 1860, het publicatiejaar
van Multatuli's debuut. Multatuli
overleed in 1887. Een titel als Mul
tatuli's voorbereiding of De jeugd
W.F. Hermans.
en Indische jaren van Eduard
Douwes Dekker zou de lading be
ter gedekt hebben. Ook de biogra
fieën van Saks en Du Perron, beide
verschenen in 1937 ter gelegenheid
van Multatuli's vijftigste sterfdag,
lijden aan hetzelfde euvel. Er is ei
genlijk geen uitvoerige biografie
die Multatuli's leven na 1860 be
schrijft. Naar verluidt zou Piet
Grijs etc. etc. van zins zijn het ver
volg op Paul van 't Veer te schrij
ven. Ik zie niet hoe. Hoe zou deze
kampioen op de ultrakorte baan,
die er nimmer van heeft blijk gege
ven meer dan duizend woorden sa
menhangend te kunnen schrijven
een goed gecomponeerde dikke pil
van vijfhonderd pagina's kunnen
schrijven. Iemand die met lego
speelt, is daarom nog niet in staat
een huis te bouwen. En hoe zou
zo'n meesterleugenaar, die veel te
vaak veel te slordig met mensen is
omgesprongen, althans verbaal,
een evenwichtig, betrouwbaar en
goed gedocumenteerd standaard
werk tot stand kunnen brengen.
De combinatie van bewondering
met bluf lijkt me niet voldoende.
De raadselachtige Multatuli
verhoudt zich tot de halve maar
veelomvattende biografie van Paul
van 't Veer ongeveer als het be
knopte Anmerkungen zu Hitier
van Sebastian Haffner tot de lijvi
ge, allesomvattende biografieën
van Hitier, zoals die van Joachim
Fest. Men zou De raadselachtige
Multatuli dan ook een biografisch
essay kunnen noemen en Het le
ven van Multatuli een echte bio
grafie.
Ideën
Naast Hermans' briljante biogra
fische essay zou men de goede en
leesbare studie van de Vlaming
Philip Vermoortel kunnen lezen
Multatuli. Ik kan met niemand
meegaan. Een derde van dit boekje
(in totaal 114 pagina's) wordt inge
nomen door een hoofdstuk over de
levensloop van Multatuli. Dit stuk
heeft een idealiserende en weinig
kritische toon en is eigenlijk niet
veel meer dan een samenvatting
van Stuivelings visies en versies.
LITERATUUR
in Leiden
op Nieuwe Rijn 13
bij
BOEKHANDEL
KOOYKER
Aan het bespieden van vogels be
waar ik slechte herinneringen. Met
zo'n tien man gingen we op zon
dagochtenden in alle vroegte op
zoek naar zeldzame vogels. Het is
nooit wat geworden: hoewel we
ons elke keer weer heilig voorna
men om zo stil mogelijk te zijn
maakten we teveel kabaal, met als
gevolg dat alles wat kon vliegen en
lopen er vandoor was gegaan als
we ter plekke waren.
Nee, vogels bespieden, dat doe je
in je eentje. En je moet bovendien
niet op stap gaan met ogen die zijn
ingesteld op zeldzame vogels, want
dan wordt het nooit wat. Gewoon
wandelen, nergens op rekenen, dat
is volgens mij de methode.
Koos van Zomeren doet het zo in
elk geval. Hooguit vergezeld door
z'n hond of een andere vriend trekt
hij er op uit, de onvermijdelijke kij
ker om z'n nek bungelend. Je hoeft
niet per se naar onherbergzame ge
bieden of ontaard vroeg je bed uit
om iets opmerkelijks te zien vol
gens Van Zomeren. Ook binnen de
bebouwde kom kun je - met veel
geluk, dat wel - getuige zijn van
een spektakel: een sperwer die een
spreeuw te grazen neemt.
Of je ziet eenden die door de hon
ger de kluts kwijt zijn en proberen
een kikker op te eten. "Ze wagge
len zachtjes snaterend weg en laten
de kikker voor dood achter. Wat ie
mand kan overkomen in zijn win
terslaap! Dezelfde eenden zijn zo
schattig als je ze brood voert. Hon
ger ontketent het beest in het
beest".
Voornoemde voorvallen zijn be
schreven in 'Een vederlichte wan
hoop', de verzamelde vogelco
lumns van Van Zomeren, prachtig
geïllustreerd door die andere vo
gelkenner Peter Vos. Ook de co
lumns zijn vederlicht. Niks geen
bombarie: luchtig, eenvoudig, af
en toe poëtisch, zo schrijft Van Zo
meren over wat hij ziet als hij 's
ochtends met z'n hond langs de
Oude Rijn loopt.
Soms gaat hij de grens over. In
het mooiste verhaaltje uit dit boek
je bijvoorbeeld. 1978. Samen met
een vriend is Van Zomeren in Tur
kije om de jacht op trekvogels te
bekijken "en veroordelen natuur
lijk". Op een ochtend staan ze op
een heuveltop. "De Zwarte Zee in
nevelen, de druipende naaldbo
men op de hellingen onder ons af
geladen met sperwers".
Even later zien ze een eindeloos
lint stippen. Elke stip een wespen-
dief. "Die dag stroomde heel het
Russische achterland leeg. Tien
duizenden wespendieven hadden
besloten te vliegen. Ik geloof ner
gens in - maar dat is missschien
hetzelfde als overal in geloven. Het
was een ervaring van absoluut reli
gieuze schoonheid. Ik vind ook dat
iemand die zoiets gezien heeft het
eeuwige leven verdient".
WIM BRANDS
(Stuiveling was de bezorger van
het Volledig Werk van Multatuli
tot en met deel 17). De andere twee
hoofdstukken zijn interessanter.
Ze zijn vooral gegrond op lezing
van Multatuli's Ideën (ja. met twee
e's!), na de Max Havelaar Multa
tuli's belangrijkste werk. Door
Hermans' doelstelling en werkwij
ze is dit aspect van Multatuli's den
ken en schrijven bij heb nogal on
derbelicht gebleven. Bij Paul van 't
Veer komt het vanzelfsprekend
nog niet aan de orde. De hoofd
stukken van Vermoortel geven zo
doende aardig wat aanvullende in
formatie. Men krijgt een goede in
druk van belangrijke punten als
Multatuli's opvattingen over taal
en schrijven, over onderwijs en op
voeding, over 't "hart" en waar
heid, over systeem en moraal.
Naast de herziene druk van De
raadselachtige Multatuli heeft
Hermans in dit Multatuli-herden-
kingsjaar ook een nieuwe editie
van de Max Havelaar uitgegeven,
een fotografische herdruk van de
laatse door de auteur zelf herziene
uitgave, de vijfde druk uit 1881.
Hermans had ook het handschrift
als uitgangspunt kunnen kiezen of
de eerste druk. Maar de vijfde druk
is een uitstekende keus. vooral ook
vanwege de 194 aantekeningen en
ophelderingen van Multatuli zelf
(£1 p.), die in de alternatieven ont
breken. De editie is door Hermans
voorzien van een inleiding (16 p.)
en verklarende noten bij de hele
tekst (46 p.). Die verklarende noten
van Hermans zelf zijn van allerlei
aard: ze behandelen zetfouten en
tekstvarianten, geven een korte
toelichting op namen van perso
nen en zaken, bevatten opmerkin
gen over noten in andere edities,
geven woordverklaringen en verta
lingen (uit Frans, Duits, Engels,
Latijn en Maleis) en toetsen Dek
kers beweringen aan wat er
werkelijk is voorgevallen, voor
zover controleerbaar. Vooral de no
ten van de laatste categorie zijn zo
belangwekkend, dat toekomstige
tekstbezorgers er hun voordeel
mee kunnen doen. Hermans blijkt
in alle categorieën overigens niet
naar volledigheid te hebben ge
streefd. Ook mis ik noten die een
toelichting geven op de algemeen
culturele en maatschappelijke ach
tergrond (niets over het koloniaal
bestuurssysteem, niets over het
cultuurstelsel bv.). Deze onderwer
pen komen ook niet in de inleiding
ter sprake. In de inleiding wordt de
opzet van deze editie verantwoord
en kritiek geleverd op andere re
cente edities. Ook wordt het een en
ander gezegd over de personages,
in het bijzonder over Havelaar zelf.
Allemaal prima, maar om beide ge
noemde tekortkomingen kan deze
editie al is ze interessant, niet als
de definitieve worden gezien. Het
is meer een vingerwijzing hoe een
definitieve editie er uit zou moeten
CHRISTIAAN VISSER
Willem Frederik Hermans. 'De raad
selachtige Multatuli'. Tweede herziene
druk. De Bezige Bij, Amsterdam;
49,50.
Multatuli. 'Max Havelaar of de kof
fieveilingen der Nederlandsche Han
delmaatschappij'. Voor het eerst, na
meer dan honderd jaar, een fotografi
sche herdruk van de laatste, door de
auteur zelf herziene uitgave. Ingeleid
en van verklarende noten voorzien
door Willem Frederik Hermans. De Be
zige Bij, Amsterdam; 49,50.
a cassette:
Paul van 't Veer. 'Het leven van Mul
tatuli'. De Arbeiderspers. Amsterdam:
73,50.
Philip Vermoortel. 'Multatuli. Ik
kan met niemand meegaan'. Gram
mens, Brussel; ƒ21,50.
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL
LEIDEN LEIDERDORP
OEGSTGEEST - KATWIJK
VOORSCHOTEN
Alle op deze pagina besproken
boeken zijn bij ons dlrekt lever
baar, óf vla onze TERMINAL te
bestellen en dan binnen drie da-
gen verkrijgbaar.
In het avontuurlijke genre ver
schenen kort achter elkaar
twee opmerkelijke Nederland
se boeken. Een tweede 'femi
nistische thriller' van Ina Bou-
man ('Gratis monster') en een
avonturenroman van de be
kende witte televisiepresenta
tor Aad van den Heuvel.
De laatste laat in 'De verdwijning'
twee collega-presentatoren hoofd
rollen vertolken in een serie ener
verende gebeurtenissen. Dat geeft
hem en passant de gelegenheid om
zijn niet al te rooskleurige visie op
bepaalde zaken in het tv-wereldje
te spuien.
Hij begint al op pagina 14 als
men zich in het door hem bedachte
tv-centrum afvraagt of er ja of nee
een programma moet worden ge
wijd aan een plotseling verdwenen
bekende tv-figuur: 'Er werd zo
lang gepraat en vergaderd dat het
uiteindelijk niet meer hoefde. Om
dat het te laat was'.
Net als in zijn uitzendingen ver
telt hij in heel bevattelijk proza
verder hoe een collega van de ver
dwenen presentator na maanden
de speurtocht weer opneemt. Zijn
chef ziet dat in het begin echter
niet zo zitten. Immers: 'De belang
rijkste opdracht van zijn directie
luidde de koers van de informatie
ve afdeling in veilig en neutraal
vaarwater te houden en voortdu
rend te streven naar maximale
kijkcijfers', (pag. 36).
En slechts een tiental pagina's
verder zegt Van den Heuvel: 'Aan
gezien kijkcijfers uitwijzen dat de
televisietoeschouwer massaal kiest
voor het piepschuim van het flin
terdunne vertier, zorgden concur
rentie en commercie ervoor dat het
scherm zo veel mogelijk vrolijk in
beweging was. Het meest demo
cratische omroepbestel ter wereld
wankelde onder de noodzaak tot
werving van begunstigers'.
Maar inmiddels gaat Van den
Heuvels verhaal verder waarbij de
tv-verslaggevers in een niet met
name genoemd Afrikaans land ko
men, dat door 'de grote Leider' met
straffe en harde hand wordt gere
geerd en gedirigeerd. Waar marte
lingen en moorden tot het normale
levenspatroon horen. Waar een
mensenleven niet of nauwelijks
telt.
'De gedachte dat zij die martelen
slechts sadisten kunnen zijn, is on
juist want dat zou de overtuiging
vereisen dat ieder mens van nature
behept is met meegevoel jegens
andere mensen. Het folteren vraagt
geen perfide geestelijke afwijking,
maar slechts de overtuiging van
het eigen gelijk en het geloof in de
beestachtigheid en de inferioriteit
van de schreeuwende en jamme
rende slachtoffers. Godsdienst,
Aad van den Heuvel.
(foto GPD)
staatsbelang of het nationaal recht
dienen de beul een waarde aan te
reiken die belangrijker is dan het
leven van de ander. Zolang ook
wraak als rechtvaardig wordt ge
zien zullen er beulen en folteraars
worden gevonden', aldus een be
wogen schrijver.
In het verhaal een afdoende mo
tivering om van een koel en onper
soonlijk registrerende televisiever
slaggever een actief opererende
opstandeling te maken. Toch ge
bruikt Aad van den Heuvel de be
levenissen van zijn tv-verslagge-
vers niet louter en alleen om er zijn
beschouwingen aan op te hangen.
Hun ervaringen zijn volwassen en
onverwacht genoeg om tot een al
tijd boeiende, soms ook schokken
de en zeker steeds goed leesbare
avonturenroman te worden gere
gen.
Maar de omstandigheden waar
onder deze televisiemensen hun
werk moeten doen, het doorzet
tingsvermogen dat zij moeten op
brengen, de koelbloedigheid die
vaak wordt vereist en de improvi
saties waaraan niet valt te ontko
men vormen - met de toegevoegde
persoonlijke noten van de auteur -
de garnering, die het verhaal toch
iets bijzonders geeft. Aad van den
Heuvels zwak ironische en sterk
relativerende verteltrant doet de
rest.
Feministisch?
Het tweede opvallende boek was
'Gratis monster' van Ina Bouman,
die twee jaar geleden al haar eerste
'feministische thriller' afleverde:
'Dames aan de Maas'.
Toen bewees ze al een spannend
verhaal in elkaar te kunnen zetten.
De vertaalrechten zijn naar Enge
land verkocht en het ziet er naar uit
dat ook haar tweede boek in het
Engels zal uitkomen, gerecht, ze
levert bekwaam werk af.
Ook 'Gratis monster' is een vlot,
gemakkelijk en niet zonder humor
geschreven verhaal over een on
derwerp dat zeker de aandacht ver
dient. Een grote farmaceutische
multinational springt te noncha
lant - in het boek zelfs levensge
vaarlijk - om met de belangen, de
gezondheid en het geld van proef
personen en patiënten. Een journa
liste opent daarop de aanval, wat
haar bijna heel duur te staan komt..
Zoals gezegd, een goed geschre
ven thriller. Alleen begrijp ik die
toevoeging 'feministisch' niet. Om
dat nu toevallig een journaliste -
die een intieme relatie met een
vriendin onderhoudt - de hoofd
persoon is, maakt zo'n geschiede
nis toch niet feministisch?
Het had met hetzelfde gemak
een journalist kunnen zijn die een
relatie onderhield met een vriend
(of vriendin). Het zou het boek niet
anders, niet beter en ook niet
slechter hebben gemaakt. Waarom
dan toch zo'n etikettering?
Alledaags
Ina Boumans boek was ook niet
'feministisch' omdat de schrijfster
een voor vrouwen niet alledaags
genre beoefent. Want in het buiten
land zijn genoeg voorbeelden te
vinden van vrouwen die goede
thrillers schrijven. En we behoe
ven voor misdaadschrijfsters niet
eens over de grenzen te gaan, want
juist dezer dagen verscheen de der
tiende detective van Jackie Lou-
rens met de onmogelijke titel 'Stil
le getuigen hebben veel te vertel
len'.
Jackie Lourens is de enige Ne
derlandse schrijfster met een con
stante produktie van één misdaad
roman per jaar. Alledaagse mis
daad staat bij haar centraal. Moord
op een winkelier. Ontvoering van
een kind. Zaken, zoals we ze helaas
dagelijks in de media kunnen te
genkomen
Jackie Lourens debuteerde in
1975. Het werd het eerste avontuur
van hoofdinspecteur Erik Jager
van de moordbrigade in het denk
beeldige plaatsje Castellum aan de
Rijn, waarvan we alleen weten dat
het dicht bij Leiden ligt. Ook dit
maal moet Jager weer aantreden
als er een vermoorde vrouw uit de
Rijn wordt gevist en kort daarna
nog twee vrouwen worden ver
mist. Hij is de geijkte detective van
deduceren en combineren, van
hardnekkig en intensief onder
zoek. Weinig spectaculair. Braaf,
maar ontspannend om te volgen.
KOOS POST
'De verdwijning' door Aad van den
Heuvel (De Arbeiderspers - 26,50),
'Gratis monster' door Ina Bouman
(Van Gennip - 24,50) en 'Stille getui
gen hebben veel te vertellen' door Jac
kie Lourens (Zwart Beertje Bruna -
7.25).
Hermine de Graaf.
Derde bundel
met verhalen
In de schaduw van de wat over
dreven bewierookte Tessa de Loo
zijn er meer aankomende of onop
gemerkt gearriveerde schrijfsters
die in 1987 de aandacht vragen.
Van hen is Hermine de Graaf mis
schien wel de bekendste. De verha
lenbundel waarmee ze debuteerde,
"Een kaart, niet het gebied" - dat
ik door de vage, mistige sfeer waar
mee de inhoud werd verdoezeld,
niet kon bewonderen - werd be
kroond en ook de daaropvolgende
bundel "De zeevlam", waarin "de
blik meer gericht (werd) op de we-
reld waardoor de personages zich
omringd zagen", beschouwde men
als een bevestiging van haar talent.
Inmiddels is alweer de derde
bundel van Hermine de Graaf uit,
"Aanklacht tegen onbekend",
waarin vooral de personages, hun
onderlinge relaties en een verbin
dend thema dat men ruwweg als
"wraak" kan omschrijven, in de
eerste plaats van belang zijn. Maar
er is meer, meent de auteur van de
flaptekst: de personages hebben
een enigszins "verschoven" kijk op
de wereld - "en daarmee maakt
Hermine de Graaf het vertrouwde
op een natuurlijke wijze ongewoon
en verrassend".
Deze laatste mededeling is niet
alleen weinig verhelderend, maar
ook aantoonbare onzin. Erg "ver
trouwd" en "natuurlijk" is de the
matiek van de respectievelijk ver
halen allerminst - ik neem ze vlug
voor u door: een jongetje dat het
misselijke huiskeffertje dood
steekt; Albert, die de veertienjarige
ik-figuur heeft aangerand, komt
jammerlijk om in een wak; de win
keldievegge die haar vriendin ver
raadt, vindt op een gegeven mo
ment haar huisraad in de tuin; de
jeugdige aanvoerster van een stel
kinderen dat zich verzet tegen de
alternatieve commune van hun ou
ders, ontvreemdt het lijk van hun
vriendje Thomas en begraaft het
elders; het jeugdige meisje dat zo
van de verhalen van Jack London
houdt, loopt romantisch weg met
de al even onbezonnen Walt, die
daar nog spijt van krijgt; de vissen
de zusjes wier vader in het gevang
zit en die last krijgen met de botte
dorpsgemeenschap; de malle Joris
("de ooievaar") die zo goed water
ratten kan doodknuppelen; de (wel
vermakelijke) vermenging van la
gere dorpsscholierën en de mon
gooltjes van het naburige instituut
Licht en Kracht; het meisje dat
vermoedt dat haar achterlijke
broer een moordenaar is; de pop-
penkastspeelster en het clowntje;
en - tot slot - het perspectief van
Hermine's halfdemente, blinde
oma.
Van vertrouwdheid en natuur
lijkheid is bij deze verhalen nauwe
lijks sprake, wel van een "ver
schuiving" van de werkelijkheid
als we de nadrukkelijk éigen visi
van de hoofdfiguren op de gebeur
tenissen zo mogen beschouwen
Want dat is toch het bijzondere var
de schrijfster: ze slaagt erin de le
zer haar personages (en hun pers
pectief) volkomen op te dringen -
een haast perfect personaal of ik-
perspectief, waardoor lang niet alle
details van de gebeurtenissen ob
jectief waarneembaar zijn of onom
stotelijk vaststaan. Hermine de
Graaf laat, als een poppenspeel-
ster, haar verhaalpersonages hun
eigen gang gaan, hun eigen verhaal
doen - van de verteller of degeen
die de touwtjes hanteert is ogen
schijnlijk geen spoor te bekennen.
Voeg daarbij de subtiel-dreigen-
de sfeer in de verhalen, het truclo-
ze, soepele en natuurlijke taalge
bruik, en het wordt duidelijk dat
Hermine de Graaf veel meer in
haar literaire mars heeft dan ik op
grond van haar eersteling dacht.
"Aanklacht tegen onbekend" be
vat verhalen van ongewone kwali
teit, die doen denken aan (een ver
re, uiterst subtiele) Roald Dahl. En
Hermine de Graaf is een schrijfster
tot wie ik mij, tenslotte, onvoor
waardelijk heb bekeerd. Een groot
talent.
ROB VOOREN
Hermine de Graaf, 'Aanklacht tegen
onbekend'. Verhalen. Meulenhoff,
28.50).
Multatuli.