Museum voor kunst op papier
Lüpertz'eerbetoon aan de schilderkunst
Kleurrijk werk in teken dood
Sfeervolle muziekavond
DONDERDAG 19 FEBRUARI 1987
'Overholland' opent met expositie Gerhard Richter
AMSTERDAM (GPD) - „De
hele kunstwereld is één reus
achtig schouwtoneel van ar
moe, leugen, bedrog, verval
Ellende, domheid, onzin, bru
taliteit. Elk woord is te veel".
Die laatste zin neemt Ger
hard Richter, die deze
woedeaanval voor zijn reke
ning neemt, niet al te letterlijk.
In de aan het werk van deze
vooraanstaande Duitse ab
stracte kunstenaar gewijde ca
talogus raast hij nog vele pagi
na's voort.
De kunst van nu: „party-geze-
ver". Piloty en Makarl: salonkun
stenaars. Politici: weerzinwek
kend, impotent en machteloos.
Mondriaan mag
op de markt
HILVERSUM (GPD) - Als het aan
burgemeester en wethouders van
Hilversum ligt, mag de Mondriaan
die de gemeente bezit worden ver
kocht. De gemeenteraad moet ech
ter de definitieve beslissing ne
men. Waarschijnlijk gebeurt dat op
II maart. Het college wil wel dat
het schilderij zo verkocht wordt
dat het publiek er naar kan blijven
kijken. Verkopen naar het buiten
land is volgens B en W geen be
zwaar.
De opbrengst van de verkoop
moet ten goede komen aan de her
inrichting en het opknappen van
het Gooilandcomplex. Vooraf
gaande aan de verkoop wil de ge
meente praten met minister Brink
man van WVC over aankoop van
het doek door het Rijk.
met in staat iets te maken, nog
geen brood, nog geen tafel, nog
geen schilderij. Duitsland: sociale
dulheid. alles verstikkende, depri
merende lelijkheid.
En passant neemt Richter de ten
toonstellingsmakers op de korrel.
Het zijn colporteurs en pooiers
niet echt slecht dus en alleen in uit
zonderingsgevallen te vergelijken
met politici. Zakenman en kunst
verzamelaar Chr. Braun (47) zal
zich Richters beoordeling niet al te
zeer aantrekken.
In zijn splinternieuwe Museum
Overholland heeft hij de tekenaar/
schilder juist met veel geestdrift
binnengehaald. Richter is precies
de fascinerende, intrigerende per
soonlijkheid die de opening van
zijn ideaal een museum voor
moderne kunst, geheel gericht op
„werken op papier" het door
hem gewenste cachet geeft.
Een betuiging van respect aan
Richter noemt Braun, de grote ini
tiator in de stichting Overholland
die het museum exploiteert, de in
drukwekkende, soms angstaanja
gende expositie van tekeningen
(soms met vetkrijt), aquarellen en
olieverven op papier. Kunstwer
ken op papier zijn toch al een on
derbelicht gebied in de beeldende
kunstsector. Die van Richter vor
men geen uitzondering. Ze zijn een
relatief onbekend deel van het om
vangrijke oeuvre van de kunste-
Het is de eerste keer dat Richter
(55) zich met zoveel werken tege
lijk in één museum vertoont. Ze
zijn vrijwel allemaal niet eerder in
Nederland te zien geweest. Het
boeiende van Richter is dat hij een
volstrekt onafhankelijk kunste
naar is die regelmatig verandert
van stijl en „kenners" graag op de
proef stelt.
Daaraan draagt hij zelfbij in zijn
nog niet eerder gepubliceerde dag
boekaantekeningen in de prachtig
uitgevoerde catalogus (55 gulden),
die de expositie begeleidt. „Daar
om is schilderen als het ware een
blinde, vertwijfelde onderne
ming", schrijft hij 18 mei 1985 op.
Hij voelt zich met lege handen in
een niet te begrijpen omgeving
neergezet. Richter wil wel iets con
strueren dat zinvol en bruikbaar is.
maar het mag geen huis of stoel of
iets anders zijn dat te benoemen is.
„Je bouwt er dus op los in de vage
hoop dat als je maar op de juiste
manier, vakkundig bezig bent. er
uiteindelijk iets tot stand zal ko
men dat juist en zinvol is".
door
Peter Huysman)
Met de splinternieuwe museale
aanwinst aan het Amsterdamse
Museumplein, waar het werk van
Richter (periode '83'86) van aan
staande vrijdag tot 20 april is te be
zichtigen, is daarentegen zeer wel
overwogen te werk gegaan. De
reusachtige villa uit 1925, vlak
naast het Vincent van Gogh-mu-
seum en een schepping van archi
tect De Bie Leuveling Tjeenk (die
zich liet inspireren door Frank
Lloyd Wright), is een voorbeeld
van een tentoonstellingshuls waar
sterk rekening is gehouden met de
te exposeren werken.
Die zullen in het algemeen „in
tiem" van aard zijn. Tekeningen
bijvoorbeeld hebben nu eenmaal
een kleinschaliger en rustiger ka
rakter. Daarom zijn de verschillen
de vertrekken in het pand in tact
gelaten, waardoor je als bezoeker
de ervaring hebt „gewoon" in een
huis rond te lopen. Vier maanden
is er aan de verbouwing van het
voormalige makelaarskantoor ge
werkt. Vooral aan het licht is grote
aandacht besteed. Voor de beheer
sing van dat binnenvallende dag
licht zijn er voor de talloze ramen
(70!) roosters geplaatst, zodat geen
schade wordt berokkend aan de
kunstwerken
Het enige kunstlicht in het ge
bouw, waarin het trappenhuis cen
traal staat, komt van de op de
kunstwerken gerichte schijnwer-
pertjes. Het gebouw is als het ware
„binnenste-buiten" gedraaid: de
warmte is in de met tapijt belegde
gangen en trappen te vinden, het
„koudere" parket in de expositie
ruimten Aan de luchtvochtigheid
is nauwelijks gesleuteld: de villa is
toch in feite een „woonhuis" dat
als het ware vanzelf al ademt.
Museum Overholland, het vierde
aan het Museumplein, richt zich op
moderne kunst van na 1970, en dan
alleen op werken die op papier ver
vaardigd zijn. Daarmee zou Over
holland hel enige op dit gebied ge
specialiseerde museum in Europa
zijn. Als basis beschikt Overhol
land over een forse collectie teke
ningen, aquarellen, gouaches en
collages van hedendaagse, vooral
Nederlandse kunstenaars
Braun noemt zich liever niet
'baas' van het museum, maar de tij-
delijkse 'bedrijfsleider'. Hij wacht
af hoe het publiek reageert. Van
het aantal bezoekers hangt vanzelf
sprekend af of het levensvatbaar is
(entree 6,50 gulden: geen CJP of
Museumkaart). Maar erg ongerust
is de collectioneur uit Breukelen
daar niet over. Maar tegelijk reali
seert hij zich dat een particulier
museum als Overholland zich
meer nog dan door de overheid ge
steunde instituten zal moeten
waarmaken.
Over de stichting Overholland
die Brauns verzameling voor lange
tijd in bruikleen heeft (niet on
denkbaar is dat hij de collectie la
ter aan de stichting schenkt) wil
Braun weinig meedelen. Over na-
Gerhard Richter voor één van
zijn werken in het museum 'Over
holland' (foto ANP)
men van bestuurders zegt hij niets,
omdat hij met sommigen nog in
overleg is. Ook over zijn collectie
wil hij niet veel meer kwijt dan dat
deze een 'aardige voedingsbodem'
is voor de circa 8 exposities die hij
jaarlijks in Overholland wil hou
den.
Toch zal zijn verzameling, die in
een bewaakt depot is opgeslagen,
niet bepalend zijn voor het exposi-
tiebeleid van Overholland. Ander
werk zal er ook terecht kunnen en
Braun denkt daarbij aan het uitno
digen van gastconservatoren en
collectioneurs Deze exposities zul
len wel moeten aansluiten bij de ei
gen collectie
De stichting Overholland be
Museum 'Overholland' aan het Museumplein in Amsterdam.
schikt over middelen die het Am
sterdamse bedrijfsleven verstrekt.
Er is dan ook sprake van een „ge
zonde financiële basis" Van af
stemming op de collecties van de
'buren' (Van Gogh, Stedelijk) is
nog geen sprake. Geen enkel con
tact is er lot nu toe geweest, laat
slaan dat er felicitaties met de ope
ning zijn ontvangen Talrijke kun
stenaars hebben daarentegen en
thousiast gereageerd op Overhol
land. Zelfs de gemeente Amster
dam heeft een steentje bijgedragen
in de vorm van een wandelgebied
rond de drie naast elkaar liggende
musea.
Nadrukkelijk wijst Braun erop
dat de stichting geen winstoog
merk heeft. „Anders ben je een
verkapte galerie. Een museum
wordt oneigenlijk gebruikt als je
eraan zou verdienen. Iemand die
iets wil kopen of lenen, verwijzen
we naar een kunsthandel of de
kunstenaar zelf
Saillant en bruikbaar als hulp bij
het bekijken van Richters tekenin
gen en schilderijen is zijn harte-
kreet uit de dagboeknotities-
Zoals ik schilder, kun je eigenlijk
niet schilderen, want de essentiéle
voorwaarde daartoe ontbreekt: een
vast idee over wat er geschilderd
moet worden, het thema dus"
(openingstijden: dinsdag tot en
met zaterdag: 11.00 tot 17.00 uur;
zondag: 13.00 tot 17.00 uur).
In museum Boymans-Van Beuningeii
Henk Fakkeldij in LAK-galerie
Expositie met tekeningen en schilderijen van
Henk Fakkeldij, t/m 6 maart. LAK-galerie, Cleve-
ringaplaats 1, Leiden. Openingstijden: ma. t/m vr.
van 10.00-17.00 uur.
LEIDEN - Het is geen toeval dat het LAK de
expositie van Henk Fakkeldij op het programma
heeft gezet tegelijk met een Studium Generale ge
wijd aan het thema 'Vechten tegen de dood"'. De
dood speelt namelijk een belangrijke rol in het
werk van Fakkeldij. Anders dan men misschien
zou verwachten, vallen de schilderijen en de mees
te tekeningen op door het uitbundige kleurge
bruik. De benadering van het onderwerp is wel
licht ongebruikelijk maar daarom niet minder se-
Fakkeldij gebruikt vaak de slang, als symbool
voor zaken als leven en dood maar daarnaast is ook
het kristal een veelomvattend begrip. De nauwe
verbondenheid tussen leven en dood. verbeeld in
het kristal, heeft Fakkeldij, zeer treffend, als volgt
beschreven: "Alleen tijd - geschiedenis - verandert
een hoop modder en dode troep in prachtige, glan
zende, rijke, lichtdoorlatende. lichtweerkaatsende
vormen".
De opbouw van een aantal tekeningen doet ver
moeden dat Fakkeldij niet vanuit een duidelijk,
vooropgezet idee werkt, maar dat hij, zijn gedach
ten volgend, steeds elementen toevoegt. Hij vult
zijn bladen met decoratieve patronen, met bloe
men bijvoorbeeld, losse beelden en geschreven
tekst. Een geslaagd stlik is een werk in gemengde
Expositie van Markus Lupertz - schilderijen 1973-1986, t/m 5 april. Mu
seum Bovmans-Van Beuningen. Mathcnesserlaan 18-20, Rotterdam. Ope
ningstijden: di. t/m za. van 10/17 uur. Zon- en feestdagen van 11-17 uur.
techniek, dat opvalt door de in lagen aangebrachte
en in elkaar overvloeiende kleuren, gecombineerd
met een stilleven met druiven, een aardewerk
kruik en een kleine pentekening van een kasteel op
een heuvel.
Teksten zoals "Een stukkie stilleggend goet" en
our little dream-castle" verwijzen mogelijk naar
vergankelijkheid en fantasie. Ook in andere stuk
ken benadrukken notities en herhalingen van be
paalde vormen aanwezige bekentenissen in het
werk.
Het samengaan van verschillende elementen
geeft bij de schilderijen een meer collage-achtig ka
rakter omdat hij foto's en uitgeknipte vormen aan
min of meer losse voorstellingen toevoegt. Soms
gebruikt Fakkeldij, passend in de thematiek, als
omlijsting kunstbloemen en stukken zwart kant.
Het geexposeerde werk verrast door de oor
spronkelijke wijze waarop Fakkeldij voortdurend
zijn beeldtaal hanteert. De kristalvorm keert niet
alleen in het werk zelf terug maar ook bij een serie
stervormige schilderijen die uit meerdere driehoe
ken zijn opgebouwd. Aan de consequente vermen
ging van soms subtiele decoratieve patronen en
voorstellingen met enkele vaste motieven ontleent
dit kleurrijke werk een zekere eenheid. Alles bij
elkaar levert dit een gevarieerde expositie op met
tekeningen en schilderijen die wisselend te noe-
i zijn maai daarbij boeiende gedachten bevat-
NANCY STOOP
ten
ROTTERDAM - De Duitse schil
derkunst krijgt volop aandacht
in Nederlandse musea. Vrij kort
na de tentoonstelling van An-
selm Kiefer in het Amsterdamse
Stedelijk Museum die meer dan
honderdduizend bezoekers trok,
werd afgelopen week in Museum
Boymans- Van Beuningen een
expositie geopend met werk van
een andere vertegenwoordiger
van de Duitse schilderkunst.
Markus Lupertz.
Lupertz kan een zeer succesvol
kunstenaar genoemd worden,
evenals zijn collega's Baselitz,
Kiefer en Immendorff, van wie,
toevalligerwijs, werk te zien is bij
de aankopen van het museum uit
1986. De belangstelling voor deze
kunstenaars is groot, zowel in
Europa als daarbuiten. Niet al
leen bezoekersaantallen druk
ken het s.ucces uit. het werk ver
koopt ook zeer goed. Lüperz con
stateert in een interview dat de
mensen alles kopen en noemt als
voorbeeld Kiefer, die zand op fo
to's verwerkt. Een zelfverzeker
de houding typeert deze markan
te kunstenaar Markus Lupertz.
De tentoonstelling in Rotter
dam belicht in hoofdzaak Lu
pertz' schilderijen uit de jaren
1973-1986. De ruim vijtig bijeen
gebrachte stukken, waaronder
een viertal beeldhouwwerken,
doen, in eerste instantie, nauwe
lijks vermoeden dat het hier gaat
om werk van dc hand van éen
kunstenaar. Al laten de schilde
rijen zich niet indelen in termen
van een bepaalde stijl en abstract
of figuratief, het ene, constante
gegeven dat hen verenigt, is de
schilderkunst zelf.
Lüpertz gaat niet uit van vast
staande ideeen of onderwerpen.
Tijdens het schilderen groeit het
werk vanuit de schilderkunstige
middelen. Dit alles neemt overi
gens niet weg dat zijn werk dui
delijke herkenningspunten be
vat In een reeks schilderijen do
mineert een voluut of slakke-
huisachtige vorm, terwijl in som
mige abstract-geometnsche
stukken vaak de driehoek terug
keert Het meest opvallende aari
Lüpertz' werk is wel dat hij in
zijn rijke beeldtaal gebruik
maakt van verwijzingen naar
schilders als Corot, Picasso en
Beckmann. Dergelijke elemen
ten neemt Lüpertz niet zonder
meer over maar herscherpt het
beeld door persoonlijke toevoe
gingen.
Een vorm die in dc jaren zestig
voor de eerste maal in Lupertz
werk naar voren kwam. is de vo
luut, - door hem aangeduid als
'Dithyrambe' (loflied op de
Griekse god Dionysius). In een
televisie-interview van Marlijn
Sanders en Hans Keiler voor het
programma Nederland C, om
schreef Lupertz dit element als
een "concreet voorwerp, niet be
staand of bekendvan waaruit
hij verder werkt In alle geexpo
seerde werken uit 1973 neemt de
dithyrambe een grote plaats in.
ondermeer in het drieluik 'apo-
kalyps-dithyrambisch', waarin
door de formele herhaling een
sterke ritmiek ontstaan. Twee
jaar later heeft deze vorm zich
ontwikkeld tot een zeer ruimte
lijk element in een architectoni
sche omgeving Een mooi voor
beeld hiervan is 'Babyion - dithy
rambisch XXII'.
Een nieuw motief verschijnt in
het werk vanaf 1977, de driehoek
en variaties daarop in de vlinder-
das. Vanuit deze vorm onstaat,
naast abstracte composities, een
sterk sprekend beeld, dc boeg
van een schip in 'Stil: SchiffHet
begrip 'Stil' voegt weer nieuwe
mogelijkheden toe aan Lüpertz'
werk. Volgens de schilder houdt
'Stil' verband met de bedoeling
en het vermogen van de kunste
naar en verklaart de term als het
gebied tussen het willen en het
kunnen, die elkaar niet volledig
overlappen; zou dit wel het geval
zijn dan ontstaat genrekunst, in
plaats van zuivere schilderkunst
die hem voor ogen staat. Lupertz
legt zich daarbij niet vast op ab
stractie (virtuoos in de serie 'Drie
Bilder zur Erschaffung der erde')
of figuratie (verrassend in 'Der
Fruhling), maar gebruikt ook de
wisselwerking tussen beide.
Verscheidenheid
De enorme verscheidenheid in
het werk op deze tentoonstelling
is voor een deel te verklaren van
uit de overname van beeldvor
men en motieven van voorgan
gers. Een groot triptiek met on
der andere harlekijnen, herin
nert. evenals werken met een
duidelijke kubistische inslag,
aan Picasso en werk van Corot
gaf aanleiding tot een serie poëti
sche landschappen. Citaten van
uitzonderlijke schilders zijn niet
een doel op zich. Imitatie of lou
ter citaat zou een tentoonstel-
liong als deze niet kunnen
rechtvaardigen Lupertz creëert
een persoonlijke beeldtaal met
zowel monumentale als decora
tieve vormen én lyrische werken
naast indringende compostnes
bij 'Fünt' Bilder über den Fachis-
mus'. Dit alles' geeft slechts enke
le aspecten van Lüpertz' schilde
rijen weer. Bekentenissen staan
van te voren nooit vast, omdat
Lupertz de beschouwer de ruim
te laten om het het werk door in
terpretatie zelf te voltooien.
Ondanks de verscheidenheid
bestaat er een eenheid, dankzij
de kern in het werk van Lüpertz,
een zuivere schilderkunst Van
daar ook dat. afgezien van enkele
beelden, Lüpertz hier gepresen
teerd wordt als schilder. De ex
positie onderstreept de kracht en
de waarde van zijn schilderen.
Terecht luidt de ondertitel dan
ook 'een hommage aan de schil
derkunst' - een prachtig eerbe
toon.
NANCY STOOP
Markus Lupertz bij
Concert door Esther van Stralen,
viool. Warner ten Kate, hoorn, Bas de
Jong. klarinet, Henk Brier, piano en
het Vocaal Ensemble Muziekschool
Leiden o.l.v. Lenv Stevens en Henk
Brier. Uitgevoerd werden werken van
R. Schumann en J. Brahms. Gehoord
op 18 februari in de Kapelzaal.
LEIDEN - In dc negentiende eeuw
moeten de concerten in de beslo
tenheid van salons een eendere
sfeer gekend hebben als dc Kapel-
zaal-uitvoeringen van Henk Bner
en zijn collega's Deze Leidse musi
cus richt zich graag even recht
streeks tot zijn gehoor, waardoor je
je uitgenodigd voelt als gast hun
spel bij te wonen. Terwijl de solis
ten elkaar afwisselen, was de bege-
leiding onveranderlijk in handen
van Briër.
Esther van Stralen zorgde voor
een zeer sfeervolle opening. Het
eerste deel van de vioolsonate in a-
kl. opus 105 van Schumann wist zij
meteen vanaf het begin in overeen
stemming te brengen met de ka
rakteraanduiding: 'mit leiden-
schaftlichem Ausdruck'. Samen
met Briër gaf ze een klaarheldere
uitvoering van dit werk met prach
tige, poëtische en zeer muzikaal ge
speelde passages.
Zeer verrassend was daarna de
voordracht van de 'Zwölf Lieder
und Romanzen' op 44 voor vrou
wenkoor en piano van Brahms. Zo
beknopt als deze juweeltjes stuk
voor stuk ook waren, toch vertelde
elk zijn eigen verhaal. Lichtvoetige
verhaaltjes naar hun uiterlijk, m;
met ondertonen van spot en cyr
me. Het vocaal ensemble gaf t
zichtbaar en hoorbaar geïnspireer
de, voorbeeldige uitvoering van
deze kostelijke liederen. In alle op
zichten mooi afgewerk, helder
verstaanbaar en ook zuiver.
Van Schumann na de pauze et
adagio en allegro opus 70 vo<
hoorn en piano. Een prachtig
strument. de hoorn, alleen al om te
zien. En dan die donkere klanken
Toch blijft de combinatie met pia
no wat onwezenlijk. Alsof beide ii
strumenten elk op een andere w
reld thuishoren Hoewel Warner
ten Kate zich goed geweerd had in
dit stuk, vind ik dat Schumann (de
romantische opvatting) het eigen
karakter van de hoorn niet heeft
uitgebuit.
Brahms daarentegen exploreert
de klarinet in de sonate in f-kl.
opus 120 no. 1klankkleur en dyna
miek van dit instrument zijn volle
dig geïntrigeerd in deze sonate.
Bas de Jong - soloklarinettist
het Residentie Orkest - die op z
korte termijn de zieke Hans Stoop
kon vervangen, wist door zijn mee
slepend spel dit werk van de eerste
tot dc laatste klank te laten zingen,
waarbij de pianobegeleiding af en
toe wat op de achtergrond raakte
Over het geheel genomen was dit
weer een avond waaraan elk zijn
hart heeft kunnen ophalen.
MONICA SCHIKS
Markus Lüpertz: 'Das Ende des Orphei