Racen is leven, rest
is wachten op de dood'
Miniem verschil wereldtop
Handballers missen winstkansen
Van Basten heeft
het
naar zijn zin
ZATERDAG 10 JANUARI 1987
[PORT
PAGINA 17
De 57-jarige Moss doet het wat
kalmer aan. De Britse ex-coureur
gebruikt af en toe een scooter om
zich door het drukke Londense ver
keer te verplaatsen. (foto ANP)
LONDEN (GPD) - Twee totaal
verwrongen stuurwielen 'sie
ren' een wand van het Londen
se kantoor van Stirling Moss.
Stille getuigen van de crashes
in Spa en Goodwood, waarbij
de bezitter de dood met de vin
gertoppen beroerde. De plaats
achter het imposante bureau is
strategisch gekozen. Moss be
schouwt ze als talismannen,
die over hem waken. „Zij vor
men het onweerlegbare bewijs,
dat ik in mijn carrière niet al
leen pech heb gehad. Bij beide
ongelukken kwam ik zo dicht
bij de fatale klap".
De handbeweging waarbij de 57-ja-
rige bijna met de wijsvinger de
duim toucheert, is illustratief voor
zijn loopbaan. Hij kwam namelijk
ook steeds een fractie te kort, om
de kroon op zijn veel geroemde ta
lent te zetten. De kleine Brit reed
446 grote wedstrijden en won er
194, waaronder 16 Grand Prix. Al
leen die felbegeerde wereldtitel
ontglipte hem keer op keer. Zoals
een Poulidor op een Anquetil stuit
te, zo kwam Stirling Moss een
banddikte tekort op 'campionissi-
mo' Juan Manuel Fangio. Na de
'Fangio-era' werd Moss in de wie
len gereden door Mike Hawthorn,
Jack Brabham (2x) en Phil Hill.
Vier keer tweede en drie keer
derde; het was aanvankelijk een
obsessie voor de perfectionist, die
zelfs een gestroomlijnd 'kapsel'
droeg. Naarmate hij rustiger en be
zadigder werd, realiseerde hij zich
dat hij geen wereldtitel nodig had
om zijn naam extra glans te geven.
„De eerste jaren was het een enor
me frustratie. Ik dacht dat ik er
niet echt bij hoorde zolang ik die
titel niet op zak had. Op een gege
ven moment realiseerde ik me dat
het niet voor mij was weggelegd.
Nu ben ik best blij dat ik nooit het
genoegen heb gehad. In Italië was
er een treffen met de zeventien nog
in leven zijnde wereldkampioenen
Formule 1. Ik was de ejlige eregast
zonder titel. Dat is pas exclusief'.
Dat 'Stir' zijn sporen zou gaan
verdienen in de racerij werd al in
de wieg duidelijk. De huiselijke
Dat waren tijden.Een zucht die steeds vaker wordt geslaakt,
ook in de sport. De hang naar nostalgie, naar tijden waar in het
allemaal veel beter, spannender en sportiever zou zijn geweest,
is aan de orde van de dag. In de autosport wordt vaak
weemoedig verhaald over de heroïsche gevechten in de
prehistorie van de Formule 1. Het verleden is echter niet beter,
het is anders.
Direct na de Tweede Wereldoorlog veroverden de moderne
wagengevechten in speciaal daarvoor geconstrueerde arena's
de wereld. De nieuwe generatie gladiatoren had iets magisch,
iets onbereikbaars. In wapperende hemdsmouwen gestoken en
met 'pispotten' op de gepantserde schedels, riepen zij
herinneringen op aan de Romeinse strijders. Om een
persoonlijke band te creëren met deze lichting macho's, gaf de
massa bijnamen. Een van de belangrijkste en meest tot de
verbeelding sprekende exponenten was de 'Ongekroonde
Koning'. Stirling Moss, een fenomeen dat velen alleen al bij het
horen van de naam doet watertanden. Zijn superieure rijstijl
en de pech die aan hem klitte, maakten de Brit grenzeloos
populair.
Moss schakelde niet alleen tussen de vangrails supersnel. Hij
zag ook als eerste de waarde van het pound sterling in de
autosport. Waar anderen berooid uit het harnas stapten,
ontwikkelde Stirling Moss zijn eigen cao en zorgde ervoor dat
de verdiensten in relatie stonden tot de risicodragende factor
van zijn gedrevenheid. Wij spraken in Londen met de man die
de autosport alles gaf. Behalve zijn leven, al was het kantje
boord.
Een foto met nostalgische waarde. Stirling Moss raced in zijn Masarati 300-S tijdens de door hem gew
sfeer ademde namelijk de sensatie
van de snelle viervoeters uit. Het is
niet verwonderlijk dat ook zijn zes
jaar jongere zus Pat door het virus
werd besmet. Deze potige tante
forceerde als eerste vrouw de door
braak in een mannenwereld, met
tal van successen, onder meer in de
Rallye van Monte Carlo.
„Mijn vader was in de twintiger
jaren een niet onverdienstelijk
coureur en moeder reed tientallen
rally's. Op mijn zevende reed ik al
op een motor. Pa was een niet on
bemiddeld tandarts en leerde me
autorijden in zijn BMW. Mijn eer
ste racewagen kocht ik op mijn ze
ventiende. Een Cooper 500, met
het geld dat ik bij showjumping ge
wonnen had".
Het paardrijden, zijn acts als
koorddanser, zijn klasse als wa
terskiër; het gaf aan wat Stirling
Moss later zou onderscheiden van
een goed coureur. Zijn evenwichts
gevoel en reactievermogen ('ab
surd snel', oordeelden zijn rivalen)
werden legendarisch. Deze talen
ten gekoppeld aan wagenbeheer-
sing en wilskracht, maakten dat hij
in 1948 als professional de wijde
wereld introk.
„Ik was jong. wilde alles probe
ren. Zoveel mogelijk verschillende
wedstrijden rijden om ervaring op
te doen. Dat heeft mijn instincten
geweldig getraind en mij all-round
gemaakt". Hill-climbs, rally's (in
'52 werd hij zelfs tweede in de Ral
lye Monte Carlo), Moss was van al
le markten thuis. En wilde overal
winnen. Zoals in de vermaarde de
Mille Miglia. Hij schreef deze in
1955 met een Mercedes in een re
cordtijd op zijn naam, maar erg
veel genoegen schonk het hem
niet.
„Duizend kilometer, waarbij
achter iedere bocht het gevaar
school, dat was beangstigend. Ik
deed mee, omdat ik een navigator
mocht meenemen. Ik heb de Mille
Miglia altijd een anticlimax gevon
den. Aan de finish moest je uren
wachten voordat je wist of je had
gewonnen. Dan is er geen sprake
meer van emotie".
Binding
Die binding vond hij wel in het
in 1950 geopende Grand Prix-cir-
cus. In '55 stortte Stirling Moss
zich op de nek-aan-nek-races,
waarbij de zwart-wit geblokte vlag
meteen oordeelt over vreugde en
verdriet. Daar ontstond de band
tussen Fangio en Moss. Zij waren
het peper en zout in het vele-gan-
gen-menu. dat de toeschouwers in
vervoering bracht. Dertig jaar later
zijn zij nog steeds gezworen vrien
den. Ofschoon gescheiden door
continenten, laten de Argentijn en
de Brit geen gelegenheid voorbij
gaan elkaar op te zoeken.
„Onze relatie is gebaseerd op we
derzijds vertrouwen en respect.
Fangio is de allergrootste. In '55 re
den wij samen voor Mercedes. Fan
gio werd wereldkampioen, ik twee
de. Iedereen mompelde dat deze
uitslag door stalorders werd be
paald. Geen sprake van. De beste
mocht winnen. De enige restrictie
was dat wij onze positie moesten
houden als er een kloof van dertig
seconden was ontstaan".
Tijdens de onlangs verreden
Grand Prix in Australië, waarin
Alain Prost de wereldtitel verover
de. hadden de beide maestro's zo'n
reünie. „Dat zijn momenten waar
wij ons op verheugen. Ik spreek
een beetje Italiaans zodat wij kun
nen bijpraten over de geneugten
van het leven. Auto's, eten en vrou
wen, in willekeurige volgorde".
Toen Fangio het op 47-jarige leef
tijd voor gezien hield, lag het voor
de hand dat de kroonprins zijn
plaats op de troon zou innemen.
Stirling Moss was na Mercedes en
Maserati onder de hoede van de
Engelsman Rob Walker gekomen.
Een whiskey-magnaat en vooroor
logse coureur, die in de persoon
van Moss wilde realiseren wat hem
nooit was gelukt. Vrouwe Fortuna
weigerde echter haar hulp.
„Rob was mijn racevader. Hij
heeft ontzettend veel voor mij ge
daan. God, wat had ik graag de we
reldtitel gewonnen om de inzet van
hem en het team te belonen. Het
siert hem dat hij genoegen nam
met de titel 'morele winnaar'. Hij
heeft mij nooit laten vallen, als op
het laatste nippertje weer eens het
kampioenschap aan onze neus
voorbij ging".
Geluk
Walker liet zijn oogappel ook
niet vallen toen de Formule 1 in
1960 al een groot kruis sloeg over
zijn superster. Op het circuit van
Francorchamps verloor hij bij een
snelheid van 230 km/u het linke
rachterwiel, maar ook toen bleek
de ideale afstelling van hersenen
en spieren een barmhartige Same-
ritaan. „De Lotus sloeg meerdere
malen over de kop. Ik had me ech
ter tijdens de eerste koprol uit de
cockpit laten glijden en dat is
waarschijnlijk mijn geluk ge
weest".
Wat heet! Twee gébroken benen,
gebroken ribben, ernstige rugbles
sures en een half misvormd gezicht
maakten een urenlange operatie
noodzakelijk. Vijf weken later
kroop Moss ondanks hevige pijn
weer achter het stuur van een race
wagen. Twee jaar later kwam hij er
minder genadig van af. Bij de crash
op het Engelse Goodwood werd
niet alleen de Lotus maar ook Moss
in een wrak getransformeerd
„Het vreet aan me dat ik niet
weet wat er gebeurd is. Ik heb me
laten hypnotiseren om erachter te
komen, maar het lukte maar niet".
Hersen- en oogbeschadigingen,
verlammingsverschijnselen; Stir
ling Moss vocht met succes voor
zijn leven. Het zou echter wel zijn
racedood betekenen.
Een half jaar na het ongeluk was
hij zover hersteld, dat hij in het
diepste geheim terugkeerde op de
plek des onheils. Hij wilde het ant
woord op de vraag die een ieder op
de lippen lag. Anderhalf uur lang
joeg hij in racetempo over de piste
in Goodwood, reed uitstekende
rondetijden. Maar bij het afzetten
van de helm, wist hij het: „Ik ben
niet meer dezelfde". De Formule 1
werd beroofd van een monument.
Onafhankelijk
Stirling Moss bleef geen moment
bij de pakken neerzitten. Hij had
als coureur in alle opzichten goud
in de handen en was op het mo
ment van zijn afscheid financieel
onafhankelijk. Hij had zijn talen
ten goed verkocht en het geld uit
stekend belegd.
„Ik was veruit de best betaalde
mijn tijd. In mijn laat-
verdiende ik 32.700
pond. Daar kwam nog eens 13.000
pond uit reclame-inkomsten bo
venop. Voor die tijd een massa
geld; naar de huidige maatstaven
was ik dik miljonair. In '63 moest
ik beslissen: hoe verder. Eigenlijk
had ik nergens ervaring mee, maar
mijn naam - zeg nou zelf: Stirling
Moss dat klinkt toch goed - maak
te dat ik alles kon doen".
„Ik genoot een enorme populari
teit. Mogelijk dat ik die te danken
heb aan het feit dat ik zoveel wed
strijden reed en overal echt pro
beerde te winnen. Ook stond ik al
tijd tussen het publiek. Niet om ge
liefd te worden, maar gewoon om
dat het rrnjn aard was. Sinds mijn
zeventiende sta ik onder 'Moss' in
het telefoonboek. Een geheim
nummer vind ik onzin. Voor mijn
fans ben ik altijd bereikbaar. Nog
steeds krijg ik stapels fan-mail,
zelfs vanachter het IJzeren Gor
dijn. Feit is dat ik zo de politiek in
kon. Als je nergens van af weet,
ben je daarvoor immers geschikt.
Maar dat heb ik afgewimpeld, want
zodra je er kijk op krijgt hebben ze
je niet meer nodig".
De Holding Stirling werd in het
leven geroepen. „Ik heb me toege
legd op het opkopen van huizen;
die worden verbouwd tot apparte
menten en vervolgens verhuurd.
Uitstekende business, die nog al
tijd floreert omdat ik alles in eigen
beheer doe. Je kunt rustig stellen
dat ik een vermogend man ben.
Stilzitten en genieten van mijn
pensioen is er echter niet bij De
activiteiten van de Holding zijn in
de loop der jaren drastisch uitge
breid".
Daaraan is de niet aflatende
band met de autosport niet
vreemd. Moss is een uitstekend
ambassadeur van zijn passie en
reist nog jaarlijks de circuits in de
hele wereld af. „Het wereldje fasci
neert mij nog altijd. Ik heb vaste
pr-contracten en werk veelvuldig
als columnist. Sedert enkele jaren
heb ik ook de Britse Formule 1-
teams onder contract. In heb een
firma waarin volgens een speciaal
proces die delen van de auto wor
den verstevigd die aan grote druk
blootstaan. Wij leveren recht
streeks aan McLaren, Lotus, Brab
ham en Williams".
Als geen ander is Stirling Moss
in staat een oordeel te vellen over
de Formule 1 van toen en nu. „Die
periodes zijn niet te vergelijken.
Wij reden met veel minder vermo
gen en de races waren veel langer.
Drie of vier uur was normaal. Om
dat ik zo all-round was, reed ik
soms zelfs vier wedstrijden op een
dag. Dat is nu niet meer mogelijk.
Wij reden op smalle banden waar
door de bochtensnelheid beperkt
was. Tegenwoordig ligt die zo
hoog. dat het een enorme belasting
voor je nek is. Geloof me dat de
coureurs van dit moment top- en
top-fit moeten zijn"
„Ook de plaats die de autosport
in het maatschappelijk gebeuren
inneemt is veranderd. Nu wordt er
over op de sportpagina's bericht,
vroeger waren wij nieuws op pagi
na drie. Formule 1 werd niet gezien
als sport, het was een sociaal ge
beuren. Wij werden behandeld als
politici. In die tijd kreeg je meer
publiciteit als je op stap ging, dan
wanneer je een GP-zege behaalde
En ik heb vaak de kranten gehaald
Ik genoot van de voordelen die je
als bekend coureur bij de vrouwen
had".
Logisch gevolg van deze alterna
tieve jacht op trofeeën is dat zijn
privéleven een opvallende parallel
met zijn racecarrière vertoont. Zo
wel wat overwinningen als wat
zware crashes betreft. Twee huwe
lijken hepen spaak. „Mijn eerste
omdat ik midden in mijn raceloop
baan zat en veel weg was. Als het
thuisfront dan leest dat je wel tijd
hebt voor andere vrouwen, laat de
rest zich raden. Mijn tweede vrouw
was een Schotse. En als je die kent,
dan weet je dat dat niet goed kon
gaan".
Drie keer scheepsrecht moet
Moss hebben gedacht. In 1980
trouwde hij met de 23 jaar jongere
Susie Payne. „Ik ken haar al van
kinds af aan. Vroeger zat ze bij mij
op schoot, nu zijn de rollen eerder
omgedraaid. Zij is mijn steun en
toeverlaat en een geweldige kracht
in de bedrijfsleiding. Wij hebben
een zoontje van anderhalf: Elliot
Mijn grootste wens is het met hem
op safari naar Kenia te gaan, zodra
hij oud genoeg is".
Naast Elliot vormen de histori
sche races het troetelkind van de
57-jarige Brit. „Gewoon voor de lol.
Ik heb zelf een Chevron B8 en njdt
vijf of zes keer per jaar in de Super-
sportscarraces, een competitie die
ik mede organiseer. Nee, winnen
doe ik zelden, daarvoor moet de
auto te veel toegeven op de ande
ren. Nu maakt me dat niet meer zo
veel uit. Ik wil gewoon een paar
keer per jaar de sleur van alledag
eruit rijden. Want zoals iedere cou
reur in hart en nieren zal kunnen
beamen, racen is leven, de rest is
wachten op de dood".
Geurts gaat door met ongelijke bobslee-strijd
Van
sportredactie
NIEUWEGEIN (GPD) - Rob
Geurts. Marco Versterre, Han Min-
jon en Jan Langeveld vervolgen dit
weekeinde de ongelijke strijd met
de wereldtop. De bemanningen
van de Nederland 1 en Nederland 2
komen aan de start bij de wereld
kampioenschappen bobsleeen in
het Zwitserse Sankt Moritz en zul
len in de top van het eindklasse
ment niet voorkomen.
Utrechter Rob Geurts doet met
discuswerper Marco Versterre
over de glijtocht naar beneden
minder dan een seconde langer
dan de toppers uit Zwitserland en
het Oostblok, maar met dat mini
male verschil eindig je rond de vijf
tiende plaats.
„We vormen de achterhoede van
de wereldtop", zegt Geurts in de
Nieuwegeinse sportschool, die hij
met de voorlopig gestopte Job van
Oostrum runt. „Je moet ons niet
vergelijken met de Lejdse schans
springer Van Konijnenberg. Die
komt tot 59 meter, terwijl de bes
ten verder dan honderd meter
springen, bij ons is het verschil
slechts een seconde. Wij hebben al
tijd nog zo'n vijftien teams achter
ons. We zijn zeker niet het lacher
tje".
De kansen om in aanmerking te
komen voor uitzending naar de
Olympische Winterspelen zijn ech-
ESCH-SUR-ALZETTE (ANP) -
Vooral door een schrijnend tekort
aan het vermogen te scoren heeft
hel Nederlands handbalteam gis
teravond met 21-23 verloren van Is
rael. Dat gebeurde in de openings
wedstrijd van het vierlandentoer-
nooi in Esch-sur-Alzette (Luxem
burg).
De technische leiding had door
de afwezigheid van een groot aan
tal vaste krachten een B-team op
gesteld. Bankzitters en spelers van
Jong Oranje kregen de kans. In de
eerste helft hielden zij Israël nog
redelijk bij (10-13). Maar in de slot
fase van de tweede helft, nadat
Oranje tot 15-17 was genaderd,
misten de Nederlanders kans na
kans. Voor Nederland scoorden
Henk Groener en Robert Fiege ie
der vijf keer. Bij Israël was Yoac
Drucker met zeven treffers het pro-
duktief'st. Nederland speelt nog le
gen Portugal en gastland Luxem
burg.
De uitslag is: Nederland - Israel
21-23 (10-13). Topscorers Neder
land: Henk Groener en Robert Fie
ge ieder 5. Topscorer Israël: Yoac
Drucker 7.
SANKT MORITZ (ANP) - Tijdens
de trainingen voor het wereld
kampioenschap tweemans-bob in
Sankt Moritz (Zwitserland) heeft
Marco Versterre een lichte blessu
re opgelopen. De remmer van Rob
Geurts neemt vandaag en morgen
niettemin deel aan de wereldtitel
strijd over vier manches.
Geurts en Versterre legden in
Zwitserland voor een huursom
beslag op een snelle slee, waar
mee ze in de trainingen klasserin
gen tussen de 15e en 18e plaats
haalden.
ter ook voor de Nederlandse bob
bers gering. Een kans op een plaats
bij de beste acht; dat is de eis van
het Olympisch comité. In Calgary
hebben de top-landen slechts twee
formaties op de deelnemerslijst,
maar dan nóg is die achtste plek
bijna onhaalbaar. De seconde die
ligt tussen middenmoot en wereld
top moet gehaald worden, uit de
start, de stuurkunst en het mate
riaal
Rob Geurts, 27 jaar, acht jaar in
de bob en daarvoor actief in de
raceauto: „De start is een explosie,
je moet sterk zijn en snel. Ik op de
twintig meter, Marco op de veertig.
Onze start is perfect. Konden we
enkele jaren terug nog wat winst
boeken, nu zijn alle landen snel.
Vergelijk het maar met de 100 me
ter; alle finalisten lopen rond de
tien seconden".
Het ongelijke van de strijd tus
sen Nederlanders en wereldtop
komt vooral naar voren bij het stu
ren en het materiaal. Een kwestie
van ervaring, van doen. „Je moet
één worden met de bob. Hoe vaak
zijn wij naar beneden gegaan?
Twintig keer misschien? De con
currentie wel tweehonderd maal.
Die zetten hun gloednieuwe bobs
in oktober in een vrachtwagen,
krijgen een pak geld mee en gaan
tot maart van baan naar baan. We
waren niet veel minder dan de En
gelsen; die hebben dit jaar een
budget van 500.000 gulden en zijn
voor ons nu niet meer te achterha
len. Wij hebben geen budget. Met
het startgeld dekken we onze on
kosten, van een sponsor hebben
wc een auto in bruikleen gekre
gen".
Geen zin
De Nederlandse bobbers hebben
te maken met een slecht functione
rende bond, Rob Geurts voelt er
echter niets voor om in navolging
van Job van Oostrum vorig jaar
zijn nek uit te steken. „Het heeft
geen zin allerlei mensen onderuit
te halen, wc sturen onze grieven
naar de Nederlandse Sport Federa
tic. Frans Henrichs heeft de bond
opgericht. Die was puur voor de
topsporters bezig. Nu steunt men
de sport meer in de breedte, maar
veel merk ik daar met van. In
Sankt Moritz komt dit weekeinde
ook een derde Nederlandse bob
aan het vertrek, een studenten-
ploeg. Ze moeten hun eerste afda
ling van het seizoen nog maken".
De stuurlui Geurts en Minjon
van Nederland 1 en 2 gaan naar be
neden in de slee waarmee ze ook
vorig jaar aan de kampioenschap
pen deelnamen. De ploegen- die
vóór hen in het klassement staan
hebben nieuw materiaal, de Ameri
kanen spendeerden 100.000 dollar
aan de ontwikkeling van een nieu
we bob, de Oostduitsers hebben
een slee met onafhankelijke ach-
terschaats, waardoor de vering be
ter tot zijn recht komt.
Rob Geurts: „Oud of nieuw ma
teriaal, dat maakt een halve secon
de uit. Trek die af van de seconde
die wij achterblijven en we zitten
bij de top. Volgend seizoen is er
geld voor een nieuwe bob. en geld,
ja, daar draait alles om. Fysiek zijn
we op hetzelfde niveau, onze start
is perfect. Hebben we beter mate
riaal en kunnen we meer afdalin
gen maken, dan stijgen we vijf tot
zes plaatsen".
Marco van Basten wordt in het Zwitserse ski-oord Thyon dagelijks aa
zijn enkel behandeld door de Amsterdamse fysiotherapeut Renner ra
Dantzig (rechts). (foto an
THYON (ANP) - Marco van Basten het gisteren uit het Zwitserse ski-oord
Thyon 2000, in de buurt van Sion, weten het prima naar zijn zin te heb
ben. De 22-jarige spits van Ajax is daar dinsdag aangekomen met de
fysiotherapeut Reinier van Danzig, die werkzaam is in de Amsterdamse
praktijk die dienst doet voor Ajax en waarbij ook Pirn van Dord is aange
sloten.
„Er is hier volop sneeuw. De hellingen zijn bezet door vele skiers. Ik
mag natuurlijk slechts toekijken", vertelde Van Basten, die 16 januari in
Nederland terugkeert. De veelscorcnde spits heeft besloten naar Zwitser
land uit te wijken, omdat Ajax deelneemt aan verschillende buitenlandse
(zaal-) voetbaltoernooien. „Dus had ik bij Ajax niets te zoeken". Hij kreeg
de mogelijkheid naar Thyon te gaan, doordat Van Danzigs praktijk gere
geld wordt ingezet voor hulp aan vakantiegangers in het wintersportge
bied. „Ik zit hier toch", zei Van Danzig, „dus is het een kleine moeite Van
Basten te begeleiden".
Dat wil overigens niet zeggen, dat Van Basten weinig te doen heeft. Met
Van Danzig werkt hij dagelijks een revalidatieprogramma af, waarbij de
geopereerde enkel dient te worden ontzien. Van Basten begint om negen
uur in de ochtend. Hij houdt zich onder meer bezig met lichaamsoefenin
gen, fietsen, zwemmen en krachttraining. Het programma eindigt pas in
de avond. Van Basten: „Ik ben inderdaad keihard aan het werk Het gaat
nu om het opvijzelen van de algemene conditie. Ik weet absoluut niet,
wanneer ik weer kan voetballen. Zelf verwacht ik de hervatting van het
seizoen in februari te kunnen halen. Maar over twee weken moet ik mij
bij de artsen melden. Het is aan hen te beslissen hoe het verder met mij
moet".