'Dansen eist veel van je leven'
Tamara Huilmand
Jarige Albert Mol blij verrast
Expositie vrouwen in de kunst
blijft moeilijk toegankelijk
DAKO: verwarrend
stuk muziektheater
MAANDAG 5 JANUARI 1987
KUNST
PAGINA 17
VLISSINGEN „Je moet
zingen in je hoofd", ver
klaart de choreografe Tama
ra Huilmand over de in
vloeiende harmonie verlo
pende stille gedeelten van
haar dansstuk 'Chihuahua'.
„Ik denk dat je in stilte de
melodie van je lichaam be
ter zal ervaren. Ik maak
mijn stukken ook nooit di
rect op muziek, eerst moe
ten ze een muziek voor zich
zelf hebben. Dat is een ma
nier van denken en kijken
naar de dingen. Ik denk dat
je moet zorgen dat alles wat
je met je lichaam doet een
melodie heeft. Muziek kan
daarbij versterkend
werken, maar mag nooit je
basis zijn, eigenlijk".
door
Frans Doeleman
Tamara Huilmand erkent dat de in
stilte met z'n vieren te dansen ge
deelten wat bij het publiek over
komt alsof je de muziek niet kan
horen, terwijl die er wel zou zijn
een extra moeilijkheidsgraad met
zich meebrengen en tijdens de re
petities tussen de voorstellingen
tot in den treure geoefend moeten
worden. „Je moet een melodie
creëren en het probleem is dat je
die niet vasthoudt, er zit altijd een
ontwikkeling, een verbastering in.
Dus moet je tijdens de repetities
zoeken naar een moment dat de
melodie weer juist is, dat iedereen
weer het juiste gevoel heeft. Met
muziek heb je gewoon houvast in
tijd en ritme"
Ruim 25 jaar geleden werd Ta
mara Huilmand in Breda geboren
Na de dansacademie in Rotterdam
zocht ze naar een manier om zich te
ontwikkelen als choreograaf. An
derhalf jaar was zij werkzaam bij
MDMC (Moderne Dans Muziek
Circuit) en vervolgens kwam ze te
recht bij 'De Nieuwe Danserije' in
haar geboorteplaats. Deze stich
ting behartigt de organisatorische
en zakelijke belangen en heeft
twee choreografen in dienst, maar
geen vaste groep dansers. Tamara
beschouwt het als een voordeel,
dat ze voor elke nieuwe produktie
via audities kan zoeken naar de
mensen die het beste in haar stuk
passen.
Op de vraag of zij grote voorbeel
den heeft, reageert Tamara: „Ik
denk dat je dat nooit moet vragen
aan iemand die eerlijk is voor zich
zelf. Sommige stukken van Anne
Teresa de Keersmaeker vind ik
heel mooi. Ik ken haar ook goed,
want mijn zus Roxane danst in
haar groep Rosas. Het is trouwens
idioot om te denken dat je geen in
vloeden zou hebben, maar ik heb
geen behoefte om iemand anders
te zijn dan mijzelf. Je probeert
werk te maken waarbij je luistert
naar jezelf. Pina Bausch vind ik
zo'n waanzinnig groot iemand, die
zulke mooie stukken maakt, maar
ik zal nooit denken, goh, daar wil
ik op lijken".
Leven
„Kan je objectief naar je eigen
werk kijken? Ik denk het niet. Ik
kan alleen zeggen dat ik werk met
herhalingen, maar niet op een mi
nimaal-basis. Ik wil niet alleen ab
stract bewegen, meer vertellen,
zonder teksten of andere hulpmid
delen, maar echt met dans. Mijn
uitgangspunt, mijn inspiratiebron
is waarschijnlijk mijn eigen leven,
orridat dat het enige is dat ik echt
kan. Van daaruit is het net of op
een heel natuurlijke manier, zon
der dat je daar zelf mee bezig hoeft
te zijn. dingen uit dat leven door
een zeef vallen en op een gegeven
moment houd je iets over waar je
wat mee wilt. Wanneer je dat een
maal concreet hebt, komen er van
zelf beelden, gevoelens en sferen
bij. Dan ga je kijken hoe je dat neer
kan zetten".
De titel van het programma dat
'De Nieuwe Danserije' dit seizoen
in Nederland en België brengt,
heeft een bepaald beeld als achter
grond: „Zo'n Chihuahua moet je
gewoon zien op het strand met zijn
bazin. Een heel klein hondje, bijna
een statussymbool en meestal vre
selijk opgetut. Tegen een meer uit
de kluiten gewassen hond hebben
ze een grote mond. maar als het op
daden aankomt, zijn ze weg" Die
lijn heeft Tamara doorgetrokken
naar het meisje dat geconfronteerd
wordt met het feit dat van haar ver
wacht wordt vrouw te zijn of
vrouw te spelen: „Hoe het voelt je
te moeten aanpassen omdat je om
geving dat van jou vraagt, het ge
voel niet die vrouw te kunnen of te
willen zijn, dat zijn de dingen waar
ik mee speel".
„Ik heb maar eën wens", zegt Ta
mara hoofdschuddend wanneer
het onderwerp dansprijzen ter
sprake wordt gebracht, „dat de
stukken die ik maak zó ontvangen
worden, dat ik ze werkelijk voor
het publiek kan zetten. En voor
mijzelf heb ik de eis dat het altijd
beter zal gaan, dat ik verder groei.
Niet in de eerste plaats voor ande
ren, maar voor jezelf wil je vooruit,
zo helder mogelijk maken hoe jij
de dingen ziet, wat jouw manier
van werken is en jouw 'ding' pro
beren te ontpellen om zo dicht mo
gelijk tot de essentie te komen. Het
is een kunst om het zo neer te zet
ten dat iedereen heel precies voelt
waar het over gaat.
„Het is geen dramatische voor
stelling. het is in de eerste plaats
dans. Er zitten ook grapjes in, grap
jes met een glimlach. Soms heb je
een voorstelling dat de mensen
precies op dat moment glimlachen
dat jij dat ook had. Een andere keer
gebeurt dat niet, maar dan kan het
toch een goede voorstelling zijn. Ik
denk in sferen, beelden en gevoe
lens en van daaruit ga je aan het
werk. Eerst voor mijzelf, drie
maanden, en vervolgens met de
mensen een even lange tijd. Daar
na selecteer je het materiaal, ga je
het structureren en maak je de
voorstelling".
Met die voorstelling wil Tamara
Huilmand zo langzamerhand ook
wel eens naar het buitenland: „Het
is een goede ervaring om niet al
leen voor Nederlands publiek te
spelen. Ik hoop voor mijzelf altijd
dat de toeschouwers open staan
voor wat ze zien en dat een aantal
heldere beelden van het stuk blijft
hangen".
„Als je danst, ben je getrouwd
met je vak. Het eist veel van je le
ven, want je lijf moet in training
zijn. je moet je lijf, jouw instru
ment, kunnen hanterenzegt Ta
mara, die dat overigens allerminst
wil vereenzelvigen met 'jong en vi
taal'. „Nu gebruik je dat je jong
bent en energie hebt, maar met ou
dere mensen zou je andere dingen
doen. Ja, bij het Nationale Ballet
zijn ze bezig met jong en vitaal,
energiek en mooie meisjes, dat is
het image. Maar een danser van
vijftig wiens lichaam in training is,
heeft een heel eigen bewegings
taal. Ik vind vaak dat hoe ouder de
dansers zijn, hoe interessanter het
is, hoe meer je voelt dat die men
sen al een leven hebben gehad,
minder maagdelijk of neutraal,
maar met veel meer diepgang
Maar bij de meeste gezelschap
pen is het gebruikelijk dat dansers
voor hun veertigste hun carrière
hebben afgerond. En tot die tijd
staan ze in stukken voor mensen
die jong zijn. „Dan hebben ze van
die duetten, dat ik echt denk van,
nou ja, dat is meer voor een meisjes
van zestien of zo, die wereld. Ik
vind dat niet erg, ze voelen zich ge
lukkig. Maar zoiets wordt afschu
welijk als je dat Margot Fonteyn
ziet doen. want die kan absoluut
niet meer verbergen dat ze oud is"
Ideaalbeeld
Hoewel zij er zelf aardig aan
beantwoordt, zet Tamara zich ook
af tegen het ideaalbeeld van 'lang
en dun': „Dan gaat het er niet eens
meer om of je mooie dingen doet,
maar om hoe je lichaam in elkaar
zit. Ik neem mensen om hoe ze van
nature zijn en we hebben niet alle
maal van die ideale lijven".
Haar eigenzinnigheid blijkt ook
uit het feit dat ze nooit bij een vaste
groep zou willen dansen: „Ik zou
nooit in stukken van iemand an
ders willen staan. Ik denk gewoon
omdat ik veel te eigenwijs ben en
niet kan hebben dat iemand een
beslising neemt die ik anders zou
doen. Ik heb zin om te dansen,
maar dan wel in mijn eigen stuk
ken. Mijn drie jaar jongere zusje
Roxanne wilde juist wel bij een
groep".
„We hebben elkaar ontzettend
gestimuleerd om te gaan dansen
Maar Roxanne is een heel andere
persoon. Ik ervaar soms wel dat je
in eikaars vaarwater zit, dat de
mensen de één beter willen vin
den. meer naar voren willen halen
of liever de één zien en dan de an
dere meteen het plakkaat opplak
ken Maar aan de andere kant
denk ik, ja, we hebben gelijkenis
sen, dat kan niet anders, maar ook
heel eigen dingen en het zijn toch
die eigen dingen die je verder wil
uitwerken".
Choreografe Tamara Huilmand"Je
ingen in je hoofd" <fot
Speellijst
9-10 januari, Theater 't Hoogt,
Utrecht; 14 januari, Schouwburg
De Lievekamp, Oss; 20-24 januari.
Shaffy Theater, Amsterdam; 3 fe
bruari. Schouwburg Veenlust.
Veendam; 4-5 februari Grand
Theatre, Groningen, optie (in aan
sluiting Veendam); 10 februari.
Kunstmin, Dordrecht: 13 februari.
Pleinzaal. Den Bosch; 5 maart,
Theater aan het Water, Leeuwar
den; 20 maart. Theater De Unie.
Rotterdam (optie); 24 maart. To
neelakademie, Maastricht; 8 april.
Schouwburg Enschede. Enschede
29 april, Zuidlandtheater. Terneu
zen; 15 mei. Globezaal sb. Eindho-
Met koninklijke erkenning
LAREN/GELDERLAND (GPD) -
„Lang zal Albert leven, in de glo
ria...". Uit volle borst zingt de visite
mee op deze zaterdagavond. Albert
Mol viert zijn zeventigste verjaar
dag. Die dag is extra feestelijk we
gens de koninklijke onderschei
ding die hij enkele uren daarvoor
uit handen van de Lochemse bur
gemeester ontving. Het lintje krijgt
Albert Mol op het moment dat hij
bekendmaakt met tientallen be
jaarden op tournee te gaan. Hieper-
depiep hoera klinkt het in zijn
boerderij in het Gelderse Laren.
door
Peter Contant
„Een wonderbaarlijke beleve
nis", zegt de toneelspeler-cabare
tier zondagmorgen vroeg als Lo-
chem nog slaapt. Want toen het
kinderkoor hem zaterdagmorgen
verraste met een aubade, had hij
nog geen idee dat het Hare Majes
teit had behaagd hem te benoemen
Monet: 200.000
AMSTERDAM (ANP) - Ondanks
herhaalde verzoeken van het pu
bliek is de Monettentoonstelling in
het Van Goghmuseum in Amster
dam niet verlengd. Gisteren werd
deze zeer druk bezochte tentoon
stelling van werken, die de Franse
schilder Monet in Nederland heeft
gemaakt, definitief afgesloten.
De expositie kon niet worden
verlengd, omdat de schilderijen af
komstig zijn van zoveel verschil
lende mensen en instellingen dat
het onbegonnen werk is iedereen
te benaderen en regelingen te tref
fen om de werken langer in het
Van Goghmuseum te laten han
gen.
De expositie heeft rond de
200.000 belangstellenden getrok
ken, waarmee volgens de woord
voerder het recordaantal bezoe
kers van de Grande Parade in het
Stedelijk zou worden geëvenaard.
tot Ridder in de Orde van Oranje
Nassau. Eenmaal op weg naar het
gemeentehuis dacht hij nog dat hij
de Zilveren Penning van Lochem
zou krijgen. Toen hij in de mensen
menigte al zijn dierbaren ontwaar
de, ging er pas een lichtje branden
„Ik had daar nooit op gerekend.
In de krant las ik in april altijd zo'n
lijst met namen van uitverkorenen.
Maar dat ik daar niet bij stond
vond ik normaal. Ik heb ook nooit
aan het euvel geleden dat ik zo
graag een lintje wilde. Maar nu het
zover is, tja echt, ik ben uiterst aan
genaam verrast".
We zouden het bijna vergeten.
Ook Albert Mol wordt een dagje
ouder. Hij mag dan inmiddels be
jaard zijn, bedaard is hij nog geens
zins. Enthousiast maakt hij mel
ding van een nieuwe periode in
zijn omvangrijke carrière: een
tournee met bejaarden. Samen met
een zanggroep, een stijldans- en
folkloristische dansgroep, bestaan
de uit bejaarden uit de omgeving
van Apeldoorn, gaat Albert Mol
binnenkort door het land toeren.
Dansen, zingen, het optreden van
de Bejaarde Delinkwenten, zoals
de groep heet, belooft wat bijzon
ders te worden.
Die naam is niet toevallig geko
zen. Albert Mol: „Uit het program
ma moet blijken dat wij bejaarden
nog wel degelijk meetellen. Op te
levisie zie je tegenwoordig zo'n
spotje van twee oudjes, die door
hun kinderen in een tehuis worden
gestopt. Net of ze gestraft worden.
Dat gaat in de trant van 'dag oude-
lui, bedankt voor alles en tot ziens'.
En dat gedoe rond de sluiting van
die bejaardentehuizen. Ronduit er
gerlijk".
„De Bejaarde Delinkwenten la
ten zien dat bejaarden wel degelijk
meetellen, maar ze hebben ook een
boodschap aan al die dertigers en
veertigers van nu: denk er om, bin
nenkort bent u ook net zoals wij".
Zijn nieuwe programma is
slechts één onderdeel waarmee hij
zijn bestaan vult. „Ik houd me nog
aanbevolen voor filmrollen. Plan
nen zijn er nog niet, dus ze kunnen
me altijd bellen. Haha... waarom
niet?" Of de jaren dan niet gaat tel
len? „Ach, als het koppie goed is
en de benen doen het, dan ben je
een heel eind. Vergeet niet bij de
opnamen van Met Hoop van Zegen
zat ik samen met Lex Goudsmit bij
een temperatuur van 15 graden on
der nul op het strand. We kunnen
wel wat hebben".
In het nieuwe jaar staat Albert
Mol niet alleen op de bres voor de
bejaarden. Zijn boerderij zal een
ontvangtehuis blijven voor over
spannen artiesten. Dat is al sinds
een kleine vier jaar het geval. Ook
daarvoor kreeg hij zijn onderschei
ding. „Het is niet alleen dat", legt
hij uit. „Het geldt ook voor mensen
die aan de stoute troep (harddrugs)
verslaafd zijn. Ik wil hierover lie
ver niet zoveel kwijt. Maar ik heb
niet alleen een artistiek talent. Ook
deze mensen kan ik wat bieden.
Ach, eigenlijk moet je me meer
zien als een kneuzentrekker". Hij
moet zelf om deze uitdrukking la
chen.
Even valt er een kleine overpein
zing bij Albert Mol te bespeuren.
„Het is een ondenkbare tijd", zegt
hij dan. „Het gaat ook zo snel. Je
moet soms emotioneel heel wat
overwinnen. Ze hebben me ge
vraagd om voor het universiteits
blad van de VU een artikel over
seks te schrijven. Ik heb het nog
gedaan ook. 'Doe aan seks, maar
kijk niet om'. Dat lukt trouwens
niet eens, als je er op ligt. Maar ik
bedoel maar, dat was zestig jaar ge
leden toch ondenkbaar".
Even terugkijken op dit werve
lende weekeinde doet hij graag. Hij
denkt er aan hoe fijn hij het vond
dat Jeroen Krabbé, die net klaar is
met zijn James Bond-film, naar Lo
chem kwam. Hij denkt aan dat bij
zondere telefoongesprek met Joop
Doderer. Samen mijmerden ze nog
eens; over wijlen hun leermeester
Wim Sonneveld. Dit zou hij heb
ben moeten meemaken, zeiden ze
tegen elkaar.
„Woensdag sta ik bij Veronica's
Tineke met een bejaardenkoor.
Twaalf minuten lang. Heerlijk"
Expositie met werk van Anneke van
Kesteren. Heieen Nagel, Grady de
Vries en Betsy Zonneveld, tot 16 ja
nuari 1987. Pand Caecilia, Caecilia-
straat 18, Leiden. Openingstijden
ma. en di. van 13.30-16.30 uur.
LEIDEN - Het pand aan de Cae-
ciliastraat. waar met enige regel
maat exposities van vrouwelijke
kunstenaars worden gehouden,
ziet er van buiten nogal gesloten
uit. Door aan te bellen bij de
Leidse Vrouwenraad krijg je toe
gang tot het gebouw. De toegan
kelijkheid is al iets bevorderd
doordat er inmiddels, buiten de
open dagen, twee vaste midda
gen zijn. waarop de tentoonstel
ling bezichtigd kan worden maar
een werkelijke verbetering voor
het publiek is het niet te noemen.
Mijn bezoek bracht grote ver
warring en ongerustheid teweeg
bij een van de dames van een
kaartclub. Sleutels moesten op
gezocht worden en omdat er
geen toezicht was, bestond de
vrees dat er iets weg zou raken
Af en toe hoorde ik informeren
of "het meisje van de krant" er
nog was. Ik was volstrekt niet
van plan om een in fluoresceren
de kleuren beschilderde herten
huid onder mijn jas mee te ne
men; zo koud was het niet en bo
vendien trok het vreemde object
mij geenszins aan.
Dan kom ik nu toe aan het
werk, waar het uiteindelijk om te
doen was. Eén van de vier expo
santen, Anneke van Kesteren.
toont haar in uitgesproken kleur
uitgevoerde schilderijen. In deze
semi-abstracte composities zijn
lucht, water en bergen bijna op
gelost in grote kleurpartijen. De
kleur correspondeert vaak nog
met het oorspronkelijke gege
ven. Van Kesteren combineert
strakke, hoekige vormen met
ruw gepenseelde vlakken; aarze
ling tussen geometrische abstra-
tie en een meer expressieve be
nadering leidt in sommige geval
len tot een onrustig beeld.
In dezelfde ruimte staan ook
enkele grote objecten van Betsy
Zonneveld. Zij zoekt naar ver
houding en evenwicht door het
spannen van flexibele draden tot
rechte en gebogen lijnen. Dit
idee en de uitvoering met ge
kleurde draden zijn niet onaar
dig, maar de oplossingen lijken
vaak erg omslachtig om van een
uitgebalanceerd stuk te kunnen
spreken. Een aantal, kleinere ob
jecten, die hetzelfde principe vol
gen, en enkele zeefdrukken van
Betsy Zonneveld waren om on
duidelijke redenen in een ander
lokaal ondergebracht.
Grady de Vries houdt er zeer
verschillende manieren van
werken op na. Haar in een 'wilde'
trant uitgevoerde stukken, met
soms een wat symbolistische in
slag en een futuristisch aandoen
de ruimte-opvatting, laten een
onevenwichtige indruk na. Een
constante ontbreekt in het werk.
waarin het experiment zo sterk
de boventoon voert. Naast enke
le portretten exposeert Heieen
Nagel een aantal leuke penteke
ningen van staande vrouwenfi
guren. Vloeiende, soms sterk
aangezette lijnen geven treffend
vorm aan deze figuren, die ik
door hun eenvoud verkies boven
twee andere, overdreven miste-
kende vrouwen
Een vereenvoudigde, summit
re werkwijze trof ik ook aan bij
een drietal portrettekeningen
De acrylportretten heb ik. zo
bleek naderhand, niet te zien ge
kregen; deze bevonden zich in
weer een andere ruimte, die he
laas gesloten bleef Dergelijke
perikelen bewijzen dat het niet
voldoende is om te beschikken
over een ruimte waar werk kan
hangen. Toegankelijkheid en een
goede organisatie zijn onont
beerlijk om een tentoonstelling
te maken die echt op het publiek
gericht is, wat toch zeker de bi
doeling is.
NANCY STOOP
Hans Dagelet vooraanen Paul Koek spelen DAKO. (foto Hans verhaRcm
DAKO - een coproduktie met toneel
groep Baal. Spelers: Hans Dagelet
en Paul Koek. Regie: Lodewijk de
Boer. Decor: Jan Klatter. Composi
tie: Paul Koek. Gezien op 1 januari
in Frascati, Amsterdam. Aldaar nog
tot en met 17 januari te zien.
AMSTERDAM - Eigenlijk zou
niemand iets van tevoren over de
produktie DAKO moeten vertel
len. Alleen op grond van de aan
kondiging: Hans Dagelet en Paul
Koek spelen een voorstelling,
zou je een kaartje moeten kopen
en DAKO (letterwoord gevormd
uit DAgelet en KOek) gaan zien
en vooral beluisteren. Op deze
manier kun je je echt laten ver
rassen. Pas dan voel je ook iets
van paniek: wat moet ik in he
melsnaam hiermee aan? Hevige
twijfels krijgen dan ongestoord
vat op je: is dit buitenissige
avant-garde of pure flauwekul?
Na afloop moet je het cassette
bandje kopen, waarop een selec
tie is uitgebracht van de tijdens
de voorstelling gebruikte ge
luidsband. Zodra je die cassette
thuis weer beluistert, zul je mer
ken. dat tal van beelden uit de
voorstelling terugkomen - voor
al ook omdat het spektakel zich
in een bouwwerk vol verrassin
gen heeft afgespeeld. En toch
weer plaagt de vraag: wat vond
ik er nu eigenlijk van?
Helaas doet het programma
blad pretentieus aan en blaast
met allerlei verwijzingen hoog
van de toren. De voorstelling zou
uit acht onderdelen bestaan en
onder meer refereren aan de vier
levensstadia, de vier jaargetij
den, aan de leer van de vier li
chaamssappen van de Griekse
geneesheer Claudius Galenus en
aan de vier elementen van de
Griekse wijsgeer Empedocles
Wie daarvan duidelijk iets in de
voorstelling kan terugvinden, is
een genie.
Hooguit één verwijzing snijdt
nog enigzins hout: Jarnsaxa. Dat
is volgens de informatie een
vrouwelijke reus uit wie Thor's
beide zonen Magni en Modi ge
boren werden. Het lijkt alsof Da
gelet en Koek, de musicerende
acteur en de acterende musicus,
deze zonen spelen Door een
touw onlosmakelijk met elkaar
verbonden banen zij zich een
weg door een fantasiewereld, die
in het decor door een stellage
met galerijen en verdiepingen
wordt vorm gegeven. Dat touw
geeft op de eerste plaats verbon
denheid aan, maar belemmert de
bewegingsvrijheid en symboli
seert daardoor tevens de onver
mijdelijke machtsstrijd tussen
de broers, die onbeslist blijft.
Op hun tocht produceren de
beide broers voortdurend gelui
den op een in de ruimte ver
spreid instrumentarium, en dat
tegen de achtergrond van een
klankrijke geluidscompositie op
band, waardoor er een scala van
hoofdzakelijk slagwerkinstru
menten steeds te beluisteren
valt. Deze combinatie van bewe
gingsimprovisatie en geluid is de
verhaalloze inhoud van dit merk
waardige muziektheaterstuk
Soms boeiend, soms vervelend
steeds verwarrend.
WIJNAND ZEILSTRA
Lochem, omringd door Jeroen Krabbé, Merel Laseur en huisvriend
(foto ANP)
Albert Mol, geriderd in het stadhuis
Gordon Bill.