Italianen werkten de Endlösung van alle kanten tegen Fergie favoriet bij roddelpers 'Hadi' is de beste kok van Europa ZATERDAG 29 NOVEMBER 1986 EXTRA PAGINA 31 door Hein ten Kortenaar Princes Diana is er volgens de Britse roddelpers niet op vooruitgegaan, De hertogin van York, Sarah Ferguson, tijdens een skivakantie in Zwit- sinds ze twee kinderen heeft gekregen. ifoto ap» seriand: vrolij ke, onaedwongen presentatie. (foto ap» Engeland en zijn koninklijke familie vormen een aparte relatie. Gedragen door een combinatie van gevoelens, waarin onveranderd diepe genegenheid duidelijk de meerdere is van afkeer en irritaties. Het is deze combinatie die constant maximale belangstelling garandeert. Nergens ter wereld wordt deze ook commercieel zo bruikbare thermiek beter benut dan in de eigen Engelse pers, die „royalty" inderdaad tot een hoogst intrigerende cultus heeft verheven. Dat men daarmee alle kanten uit kan, bewijst de jongste ontwikkeling waarin prinses Diana met het bekende „Spiegeltje, spiegeltje aan de wand" wordt uitgespeeld tegen de hertogin van York, of gewoon Fergie, de spontane wederhelft van prins Andrew. door Haye Thomas Het is uiteraard vooral de populaire Engelse pers die zich uitleeft in rod dels over het koningshuis. Maar zij confronteert hun miljoenen lezers toch maar met de indringende vraag of zij ook vinden dat Diana, sinds zij twee kinderen heeft gekregen en steeds meer haar heeft laten afknip pen, er niet op vooruit is gegaan. En dat zij zich steeds saaier kleedt on danks het feit dat ze pas 25 jaar is. „Dit in scherp contrast met de nieuwe grote favoriet van de populaire pers. Fer gie, die met haar weelderig rode lokken nu helemaal de show steelt. Vergeleken bij de „potlood-magere" Di, wordt de meer voluptueuze Fergie met de dag aantrekkelijker", schrijven de populaire bladen. En ze laten niet na eraan toe te voegen dat de vrolijke ongedwongen presentatie van de hertogin duidelijk het gevolg is van haar uitstekende relatie met prins Andrew. „Die twee zijn werkelijk in de wol ken", wordt er geschreven. En dus vraagt de techniek van het verkopen van royalty-roddels, dat zoiets ook niet met een als de gewoonste zaak van de wereld moet gelden. Want alweer via de arme Di wordt meedogenloos vastgesteld dat haar relatie met Charles al lang niet meer je van het is. Dat zij dikwijls apart slapen. 'Gewoontjes' Natuurlijk kan men op dit thema nog maanden vooruit. Al komt er uit de ko ninklijke familie zelf vaak hulp genoeg om de discussies over aardige, minder aardige en beslist onaardige royalty op de been te houden. Bij tal van bladen konden ze hun geluk niet op toen de gro te rebel van Engelands koninklijke fami lie, prinses Michael van Kent, weer eens een venijnig mondje opendeed en - het kennelijk opnemend voor prinses Diana - de grote favoriet Fergie zonder blikken of blozen nogal „gewoontjes" noemde en iemand die zich met haar nogal infor mele optreden op haar huwelijksdag had gedragen als een soort Coronation Street-prinses. Naar verluidt was koningin Elizabeth als hoofd van de koninklijke familie diep geschokt over deze opmerkingen van prinses Michael van Kent. Dat geldt ook voor Fergie zelf, die zich op basis van horen, zien en zwijgen moet inhou den als lid van de koninklijke familie, maar natuurlijk heel wat anders in haar hoofd heeft. Gelukkig is er ook in dit geval weer passende gerechtigheid, want prinses Michael van Kent heeft het loodje moe ten leggen tegen de advocaten van de felle historicus Daphne Bennett, die haar beschuldigde van ver gaand pla giaat en daarvoor genoegdoening eiste. De advocaten hebben het onderling ge regeld en afgesproken dat de hoogte van het overeengekomen bedrag, vermoede lijk enkele tienduizenden guldens, niet wordt bekend gemaakt. Maar dat is de enige toezegging die Daphne Bennett wilde maken. Want ver der heeft ze in het uur van haar overwin ning enige harde dingen gezegd over de prinses, die voor de inhoud van haar boek: 'Crowned in a far Country' rijke lijk had geput uit mevrouw Bennetts biografie over het oudste kind van ko ningin Victoria. .Pagina na pagina heeft de prinses let terlijk overgeschreven. Toch heb ik even geaarzeld of ik wel tot actie zou over gaan. Maar toen ik haar weer eens voor de radio tekeer hoorde gaan dacht ik: tnens, wat ben je toch een vreselijke op schepper. En wat kan je beledigend zijn. Zij verdiende gewoon een lesje". Stof voor rode koontjes. En tegelijk een grote belofte voor de tweede druk Van het boek van de prinses, waarin zij in een voorwoord een duidelijk eerbe toon moet brengen aan haar veelge bruikte bron: Daphne Bennett. Want niemand die er meer aan twijfelt of het wordt met al die publiciteit een onver biddelijke bestseller. Met inkomsten die ruim voldoende zijn om aan de minnelij ke schikking te kunnen voldoen. De grote vraag die iedereen hier nu stelt is: mag prinses Michael van Kent na al haar controverses straks nog wel komen op de jaarlijkse traditionele kerstbijeenkomst van de gehele konink- Surjahadi Djajupermana is een gelukkig mens. De sous-chef van de Hilton Schiphol-keuken kan zich met recht de beste kok van Europa noemen. In Parijs veroverde de 36-jarige Hoofddorper temidden van acht andere topkoks uit Europa de fel begeerde Prix Culinaire Pierre Taittinger. De hoogste onderscheiding op culinair gebied in Europa. Een prijs bovendien, die slechts een maal eerder door een Nederlander werd gehaald: in 1976 door de toentertijd in Frankrijk werkende kok Paul van Ges- sel. Met bescheidenheid reageert 'Hadi' op zijn titel: "Ik zal nooit zeggen dat ik de beste ben. Misschien wel één van de besten. Er zijn immers ook altijd top koks die niet aan zo'n wedstrijd willen of kunnen meedoen". Gelauwerd Hadi, zo wordt hij al sinds zijn jeugd in Indonesië genoemd. Hij is gewend aan het halen van prijzen. Twee jaar geleden kreeg hij de hoogste Nederlandse onder scheiding met de Zilveren Koksmuts. Een onderscheiding die zijn chefkok bij Hilton Schiphol, de Oostenrijker Robert Lammer vorig jaar haalde. Terecht dus. dat Hilton Schiphol de meest gelauwer de keuken van Nederland kan presente ren. Zeker met daarbij in het achter hoofd dat er nog wat prijswinnaars in diezelfde keukenbrigade rondlopen. Over de strijd om die fel begeerde in ternationale prijs zegt hij: "Het begon al lemaal met een voorronde waarin ieder een gevraagd werd een menu uit te schrijven op het thema 'Gevulde zalm met champagne'. Daar hoefde dus nog niets gekookt te worden. Het werd lou ter van papier af beoordeeld". lijke familie in Windsor Castle? De prin ses heeft de koningin niet meer ontmoet sinds haar terugkeer uit Amerika en de geruchten dat haar huwelijk met prins Michael op springen stond. En met alle publiciteit over haar provocerende los lippigheid zou men zich heel goed kun nen voorstellen dat de koningin niet erg zit te wachten op het gezelschap van prinses Michael van Kent. Maar er heerst nog zoiets als noblesse oblige. Dat bleek ook weer eens toen de- Die combinatie met champagne was vrij vanzelfsprekend, omdat Pierre Tait tinger een bekend champagnehuis is en de prijs niet voor niets van dit huis uit ging. Hadi werd met twee andere land genoten door de jury uitverkoren om met de besten uit België en Luxemburg in Brussel aan te treden voor de kwartfi nale. Een week voor die kwartfinales kregen alle kandidaten tien thema's voor een menu op. De dag van de com petitie werd het definitieve menu geko zen. Het bleek opnieuw gevulde zalm te zijn. ze week in het Londense Drury Lane- theater de jaarlijkse grote koninklijke variété-show werd gehouden, onder meer opgeluisterd met de aanwezigheid van de Engelse koningin-moeder en na tuurlijk de joviale, onvermoeibare Fer gie. Voor deze show had de conferen cier-zanger Max Bygraves gedacht zich best een actuele mop te kunnen veroor loven. De mop luidde: „De laatste per soon die werd onthoofd in de Tower, was Anne Boleyn. Maar als de bookma kers gelijk krijgen wordt prinses Mi chael van Kent de volgende". Ijzige stilte De hoge heren van de BBC, die de show organiseerden, wilden op het laat ste moment een stokje steken voor het ondeugende plan van Max Bygraves. „Ten eerste was Anne Boleyn niet de laatste die in de Tower werd terechtge steld en ten tweede maak je nu eenmaal geen moppen over de koninklijke fami lie", luidde het koele commentaar. Max Bygraves kon de mop maar beter schrappen, vond de BBC-leiding. Maar Bygraves voelde daar niets voor. Hij bracht een programma inclusief de mop, met grote inzet. Maar het kwaad was door alle voorpubliciteit al ge schied. En gedurende zijn optreden, dat toch écht geen aangelegenheid was voor lange gezichten, heerste er in de konink lijke loge juist een ijzige stilte. Bij de ho ge gasten kon er, ondanks het doelwit van de mop, prinses Michael van Kent. geen lachje van af. En ook dat weer vol gens de ijzeren regels van noblesse obli ge. Hadi behoorde met nog twee collega's tot de drie besten en mocht naar de se- mi-finale in Parijs. In Parijs was de op gave om een Bresse-kip met champagne te combineren. Vier uur tijd had iedere kok om een gerecht te creëren dat het hoogst zou kunnen scoren in catego rieën als smaak, presentatie en originali teit. Uit de 45 deelnemers, onder wie nu ook veel Fransen uit alle regionen, be hoorde Hadi opnieuw tot de negen bes ten. De finale in Parijs begon met een pom peus diner in Frankrijks meest luxe ho- In de totale duisternis van de Tweede Wereldoorlog restten het Europese jodendom nog enkele kleine lichtpunten: één daarvan was Italië en de door Italië bezette gebieden. En als de Italianen al heel weinig reden hebben om met enige trots terug te kijken op hun oorlogservaringen, dan is ook hier één van die lichtpunten hun actieve tegenwerking van de door hun Duitse bondsgenoten bedachte 'Endlösung'. De geschiedenis was al heel lang bekend en onder de joden, zowel in als buiten Israël, is de herinnering hieraan tot de dag van vandaag levend gebleven, maar merkwaardig genoeg is het door de Ita lianen zelf volslagen vergeten. Voor de televisiejournalist Nicola Carac- ciolo was dit een reden om op onderzoek uit te gaan en met zoveel mogelijk nog levende getuigen te gaan spreken. Het resultaat van dat onderzoek is in de afge lopen weken onder de titel 'II Coraggio e la Piëta' (De moed en het medelijden) uitgezonden en het is een indrukwek kend programma geworden. „Volgens mij", legt hij uit, „ligt de oorzaak van die vergeetachtigheid in de weerzin, al sinds het eind van de oorlog, om nog aan het fascisme herinnerd te worden, en vooral om te erkennen dat het ook maar iets goeds heeft gedaan". "En het sensationele is nu juist dat niet -alleen individuele Italianen (dat wisten we al lang), maar ook de Italiaanse over heid - van het ministerie van buitenland se zaken tot de generale staf - de leger commandanten, het hoofd van de politie en zijn mewerkers en, op zijn dubbelzin nige en tegenstrijdige manier Mussolini zelf, alles hebben gedaan om de joden in hun gebieden uit handen van de Duit sers te houden. Voor een deel uit politie ke overwegingen van nationale souve- reiniteit, voor een deel uit rechtsgevoel dat niet toestond dat volmaakt onschul dige burgers werden vervolgd, voor een deel uit militair eergevoel en voor het grootste deel uit gewone menselijkheid. Het verrassende is dat veel van die men sen voor het overige doorgewinterde fas cisten waren, zoals Ciano's opvolger op buitenlandse zaken Bastianini, generaal Roatta, de politiechef Senise en tiental len anderen. Het leek me nu, 40 jaar la ter, eindelijk eens tijd om daar openlijk over te praten en uit de reacties die ik tot nu toe heb gehad, blijkt dat we gelijk hebben gehad". Van de Europese landen waar vóór de oorlog geen 'joods probleem' en dus ook geen anti-semitisme bestond, was Italië er één, al was het alleen maar omdat er nog geen 60.000 Italiaanse joden (op een bevolking van over de veertig miljoen) vooral sinds de ontmanteling van het laatste getto in Rome (1870) volmaakt in de rest van de bevolking waren opge gaan en zich voor een deel alleen door godsdienstige gebruiken en tradities van de anderen onderscheidden. Aan de strijd voor nationale eenheid hadden zij met andere Italianen deelgenomen, in de Eerste Wereldoorlog hadden ze mee gevochten, onder de fascisten van de eerste generatie waren niet weinig jo den. Mussolini zelf had joodse ministers in zijn regering en had nooit anders dan met minachting gesproken over „doctri nes van over de Alpen, bedacht door de nazaten van lieden die nog niet konden schrijven toen wij Caesar en Augustus bezaten". Pas tegen het eind van de dertiger ja ren, toen hij Italië in de armen van nazi- Duitsland had gedreven, voelde hij zich verplicht om rassenwetten in te voeren, tel, Concorde Lafayette. Tijdens dat di ner werd door de minister van justitie de loting verricht van de volgorde waarin de koks hun finale-gerecht moesten klaarmaken en presenteren. En ook de keuze van het gerecht. Het bleek ree bout te zijn, die volgens de klassieke re gels van Escoffier moest worden bereid. Gecombineerd met Rice la Imperiatri- ce. Ook alweer een echt Escoffier-ge- recht. Hadi: "Ik had echt wel even de zenu wen, want die Escoffier had ik niet bij me. En de volgende ochtend bleek dat sommige collega's er wel op gerekend hadden. Maar niettemin voelde ik me toch wel rustig, die volgende dag. Ik heb de instelling dat ik nooit kan verliezen als ik naar een wedstrijd ga. Ik bedoel, stel datje niet wint. Je ziet zoveel fantas tische collega's waar je wat van kan le ren. Dat alleen al is het waard om mee te doen". De vraag ligt voor de hand. Waarom een internationaal zo hoog geprezen kok nog in een hotelkeuken werkt. Hadi blijkt op die vraag te hebben gerekend. "Niet alleen omdat Hilton altijd een pri ma maatschappij is geweest, waar ik me thuis voel. Maar het is ook een fantasti sche keuken. Kijk, hier zijn de prijzen niet goedkoop, maar ze zijn nog enigs zins betaalbaar. Alleen met een fantasti sche brigade kun je ideaal werken". "Die keuken, die mensen, hebben Robbert en ik. Daarom vind ik het voor al fantastisch voor mijn collega's hier in de keuken dat ik die prijs gewonnen heb. Ik geniet als myn gasten tevreden zijn. Maar ik geniet nog meer als mijn collega's, die een stuk jonger zijn dan ik, trots zijn op het behalen van die prijs. Dan weet ik dat het hen stimuleert om steeds vooral creatief te blijven en hon gerig méér te willen leren". (GPD) weliswaar minder strikt dan de Nürn- bergse en met een groot aantal uitzonde ringen, maar diep grievend voor de jood se bevolking. Voor een aantal fascisten een gelegenheid om zich te verrijken en voor sommige joden om het land te ver laten. De enige protesten tegen wat alge meen als een on-Italiaanse wetgeving werd beschouwd kwamen van fascisti sche zijde, met als meest opvallende woordvoerder Italo Balbo, Mussolini's kameraad van het eerste uur. De rest van de bevolking had geen kans om te pro testeren, maar deed de zaak stilzwijgend als niet serieus af. Zelfs het uitbreken van de oorlog, die door nazi-Duitsland werd aangegrepen als een gelegenheid voor de definitieve 'oplossing van het jodenprobleem' door uitroeiing, bracht geen verandering in de Italiaanse houding. Wel werd een aantal buitenlandse joden geïnterneerd in kampen, die overigens niets van de Duitse 'Lager' weg hadden, maar er werd geen ogenblik aan gedacht de ver antwoordelijkheid voor deze buitenlan ders, laat staan voor joden van Italiaanse nationaliteit, uit handen te geven. Dit zelfde gold, na mei 1945, voor de door Italië bezette gebieden: Zuid-Frankrijk, Zuid-Griekenland, Joegoslavië. Ook hier weigerden de Italiaanse autoritei ten, burgerlijke zowel als militaire, tot het eind toe uitlevering van joden aan de Duitsers of aan de plaatselijke collabora teurs (zoals de heftig anti-semitische Oestasja's in Kroatië). Al deze gebieden werden dan ook toe vluchtsoorden voor tienduizenden jo den, tot grote woede van de Duitsers, die Mussolini bestormden met verzoeken en dreigementen om een 'positievere hou ding' af te dwingen. Tegenover Von Rib- bentrop, die er speciaal voor naar Rome was gekomen, verklaarde de Duce dat zijn generaals nu eenmaal leden onder een 'andere intellectuele vorming' dan hun Duitse collega's en vroeg excuus voor hun 'valse sentimentaliteit'. Naar Zuid-Frankrijk stuurde hij een hoge po litiefunctionaris, Lo Spinoso, die er een commissariaat voor joodse aangelegen heden oprichtte, dat met behulp van Ro me zo'n dicht rookgordijn van bureau cratische moeilijkheden legde dat de Duitsers erdoor in opperste verwarring raakten. Toen de rook optrok, bleken de joden in de Italiaanse zone inderdaad 'gedeporteerd' te zijn, maar zo dicht mo gelijk naar de Italiaanse grens, en de Ge stapo van Marseille berichtte veront waardigd dat de armsten logeerden 'in de beste hotels van Isère en Savoye'. Toen de Duitse troepen na de capitula tie van Italië in september 1943 gènoem- de zone binnentrokken, vonden zij er niet meer dan enkele duizenden, die prompt via Drancy naar Auschwitz wer den getransporteerd. Alle overigen (vol gens Eichmanns afgevaardigde in Pa rijs, Heinz Röthke, niet minder dan 50.000) hadden een goed heenkomen we ten te vinden, velen van hen in Italië. In Kroatië stuitten de Duitse eisen op de vierkante weigering van generaal Roatta die uitlevering 'in strijd met de Italiaan se soldateneer' verklaarde en, opnieuw, op sabotage vanuit Rome, ditmaal van: Mussolini's schoonzoon en minister van buitenlandse zaken Ciano, die zelfs een juristencommissie liet uitzoeken op hoe veel gronden Kroatische joden aan spraak konden maken op de Italiaanse nationaliteit. Ook hier en in Griekenland trokken duizenden joden bij de ontrui ming van de zone met de Italiaanse troe pen mee. Bezet gebied Aan dit alles kwam een einde door Mussolini's val in juli 1943 en de wapen stilstand in september van dat jaar. Tus sen die twee data stroomden Duitse troepen Italië binnen en werd het land zelf bezet gebied en slagveld. Van tegen werking door Italiaanse autoriteiten kon geen sprake meer zijn (al zorgde de poli tie, vooral op het platteland, op grote schaal voor bescherming). Het waren de bevolking, de kloosters en de parochies die ondanks alle risico's de vervolgden verborgen en in leven hielden. Veel van Caracciolo's interviews gaan over deze periode en er is een opvallende eensge- zindheid in de getuigenissen van dege nen die in hun eigen land, ook vóór de Duitse inval, nooit anders dan anti-semi-, tisme hadden gekend: in Italië werden ze voor het eerst als mensen behandeld. „Jullie zijn wel niet katholiek, zeiden ze tegen ons", herinnert zich een Joegosla vische dame in Israël, „maar christenen zijn we allemaal, en daarmee bedoelden ze gewoon: mensen". „Het Israëlische meisje dat me hielp bij de interviews", vertelt Caracciolo, „zei stomverbaasd: ik heb al honderden getuigenissen van overlevenden meege maakt en die riepen altijd huilbuien, angstgevoelens en woede op. Bij jullie wordt er alleen maar gelachen". Toch vielen er ook in Italië slachtof fers, met name onder de Italiaanse joden die zich tot het einde niet konden voor stellen dat er in hun eigen land iets met ze kon gebeuren. Maar de enorme schaal van hulpverlening blijkt wel uit het feit, dat in de anderhalfjaar tot de uiteindelij ke Duitse capitulatie niet meer dan 7000 joden werden opgespoord (waarvan 6000 Italianen). „We mogen gerust zeggen", conclu deert Caracciolo, „dat geen ander land naar verhouding zoveel joden heeft we ten te redden als Italië". Dat was op zich een goede reden om ook een jongere ge neratie aan dit bijna vergeten verleden te herinneren. De les van de Endlösung, schreef Hannah Ahrendt, is dat deze din gen bijna overal hadden kunnen gebeu ren, maar niet overal gebeurd zijn. Meer is er niet voor nodig en meer kunnen we redelijkerwijze niet verlangen opdat on ze planeet geschikt blijft voor menselij ke bewoning". Hilton-kok Hadi (links) met de felbegeerde Prix Culinaire Pierre Taittin ger, geflankeerd door zijn keukenbrigade. De man met de champagnefles is chefkok Robbert Lammer die vorig jaar de Zilveren Koksmuts binnenhaal de. (foto Peter Senteur)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 31